NIEUWE
No. 851.
Zondag 23 November 1884.
9e Jaargang
iff#1
Von Bismarcks politiek.
BUITENLAND.
if w
Recht voor allen.
LHSfl
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor het Buitenland
Afzonderlijke Nummers
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
0,85
1,-
1,50
0,06
AOITE MA NOW AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIÉN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrjjdag-
avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers KÜPPERS h LAUEEL
De verkiezingeu voor den Rjjksdag van
de jaren 1874 en 1884 zjju twee groote
nederlagen in het leven van Prins Von
Bismarck. Tien jaren geleden werd hem
ten duideljjkste bewezen, dat het Katho
lieke volk den cultuurstrijd niet, zooals
Von Bismarck hem wilde doeu doorgaan,
als een verdedigingsstrijd tegen «Roomsche
heerschzucht,« maar als eeu aanvalsstrijd
tegen de Katholieke Kerk beschouwt. Door
deze houding der Katholieken was de cul
tuurstrijd reeds beslist. Eeu vaste, heilige
overtuiging van vijftien millioeu meuscheu
is onoverwinnelijk. De strijd tegen baar
gericht kan slechts dengene schaden, die
hem voortzet. Dat is dan ook in hooge
mate, tot groot nadeel vau Staat eu volk
geschied. Laten we voor 't oogenblik al
het inoreele eu materiëele nadeel, dat reeds
zoo dikwerf werd betoogd, eens met rust,
en stellen we ons voor heden tevreden
met de beschouwing van de beteekenis vau
den voortdureudeu cultuurstrijd ten opzichte
der verkiezingen, dan kunnen wjj met alle
zekerheid zeggen, dat Prins Von Bismarck
zijne nederlaag slechts aan den onzaligen
cultuurstrijd heeft te danken. Wilde hij
eeue christelijk-conservatieve politiek met
eerbiediging van grondwettige rechten, dan
zou de sterkste fractie, die vau het Centrum,
hem ter zijde hebbeu gestaan. Het is buiten
kijf de schuld van den Rijkskanselier dat
Duitschlaod zich niet verheugt iu eeue
rustige en gelukkige ontwikkeling, die
ook tegelijkertijd het tundameut eener zeer
gelukkige toekomst zou zijn.
Aan welke eigenschappen des geestes en
des karakters het ligt, dat de Rijkskanse
lier deze op de vlakke hand liggeude eu
door duizenden teekeueu des tjjds verkon
digde waarheid niet wil erkennen, kunnen
we thans niet uiteenzetten. Zjjne staat
kunde is een boek met zeven sloten. Hij
heeft, als hij zelf leidend optrad, in de be
langrijkste vragen der volks-psychologie,
der kerkelijke en sociale politiek steeds eeue
ongelukkige hand gehad en zal deze steeds
bljjven houden.
Zal de binuenlandsche politiek van
Duitschland niet steeds meer en meer ver
ward geraken eu de strijd, die van jaar tot
jaar zich uitbreidt, niet op den duur land
en volk ongelukkig maken, dan moet Von
Bismarck eindelijk de waarheid erkennen,
dat men met bloot menschelijke wijsheid
niet veel verder komt, maar dat het Chris
tendom alleen in staat is om alle wonden
te geuezeu. Laat de Kanselier de Kerk vrjj
op de geesten en harten werken, laat hjj
FEUILLETON.
De geschiedenis van den hoed.
Het gebruik om het hoofd te bedekken ligt
in de menschelijke natuur, en is dus zeer oud.
De Garamauten eeu op de uiterste grenzen
van Zuid-Afrika levend volk, verdeelden de schaal
van een struisvogel-ei in twee helften en bedekten
zich daar het hoofd medede Babyloniërs droe
gen eeu soort van tulband, de Meden een Tiare
ot spitsen hoed, de Ethiopiëra hoeden met breede
randen, om zich tegen de zonnestralen te be
schutten.
De Grieken droegen op hunne reizen, vooral
op eene zeereis, een hoed of eene muts van ge-
weefde wol of dik, grof lakenbij de Atheners
deden dit niet anders dan ziekelijke menschen,
gemeene lieden en bedelaars. Meer overeenkomst
met den hedeudaagscheu hoed had de Petasos
(Thessalische hoed) een hoed met breeden rand,
dien de Epheben (huwbare jongelingen) gewoon
lijk bij den Chlamys (het overkleed) droegen,
maar anderen ook als bescherming tegen de zon.
Dikwijls ziet men op vazen helden met zulk een
hoed; inzonderheid werd hij gedragen door god
Hermes. Evenzoo was het bij de Romeinen. Huu
Pileus was echter meer eene kap, gewoonlijk
rond, in den vorm van een helm, soms ook spits.
Een andere hoed was de PanDouische, een lede
ren, van buiten ruwe muts, welke de soldaten in
Paunonië hadden ingevoerd in plaats van den
zwaren helm.
De hoed was bij de Romeinen het teekeu der
vrijheid; daarom kregen slaven hem bij hunne
vrijlatiug. Zoo ook lieten Brutus eu Cassius, na
de vermoording van Caesar, munten slaan, waarop
haar ook hare sociale zending vervullen
eu laat hij over de aangelegenheden van
den Staat te rade gaan met die volksver
tegenwoordigers, welke van den geest des
Cnristeudoms zijn doortrokken eu dienten
gevolge ook met wijsheid en naasteuliefde
voor de noodlijdenden zjju vervuld, dau
zullen land eu volk er wel bij varen. Zoo
lang echter de Rijkskanselier de Kerk ver
acht en de christelijke elementen afwijst,
zoolang zal hij iu de binnenlandsche poli
tiek nimmer eene gelukkige hand hebbeu,
al is zijn geest nog zoo spitsvondig eu
rijk aan experimenten
Von Bismarck wordt omringd door vleiers
en vereerders. Wij hebben nimmer behoord
tot liet leger zijner vergoders«, aldus schreef
onlangs de Germania, »maar wat er groots
eu goeds in hem is, hebben we steeds er
kend. Wij hebben zijn meesterschap in de
buiteulaudsche politiek dikwerf bewonderd,
zelfs nog kort geleden zijn talent gewaar
deerd bij de behaudeling der Afrikaausche
quaestie ten opzichte van Engeland. Ook
iu de binnenlandsche politiek is alles door
ons erkend en gesteund geworden hetgeen
maar eeuigszins mogelijk was. Elke kleine
verandering ten goede in den cultuurstrijd
vond volle waardeering, de door ons lang
geweuschte wending vau den vrijhandel
naar de beschermende rechten werd door
ons met vreugde begroet, wij hebben het
dikwijls genoeg geprezen, dat een man van
zijn leeftijd en met zooveel zorgen beladen,
na zooveel jaren van een schadelijk laisser
aller, toch nog ten laatste de noodzake
lijkheid van eene positieve sociaal-politiek
inzag eu wij hebben ook op dat gebied
het onze tot die overwinning bijgedragen.
«Kortom, wij zijn geneigd den Rijks
kanselier te prijzen, waar wij kunnen, met
hem te arbeiden, waar het eenigszins mo
gelijk is. Maar de waarheid eu het heil van
ons volk gaat ons boven alles, en daarom
zeggen wij Nemo ante mortem beatus.
's Rijkskanseliers naam iu de geschiedenis
staat nog niet vast. Von Bismarck is thans
22 jaren Minister-president van Pruisen, hij
werd nu 17 jaar geleden Noord-duitsch en
14 jaar geleden Duitsch Kanselier en hij
heeft in al deze qualiteiten een zelfstandig
heid eu eeue macht bezeten, als ooit een
leidend Minister ergens heeft gehad. Maar
in dezen tijd van Von Bismarcks regeering
hebbeu wij den cultuurstrijd verkregen, een
strijd, die ons volk verdeelt en verwoestend
werkt op religieus-zedelijk gebied. Gelukt
het Prins Von Bismarck niet, wonden, onder
zijn bestuur aan het Duitsche volkslichaam
toegebracht, weder te heeleti of tenminste
den weg tot genezing te banen, alvorens
eeD hoed als vrijheidsleeken tusschen twee zwaar
den stond, en na de vermoording van Nero ver
toonden vele Romeinen zich met hoeden op het
hoofd om hunne terugverkregen vrijheid aan te
duiden.
Van die gebruiken en van het later gebruik
om voor degenen, die men als zijne meerderen
erkent, den hoed af te nemen, schijnt het af
komstig te zijn, dat men den hoed als symbool
der vrijheid beschouwde.
't Is nog niet uitgemaakt of de hoeden der
ouden vau vilt of van eene andere stof waren
maar het eerste is niet onwaarschijnlijk, omdat
verscheidene aanhalingen uit oude werken daarop
schijnen te wijzen, en eenige wilde volken uit
onzen tijd, bijvoorbeeld de Otaheiters, de vilt—
bereiding kennen, evenals sommige Aziatische
Nomadenstammen tenten van vilt hebbeu. Deze
uitvinding schijnt evenwel verloren te zijn ge
gaan, althans komen er eerst in de veertiende,
vijftiende en zestiende eeuw weder hoedenmakers
voor; de eerste in 1360 in Neurenberg, daarna
onder Karei VI (13801422) ir. Frankrijk, eu
in 1401, een, die den naam van vilten-mutsen
maker droeg, in Wurzburg.
Anders waren de hoofddeksels in de middel
eeuwen van wollen of lederen stof; zij geleken
meer op mutsen dau op hoeden en waren van
verschillenden vorm. De meeste hadden min of
meer overeenkomst met onze baretten, maar iu
1170 komen er toch mutsen voor, die zwart waren,
piramidaal toeliepen en nauw om het hoofd
sloten. De oudste vilten hoed, die authentiek
voorkomt, werd door Karei VII bij zijn intocht
in Rouaan gedragen, maar toen waren zij nog
hoogst zeldzaam en een artikel van weelde.
Iu 1509 was het daarentegen reris eeu oud
hij uit dit leven scheidt, dan zal het oordeel
der geschiedenis over den üuitschen Rijks
kanselier luiden als volgt:
«Hij was een der grootste diplomaten,
die ooit hebbeu geleeft en hij bezat eene on
wrikbare energie; met deze gaven, gesteund
door het sterkste en best georganiseerde
leger der wereld, wist hij eeu zeer machtig
rijk te stichten en dit ondanks vele ge
varen en bedreigingen, zijne eenmaal ver
kregen positie te doeu behouden maar hij
wist niet te voorkomen dat het Duitsche
volk door zijn ingevoerde onzalige wetten
verdeeld werd en ontaardde eu dientenge
volge van zijn machtig en verheven stand
punt ook wederom afdaalde.*
Iutusscheu heeft Von Bismarck door de
jongste verkiezingen eeue kolossale neder
laag in zijn biunenlaudsche politiek on
dervonden en wel in drieërlei opzicht: de
zoo fel bestookte Ceutrumspartij heeft zich
opnieuw dapper staande gehouden en van
haren invloed op andere partijen bij de ver
kiezingen krachtig doen blijken de Rijks
kanselier is geen heer eu meester van den
binnenlandsehen toestand, hij heeft geene
meerderheid, zooals hij die begeert eu hij
is iu alle voorkomende gevallen afhankelijk
van de hulp der door hem en de officieu-
zen zoo zeer gehate Ceutrumspartij de
hoop aan de sociaal-democratie een gevoe-
ligeu slag toe te brengen niettegenstaande
hij den cultuurstrijd laat bestaan en aan
de wet op de sociaal-democratie streng de
hand houdt, deze hoop heeft totaal fiasco
gemaakt, de sociaal-democratie is sterker
en machtiger dan ooit.
Het wil ons toeschijnen alsof deze nederlagen
te elfder ure den Rijkskanselier zullen ver
manen, eindelijk eens naar middelen en
maatregelen om te zien, die Duitschland en
het Duitsche volk waarlijk tot heil eu wel
vaart leiden.
TeLyon zijn eergisteren een 1000 tal werk
lieden bijeengekomen op de terreinen, waar
een aanvang wordt gemaakt met het slech
ten der afgekeurde vesting werken. Zij eisch-
teu dat ook hun werk gegeven werd en
dreigden hen, die aan den arbeid waren.
Zij weigerden op aanmaning der politie
uiteen te gaan. Zij werden daarop door
gardiens de la paix te paard, die de sabel
trokken, uiteengedreven. Later is een groo
te troep der lieden teruggekomen. Toen
werden kurassiers ontboden om hen weg
te jagen, hetgeeu gelukte. De politie is op
de terreinen gebleven, totdat de avond viel.
gebruik, dat de raad van Worms aan den raad
van Frankfort door een gezantschap een oever-
hoed zond, om daardoor vrijheid van tol te ver
krijgen maar die beverhoeden waren destijds
nog zeer zeldzaam. In den tijd van Hendrik IV,
was de hoed in Frankrijk reeds iets zeer ge
woons, en zoowel deze vorst als zijn hof en zijne
officieren droegen een hoed met breeden rand,
aan de eene zijde opgetoomd. In denzelfden rijd
droeg men in DuitschlandZwitserland en Hol
land hooge, van boven spitse hoeden met breeden
rand. Onder Lodewijk begon men de hoeden van
achteren op te toornen en ook aan de andere
zijde, wegens de symmetrie, om te buigen. Zoo
ontstonden de driekante hoeden, die nu eens met
langere dan met kortere randen bijna eene eeuw
laug tirauuiek mode waren.
Uit de driekaute hoeden ontstonden de cha-
peaubas, driekaute platte hoeden gewoonlijk van
zwarte zijden stof, zoodat zij niet op het hoofd
gezet maar alleen onder den arm gedragen konden
worden.
De krijgslieden, aan wie de driekante hoed
eigenlijk zijn oorsprong te danken had, versierden
hem met eene kokarde, een gesp en nestels. De
vreedzame burgers bootsten hen eerst na, maar
omdat gekleurde kokardes hun verboden waren,
droegen zij eene zwarte gesp op hun hoed. Alleen
de Oostenrijkers droegen enkel voor eu achter
opgetoomde hoeden met geen of een zeer smul
len zijrand,
Esnige jaren vóór de revolutie kwamen eerst
in Engeland de ronde hoeden iu zwang. Toch
behielden, vooral in Duitschland, de driekante
hoeden nog de overhand, totdat iu het laatst der
vorige eeuw de laatstgenoemden geheel afgedaan
hadden. Eerst kwamen echter nog iu 1796 de
Eenige belhamels zijn in verzekerde bewa
ring genomen.
De quaestie van Tonkiu is nog altijd
haugeude; de onderhandelingen gaan niets
vooruit eu de militaire operatiëu zijn ge
staakt. Admiraal Courbet wacht op verster
kingen.
De Berlijnscbe correspondent der Dai
ly News verneemt, dat Duitschland de As
sociation internationale du, Congo erkend
heeft.
De Timesiu een hoofdartikel het rapport
van/vonf North brook over deEgyptische aan
gelegenheden besprekende, ontraadt de aan-
nemiug opgrond der groote verplichtingen,
welke Engeland daarmede op zich laden
zou. Immers Engeland zou aan Egypte
bijna 16 millioeu moeten leenen.
Het Kabinet, zegt de limes, mag dit
niet doen en evenmin zich uit Egypte te
rugtrekken, en het blad stelt ten slotte
dit dilemma: 5f een erkend protectoraat,
of vermindering van interest over de geheele
Egyptische schuld, benevens waarborging
door Engeland vau de betaling van een
minimum iuterest gedurende deu geheeleu
duur der Eugelsche bezetting.
Uit Varna verneemt de Daily News, dat
zich, tengevolge van gebrek aan kleeding
eu maandeulange onthouding van soldij,
onder de Turlcsche troepen eeu steeds toe
nemende geest van verzet openbaart. Een
soldaten-oproer te Mouastir vond navolging
te Salonika. Iu beide plaatsen eischten de
muiters uitbetaling der achterstallen waar
aan gedeeltelijk werd voldaan. Herhaalde
geruchten nopens den oproerigen geest
ouder de troepen iu den omtrek van Con -
stantinopel vinden algemeen geloof.
Volgens eeu telegram uit Madrid is
de cholera te Beniopa, provincie Valencia,
uitgebarsten. Negen personen zijn er reeds
aan de ziekte bezweken.
In een beschouwing over de vraag„wat zal
de meerderheid doen zegt de N. IJselbode:
„Men boude wel in het oog, dat de drie fracties
der rechte!zijde, de katholieken, auti-revolution-
nairen en conservatieven, slechts door innige sa
menwerking iets kunnen tot stand brengen. De
meerderheid is aan de rechterzijde zoo klein,
dat ook de drie conservatieven als Dritter im
Bunde niet kunnen gemist worden. Stemt er
maar één enkel lid der rechterzijde met de libe
ralen, dan bestaat er geen meerderheid en staat
de tong van den politieken evenaar onwrikbaar
in het huisje der weegschaal.
„Dit heeft zijn bezwaar, doch ook zijn goede
zijde. Wij willen geen bevoorrechting voor de
rechterzijde, voor de geloovigen evenmin als voor
de ongeloovigen. De gemengdheid der bevolking
driekante hoeden met ontzaglijk groote randen
iu de mode, die de Fransciie fatten droegen.
In 1806 en 1807 werden ook in de meeste
legers de ondoelmatige driekante hoeden afge
schaft, eu vervangen door de betere schako's.
Vroeger was die alleen iu gebruik bij de Hon-
gaarsche huzaren maar al spoedig werd zij ook
bij de Pruisische fuseliers ingevoerd, iu 1806 in
het Eransche leger en van toen aan in bijna
alle Europeesche Staten.
De bedekking van het hoofd is eeu gebruik,
dat reeds iu den oudsten tijd het onderscheid
tusschen het Oosten en het Westen uitmaakte.
Iu het Oosten gaat het nog voor dwaas, ja, voor
schandelijk door blootshoofds te loopen, en de
Turken en Perzen nemen hun tulband, de Chi-
neezen huuue spitse mutsen noch iu huis, noch
voor de aanzienlijken, zelfs niet voor den Keizer,
ja niet eens bij het gebed af. Bij de Joden was
het reerls sedert de oudste tijden een godsdienst
gebruik met gedekt hoofd te bidden, en nog
achten zij het hoogst ergerlijk anders dan zoo
in de synagoge te komen, of het minste gebed
blootshoofds te doen.
Daareutegeu ging bij de Grieken het bedek
ken van het hoofd voor slaafsch door, en Pau-
lus beval (1 Kor. 11 4) den Koriuthiërs uit
drukkelijk met ongedekt hoofd te bidden.
Bij de Romeinen en Grieken hadden de vrou
wen het hoofd buitenshuis bijna altijd gedekt.
In de middeleeuwen schijnt het eerst in de der
tiende en veertiende eeuw algemeen te zijn ge-
geworden, het hoofd te bedekken, en ui de zeven
tiende en het begin van do achttiende eeuw,
schijnt de hoed alle andere hoofddeksels vei
drongen te hebben.