N I E U W f
Mo. 1016
Donderdag 24 Juni 1886.
11de Jaargang
De Katholieke Kerk in Rus
sisch Polen.
BUITENLAND.
n
S111jII§é
J?
aö
Ter snede.
BlARHMSmi
ABOMEMENTSPBUS
Per 3 maanden voor Haarlem r 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederlaud fr. p. p. 1,
Voor het Buitenland 1,50
Afzenderljjke Nummers0,06
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUBEAÏÏ: St. Janestraat Haarlem.
AGITE MA NOïf AGITATE.
Vervolg en Slot.)
Vestigen wij,«zoo gaat het Russische
orgaan voort, »deu blik op een gedeelte
van de bevolkiug, dat door de Katholieke
Geestelijkheid tot fanatisme gebracht, on
langs echter met de orthodoxie werd ver-
eenigd. Al hetgeen van den kant der Re
geering voor het welzijn van het volk werd
gedaau zooals: de bevrijding van heeren
diensten, de invoering van het rechtswezen,
het gemeentebestuur en de scholen, geschied-
dé uitsluitend voor het welzijn vau het
volk. Maar al die heilzame hervormingen
werden door de bevolkiug met wantrou
wen aauvaard. Eu had men gevraagd of
zjj die hervormingen eigenlijk wel wensch-
ten, dan voorzeker zou het antwoord wei
gerend zijn geweest. Maar omdat men niet
naar den wensch of wil der bevolkiug
heeft gevraagd, maar eenvoudig heeft ge
daan, wat doeltreffend scheen, zoo is zij
nu voor al die hervormingen dankbaar.
Zoo heeft men, ook zonder haar wil of
wensch te vragen, aan die bevolking het
oude Geloof barer vaderen terug ge
geven, en, wel is waar, om haar tegen het
gevaar der Polouiseeriug te beschermen.
Met het volk moet meu omgaan als met
een kind, dat zich met handen en voeten
weert, als men het wascht, aankleedt en
medicijn wil ingeven. Later zal het volk
zelf de Regeeriug dankbaar zijn voor de
strengere maatregelen, welke deze tegen
de halstarrigheid van het volk heeft ge
nomen. Thans reeds begint het volk in te
zien, dat zijn koppig vasthouden aan de
Unie en zijne genegenheid voor de Katho
lieke Kerk niets goeds tot stand brengt.
Er zijn gevallen, dat ouders, om hunne
fanatieke plaatsgeuooten te verschalken)
hunne kinderen des nachts laten doopen,
opdat de fanatieken, daarvan niets zouden
bespeuren ten einde hen alzoo te beletten
zich daarover te wreken. Doch dit zijn
slechts zeldzaam voorkomende gevallen,
daar de meesten zich aan de Katholieke
Geestelijkheid onderwerpen, omdat men
vrees heeft terug te keeren in den schoot
der door hen verlaten orthodoxe Kerk.
Maar het ontbreekt ook niet aan dezulken,
die zeggen: Wellicht wil God dat de
overheid zich onzer ontfermt en ons dwingt
Gode welgevallig te leven. Doch vrijwillig
FEUILLETON.
De leerschool voor barbiers.
PRIJS DEK ADVERTENTIÉH
Van 16 rogels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contanï.
Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrjjdag
avond voor 6 uur ingewacht.
Ui tge v e r s K P PE R S LAÜEET.
Menigeen zal er reeds ov.r hebben nagedacht,
hoe men toch wel het scheren leert. Tn den
barbierswinkel hanteeren sh chts de meester en
de knechts het mes, terwijl de leerjongen alleen
de zeep tot schuim maakt, het waschbekken
brengt, om bier wordt uitgezonden of da prui
ken opmaakt. Het baardscheren is eene ernstige
zaak, want de messen zijn scherp en de keel
van een mensch is spoedig afgesneden. Maar de
jongen moet het scheren toch ergens loeren,
en wel op levende met baardstoppels voorziene
wezens; het friseeren kan hij op poppen leeren.
Waar en tegenover wien, wordt den leering dus
voor hel eerst het mes in de hand gegeven,
ten einde hem vaardigheid in het scheren te
doen krijgen? Dit geschiedt, te Weenen bij
voorbeeld, in de leerlingenschool en wel onder
eenigszins grappige omstandigheden. Overwegende,
dat alleen heel vermetele individuen zich aan
het mes van den leerling-barbier zullen willen
blootstellen, worden door eene commissie honder
den vrijkaarten uitgegeven, waarmede men in
het asyl voorarmen zonder huisvesting den baard
kan laten scheren. De bezoekers verschij
nen onverschrokken in een schoollokaal, om
tot de orthodoxie over te gaan zou eene
schande zijn; bovendien zijn er steeds men -
schen, die men vreezeu moet, die ons niet
rustig op straat laten gaan en die ons to
taal ruïueeren. Maar als de overheid ons
met geweld wilde dwingen, dan zou onze
overgang zonder onze vrije beslissing, dus
ook buiten onze schuld zijn.« Daaruit
volgt, dat strengere maatregelen dan die
tot heden werden toegepast, het volk aan
genaam zouden zijn. Twee of drie strenge
bestraffiugen zouden voldoende wezen, om
deze boereu aan het verstand te brengen,
dat de tijd der straffeloosheid voorbij is,
dat de Regeeriug heeft besloten geen zoete
broodjes te bakken. Dan zal er in het
leven der met de orthodoxie opnieuw
vereeuigde bevolking eene beslissende wen
ding tot meer geregelde en door ons lang
gehoopte toestanden volgen. Doch dit kau
slechts ouder de voorwaarde worden ver
wacht, dat deze maatregelen spoedig wor
den toegepast, nog voor de generatie,
welke de Unie heeft gekend, uitsterft, en
zoo lang nog de levende getuigeu der Unie
aan het jongere geslacht, 't welk in het
Katholicisme wordt opgevoed, kunnen zeg
gen, dat de orthodoxie geen nieuwen Gods
dienst is.
Volgens ouze innige overtuiging zijn de
volgende maatregelen allernoodzakelijkst
om de propaganda te stuiten, welke voor
Rusland en de orthodoxie zoo gevaarlijk
is en zoo doende de halstarrigen tot
rede te brengen en het geschokte gezag
der Regeering te releveereu. Zulke broei
nesten van schadelijke agitaties als de
kloosters van Czeustockau eu Lublin zijn,
en die (Katholieke) kerken, welke gevaar
lijk moeten heeten voor land en volk,
dient men noodwendig te sluiten, zonder
er op te letten of zulk eeue handeling den
Paus of der Congregatie de propaganda
fide aangenaam is of niet. Want zulke
inrichtingen mogen slechts zoolang op de
welwillendheid der Regeering aanspraak
maken, als zij aan haar doel beantwoor
den; zoodra zjj echter van heiligdommen
van een getolereerd Geloof veranderen in
brandpunten en middelen 69uer agitatie,
die gevaarlijk is voor Kerk en Staat, heeft
de Regeering niet alleen het recht, maar
is het haar plicht, deze onschadelijk te
maken.
De fanatieke boeren, die de stichters en
zich door de barbiersleerlingen te laten scheren
want zij denken: liever hier on d aar een wondje,
dan als een boschjesman rond te loopen. Het
is een bloedig bedrijf, hetwelk de leerjongen
uitoefent. Nadat ieder zijn klant duchtig heeft
ingezeept, leert hem de meester het mes hantee
ren. Dit heeft reeds uit zich zelf zijne groote
bezwaren, omdat (le dreumes meestal niet goed
bij het gelaat van zijn patiënt kan komsn.
Daar zit een man met verwilderde haren en een
baard, dien hij minstens acht dagen heeft laten
staan. De kleine David zet den Goliath het mes
op de kin en begint op commando van den
meester te schaven, tot den grooten kerel de
tranen in de oogen komen van de pijn, die hem
dekleine veroorzaakt. Spoedig heeft deze hem eene
snede in het aangezicht gegeven; het bloed druipt
over de zeep als over pas gevallen sneeuw.
„Het bloedt al", zegt de kleine, terwijl hij
met scheren ophoudt. „Vooruit maar", roept
de gewonde, „haast je een beetjeDe barbiers-
leeraar neemt nu het mes ter hand en laat (lit
op handige manier over de gewonde plek gaan,
waarbij de ingezeepte Goliath een behagelijk
„ah!" laat hooren, zonder evenwel lang pleizier
van deze weldaad te hebben, want spoedig moet
nu de leerling weder voortgaan, en daar hij nu
eenmaal bloed gezien heeft, ontwaken alle on-
menschelijke gevoelens in hem, welke hem er
bewerkers zijn van den tegenstand van
gansche gemeenten moeten met hunne
familiën in het binnenland van Rusland
worden overgebracht; waut als Duitsch-
land niet gevreesd heeft, dertig duizend
vreedzame inwoners te verbannen, omdat
het zulk een maatregel noodig vond, waar
om zouden wij ons dan geneeren, in het
belang van het Rijk ongeveer veertig do
zijn revolutiounairen, welke op de bevol
king een schadelijken invloed uitoefenen,
te exileeren? Niet te kunnen besluiten tot
zulke maatregelen over te gaan, zou het
zelfde zijn als den moed niet te bezitten
ia ons eigen huis verkeerd gestelde meu
belen eeue andere plaats te geven. Zij, die
door het ontvangen van geestelijke hulp
van den kant der Katholieke Priesters, de
Regeering hinderlijk zijn in het tot stand
brengen der door baar geweuschte orde,
bebooren niet met eene boete gestralt, maar
moeten tot veel strengere en gevoeligere
straffen worden veroordeeld. De ondervin
ding heeft het geleerd, dat deze geringe
boeten al weinig baten. De boereu laten
zich in Czenstochau trouwen en laten hunne
kinderen in de naastbij gelegen Katholieke
Kerken doopen, begraven hunne lijkeu zon
der bijstand van de (schismatieke) Geeste
lijken en betalen de boeten, die den Ka
tholieken Priester worden opgelegd.
»Dat eerst zijn maatregelen, die dienstig
kunnen genoemd worden tot uitroeiing van
het kwaad, 't welk de Katholieke Geeste
lijkheid heeft verspreid. Zij zijn van het
grootste belang voor den Russischen Staat
eu de Russische Kerk. Wordeu ze eindelijk
met energie toegepast, dan zal de Regee
riug in bet Weischsellaud eene Russische,
orthodoxe bevolking hebben, die voor alle
mogelijke gebeurlijkheden aan ouze wes
telijke grenzen ten volle vertrouwbaar
is.«
Uit deze officieuze mededeelingeu en
ontboezemingen van het Russische blad,
o
zien we, dat het met de vrijheid der Ka
tholieke Kerk in Polen nog slecht gescha
pen staat en dat de Russische Regeering nog
wel degelijk het plan heeft de Katholieke
Kerk uit het land te verjagen, jade »hals-
starrige* Katholieken te verplaatsen zooals
men de meubelen in eeue woning ver
plaatst. Zeer eervol is het ook voor het
beschaafde en vrijheidlievende Westsliik-
Europa, dat het barbaarsche Rusland, ter
toe drijven op liet gelaat van den man uit het
asyl voor menschen zonder huisvesting, een
schrikkelijk bloedbad aan te richten. Nadat deze
door aluin en zwam van doodbloeden gered is,
worden hem, als vergoadiug voor de uitgestane
pijn, de haren afgesneden, natuurlijk weder door
den leerling, die bij deze gelegenheid probeert
net zooveel leven met de schaar te maken, als hij
den knecht hoort doen. Op die wijze leert de
jongen eindelijk het mei gebruiken en zijue ge
vaarlijkheid vermindert werkelijk, zoodat hij
eindelijk na eenige dozijnen niet betalende
klanten geholpen te hebben, in den regel geen
bloed meer vergiet. Dan zijn beide partijen met
elkaar tevreden: de man uit het asyl en de bar
biersleerling.
Er zijn vele voorbeelden van mannen, die
hunne bevordering aan een snedig woord op zijn
pas te danken hebben. Een van Napoleons
veteranen, die ziju Keizer vele jaren overleefde,
placht met groote ingenomenheid te vertellen
hoe hij eens bij eene wapenschouwing het drie
kanten hoedje van den Keizer had opgeraapt,
en dat deze toen, zonder op te merken, dat hij
maar een gemeen soldaat was, achteloos gezegd
had: „Dank u, kapitein." „Bij welk regiment,
Sire?" vroeg oogenblikkelijk de snedige soldaat-
rechtvaardiging zijner brutale maatregelen,
zich beroept op het voorbeeld van Duitsch-
land
In de zitting van den Brusselschen Ge
meenteraad heeft Paul Janson den Burge
meester geïuterpelleerd over het verbod
der manifestatie op 13 dezer, hetwelk hij
onwettig acht en een inbreuk opderech-
teu van deu gemeenteraad, die alleen tot
dergelijk verbod bevoegd zou ziju. De Bur
gemeester Buis antwoordde, dat zonder
eenige partijdige bedoeling eu zouder eenig
staatkuudig oogmerk, de manifestatie ver
boden werd; dat hij slechts gehandeld heeft
in het belang der openbare orde en, zoo
ooit in dergelijk geval zijne beslissing noo
dig mocht zijn, hij stellig weder aoo han
delen zou.
De begrafenis van den Beierschen
Koning Lodewijk II heeft Zaterdag-middag,
overeenkomstig het programma, daarvoor
vastgesteld, plaats gevonden. De Duitsche
Kroonprins volgde met den Oostenrijkschon
Kroonprins den met acht paarden bespan
nen lijkwagen, onmiddellijk achter den
Prins-Regent. De Duitscho Kroonprins
droeg de Pruisische Geueraals-uniform met
den Maarschalksstaf; de Oostenrijksche die
van de Beiersehe zware cavalerie. De in
zegening van het lijk geschiedde in de St.
Michaels-kerk, van waar dit naar deu
grafkelder werd overgebracht. De stoet
bewoog zich gedurende zeven kwartier door
de straten der stad.
De Commissie van rapporteurs der Eerste
Kamer in Beieren heeft de rapporten der
geneeskundigen omtrent deu toestand vau
wijleu Koning Lodewijk II voldoende ver
klaard.
Uit Fürsteuried zijn zeer treurige be
richten ontvangen omtrent deu toestaud
van deu tegenwoordigen Koning, Otto I.
Hij weigert bijua alle spijs eu drank en
zit den geheeleu dag in een hoek der ka
mer uedergedoken.
Het verdrag tusschen Duitschland, Ne
derland eu Zwitserland tot regeling der
zalmvissclierij in het gebied van den Rijn
is thans openbaar gemaakt.
Negen en veertig jaren wa3 het
eergisteren geleden, dat Koningin Victoria
den troon van het Vereenigd Koninkrijk
Napoleon, die zijne vergissing bemerkte, ant
woordde glimlachend: „Bij mijne garde, want ik
zie, dat gij een flinke kerel zijt." Den volgenden
ochtend ontving de nieuw benoemde officier
zijne aanstelling.
Eene dergelijke anekdote wordt verhaald van
den Maarschalk Souvaroff, die, toen hem eene
dépêche werd gebracht door een Russisch sergeant,
die zich bij den Douau bizonder onderscheiden
had, beproefde den bode verlegen te maken door
eene reeks van grillige vragen, maar zijn man
aan hem vond.
„Hoeveel visschen zijn er in de zee," vroeg
Souvaroff. „Zooveel als er nog niet gevangen
zijn," was het antwoord. „Hoever is het hier
van daan naar de maan? "Twee van uw Ex cel -
lentie's geforceerde marschen." „Wat zoudt gij
doen als gij in een veldslag uwe manschappen
zaagt wijken?" „Ik zou hun zeggen, dat er eene
wagenvracht brandewijn achter den vijand stond."
Op alle punten vastgezet, eindigde de Maarschalk
met de vraag: „Wat is het verschil tusschen
uw Kolonel en mij?" „Mijn Kolonel kan mij
geen luitenant maken, maar uwe Excellentie heeft
het woord slechts uit te spreken." „Dan spreek
ik het nu uit," antwoordde Souvaroff, „en ge
zult een goed officier zijn."