NIEUWE
No. 954.
Donderdag 19 November 1885.
10de Jaargang.
De nood der werklieden.
B U T Fj i\' L A i\ D.
Onschuldig verstooten.
HiARLEMSIJHÏ liiliIi
ABOIÏNBMENTSPBIJS
Per 3 maauden voor Haarlemt 0,85
Voor de overige plaatsen iu Nederland fr. p. p. 1,
Voor het Buiteulaud 1,50
Afzjnderlflke Nummers0,06
Dit blad verschijnt
- Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
B R E A IJSt. Jansstraat Haarlem.
AGITE MA SON AGITATE.
PBIJS DEK ADVEKTENTIÉH
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag
avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers: K UPPERS EAU EET.
Zij, die durven verkondigen, dat de Ka
tholieke Kerk geen hart heeft voor den
werkenden stand, lasteren haar. 'I Zijn
hoofdzakelijk de sociaal-democraten, die
deze onzinnige leugen omtrent de Kerk
verspreiden, de sociaal-democraten, die voor
geven alleen een hart- voor de arbeidende
klasse te bezitten. Dat kan men schier
overal hooren verkondigen, waar de sociaal
democratie doordringt. Terwijl nu deze heeren
in gebreke blijven door de daad te bewij
zen, dat hun iu waarheid het welzijn dei-
arbeiders aan 't harte ligt, schelden zij
dapper op de Katholieke Kerk en op hare
verdedigers, alsof zij daardoor het feitelijk
gebrek aan practische bewijzen, konden
goed makeü. Zij bewijzen noch hunne stel
lingen tegen de Kerk, noch die hunner
eigen verdienste; zij schelden en razen, en
wijzen slechts op de feitelijk bestaande treu
rige toestanden, om zoo tot hun doel te gera
ken. Daardoor maken zij de meuscheu
ontevreden, nog ontevredener, dan zij in
derdaad reeds zijn, Eu dat is nu juist geeu
kunst. Wij zouden de heeren sociaal-demo
craten wel eens willen vragen, wat zij tot
dusver voor het welzijn der werkliedeu
hebben gedaan? Ook hier is het karakte
ristiek te zieD, hoe gemakkelijk de groote
menigte zich door holle phrasen laat paaien
eu overbluffen.
Wij zullen ons thans niet speciaal met
de haudelingeu der sociaal-democraten be
zig houden, doch overgaan tot het beant
woorden der vraag: wie draagt eigenlijk de
schuld van den tegeuwoordigeu nood der
werklieden? Tegenover de aanvallen vau
ouze tegenstanders zullen wij het bewijs
leveren, dat niet der Kathol'eke Kerk de
schuld moet aangewreven worden van den
bestaauden ougelukkigen toestand. Ver
volgens zullen wij dan trachten de ware
oorzaken van den nood duidelijk te ver
klaren.
I.
Niet de Kerk kan voor den ongunstigen
toestand verantwoordelijk worden gesteld;
integendeel, juist de Kerk heeft den arbeid
en den arbeidersstand tot eere gebracht;
aan haar dankt het handwerk zijn bloei.
Dit is een feit, dat in de geschiedenis zijn
schitterendste bevestiging vindt. Aan de
hand nu der geschiedenis zullen wij zien,
wat de arbeid en de arbeiders iu de hei-
densche oudheid waren eu wat zij door de
Kerk zijn geworden.
Arbeid en arbeiders waren in de oud
heid, d. w. z. in den voorchristelijken tijd
FEUILLETON.
23. Geschiedkundige Novelle.
Vervolg.)
Er lag iets in het wezen van den Dertigste,
dat den jongeling voor hem innam.
„In Februari werd ik negentien,// antwoordde
hij zacht.
„Negentien? golukkige ouderdom zuchtte
de Dertigste. „En was het uit eigen, vrije be
weging dat gij dienst bij het leger naamt
„Uit eigen beweging!" antwoordde de gevraag
de met fonkelende oogen, „om den vijand van
ons Geloof te bestrijden zou ik niemand te jong
of te oud achten!"
„Een goed woord, mijn vriendEn toch, viel
het u niet zwaar uwe geboorteplaats en oud :rs
te verlaten?"
„O! voorzeker viel het mij zwaar, en mijne
ouders aarzelden lang eer zij hunne toestem
ming gaven tot de vervulling van mijn zoetsten
veracht. Afschuw voor den arbeid en nei
ging tot lediggang' is trouwens een karak
teristieken trek vau de volkeren der oud
heid in 't rlgemeen. Hoofdzakelijk waren
de lichamelijke werkzaamheden veracht.
Iets door handwerk te verkrijgen, hielden
de Germanen voor laf en een mau onwaar
dig; zij lieten het werk in huis en op het
veld aan de vrouwen over, aan de zwak
ken eu slaven. Eu zoo stond het in dit
opzicht geschapen bij alle volkereu der oud
heid, niet alleen bij de barbaar3che, d. w. z.
bij de onbeschaafde, maar ook bij de be
schaafde,bij de Grieken en Romeinen. Volgens
Grieksch begrip bestaan er twee klassen vau
meuscheu: zij die voor de vrijheid en zij, die
voor de dienstbaarheid zijn geboren.Het doel
der vrijen is gelukzaligheid, waarop echter
de slaaf geen recht heeft, omdat hij voor
den arbeid bestemd is, want een arbeid
zaam leven is onedel eu strijdig met de
deugd. Daarom bestaat het Grieksche huis
uit den heer des hu'zes, de huisvrouw, de
kindereu eu de slaven, welke laatsteu bij
onbemiddelden de plaats van deu ploegos
inueemt. Het aantal slaven was dienten
gevolge veel grooter, dan dat der vrijen
eu burgers. Iu Attica telde men op 20,000
burgers 400,000 slaven; in Sparta op
36,000 burgers 244,000 Heloten en 120,000
Perieukeu, wier toestand van de slavernij
daardoor onderscheiden was, dat de mees
ters hen niet mochten dcoden of bui
tenslands verkoopen. In Korinthe zouden
460,000 eu op Aegina 470,000 slaven zijn
geweest. Het grootste gedeelte werd voor
den landbouw, iu bergwerken en op fabrie
ken gebezigd.
In het Romeinsche Rijk huldigde men
dezelfde beginselen en de feitelijke toestan
den waren geheel en al aan die in Grie
kenland gelijk. Zelfs de groote redenaar
en Staatsman Cicero verklaarde het hand
werk voor onwelvoeglijk en vernederend,
voor zoo ver het werk en niet (ie kunst
werd betaald. Zoo dachten de wijsten en
edelsten onder de heidenen. De slaaf was
in dien tjjd, wat thans de machine is,
eeue werkkracht, die om zoo to zeggen niets
kostte.
Uit het hier aaugestipte blijkt, dat de
arbeid eeuwen lang met smaad werd be
jegend, en die smaad ging over op allen,
die met hem iu aanraking kwamen.
Wat was onder zulke omstandigheden
het lot der werklieden? De werkliedeu
waren slaven, en daarmede is alles gezegd.
Er bestond geen vrije arbeid, geen eer
baar handwerk, en daarom ook geen vrije
en eerbare arbeidersstand. De werklieden
wensch," luidde het antwoord; „maar eindelijk
verkreeg ik dien tochen de laatste kus mij
ner moeder en de zegen mijns vaders
Als afweiend wenkte de zonderlinge xnan hef
tig met de hand, zoodat de jongeling verschrikt
stilhield. „Uw vader heeft u gezegend voor gij
heengingt? vroeg hij met bevende stem. Oj
houd de herinnering daaraan levendig, onschat
baar moet zulk een vaderzegen zijn een genot
in het leven, eene vertroosting in den dood!"
Hij zweeg, heete tranen welden uit zijne
oogen op en biggelden lar.gs zijne wangen.
De jongeling waagde eene vraag: „Hebt gij
dan den zegen uwer ouders nooit gekend; lig
gen zij in het graf, degenen wieu gij het leven
te danken hebt en bezit gij geen toevluchtsoord,
waar gij het moede hoofd kunt nederleggen,
wanneer het rust verlangt?
„Wat vraagt gij, knaap, waarop ik aan hon
derden het antwoord schuldig bleef? Zoolang
het geldt de vijanden van den Keizer en het
Eijk te bestrijden is het slagveld mijn toevluchts
oord, ik ben de Dertigste 1 Genoeg
vaarwel!" Hij wilde meteen korten
waren en bleven slaven. De lage klassen
der Romeinsche en Grieksche bevolking,
die zonder slaven te zijn in den eigenlijken
zin vau het woord, maar voor wie de arbeid
toch verplichtend was, waren niet bij
machte den arbeid van den smaad en de
verachting te bevrijdeD.
De slavernij was de bron der bitterste
armoede en ellende. Menschelijke waardig
heid werd den slaaf ontzegd, voor hem
bestoud recht, noch gerechtigheid. De slaaf-
arbeider had geeue familie; zijne echtge-
uoote kon door zijn meester worden ver
kocht. De meester had het recht deu slaaf
en diens kindereu te doodeu of te verwon
den niemand trok zich het leed van den
mishandelde aaD. De arbeiderswoningen
waren ouderaardsche kazernes, wier bewo
ners een leven leidden, aan datvandieieu
gelijk. Vau politieke rechten kou onder
deze omstandigheden geen sprake zijn.
Volgens Aristoteles, de wijste man ouder
de Grieken, moesten de hoogste ambteu iu
deu Staat aan de rjjkeu worden gegeven
de werkende stand was vau alle ambten
en bedieningen uitgesloten, immers van
arbeiders kou men geeu edele eu deugd
zame gezindheid verwachten. Een werk
man was een slaaf of bedelaar eu de meest
drukkende en vernederende armoede was
zijn deel. Als men nu bedenkt, dat de
grootste meerderheid der meuscheu onder
dit jammerlijke juk der slavernij zuchtte,
eu dat het gausche heidendom dit lot der
menschheid als iets zeer natuurlijks be
schouwde, dan kunnen wij begrijpen, hoe
een heidensch wijsgeer kon zeggen: »het
best is, niet geboren te zijn en het aller
best, zoo spoedig mogelijk te sterven.
Hoe stond het nu bij deu werkman met
de opvoeding der kinderen geschapeu? Al
lerellendigst, want de vader had als slaaf
geeu recht op zijne kinderen, dat was eeue
zaak van zijn heer en meester.
Wat was het lot van den werkman, als
hij ziek werd of onbekwaam voor den ar
beid? 't Was een treurig lot; kon de slaaf
geen werk meer verrichten, dan was bij
een gebroken rad aan eene machine, hij
was een waardeloos voorwerp geworden;
voor hem was er in de heidensche maat
schappij geene plaats meer. Er was geen
hospitaal, geen armenhuis, geen onder
steuningsfonds, geen invaliden-gesticht
waarin hij kon worden opgenomen. Men
kan zich een begrip maken van deu toe
stand dezer ougelukkigen, als men bedenkt,
dat het bij de oude volkeren als een slecht
voorteeken werd beschouwd, zoo men een
bedelaar ontmoette. Waarom zal men een
hoofdknik zijn weg voortzetten toen een nieuwe
gast het vuur naderde; het was een oude wacht
meester, in den dienst vergrijsd.
"Wel, Dertigste," sprak hij, den droefgeesli-
gen kameraad op den schouder kloppende, „gaat
gij reeds heen? Blijf toch nog wat praten!"
„Laat hem gaaul" fluisterde een uit de groep
deu oude toehij heeft heden zijn zwarten dag
en is somberder dan ooit."
Het oor van den Dertigste had die woorden
opgevangen. „Ik weet het wel," sprak hij, ik
ben geen gezellige kameraad en beloon uwe goed
heid met ondank. Vergeef mij. Maar sinds eenige
dagen drukt een duister, onbestemd voorgevoel
op mijne ziel, het is mij, als stond ik aan een
beslissend keerpunt mijns levensware het
slechts aan het einde!"
Goedig vatte de oude hem bij de hand.
„Schaam U op uwen leeftijd zoo te spreken 1
Donder en hagel 1 wat voor eer kerel was
ik, toen ik de wereld nog met uwe oogen
beschouwde! Geeu muur was mij te hoog.
De oude garde sterft uit: doch neen," viel
hij zich zeiven in de rede, „nog een leeft
bedelaar iets geven?* zegt een beroemd
Romsitisch volksdichter, »meti verliest, wat
men geeft eu verlengt slechts het leven
van dien arme.
Zoo was de toestand vau de arbeiders
wereld in den oud-heideuschen tijd. 'tWas
inderdaad een treurige toestand, waaronder
de werklieden zuchtten. Wij zullen deze
schets thans niet verder uitwerken, daar
zij voor ons doel voldoende is. Zien we
thans liever eens wat de Katholieke Kerk
op dit gebied heeft verricht.
Wordt vervolgd.)
De Fransche Kamer van Afgevaardig-
pen koos Zaterdag met 348 van de 412
stemmen voor goed deu heer Floquet tot
Voorzitter.
Maandag-ochtend heeft de Ministerraad
eenstemmig besloten, elk amnestie-voor
stel onvoorwaardelijk te verwerpen. Zoo
het wenschelijk is, zal er iudividueele gra
tie worden verleend.
De politie te Lyon heeft eergisteren
anarchistische plakkaten afgescheurd en
verscheiden personen, die ze aangeplakt
baddeu, in hechtenis genomen.
Ten aanzien van de Servische oor
logsverklaring hooptde/St. James Gazette,
dat de krijg tot "Servië eu Bulgarije be
perkt zal blijven. De vrede van Europa
wordt intusscheu bedreigd door de felle
medediugiug tusscheu Oostenrijk eu Rus
land op het schiereiland van den Balkan
Een Oosteurijksche oplossing ware nog 't
beste. Het blijft echter te bezien, of Europa
thaus het vraagstuk beslissen wil, met
andere woorden of Rusland strijden wil.
Ouder zekere omstandigheden, waaronder
in de eerste plaats het aanblijven vau de
tegenwoordige Engelsche Regeering, gelooft
het blad, dat de vrede buiten de Bulgaar-
sche grenzen gehandhaafd zal kunnen
worden, daar Rusland het dan niet wagen
7 O
zal, den oorlog te verklaren.
De oorlogsverklaring van Servië aan Bul
garije heeft ook velen teBerlijn onaangenaam
verrast. Toch vat men deu toestand nog niet
als wanhopig op. Het verschil van gevoe
len, speciaal tusschen Rusland eu Enge
land bestaande, acht men nog voor een
vredelievende oplossing vatbaar. Een oor
log tusscheu Engeland eu Rusland zal,
meent men, niet uit de bewuste tegen
stelling van inzichten ontstaan. Iu dit op
zicht rekent men het Bulgaarsch vraagstuk
minder bedenkelijk dan het Afghaausche
indertijd was. 't Bulgaarsch conflict is ech-
er van echte kern in Hongarije. Het is een
oude Ridder, die alleen en eenzaam op een ver
vallen burcht leeft! Toen voor vele jaren de
Turk door het verraad van een ellendeling in
liet bezit van het stadje Mohar kwam, werd de
oude heer, wien de burgers verzocht hadden
hunne verdediging te leiden, gevangen genomen
verscheidene jaren smachtte hij met andere lot—
genoolen te Constantinopel iu den kerker.
Een bard lol voor den dapperen, ouden man!
Eugelbrecht Von Zarnitz noemt hij zich; wel
licht heeft iemand uwer den naam reeds ge
hoord."
Wat was het, dat als een gesmoorde kreet
van de hoogste wanhoop in de ooren der
toehoorders klonk? Vanwaar kwam dat geluid,
dat hen tot iu het merg der beenderen door
drong? Niemand kon het zeggen maar onwille
keurig vestigden zich aller oogen op den Der
tigste, die, dicht in zijn mantel gehuld, met
afgewend hoofd bij hen was blijven staan.
Wordt vervolgd