NIEUWE
No. 838.
Donderdag 9 October 1884
9e Jaargang
De toestand der werk lieden in
Frankrijk.
BUITENLAND.
Een slim reporter.
Een smakelijke maaltijd.
HAlRLMHtfll mm.
ABOHlfEMEHTSPBIJS
Per 3 maanden voor Haarlem r 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,
Voor het Buitenland 1,50
Afzonderlijke Nummers 0,06
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUR EAU: St. Jansstraat Haarlem.
rif».:
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag
avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers K P P E K S LAUREY.
Men heeft langen tijd de toestanden der
werklieden in Frankrijk in den regel als
bizonder guustig, ja zelfs als schitterend
voorgesteld; zij beginnen echter thans meer
en meer onrustbarend en zorgwekkend te ver
schijnen. Dit erkent de republikeinsche Re-
geeriug zelve. Vooral in de zuidelijke dis
tricten, waar de cholera zulk een groot
aantal slachtoffers heeft gemaakt, is de
nood der arbeiders het hoogst gestegen.
Te Ljon had, zoo men weet, den 22sten Sep
tember 11. eene vergadering plaats van
arbeiders, waarop geconstateerd werd, dat
thans 6000 ververs en in 't geheel 25,000
werklieden zonder arbeid en verdiensten
zijn. In de havenstad Marseille vindt men
dezelfde toestanden. Maar ook uit de andere
districten van het land komen berichteui
waaruit blijkt, dat de nood hoe langer hoe
grooter wordt. De werklieden klagen over
onvoldoende verdieusten doordien de ijzer
gieterijen en andere fabrieken meerendeels
stil staan. Daarbij komt nog, dat de be
lastingen, onder het repubükeinsch beheer,
van jaar tot jaar drukkender zijn gewor
den en al de schitterende beloften, welke
de republikeinsche machthebbers en hunne
nieuwsbladen reeds sinds veertien jaren aan
het volk hebben verkondigd, in geen enkel
opzicht zijn verwezenlijkt geworden.
Mocht de toestand der arbeidende klassen
in Frankrijk nog slechter worden, dan zal
de Regeeriug nog zeer bittere vruchten
plukken van het heillooze zaad, dat zij
heeft gestrooid door de bevordering en be
gunstiging der onchristelijke en anti-ker
kelijke richting en boven alles door de gods-
dieustlooze staatsscholen, welke zij overal
heeft opgericht. Men kan veilig aannemen,
dat de meeste Fransche werklieden door
hunne leiders en door de bedorven, zede-
looze pers zoo tegen de Kerk en tegen
het Christelijk leven zijn gekant, dat zij
in een volslagen ongeloot leven. Dit zou
nu natuurlijk de toongevende republikein
sche heeren weinig verontrusten, aangezien
zij ook van hunne anti-kerkelijke gezind
heid voortdurend blijk geven, maar de op
gewonden werklieden laten zich niet meer
met smaadredenen en schimperij tegen Kerk
en Geloof, tegen Clericalen en Monarchisten
afschepen; zij willen thans reëele, afdoende
FEUILLETON.
f
Toen Jay Gould de spoorweglijn Kansas-Pa
cific kocht, was de finantiëele wereld zeer on
gerust, daar niemand iets omtrent de ware plan
nen van den kooper wist.
De heer Ered. Skiff, directeur van het te
Denver verschijnend blad Tribune, besloot om
Gould te gaan intervieuwen, maar dit was ge
makkelijker gezegd dan gedaan, want de finan
cier was voor niemand toegankelijk en had zich
als het ware in zijne woning verschanst, terwijl
hij zijn ondergeschikten strikt bevel had ge
ven om iedereen af te wijzen.
Ten einde raad huurde Skiff de uniform van
een conducteur van een Pulman-car, trok die
aan en begaf zich in die vermomming naar de
woning van den spoorweg-koning.
„Zeg eens", zeide hij tot den portier, „weet
je ook wat mijnheer Gould van plan is om met
mijn „car" te doen ik moet het bepaald weten."
„Ik weet er niemendal van", antwoordde de
aangesprokene, „vraag het den heer Gould zelf."
Op die wijze geraakte de slimme journalist
door eene vijfdubbele linie van schildwachten
heen en trad hij het heiligdom binnen, waar
Gould juist met zijn Advocaat Usher aan het
confereeren was.
hulp eu wenden zich nu, op raad van
hunne leiders tot de Regeering met de
bede hun werk en brood te verschaffen.
De groote werklieden-bijeenkomsten te
Marseille en Toulon gehouden, eischten
van de Regeering, dat zij de gemeentebe
sturen zou gebieden, op kosten van de
stedelijke kassen, groote en publieke werken
te laten uitvoeren. Maar hoe kunnen de
gemeentebesturen aan zulke eischen voldoen?
Waar toch zullen zij de middelen daarvoor
vinden?
De republikeinsche Regeering maakt er
zich met een Jautje van Leiden af en zegt
dat zij geen recht heeft in zulke zuiver
gemeentelijke aangelegenheden dwang uit
te oefenen. Zij heeft immers zelve de han
den vol werk, om het budget voor de loo-
pende staatsuitgaven in orde te brengen.
De commissie heeft reed3 59 millioen franks
geschrapt van het budget, een bewijs dat
men het schuldenmaken moede is en dat
men voor eene herhaalde verhooging van
belasting terugdeinst. De ellende en de
eischen der hongerlijdende werklieden ko
men haar zeer te onpas,maar bij het voort
duren der treurige toestanden zal zij toch
genoodzaakt zijn, beslissende maatregelen
te nemen.
Verreweg de meeste van Kerk en Geloof
vervreemde werklieden zijn leden van re
volution uaire, socialistische vereenigiugen,
wier programma is: de omverwerping van
alle thans bestaande sociale toestanden. Eu
dat deze lieden in zekere omstandigheden
het niet bij woorden laten blijven, maar
tot daden overgaan, dat weten de heeren
van de Republikeinsche Regeering zeer goed,
evengoed als de leiders der republikeinsche
nieuwsbladen,welke inFrankrijk verschijnen.
En mochten zij het tot dusver niet geweten
hebben, dan zullen de verhandelingen van
het Congres der vrijdenkers, dat in het
laatst der vorige maand te Parijs is ge
houden, hen de oogeu wel hebben doen
opengaan- De afschaffing van den Gods
dienst werd daar als een bijzaak behandeld,
meer gewicht werd er gelegd op het spoedig
proclameeren der revolutie. Verdeelenis
thans het wachtwoord. Een der gedelegeer
den verklaarde onder algemeenen bijval:
»De vereffening der gansche hedendaag-
sche maatschappij moet met geweld plaats
hebben en de bourgeoisie moet zoo be
handeld worden, gelijk deze, een eeuw ge_
De advocaat herkende Skiff onmiddellijk.
„Zijt ge geen journalist meer?" vroeg hij.
„Jawel."
„Maar wat beteekent die verkleeding dan?"
„Dat is zeer eenvoudig ik wist geen middel
om in dit huis binnen te dringen en daarom
heb ik mij als conducteur vermomd, want ik
wil en zal een onderhoud met den heer Gould
hebben.
„Jongmensch,„ schreeuwde Gould, „het best
wat je doen kunt is het gat van de deur weder
op te zoeken, want ik zal je vragen niet be
antwoorden."
Skiff wendde vergeefsche pogingen aan om
den spoorvvegkoning van gedachte te doen ver
anderen en ging, toen hem geen stoel werd
aangeboden, op den vloer zitten.
„Tenzij gij mij met geweld de deur laat uit
gooien," zeide de binnendringer, „wijk ik niet
van hier, alvorens gij mij in uwe plannen hebt
ingewijd."
Jay Gould 'was overwonnen, hij barstte in
schaterend gelach uit, en gaf den journalist alle
inlichtingen, die hij verlangde te weten, waardoor
het publiek op de hoogte van de plannen van
den financier kwam.
Toen Admiraal Courbet, dus vertelt een zijner
vrienden in een Eransch blad, nog als luitenant op
een linie-schip diende, was hij op zekeren dag met
leden, den Adel en de Geestelijkheid heeft
behandeld.Zulk een taal bevalt na
tuurlijk de republikeinsche bladen geens
zins eu derhalve trachten ook zij, die de
anti-godsdienstige grondstellingen der radi
cale werklieden-partijen vroeger met alle
macht en kracht geprezen en bevorderd
hebben, de verhandelingen van het con
gres der vrijdenkers, dood te zwijgen. Als
de arbeiders hen maar niet te vroeg be
wijzen, dat zij zich door doodzwijgen geen
oogenblik in hun revolutionnairen arbeid
laten storen.
Gelukkerwijze is de Fransche arbeiders
klasse niet geheel en al met deze verder
felijke grondstellingen bezield. In de ste
den eu op het land, zijn er, dank zij de
bemoeiingen der Katholieke arbeiders-ver-
eenigiugen, nog een groot aantal, die, ge
trouw aan hun Geloof eu aan de Christelijke
grondstellingen, van de revolutionuaire en
socialistische werklieden niets willen weten.
Het is verrukkelijk en bemoedigend te zien,
dat, door de zorgen der Bisschoppen en der
Geestelijken, deze Katholieke arbeidersver-
eenigingeu steeds talrijker worden en door
het vermeerderen van het aantal leden en
door de aaukweekiug van een waarlijk
Christeiijken geest, innerlijk steeds krach
tiger worden. Den 23sten September 11.
werd het 14de congres der arbeidersver-
eenigingen van Frankrijk te Troyes onder
het eere-voorzitterschap van den aldaar
resideerenden Bisschop geopend, en het
buitengewoon groote aantal gedelegeerden
uit alle oorden van Frankrijk, leverde het
bewijs, dat eene gezonde reactie ouder de
werklieden tegen de revolutionnaire stre
vingen van velen hunner collega's, meer
en meer veld wint. Wellicht zullen ook in
Frankrijk de tegenwoordige spotters en
ongeloovigen, zoowel in de regeeringskrin-
gen als in de pers, nogmaals moeten lee-
ren, dat juist de zoo zeer bespotte en ver
guisde Kerk alleen die sociale macht is,
welke de maatschappij uit de steeds meer
en meer zwellende golven der onzalige
revolutie vermag te redden.
Sedert 1881 is het cijfer der kiezers voor
den Rijksdag te Berlijn met ruim 67,000
toegenomen; het bedraagt thans 285,818;
Yolgens paragraaf 8 van de Kieswet moest
vijf of zes matrozen aau de kust van West-
Afrika landwaarts ingegaan.
Daar de wandelaars niets anders dan apen,
eekhoorns en vogels te aanschouwen kregeu, be
gonnen zij reeds te vreezen dat zij geen inen-
schelijke woningen zouden aantreffen eu dus hon
ger en dorst zouden moeten lijden, toen zij eens
klaps tot hun groote vreugde achter een palm-
boschje, eene fraaie hut ontdekten, die met slin
gerplanten bedekt en met schedels en beenderen
versierd was.
De Europeanen gingen er op af en vonden
eenige jonge zwarte dames met het belangrijk
werkje bezig om elkanders armen met roode zon
nen en blauwe manen te beschilderen; de mannen
boden der jeugdige schoonen kralen en glazen
voorwerpen ten geschenke en werden daarvoor
niet eukel met hartelijken dank, maar ook mot
eieren beloond, die een der zwarten ging halen.
Toen men een soort van pan meester was ge
worden, begon een der matrozen de eieren stuk
te slaan, terwijl de luitenant jammerend uitriep
„wat zal dat een raar soort omelet worden, nu
wij spek noch kaas, peterselie noch uien, ja zelfs
geen truffels hebben." Eensklaps echter riep hij
verheugd: „wij zijn geholpen, ziet eens wat een
prachtige morilles
Daar hing waarlijk boven de deur der hut
eene snoer met rimpelige gele morilles die er zeer
smakelijk uitzagen, in den wind te drogende
luitenant haalde ze met de spits van zijn degen
Berlijn thaus door 12, in plaats van (gelijk
nu) door 6 afgevaardigden vertegenwoor
digd wezen. De uitbreiding zou bij de wet
moeten plaats hebben en dus ook tot ou-
derdistricteu worden uitgestrekt. Vermoe
delijk zal van zulk een maatregel wel niets
komen, daar het Rijksdaggebouw geen
meerdere leden kan bevatten.
Zondag 11. had in het paleis der Aca
demie te Brussel de uitreiking plaats der
prijzen aan de bekroonden bij het algemeen
concours tusschen de inrichtingen van
middelbaar ouderwijs van de eerste eu van
de tweede klasse. Deze plechtigheid, waarbij
de Minister van biuuenlandsche zaken pre
sideerde, werd vereerd met de tegenwoor
digheid van den Koning en de Koningin.
Bij deze gelegenheid hebben er betreurens
waardige manifestatiën plaats gehad.
Bij de komst van Hunne Majesteiten
werden er toejuichingen gehoord, waaron
der zich gejouw en een scherp gefluit
mengden.
Toen HH. MM. de zaal binnenkwamen,
werden zij met gelijke manifestatiën ont
vangen. Toen de Minister Jacobs het woord
opnam om eene gelegenheidsrede uit te
spreken, werd er geroepen: A bas la ca
lotte
Van dit oogenblik af was de plechtigheid
zeer geagiteerd. Er hebben verscheiden in
hechtenisnemingen plaats gehad.
De toegangen tot het paleis waren af
gezet door politie en door geheime agenten
eu gendarmen in burgerkleeding. Toen de
Koning eu de Koningin met hun gevolg
het paleis der Academie verlieten, werden
zij weder begroet met gefluit. De kreet
Leve de Koning! had luidruchtige mani
festatiën in tegeuovergestelden zin ten ge
volge. De manifestanten volgden de hofrij-
tuigen tot aau het paleis.
De Minister van biuuenlandsche zaken
was mede het voorwerp van vijandelijke
bejegening.
Langen tijd bleven er luidruchtige troe
pen volks voor het paleis staan. Andermaal
hadden er nu arrestatiën plaats.
De prefectuur van het departement
der Seine wilde dezer dagen, ter uitvoering
van een plan van uitbreiding, de sacristie
der kerk van St. Nicolas des Champs in
bezit nemen. Een gemachtigde der pre
fectuur aldaar gekomen zijnde, zonder
voorzien te zijn van het bewijs zijner rnach-
uaar beneden en gaf ze aan de matrozen die de
paddestoeltjes schoonmaakten, stukhakten en in
de omelet roerden.
Toen de vrouwen dit geval aanschouwden,
maakten zij een vreeselijk misbaar, vielen op
de knieën en smeekten om genade voor de
teedere plantjes, die echter reeds in de struif rond
zwommen en later met smaak werden opgegeten.
De negerinnen stonden met open monden te
kijken en jammerden en klaagden aan een stuk
door. „Het zit er dood op," zeide Courbet, „dat
de nikkers hier in de buurt er een morillen-eere-
dienst op nahouden en dat wij nu hunne goden
hebben opgepeuzeld."
De matrozen lachten dat ze schudden, gaven aan
de dames nog eenige linten en kralen ten ge
schenke en wilden juist heengaan, toen vijf ko
lossale kerels, de heer des huizes met zijn vier
zonen, op het tooneel verschenen.
Onmiddellijk wezen de dames naar het ledige
plekje boven de deur; de mannen begonnen
luide te brullen en wilden de vreemdelingen te
lijf, zoodat de jonge officier hem met zijn revol
ver in bedwang moest houden.
Ten slotte begon men, doordien een der wil
den een weinig Engelsch sprak, elkander te be
grijpen en nu bleek het den Eranschen dat zij
de schoonste zegeteekenen hunner gastheeren
hadden opgegeten en wel.... de gedroogde herse
nen hunner vijanden.