NIEUWE
No. 912.
Donderdag 25 Juni 1885.
10de Jaargang
Het oordeel van een
Protestant.
In den waggon.
HAARLMStHE CQMiflT.
abohkementspbijs
Per 8 maanden voor Haarlemt 0,8
Voor de overige plaatsen iu Nederland fr. p. p. 1,
Voor het Buitenland 1,50
Afz)nderljjke Nummers 0,06
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
AGHTE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIÉN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag
avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers KÜPPIKS k 1.AU1EÏ.
Max Ulr'ck Von Boehm, een Protestantsch
schrijver van hooge begaafdheid, heeft on
langs een bezoek gebracht aan de eeuwige
stad. Van zijn gevoeleu omtrent de aldaar
heerscheude toestanden heeft hij thans in
een geschrift uitdrukking gegeven en het
schijnt ons vau onbetwistbaar belang aan
onze lezers mede te deelen wat genoemde
geleerde omtrent Rome met den aankleve
van dien, iu het openbaar verkondigt.
Eindelijk,* aldus schrijft Von Boehm,
eindelijk was mijne hoop, waren mijne
wenschen vervuld; ik stond op het terras
van don Pincio en aan mijne voeten lag
in den glans der morgenzon de eeuwige
stad! Ik was werkelijk in Rome! Hier schit
terde de koepel van de St. Pieterskerk,
daar verhief zich de toren van het Capitool
en met het duizeudstemmig gelui der klok
ken zond ik mijn dank ten Hemel, die mijne
vurigste wenschen had vervuld, 't Was het
O
schoonste uogenblik, 't welk ik iu Rome
heb beleefd en vele teleurstellingen, vele
weemoedige en aangrijpende gebeurtenissen,
die er op volgden, zijn niet in staat ge
weest dit heerlijke moment uit mijn ge
heugen te wisschen.
Ja, vele teleurstellingen, want dat Rome,
't welk ik gehoopt had te zien, het Rome
onzer vaderen, de geestelijke vaderstad van
iederen ontwikkelde, van iedereu Christen,
bestaat niet meer. Rome is vau de hoofdstad
der wereld gedaald tot eeue hoofdstad van
ee ie machtelooze mogendheid. Duizenden
jaren lang was zij het middelpuut der we
reld, thans is zij het middelpunt der pers-
intriges en van den partij-haat van het
»vereenigd« Italië. Stap voor stap onder
vindt de onbevooroordeelde opmerker de
onaangenaamste gewaarwordingen, als hij
ziet hoe de Italiaansche Regeeriug in het
veroverde Rome opruiming houdt, hoe roe
keloos men op alle plaatsen aan 't afbre
ken is, hoe de schoonste villa's in berg
plaatsen ziju veranderd, ja hoe het nieuwste
ontwerp van een spoorweg dwars door de
stad, Rome ook den laatsten glans van
poëzie dreigt te ontnemen. Duurt deze toe
stand nog eenige jaren (mijn gids noemt
hem: »Rome tot den rang eeuer moderne
wereldstad verheffendan zal men niet
meer weten wat Rome was en onze klein
kinderen zullen niet kunnen begrijpen, wat,
behalve de herinneringen, aan de stad zoo
veel aantrekkelijkheid gaf. Doch wij geloo-
ven, dat zulks ook de meening is van de
FEUILLETON.
Een Duitscli reiziger, die onlangs met slechts
een mede-passagier in den laatsten wagen van
een sneltrein zat, genas zijn reisgenoot aldus van
diens overdreven vrees voor spoorwegongelukken.
De heer, die tegen over mij zat vertelt
onze reiziger scheen mij iets te willen zeggen.
Van tijd tot tijd boog hij zich tot mij voorover,
maar trok zich op het beslissende oogenblik
weder terug, zonder te spreken. Hij scheen vol
strekt niet op zijn gemak te zijn, voelde soms
naar het coupé-raampje en drukte dan weder
zijne armen rechts en links stevig in de kussens
der banken, als beproefde hij de slingeringen
van den wagen te doen verminderen. Ik zag het
spoedig den oudachtigen eeuvoudigen heer aan,
dat hij niet gaarne per spoor reisdo. Bij een
hevigen stoot van den wagen, die ons bijna van
onze plaatsen deed opspringen, boog zich de
heer nogmaals suel naar mij toe en zeide op
angstigen toon
tegenwoordige bestuurders van de eeuwige
stad. Het devies vau ouzen tijd is: het
oude, het schooue en eigenaardige vernie
tigen en iets alledaags daarvoor in de plaats
te stellen, opdat met het oude, ook de her
innering aan het grootscke van gisteren
verdwijue. Wij zijn er echter van overtuigd
dat die toestand niet lang zal duren, wij
ziju der stellige meening toegedaan dat het
koningschap van Piëmont op zeer zwakke
fundamenten steunt en dat de verhouding
tusschen beide Souvereinen met den dag
meer en meer onhoudbaar wordt. In de
residentie, in het paleis, waaruit zijne voor-
gaugers eeuwen lang de wereld beheersenten,
is de Paus thans een gevangene, al is hij
dat ook niet in den zin van »Kladdera-
datschop water en brood. Hij mag het
niet wagen, zijn paleis te verlaten, zonder
zich aau groote gevaren bloot te stellen;
hij mag zich niet voor een venster vertoo-
neu wil hij niet blootgesteld zijn aan de
beleedigingeu van het opgehitste gepeupel;
wij herinneren hier slechts aan de bekende
gebeurtenissen onder Pius IX, ja, nadat
Leo XIII gekozen was, mocht Z. H. niet
eens, zooals steeds gebruikelijk was, van
de loggia van St. Pieter urbi et orbi zijn
zegen geven! Wij willen de duizenden
dingen niet releveeren om te betoogeu, hoede
Italiaansche Regeering het verstaat, in weer
wil van alle waarborgwetteu,denPaus in zijne
ambtelijke kaudelingen te hinderen, wij her
inneren slechts aan de ergerlijke berooving
der Congregatie der Propaganda fide, eeue
handeling,die zelfs den spot dreef met de wet
ten van het volkenrecht. Doch waar de
Regeering tegen Paus eu Kerk ageert, daar
vindt men geen bescherming. Slechts eene
republiek dan ook, die der Vereenigde Sta
ten, kwam op energieke wijze voor haar col
lege op, een voorbeeld, dat, door een vrijen
staatgegeven, veel te denken geeft.
Iu alle democratische nieuwsbladen niet
alleen, maar hoofdzakelijk in de organen
der Regeeriug worden persoon en zaken
van den Paus met de gemeenste scheld
woorden begroet; geen leugen, geen laster
is te groot om niet als wapen te dienen
en het volk voor te spiegelen, dat Kerk
en Paus de erfvijanden zijn vau zijne een
heid! Doch dit is nog niet alles, de Re
geering steunt ook met alle mogelijke mid
delen alle secten, om aan het Pausdom ter
rein te ontnemen; onze Protestantsche Kerk
o. a. bezit, als ik mij niet vergis, reeds
onderscheidene godshuizen en ook de chiesa
libra (vrije kerk) heeft er hare tempels.
Wij belmoren zeer zeker tot de goede aan-
De wagen stoot en schommelt vreeselijk
mij dunkt de ketting moet wel haast breken.
Het breken der ketting zou nog zoo erg
niet zijn, zeide ik glimlachend, de wagen heeft
eene hulpketting, die zich spant, zoodra de pa
tentketting onklaar wordt."
Ik heb nog nooit in een spoorwagen ge
zeten, die zóó stoot en schudt, als deze, zeide
hij daarop.
Wij zitten in den laatsten wagen, zeide ik
op geruststellenden toonde machinist zoekt
den verzuimden tijd in te halen en daarom
slingert de laatste wagen nog sterker, dan ge
woonlijk. Misschien is ook de ketting niet zoo sterk
aangehaald, dat de buffers goed tegen elkander
sluiten, en dit verergert het slingeren van den
waggon nog meer. Maar, mijn waarde heer, er
is inderdaad niets te vreezen."
Men hoort in den laatsten tijd weder zoo
herhaaldelijk van spoorwegongelukken, dat men
haast vreest van den trein gebruik te maken.
Zijt ga bang voor den bliksem riep ik.
De wagen maakte weêr een sprong.
Ge meent waarschijnlijk den nieuwen blik
sem-trein, die zoo snel rijdt! vroeg hij en hield
hangers onzer confessie, maar kan men bil
lijken, dat in zulke goed christelijke landen,
als Spanje en Italië, de Protestautsche Pro
paganda ingevoerd wordt, om het doel
eeuer partij te bevorderen? Wij hebben
waarlijk in ons eigen land nog genoeg te
doen.
Onder de militairen wordt het ongeloof
natuurlijk sterk bevorderd. Gedurende ons
verblijf gingen twintig soldaten gelijktijdig
tot de vrije kerk over.
Voor de steeds met bankroet strijdende
Regeeriug was het vermogen der kloosters en
geestelijke stichtingen natuurlijk een groote
aanlokkelijkheid. Wat was eenvoudiger
dan alles in te palmen? De bezittingen van
kerken en kloosters zijn immers vogelvrij!
En hoe gemakkelijk was het, niet voor al
de noodzakelijke gebouwen, als ministeriëu
kazernen enz. te moeten zorgen, immers
de schooue kloosters eu andere inrichtingen
konden daarvoor dienen; men had slechts
de wettige eu wettelijke eigenaren en be
woners op straat te jagen om zelf heer en
meester te ziju over die gebouwen en ieder
welontwikkelde« zou zulk eene handelwijze
zeer natuurlijk vinden! Welk eene ver
draaiing van alle begrip van recht en mo
raal? Hoe verkwikkend tevens waren de
lofzangen van de mannen der wetenschap,
van het vrije onderzoek, der ontwikkeling
en beschaving, toen men de boekenschatteu
der opgeheven kloosters bijeenbracht eu
daarmede de Bibliotheca Vittorio Emma
nuel stichtte, waaruit later door een Mi
nister eu consorten gansche waggonladin-
gen zeldzame boeken en kostbare manus
cripten werden gestolen. Hoe ergerlijk is
verder de ontwijding der kerken, die meu
overal kan waarnemen. Zoo heeft men b. v.
de prachtige grafkapel der Medici bij S.
Lorenzo in Florence tot eene eenvoudige
bezienswaardige inrichting gedegradeerd. Iu
de groeve zelve vindt men thans een plaats
bureau met een tourniquet; uitbundige be
drijvigheid en vroolijkheid, gelijk aan dis
welke op een kermis heerscht, storen de
rust der dooden, wier namen die der Sa-
voiers lang zuilen-overleven. Iu de kerk is
het niet beter, men heeft zelfs het altaar,
dat zeer kostbaar is, afgebroken en iu het
museum t>Manifettura delle pietre dure
geplaatst, daar, zegt men, is het immers
veel beter op zijne plaats!
Eu wat tracht de Regeering iu de plaats
der ontwijde altaren te stellen? De vergo
ding van den vader des vaderlands, den
held van het vereenigde* Italië, den ede
len, den verheven Vittorio Emmauuele
de hand achter het oor, om beter te verstaan.
Ik meen de bliksemstraal, riep ik zoo
hard ik kon.
Neen, daarvoor ben ik volstrekt niet bang,
zeide hij. Ik beu zeer op mijn geraak, tijdens
een onweer.
Welnu de bliksen doodt gemiddeld jaar
lijks meer persouen in Duitschland, dan er
daar iu 15 jaar op den spoorweg zijn omgeko
men.
Wat zegt gij! is dat waar? vroeg hij ten
hoogste verbaasd. „Hoe zou men dit hebben
kunnen nagaan P"
De spoorwegstatistiek heeft dit bewezen!
zeide ik met nadruk. Van hen, die door «igen
schuld, d. i. door onvoorzichtigheid bij het ge
bruik maken van den spoorweg ziju omgekomen,
is natuurlijk geen sprake. Overigens is het be-
ezen, dat men veilig kan reizen met het spoor.
Zijt ge niet eens bij het te voet gaan uitgegle
den en gevallen
O, reeds dikwijls, antwoordde hij.
Hebt gij u daar ook bezeerd
Ja meermalen.
Hebt gij u al oens op het spoor bezeerd
De vergoding van dezen man, dien men
tot den drager van het eenheidsidee wil
maken, is te dwazer, als men weet hoe
onbeschaamd de Koning was, wiens wen
schen zich concentreerden in het verkrijgen
van geld om aau zijn zondige lusten te
kunnen voldoen. Terwijl de Regeeriug niet
gedoogde, dat het lijk van Pius IX, zooals
gebruikelijk is, tot aan den dood van
zijn opvolger in de St. Pieterskerk bleef,
ook zijne begrafenis iu de voor hem ge
bouwde groeve iu de kerk S. Maria Mag-
giore verbood, zoo brengt zij, 't is inder
daad zeer consequent, het lijk vau Victor
Emauuel in het Pantheon eu het trouwe
volk van gansch Italië gaat ter bedevaart
naar het graf van dien modernen heilige!
't Was inderdaad vermakelijke deze pel
grimstochten te zien, de verveling en de
ironie lag den pelgrims op het gelaat, men
kou het hen duidelijk aanzien, hoe moei
lijk hen deze processie viel, want het waren
natuurlijk de uiterst goedkoope reiskosten,
die velen naar Rome hadden gelokt. Diffi
cile est satiram non scribere! Terwjjl voor
de Pellegrinaggio nazionale de gansche po
litie op de been was, kou de Regeeriug
niet eens de schandalen voorkomen, die bij
het overbrengen van het lijk van Pius IXziju
voorgevallen, waarschijnlijk omdat zij die
schandalen had aangericht, opdat later door
Europa de triumfkreet zou weergalmen
ziet, zoo gehaat was het geestelijk wau-
bestuur!« Met zulke middelen, zulke tegen
standers te willen bestrijden, dat mag in
derdaad heeteu zich zeiven veroordeeleu.
Bij elke wandeling door Rome wordt da
onbevooroordeelde wandelaar aanhoudend
door de gedachte bezieldRome is des'
Pausen, de Italiaansche Regeeriug is hier
een anachronisme en behaagde het den
Paus te vertrekken, dan zou alles bouw
vallig zijuwat Rome nog groot maakt;
geen akeliger schouwspel, dan op dit tooueel
der wereldgeschiedenis de harlekijns van
het vereenigd Italië te zien regeeren.«
Aldus de heer Von Boehm. Inderdaad,
getuigenissen, zooals wij van hem vernamen,
hebben dubbele waarde wanneer zij, als
hier, afkomstig zijn van een man vau wien
men geen Katholieke sympathieën kan ver-
wachteu, doch die door zjjne waarheidsliefde
gedrongen wordt van zijn hart geen
moordkuil te maken en die de toestanden
beschrijft zooals zij in werkelijkheid be
staan. In dit opzicht mag de heer Von
Boehm ongetwijfeld op onze onverdeelde
hulde ten volle aanspraak maken.
Neen, tot heden nog niet Maar ik maak
er weinig gebruik van.
-Hebt gij dan ook soms bekenden, die wel
per spoor reizen
O ja, zeer velen.
Is reeds een hunner buiten ziju schuld op
het spoor gekwetst?
Neen, niet dat ik weet
Zijt gij daar nu van overtuigd
Ja en ik bedank u, dat gij mij van mijn
angst genezen hebt.
Daar weerklonk de fluit der locomotief, de
trein had het tussckenstation bereikt. Mijn me
dereiziger stapte uit.
Hoe aangenaam mij ook uw gezelschap
geweest is, zeile hij, het valiesje naar zich
toe trekkende, „toch ben ik blij, dat de tocht
volbracht is.
Wie is niet blij, riep ik hem na, wanneer
men de plaats zijner bestemming bereikt heett
Alsof reizen geen tijd eu geen geld kostte
En ik had nog het heerlijke vooruitzicht van
vijf uur sporen met den sneltreiu vooi de borst.