NIEUW
No. 746.
Donderdag 22 November 1883.
8e Jaargang.
Frankrijks krijgslust.
BUITENLAND.
De Nederlandsche Bede vaart
naar Lourdes.
HilRIEM^CUE
ABONNEMENTSPB IJS
Per 3 maanden voor HaarlemJ 0,85
Buiten Haarlem franco per post. 1,
Afzonderlijke Nummers0,06
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
Het denkbeeld der revanche® voor Se
dan en het verlies van Elzas-Lotharingen
is in Frankrijk zoo oud als de nederlagen
van 1870/71 zeiven. Al hield het gevoel
van schaamte, van zwakheid en machte
loosheid de denkbeelden van wraak bij een
groot gedeelte der Fransche natie langen
tijd in haren boezem terug, thans echten
nu het land zich eenigszins uit zijn gele
den vernedering verheft, komen ze op bru
tale en onvoorzichtige wijze onbewimpeld
voor den dag. Men meene niet, dat bui-
tenlandsche gebeurtenissen, zooals b. v. de
vriendschappelijke aansluiting van Spanje
en zijn Koning aan het Duitsche Rijk, de
revanche-ideeën aangewakkerd hebben. Van
zulke voorvallen wordt door zekere lieden
in Parijs slechts partij getrokken om aan
hunne denkbeelden een schijn van zedelijke
verontwaardiging te geven en de publieke
opinie van Europa langzamerhand op datgene
voor te bereiden wat door alle volbloed-
Franschen zoo vurig wordt begeerd. De
politiek van het Duitsche Rijk, een vast
verbond van alle Duitsche Staten te be
werkstelligen, in wier belang het ligt dat
Frankrijk en Rusland in bedwang gehouden
worden, zal ongetwijfeld ook wel bijgedra
gen hebben om den wrok der Franschen te
vermeerderen. En deze wrok wordt in het
republikeinsche land door de pers aange
wakkerd; de gevoelens van haat, waaraan
de Fransche pers uitdrukking geeft, zijn
zonder voorbeeld. Deze snoeverij op 't pa
pier wordt echter in Duitschland niet hoog
opgenomen, terwijl dan ook de ministeriëele
bladen in Frankrijk hun best doen den
slechten indruk in 't buitenland weg te
cjjferen door er op te wjjzen dat men de
Regeering niet verantwoordelijk kan stel
len voor de uitspraken der volksmeening.
Met deze stemmen uit het volk moet ech
ter toch rekening gehouden worden, want
zij zeggen onbewimpeld, hetgeen de heeren
van het bestuur, uit diplomatieke voorzich
tigheid, nog niet wagen te verkondigen.
Beachtenswaardig vooral in dezen tijd is
eene studie welke voorkomt in de laatst
verschenen aflevering van het in Frankrijk
verschijnend en gezaghebbend militaire
tijdschrift V Armèe Frangaise. Deze studie
is getiteld: »de eerstvolgende oorlog 188.
Reeds het feit, dat een hooggeplaatst mili
tair want dat is de schrij ver dezer stu
die het in Frankrijk durft wagen in
een vakblad den eerstvolgendeu Fransch-
Duitschen oorlog, of beter gezegd den oor
log van Frankrijk-Rusland tegen Duitsch-
FEUILLETON
Vervolg.)
De ooggetuigen dringen naderbij om beter te
kunnen zien. De geneesheer Dozous brengt zijn
zakuurwerk te voorschijn, om den duur van het
wonder te bepalen; naast hem staat de maire
van Lourdes, iets verder het hoofd der politie
en de keizerlijke Procureur. Vele andere aan
zienlijke heeren staan ook dit wonderbaar schouw
spel gade, terwijl drie officieren van het leger
des keizers te paard tot in het water, dat daar
roorbijstroomt, trachten te naderen, ten einde
het wonder van nabij te beschouwen. Eene
schoone voorjaarszon beschijnt dit treffend tafereel
met hare helderste stralen. Zoo werd ons in
levende, ja sprekende kleuren in herinnering ge.
bracht wat hier vijf-en-twint.ig jaren geleden
geschiedde. Ook was in het aanwezige album,
juist op den dag onzer aankomst alhier; door
land-Oostenrijk, te beschrijven, werpt een
helder licht op de aspiratiën en handelin
gen, welke ook het ofiiciëele Frankrijk voor
de toekomst wensehelijk acht. Het artikel
heet wel is waar slechts eene phantasie, doch
de werkelijkheid komt er duidelijkheid uit
te voorschijn. De studie bevat eene gede
tailleerde voorstelling van den door den
schrjjver gewenschten beslissenden oorlog.
De schrijver schetst in 't begin der studie
den Europeescheu toestand aan den voor
avond van den gewenschten krijg. De aan
leiding tot een oorlog geven de onlusten
in Polen. Het volk kwam daar tegen Duitsch
land in opstand en velen werden neerge
sabeld. Vermits de geëischte voldoening zeer
kwalijk werd opgenomen, besloot Duitsch
land op brutale wijze op den 28sten April den
oorlog te verklaren. Vervolgens beschrijft
de auteur, hoe Duitschland eerst door Rus
land, en dan door Frankrijk bloedig geslagen
wordt. Aan het slot van het artikel ver
nemen we ook de vredes-voorwaarden, welke
Rusland en Frankrijk aan het overwonnen
Duitschland opdringen.
De vijandelijkheden worden niet hervat.
De verhandelingen leiden tot een verdrag
dat den 30sten October te Zurich wordt
onderteekend en waarvan de voornaamste
bepalingen de volgende zijn: Duitschland
geeft aan Frankrijk Elzas-Lotharingen te
rug; het staat aan Rusland Koningsbergen
en Oost-Pruisen af tot aan de Pregel en
tegelijkertijd wordt de Bond weer hersteld
zooals hij in 1866 was.
De geheele studie geeft een aardig beeld
van Fransche verwaandheid en van Fran
krijks oordeel over Duitschlauds sterkte en
macht. De gausche phantasie maakt slechts
een vermakelijken indruk, want Frankrijk
mist, om aan zijne hartewenschen te kun
nen voldoen de daarvoor noodzakelijke ver-
eischten, hoofdzakelijk op militair terrein.
Dat in het Fransche leger sinds 1871 i
vele verbeteringen zijn ingevoerd, is van
algemeene bekendheid en zulks wordt ook
in Duitschland niet geloochend. Maar toch
zijne de oorlogstoebereidselen van Frankrijk
ten huidigen dage niet van dien aard, zooals
ze door de Fransche bladen in hunne ei
genwijsheid worden opgevijzeld. Wij willen
den krijgsbelusten geest der Franschen
eens gerechtigheid laten wedervaren, en
ook stilzwijgend aannemen, dat een goed
gewapend en goed geoefend Franschman
op het slagveld evenwel waard is als een
Duitsch soldaat. Dit is echter zeker dat
de Duitsche Generaals het in alle opzichten
van de Fransche winnen. De aanhoudende
verwisseling in het politieke partijregime
heeft in Frankrijk steeds eeue doortastende
verandering indehoogere militaire kri ngen
ten gevolge gehad. Frankrijk had na 1871
nog vele zeer bekwame Generaals, doch thans
zijn van dezen slechts nog enkelen in wer-
kelijken dienst; de meesten zijn gevallen
als offers van de een of andere politieke
partij. Dientengevolge bezit de Republiek
in den tegenwoordigen tijd slechts enkele
Generaals, die in deze qualiteit een oorlog
bijgewoond hebben. Ook is het een onbe
twistbaar feit, dat niettegenstaande alle
pensioneeringen, de Republiek ook thans
nog in de hoogere officierskringen al zeer
weinig sympathie geniet, en dat de hoogere
officieren over 't algemeen trouwe aanhan
gers zijn der monarchie. Deze omstandig
heid is des te gewichtiger en de positie en
invloed dezer officieren voor de Republiek
te gevaarlijker, naarmate de hoogere mili
tairen hunne ware gezindheid niet durven
openbaren en dus hunne toevlucht gaan
nemen tot geheime clubs en tot allerlei
intriges. Dientengevolge ontbreekt aan het
gansche leger der Republiek de ware esprit
de corps, aan de officieren de liefde en
vereeriug voor een opperbevelhebber en
monarch.
De in militaire kringen van Frankrijk
zeer goed bekende, doch niet genoeg be
hartigd wordende zwakheden van het Fran
sche militarisme, meent men door eene ge
waande groote troepenmacht goed te maken.
De statistiek heeft echter ook deze pocherij
der Fransche natie aan de kaak gesteld en
het bewijs geleverd dat het aantal soldaten
eu ook alle vergelijkingen op illusies gebaseerd
zijn. Het staande leger van Frankrijk be
draagt 620,000 man infanterie, welke in
24 legerkorpsen zijn geformeerd, verder uit
42,500 man cavalerie en 79,600 man ar
tillerie met 2622 kanonnen; rekent men nu
nog de genietroepen, de pontonniers en de
mariniers daarbij, dan krijgt men een cijfer
van 754,000 man. Het Duitsche veldleger
bestaat uit 18 legerkorpsen met 675,000
man en ruim 2000 kanonnen. Duitschland
bezit dus meer infanterie, Frankrijk heeft
582 veldkanonnen meer, terwijl daarentegen
de cavalerie van Duitschland veel talrijker is
dan deFransche. Rekent men echter de reser
ve-troepen bij het leger, dan verdwijnt de nu
merieke meerderheid van het Fransche leger
geheel en al. Door de veeljarige strenge
militaire organisatie beschikt Duitschland
over 246,000 goed geoefende reserve-troe
pen met 444 kanonnenrekent men er de
Landwehr nog bij, wier organisatie ook uit
muntend mag genoemd worden, dan kan
Duitschland in geval van nood op eeu leger
rekenen van 1,287,000 man met 2892 ka
nonnen. De zoogenaamde landstorm, waarbij
volgens de rijkswet alle mannelijke perso
nen van hun 18de tot hun 40ste jaar be-
hooren en waaronder zich zeer vele goede
soldaten bevinden, hebben we niet in aan
merking genomen. Tegenover deze laatst
genoemde getallen kunnen de Franschen
niets aanwijzen. Dereserve-troepen in Frank
rijk zijn slechts 100,000 man sterk. Boven
dien bezit Frankrijk nog de zoogenaamde
armee territorialedie 6 a 700,000 man
sterk is, dat wil zeggen op papier. Met de
organisatie van deze troepen heeft men
echter nog geen begin gemaakt en 't is dus
onzin als de Fransehen beweren dat zij
21/, millioen man troepen in 't veld kun
nen brengen wellicht ongedisciplineerde
benden, zooals de franctireurs in den laat-
sten krijg, maar geeu geoefende soldaten.
Trouwens op welke financiëele bezwaren
zou de mobiliseering van zulk een troepen
macht niet stuiten in een land dat thans
reeds zucht onder eeu oorlogsbudget van
600 millioen franks. Doch ook in technisch
opzicht is aan zulk een plan niet te den
ken, immers voor zulk een troepenmacht
mist de Fransche Republiek de noodige
officieren eu onderofficieren.
Al deze feiten zijn zeker wel geschikt
ons ten aanzien van Frankrijks krijgslusten
eenigszins gerust te stellen. We kunnen ook
veilig aannemen, dat Frankrijkvermits
het den strijd tegen DuitschlandOosten
rijk toch niet alleen zal aanvaarden, zijn
Russischen bondgenoot, niet zoo gansch ge
makkelijk zal weten te bewegen aan den
wereld-oorlog deel te nemen. Tot dusverre
teuminste tracht Rusland in vriendschap en
vrede met Duitschland te leven. Het bevel
der Russische Regeering aan de dagbladen
gegeven, om zich te onthouden van het ver
spreiden van alle onware sensatieberichten,
alsmede het bezoek van den Minister Giers
bij Prins Yon Bismarck doen vermoeden
dat de Russische Regeering alle pogingen
in het werk stelt, een conflict tusschen
Berlijn en St. Petersburg te vermijden. En
deze omstandigheid is in het tegenwoordige
oogenblik te gewichtiger, naardien door het
bezoek van den Duitschen Kroonprins aan
het Spaansche hof, de Fransch-Duitsche
verhoudingen weder op den voorgrond treden
en de Fransche pers hare woede over de
toenadering van Duitschland tot Spanje
slechts met veel moeite kan verbergen.
Het jonge mensch, dat een aanslag op
Ferry heeft willen plegen, heet Curien en
gij de rots, dan brengt een schaduwrijke laan
u op het kerkplein of hooger, vier diepe grotten
voorbij, naar den top, waarop het kruis zich in
de lucht verheft; volgt gij de Gave, dan ligt
aan het einde van uwen weg het klooster der
zusters van de Onbevlekte Ontvangenis.
Wie het eerste pad niet op den dag besteeg,
heeft het toch des avonds bij de fakkel-processie
betreden, het tweede zullen wij straks bewande
len, want het is drie uur na den middag, de
tijd, waarop onze zieken zich in de badvertrek
ken begeven, gedachtig aan Maria's wil: „ga
drinken en u wasschen aan de bron." Onze
overige pelgrims schaarden zich weder om hen
heen, maar nu knielend en met verdubbelden
ijver onder het Rozenkransgebed smeekend,
dat het God mocht behagen, bij onze tehuiskomst
ook aan onze landgenooten het zichtbare bewijs
te geven van de hemelsche gaven, welke Hij te
Lourdes op de voorspraak zijner Onbevlekte
Moeder verleent.
Wordt vervolgd.)
Z. 1). H. den Bisschop van Yannes de volgt-nde
aanteekening gemaakt. „Na met de meest god
vruchtige belangstelling het schoone Panorama
„van O. L. V. van Lourdes bezocht te hebben,
„wensch ik de kunstvaardige bewerkers geluk
„en ik breng de oprechtste wenscheu, dat hun
„werk geheel den bijval verwerve, welken het
„verdient." Een week te voreu had Z. D. H. de
Bisschop van Coutances op het gedenkblad ge
schreven: „Het Panorama behoort de aanvulling
„te zijn van de bedevaart naar Lourdes. Het
„boezemt ontegenzeggelijk belangstelling in; zijne
„verdienste bestaat hierin, dat het de Verschij-
„ning, de plaats, de personen doet herleven.
„Wat mij betreft ik acht mij inderdaad gelukkig
„hetzelve met al zijne bijzonderheden te heb-
„ben kunnen bezoeken."
Wandelen wij na dit bezoek nu langs den
gewonen weg naar de Grot, dan gaan wij ter
linkerzijde de Basiliek voorbij en ontmoeten op
dezelfde plaats ter rechterzijde eeu uitgestrekt,
langwerpig plein of plantsoen, omgeven en door
sneden met breede dreven. In het midden rijst
het teekeu van den waren boom des levens, een
grootMissie-kruis, omhoog en vooraan staat op een
voetstuk, 't welk op een rots gelijkt, het gekroonde
beeld derVlekkelooze Maagd. Des avonds zagen wij
het beeld omringd met een krans van lichten.
Het verplegingsgesticht op den hoek van het
plein wijst ons den oever van de Gave aan, ter
wijl wij op den anderen oever aan de overzijde
het klooster van den Karmel en dat der Zusters
Benedictinessen voor ons zien benevens het wees
huis der Liefde-zusters van Ne vers, in wier
Congregatie Bernardette in het jaar 1866 den
sluier aannam. Het bevoorrechte kind van Gods
Moeder leeft echter op deze wereld niet meer.
Bernadette Soubirous, in het klooster „soeur
1 Marie, Bernard" genoemd, overleed te Nevers
den 16en April 1879. Haar stoffelijk overschot,
dat terstond na haren dood een voorwerp van
vereeriug was voor de toegestroomde menigte,
werd op Zaterdag 19 April in de kist verzegeld
en op zeer plechtige wijze begraven in tegen
woordigheid van Monsr. Stephanus Lelong,
Bisschop van Nevers, nadat Z. D. H. zelf de
lijkrede uitgesproken had.
De drie laatstgenoemde gestichten hebben
over de rivier het uitzicht op de Grot. Deze
kan men langs twee wegen voprbijgaan; bestijgt
ihesdrIt
AG-ITE MA NON AGITATE.
(mum.
PRIJS DER ADVERTENTIÉN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag
avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers KÜPPERS LAUEET.