N I E U W E \o. 899. Zondag 10 Mei 1885. 10de .Jaargang. Engeland en liet Katholicisme. BUITENLAND. De schaduw eener ha AAM ABONNEMENTSPEIJ S Per 3 maanden voor Haarlem t 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederlaud fr. p. p. 1, Voor het Buitenland 1,50 Afzjuderljjke Nummers0,06 Dit blad verschijnt Eiken WOENSDAG en ZATERDAG. BUREAU: St. Jansstraat Haarlem. iWBKlï AGITE MA NOW AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIE» Van 16 regels30 Cents. Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers KUPPERS LA URE Y. In een zijner laatste nummers bespreekt the Tablet het vooruitzicht 't welk bestaat dat Engeland tot het Katholicisme zal te- rugkeereu en het blad gewaagt tevens van de algemeene en hooge achting, welke de Katholieke Geestelijkheid en de Katholieke schrijvers in het van de Kerk gescheiden Albion zich hebben verworven. Men moet zich echter geen al te groote illusiëu maken van eeue spoedige of onverwijlde be keering in massa; eeue natie wordt niet in een, ook niet in twee geslachten be keerd. Als er reeds iets gedaan is, dan blijft er echter nog veel te doen over; wij moeten zegt het beroemde tijdschrift voorwaarts niet achterwaarts zien. Waarin bestaan in onzen tijd nog de voornaamste hinderpalen voor de uitbrei ding van het Katholicisme? Als een Eu- gelsckmau de oorzaken zou moeten noemen van zijn antagonisme tegen de Katholieke Kerk, dan zou hij ongetwijfeld de volgende aanvoeren; 1. dat het Katholicisme naar zijn geest en vorm niet-Eugelsch is en dat een Katholiek niet van ganscher harte Brit en patriot kan zijn; 2. dat de Katholieke Kerk eeue vijandin is van politieke gerech tigheid; 3. dat zij vijandig staat tegenover de wetenschap en den vooruitgang van den tegenwoordigen tijd. Voor de katholieken van Engeland be staat ongetwijfeld geen betere woordvoer der en vertegenwoordiger dan de Kardinaal- Aartsbisschop Manning; deze Prelaat heeft dan ook aan zijne meeuing omtrent de drie voorwendsels of bezwaren in 't openbaar uitdrukking gegeven. Na klaar en duidelijk bewezen te heb ben, dat er voor den Katholiek niets in den weg staat om tevens een goed vader lander te zijn, zegt Kardinaal Manning ten opzichte van de gezindheid der Eu- gelsche Katholieken omtrent hunne lands lieden het volgende: »d<> u de eerste acte der keft, van de Kerk komt niet t laste van het Engelsche v 1 der reformatie. Het volk w, j van het Katholieke Geloof b 3 ge westen trachtte het volk loof, zelfs met de wapens in de irde- digen. De kinderen,, de arn jge- FEUILLE TO Uit de herinneringen van een Eng1 politie-beambte. Vervolg en slot). Acht dagen na den moord in de „Rue des Armes" ijlden eenige mannen met haastigen tred door do „Roe Renard" naar huis. Zij hadden wat al te lang in de herberg vertoefd en maak ten nu grooten spoed om hunne woningen te bereiken. Plotseling verscheen op een der huis daken een bijna ongekleed man, die een kind in de armen droeg en met alle kracht „moord! moord riep. De voorbijgangers vroegen hem, wat er gaande was, doch konden niets anders van hom te we ten komen, dan dat er moord in huis was ge pleegd. Men ijlde naar de deur, doch deze was gesloten. Eenige krachtige stooten waren echter voldoende om haar te openen en nu vloog men ijlings de trappen op. Op de eerste trap in het voorhuis vond men een man met dooigesneden hals, dood en drij vende in zijn bloed. In het slaapvertrek hing het lijk van eene op dezelfde wijze, vermoorde vrouw, half uit het bed hangende, en in de keuken vond men het ziellooze lichaam van de dienstmaagd, eveneens met doorgesneden hals. 't Was ontegenzeggelijk dezelfde moordenaar, die de misdaad in de „Rue des Armes" had ge pleegd ja, deze moorden waren zelts met het zelfde instrument geschied. leerden uit dien tijd waren ongetwijfeld schuldeloos en nog meer het volgende ge slacht. Dit immers kwam reeds in een toe stand van geestelijke armoede ter wereld. Het kende niets anders, het had dus geene keus; het maakte zich alzoo niet schuldig aan eene daad van boozen wil, toen het in denzelfden toestand bleef, waarin het geboren was. De schuld van het daarop volgende geslacht was nog geringer, omdat het in nog grootere geestelijke armoede leefde en onder de heerschappij van eeue reeds krachtig geworden traditie der dwa ling. Drie eeuwen lang is het Engelsche volk van de waarheid verwijderd geworden en hunne schuld werd hierbij in verhouding al minder en minder. »Het Engelsche volk,aldus gaat Kardi naal Manning voort, »is der ketterij toege daan, maar ik noem het nog geenszins ket- tersch. De Hemel beware mi] daarvoor! De millioeuen onzer bevolking, de kindereu, de onoutwikkeldeu de eenvoudigen, de gehoor zamen, de ootmoedigen, de vrouwen, moe ders en dochters, de groote meerderheid, die een leven des gebeds, der weldadigheid en den naastenliefde leiden, hen, die nooit in de gelegenheid zijn geweest, de waarheid te leeren kennen, ketters te noemen, zou eene zoude zijn tegen de naasten liefden Aangaande de houding der Katholieken op politiek en sociaal terrein, zegt Kardinaal Manning: »Wat is onze plicht tegenover den nieuwen tijd? Niet over het verledene te klagen of van de toekomst tedroomen, maar het tegenwoordige aan te nemen. Droomen en klachten verzwakken de ener gie en slechts door daden kan de maat schappij staande worden gehouden. Wij hebben een nieuwe taak gekregen. De Kerk heeft niet meer alleen met Vorsten en Par lementen te rekenen, maar met het gansche volk. Of wij willeu of niet, toch is dit ouze plicht. En voor deze taak hebben wij een nieuwen regel noodig. Het verfijnde, zachte en terughoudende karakter van rus tige en veilige tijden, kan de golven niet weerstaan van de moderne democratie. Het is dus eene hoogmoedige pruderie, als men het voor eene vernedering houdt, zich de zaken van het volk ernstig en met warmte aan te trekken. Wjj hebben ons wel degelijk met de za. De jonge man, die op bet dak was versche nen, gaf den anderen morgen de volgende ver klaring aan den rechter van instructie: „Mijn naam is Pierre Dulac, ik ben twee en twintig jaren oud en horlogemaker van beroep. Sinds twee jaren werk ik in de zaak van den ver moorden heer Monton, wiens huisgezin bestond uit vrouw en kind en een dienstmeisje. Op den avond van den 21sten April 1846 gingen wij vroeg ter ruste. Ik sliep op een zolderkamertje, 't Was ongeveer twee uur in den morgen, toen ik wakker werd en grooten dorst had. Mijn waterkruik was ledig tn ik was van plan een frisschen dronk te halen. Alvorens ik echter van de bovenste trap kwam, zag ik dat een man langs de onderste trap naar boven liep. Vermits ik in den hoogsten graad zenuwachtig ben, had de moord in de „Rue des Armes" verlammend op mij gewerkt en het aanschouwen van dien man, deed mijn bloed verstijven, zoodat ik letterlijk hand noch voet kon verroeren. De vreemde ling had bijna de deur, die tot de kamer van den heer Monton toegang gaf, bereikt, toen deze geopend werd en mijn patroon te voorschijn kwam. De moordenaar viel op hem aan en drukte hom de hand vast op den mond om hem het roepen te verhinderen. Ik bespeurde dat de ellendeling slechts drie vingers aan de linkerhand had. In mijn doodelijken angst vloog ik naar boven, nam he,t kind van mijn patroon, dat in eene kamer naast de mijne sliep, in mijne armen, en vluchtte toen op het dak. Meer kan ik niet mededeeten." De angst en opgewondenheid hadden te Dieppe den hoogsten graad bereikt.'t Was duidelijk dat ken van liet volk bezig te houden on of schoon ik het niet wagen zal eeue wet dienaangaande aan het Parlement, in te dienen, acht ik het toch noodzakelijk een open oog te hebben voor de ellende, die vooral in Louden, ouder het volk heerscht. Yele famiiiën leven dikwijls in een enkel vertrek, zoodat elk huisgezin slechts over een gedeelte daarvan kan beschikken. Deze toestand mag niet blijven bestaan. De op- hoopiug van schatten in den lande, het opstapelen van berghoogen rijkdom iii 't bezit van enkele individuen, kan niet voort duren, als de zedelijke toestand van ons volk niet wordt verbeterd. Geen maat schappij kan op zulke fundamenten be staan.* Omtrent de houding van het Katholi cisme tot de wetenschap en tot den ge rechtigden vooruitgang zegtKardinaal Man ning het volgende: »'t Schijnt bijna triviaal, telkens te herhalen: dat tusscheu Openba ring en wetenschap geen werkelijke tegen strijdigheid kan plaats hebben; dat de wer ken Gods zijne woorden, en dat zijne woorden zijne werken ziju en dat er tusscheu beide eeue volmaakte harmonie bestaat. In den Goddelijken Geest vormen zij eene eenige waarheid; in de daden Gods kunnen zij ge deeltelijk en na elkauder ontwikkeld wor den. Zij kunnen ons een tijd laug als ver schillend en onderling tegenstrijdig voor komen maar eindelijk moeten zij één zijn, gelijk ook God één is. God is de bron van alle wetenschappen. Daarom vreezen de Katholieken de wetenschap niet, als zij wetenschappelijk ontwikkeld en wetenschap pelijk wordt behandeld. Zij vreezeu feiten noch verschijniugen, die op waarheid ge baseerd zijn, noch eeue op wetenschappe lijke grondeu gemotiveerde inductie of con clusie. Zij vreezen alleen maar de uiet- wetenschappelijk behandelde wetenschap, oppervlakkige waarnemingen, overijlde ge neralisatie, vooroordeel tegen de Openbaring en onverholen bereidwilligheid liever de Openbaring boudweg te verwerpen, dan aan eeue moderne theorie omtrent steen werk tuigen en hyena-beenderen te twijfelen.* Schooue, duidelijke woorden van den beroemden Prelaat, gericht tot de bewoners van het grijze Albion, ongetwijfeld echter ook voor die van het vasteland in hooge mate van onbetwistbaar belang. al deze misdaden het werk waren van één man, maar men kon geen spoor van den misdadiger vinden. Alle pogingen waren te vergeefs. De Regeering stelde een hoogen prijs op zijn hoofd en de politie ontwikkelde den grootsten ijver. In de voorstad van Dieppe leefde eene def tige weduwe, Beaumaurice genaamd, geheel al leen met hare dienstbode in een tamelijk ver afgelegen huis. Zij was de weduwe van een officier en onderscheidde zich op bizondere wijze door vastheid van k&rakter en persoonlijken moed. De opgewondenheid, welke in de stad heerschte, had op haar geen invloed geluid, ofschoon men, aangezien zij zoo eenzaam leefde, wel het tegen deel zou hebben vermoed. Den 30u April, ongeveer tien uur des avonds ging Mevrouw Beaumarice, die den ganscheu dag aan hoofdpijn had geleden, raar haar slaap vertrek. Zij gevoelde zich zeer moede en zette zich, om te rusten, in een grooten fauteuil. Rechts van haar stond de toilettafel, bedekt met een kleed dat tot op den grond hing. De lamp brandde achter haar op eane kleine tafel. De dame wilde zich juist ontkleeden, toen zij iets bespeurde, dat haar ontzetteuden schrik veroorzaakte. Op den grond zag zij de schaduw eener hand. En deze hand had slechts drie vingers. De zaak was helder als de dag: onder de toilettafel bevond zich de moordenaar. De dame bleef volkoman kalm en rustig en overlegde wat haar te doon stond. Na een korte beraadslaging naderde zij de deur en riep hare dienstmaagd. Toen deze verscheen vroeg zij „Marie ge weet immers waar mijn bankier de heer Bernard woont De mouarchalen waren, met het oog op de aanstaande verkiezingen in Frankrijk, sedert eeuigen tijd bezig met het vormen van een hoofdcomité. Thans is het samen gesteld. Het moet eene som van 400.000 fr. te zijner beschikking hebben. Voor Parijs is ook vanwege de revolution- naire socialisten een comité gevormd voor de verkiezingen. Het heeft eeue circulaire uitgevaardigd aau de syndicale Kamers van werklieden en aau de verschillende socialistische groepen. Met 308 tegeu 57 heeft de Kamer het eenige artikel van het tractaat van Ilué goedgekeurd. De Engelsche Regeering heeft per telegraaf naar Indië het bevel gezonden, dat alle wapeningen moeten worden ge staakt. Fitzmaurice deelde in het Lagerhuis me de, dat thans Ridgway het hoofd der grens- commissie in Afghanistan is. België noodig- de Engeland uit om in December eene conferentie te houden over de premiën op de suiker. Eugelands Regeering verklaarde dat het aannemen dezer uituoodiging af hangen zal van het bericht of de landen waar premiën op de suiker bestaan, aau de conferentie zullen deelnemen; daarna werd de conferentie uitgesteld. De Standard meldt, dat de Regeering eene uitvoerige regeling heeft ontworpen van de autonomie der Iersche besturen. De Iersche graafschappen zullen graafschappe- lijke volksraden kiezen, en deze verkiezen een Ceutralen Raad te Dublin, aan welken de functiën zullen worden opgedragen die thans worden waargenomen door het be stuur voor het onderwijs en andere regee- ringslichameu. Het onderkoningschap wordt afgeschaft, en vervangen door eeu minister voor de Iersche zaken. Naar de Daily News verneemt, heeft de Russische Regeeriug stellige verzekeringen gedaan, dat zij niet voornemens is zich van Herat meester te maken, noch thans, noch in de toekomst. Uit Soeakin wordt aan de Standard ge meld, dat de Eugelscheu, ouder Graham, een goedgeslaagden aanval tegen Dkak- doel hebben volvoerd, waar Osman Digua's „Zeker, mevrouw." "Welnu, ik vergal dat ik morgen vijfduizend franks moet betalen. Gij moet er dus heen en dit geld voor mij halen. „Zeer goed, Mevrouw." „Doch, opdat de heer Bernard u het geld zeker zal terhand stellen, zal ik u eeue quitantie schrijven." De dienstbode wachtte en Mevrouw Beauma rice schreef in alle haast „Waarde heer Bernard! De moordenaar van de „Rue des Armes" en van de „Rue Renard" is in mijne woning. Kom spoedig met eenige gendarmes en neem hem gevangen." Helene Beaumarice. Zij overhandigde dit briefje aan de dienst maagd en zond haar toea heen. Vervolgens ging zij wederom op haren fauteuil zitten en wachtte. Zoo zat zij gedurende bijna een uur alleen in een vertrek, waar een wreede moordenaar onder de toilettafel verborgen was. Zij zat rustig, kalm en vastberaden. De schaduw der hand zag zij hier en daar op deu grond't was het eenige teeken van de tegenwoordigheid van het schrik en angst verspreidend monster. Toen de gendarmes ten slotte verschenen, werd Jacques Reynauld, na een hevig verzet gevangen genomen. De schuld van den ellende ling viel gemakkelijk te bewijzen, eu, gelijk ik in den aanvang mijner schets verhaalde, onder ging hij zijne welverdiende straf door de gut - lotine op het schavot te Dieppe.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1885 | | pagina 1