N I E U W E
Donderdag 15 Juli 1886e
11de Jaargang
kerk en handel.
BUITENLAND.
No. 1022.
Vonnissen uit den ouden tijd.
imitiinsmi (hik ut
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlemt 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,—
Voor het Buitenland 1,50
Afzrnderljjke Nummers0,06
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIÉN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters wprden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrjjdag
avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers: RU PPERS LAUKET.
De economische werkzaamheid der
Katholieke Kerk, in vele wetenschappelijke
boeken en geschriften bewezen en toege
licht, heeft echter tot dusver uiet die waar-
deeriug genoten, waarop zij in zoo hooge
mate mag aanspraak maken. Onder de
voornaamste schrijvers, die haren ijver
op dit gebied ten volle erkenden, behoort
ongetwijfeld Montesquieu te worden ge
noemd, die o. a. het volgende getuigde:
Wonderbaar, de christelijke Godsdienst,
welke geen andere taak schijnt te hebben,
dan den mensch tot het eeuwig geluk aan
gene zijde van het graf te brengen, heeft
ook het geluk op de aarde werkelijk ge
grondvest Een stroom van tijdelijken
zegen vlood over de menschheid uit de
verheven inrichting van God. De Kerk
heeft niet alleeu de religieus-zedelijke be
grippen en daardoor het sociale leven ten
goede veranderd, maar ook den vooruit
gang op economisch terrein werkelijk be
vorderd en heeft dus aan hare beschavende
missie in alle opzichten voldaan. Zij deed
echter nog veel meer; door hare impulsie
kwam ook de handel tot verheffing en
bloei. Om dit eenigszins nader te bewijzen,
moge het volgende dienen.
Tot de noodzakelijke voorwaarden voor de
ontwikkeling van handel en verkeer behoort
eensdeels eene goede technische uitvoering
van het handwerk, ten andere eene goed
georganiseerde ontwikkeling van den han
del. Zoowel het eene als het andere heeft
zijn aanzijn te danken aan kerkelijke
inrichtingen en aan kerkelijkeu invloed, zoo-
als zelfs beroemde Protestautsche geleerden
erkennen, zoodat het niet moeilijk zal
vallen ons slechts op dergelijke autoritei
ten te beroepen.
Gelijk de kloosters eeuwenlang de scho
len voor den land en tuinbouw waren,
eveuzoo werden zij de eigenlijke kweek
scholen van kunst en nijverheid; in de
kloosters werd het handwerk tot kunst
veredeld. Met den Bisschop voornamelijk
hield de njjverheid haren intocht in de
stad en door de met kerkelijke fees
ten verbonden missen en markten wer
den handel en verkeer grootelijks be
vorderd.
Treffend zegt ArnoldHet zou een
looneude arbeid zijnhet verband van
FEU ILL ET ON.
De Romeinsche wet was zonder genade voor
den insolventeu schuldenaar; zij leverde hem
over aan de willekeur van zijne schuldeischeis,
die het recht hadden hem in de boeien te sluiten
en zich door hem als slaaf te doen bedienen.
Naderhand kwam de gewoonte in zwang, dat
door afstand te doen van alles wat hij bezat, hij
zich van zijne schuld kon vrijmaken. Maar zijn
bank werd gebroken op de plaats waarop koop
lieden hij elkander kwamen, wij zouden zeggen
op de markt, van daar bankroet, banco rotlo, ge
broken bank. Tn sommige plaatsen, want alle
hadden hare afzonderlijke straf bepalingen, moes
ten zij een schandteeken dragen, een gele muts,
een ijzeren halsband enz.
Op het schenden van hoornen stond vroeger
zware straf. In Frankrijk werd deze daad gestraft
met tepronkstelling, geklonken met een ijzeren
halsband aan een paal. Boomen omhakken, die
tot eene laan behoorden, werd met da galeien
gestraft.
Werden in Londen kleinhandelaren betrapt op
het gebruik maker, van valsche gewichten of
maten, of het bezigen van andere middelen om
onze gansche beschaving met de Christe
lijke Kerk aan 't licht te brengen; de
duizenden draden aan te wijzen, waardoor
de Kerk onze ontwikkeling aan zich
vastbindt en zulks hoofdzakelijk op econo
misch gebied. Met volle recht kan gezegd
worden, dat eeuwenlang alle economische
vooruitgang vau de bisdommen en kloos
ters uitging, dat zonder de Kerk geene
steden zouden mogelijk zijn geweest
Landbouw, nijverheid en verkeer zijn alle
drie op directe wijze door de Katholieke
Kerk bevorderd geworden; op bizondere
wijzeis zulks in de steden geschied, die in
den beginne niet anders dat de artistieke
broeikasten der Kerk waren.De beschaving
en ontwikkeling van den tegenwoordigen tijd
hebben wij dus aan de Katholieke Kerk
te danken.Fischér, een beroemd geleerde,
die werken over de geschiedenis van den
handel schreef, zegt o. a. (om een voor
beeld aan te halen van hetgeen de Clerus
in Duitscbland deed) dat Bisschop Gebhardt
van Constance voor zijne rekening vele
lijfeigenen tot bakkers, schoenmakers, kleer
makers, tuinlieden, wagenmakers en tot
audere meesters van bizondere kunsten heeft
doen opleiden.
Dr. Ennen verklaart, dat in al het geeste
lijke en kunstige werk van de middeleeuwen,
bij de uitvinding, de opvatting en de tech
nische uitvoering, zich dezelfde grondtoon
openbaarde, welke alle instellingen van
dit tijdperkt doordringt.
Voor den handel vond men in het begin
der middeleeuwen in den kring der bevolking
weinig lust. De toestand van het maat
schappelijk leven, de afscheiding der stan
den, gaf weinig gelegenheid tot vergade
ringen zelfs uiet voor welgestelde lieden.
Het bezoek aan de Bisschoppelijke kerk
gebracht, voornamelijk op hoogere feest
dagen, gaf echter aanleiding tot samen-
zij u. De Kerkelijke feesten alzoo lokten
vele kooplieden, doordien zij de naburige
bevolking in groote menigte bij de kerk
samen brachten; bijna alle jaarmarkten van
dien tijd werden voor de poorten eeuer
kathedraal, eener bedevaartskerk of vau een
klooster geopend. In Engeland waren voor
namelijk de domkerken van Westminster,
York, Durham en Winchester de aanlei-
diug tot het houden van uitgebreide mark
ten. In Frankrijk waren reeds in den oud
sten tijd de Bisschoppelijke sleden Troyes
en Rheims beroemd door hare jaarmark-
klanten te bedriegen, dan werden zij in de mest
kar van het kerspel geplaatst en aldus door de
stralen rondgevoerd. Een der schepenen van
Douny, graanhandelaar van beroep, werd aldaar
in 1365 opgehangen, omdat hij „met eene groote
maat kocht en met eene kleine maat verkocht."
In het jaar 1400 werden een Duitsch graanhan-
batidelaar de voeten afgesneden, omdat hij val
sche maten had gebruikt. Eene vrouw, die haar
man geslagen had, moest vroeger in de streken
langs den Rijn, 'achterwaarts op een ezel gezeten
ten prooi aan den spot der voorbijgangers, door
den gedweeën echtgenoot langs de straten der stad
worden rondgevoerd. Kijfachtigheid van vrouwen
werd in vroegere tijden vrij algemeen bestraft met
indompeling in het water. In de Engelsche pro
vinciesteden gebruikte men daartoe een werk
tuig, dat bestond uit een soort van stoel of
zetel, die vastgemaakt was aan een langen paal
of balk. Deze balk rustte in het midden opeen
paal in het water, waaraan hij bevestigd was
door een spil, die in twee oogen lag, welke zich
op den top van den paal bevonden, waardoor
aan den stoel eene op en neergaande beweging
kon worden medegedeeld. In 1776 werd de duik"
stoel nog in Liverpool gebruikt. In sommige
streken van Duitscbland en ook in ons land
werden lastertongen door de straten der stad
ten, evenals in Duitscbland de gezamenlijke
Bisschopssteden aan den Rijn, de bedevaarts
kerken der h. Vereua te Zurzach, van den
h. Sebaldus te Nurnberg, van den h. Vitus
te Corvey.
Montalenbert zegt van den vlijt en de
werkzaamheid der Monniken het volgende:
De meest bezochte groote en kleinere
markten hadden haren oorsprong grooten-
deels in de pelgrimstochten, die de geloo-
vigen uit verschillende streken aan de poor
ten der kloosters samenbrachten. De liunen-
en laken-iudustrie werd overal door de
Monniken gepe* fectioneerd. Te Saint Flo-
reut les Saumur vestigden zij in de tiende
eeuw eene zeer bloeiende tapijt-fabriek; in
Normandië richtten zij leerlooierijen op; in
Lombardijë werd zoowel d9 iabrikatie van
laken als van zijden goederen, die in de
twaalfde eeuw aau zestig duizend meuschen
een bestaan verschafte, door de Benedic
tijnen in 't aanzijn geroepen; in Pomrae-
reu en Pruisen waren de Cisterziënsers de
eersten, die de laken-weverijen invoerden.
Aau eeuige Nonnenkloosters dankt België
de vervaardiging vau de beroemde kant,
welke zoo veel lieert bijgedragen tot den
rijkdom van dit land. Maar de diensten,
welke de Monniken aau den land- en tuin
bouw bewezen hebben, zijn van nog groo-
ter en algemeener nut. Deden zij dc bos-
scheu verdwijnen, welke de in ontwikke
ling en beschaving toenemende bevolking
in den weg stouden, de Benedictijnen waak
ten, meer dan iemand anders, voor het be
houd van die wouden, welker verwoesting
hier en daar zulke treurige gevolgen voor
het klimaat en de vruchtbaarheid des bo
dems opleverde. Zij plantten boomen, waar
deze uoodig waren en legden eene buiten-
o O
gewoue zorg aau den dag voor de leiding
en de behandeling van het water. Alge
meen bewonderde men de moeite, die zij
zich gaven om visckvijvers te graven, de
vlietende wateren te verdeelen, de kusten
in te dijken, het aaugeslibto land te bewa
ren, veerponten over de rivieren te onder
houden en bruggen te bouwen, welker
duurzaamheid, grootschheid en omvang nog
in onze dagen de algemeene bewondering
trekken.
Op welk eene wijze de Geestelijkheid bij
alle gelegenheden in de sociale behoeften
voorzag, bewijst onder andereu het feit,
dat het klooster Corvey aan de Weser
reeds in de tiende eeuw een overdekte
rondgeleid met een steen san den hals. Wan
neer het misdrijf zeer groot was, werden zij
voorafgegaan door een hoorn- of trompetblazer
en moesten zij driemaal om het stadhuis wan
delen op marktdagen. In Noord-Amerika was
de indompeling op den duikstoel nog in zwang,
toen zij in Europa reeds Jang was afgeschaft.
In 1818 ouder anderen, lezen wij nog van de
indompeling van zekere Mary Davis, die wegens
kijfachtigheid aangeklaagd, door de jury schul
dig werd bevonden. Een lasteraar werd in som
mige Staten, Polen en Frankrijk, veroordeeld
gedurende een kwaitieruur op handen en voe
ten te loopen en te blaffen als een hond.
Volgens eene ordonnantie van 4 Mei 17 23
werd hij, die op de kerkhoven te Arnhem vui
ligheid smeet, op de plaats aau een halsband
aan een paal vustgesloten. Wandelen onder kerk
tijd werd, volgens eene verordening van 1550
te Delft bestraft met drie stuivers boete, terwijl
de schuldigen ook nog op andere wijzen kon
den gestraft worden, wanneer de schepenen zulk3
goedvonden. In dezelfde stad werd het praten in de
kerk bestraft met drie stuivers.
Op bladz. 149, Deel I van den Ouden Tijd
kan men lezen, dat „Mijne Heere van den Gerechte
der stad Amsterdam", bij het heerschen van de
veeziekte in 1713, den invoer van ziek vleesch
markt bouwde, opdat de kooplieden, die
het feest van den heiligen Vitus kwamen
vieren, voor regen en wind zouden be
schermd wordeu en er hunne waren zonder
vrees voor schade konden uitstallen.
De Godsdienst mocht natuurlijk onder
den haudel en het vertier niet lijden; en
Karei de Groote voldeed dus aau het ver
zoek vau het Episcopaat, om het houden
van markt op de Zondageu te verbieden.
Gewoonlijk werd er des Zaterdags markt
gehouden. Langen tijd had de Geestelijk
heid met den overdreven schachergeest te
strijdeu, om dieu ul. binnen de gevoegelijke
grenzen te brengen, want niet slechts dicht
bij de deuren der kerkeu, niet slechts ge
durende de viering der heilige geheime
nissen kou men het geschreeuw der koop
lieden en het dingen der koopers hooren,
neen, tot in de portalen, ja tot in het schip
van den tempel Gods, richtte men teuteu
en kramen op; en nog in de dertiende
eeuw zag zich de Abt Eustacne van Flay
in Normandië, toen hij iu 1204 tot het
prediken vau de Kruistochten Engeland
doorreisde, genoodzaakt, over zulke erger
lijke misbruikeu iu vele Engelsche kerken
zijne hoogste verontwaardiging uit te spre
ken, zoodat de Regeering der stad Basing-
stock gebood, dat hare jaarmarkt, iu de
toekomst op Maandag zou gehouden
wordeu.
Wordt vervolgd.)
De heer Jules Malou,Minister van Staat, is
Zondag-middag overleden. Hij is bijna 76
jaar oud gewordeu. De ontslapen Staats
man was zijn loopbaan begonnen als hoofd
ambtenaar; een korte poos was hij Gou
verneur vau eene provincie. Iu 1841 trad
hij als Kamerlid voor Yperen op; later
had hij voor St. Nicolaas beurtelings in
de Kamer en in den Senaat zitting. Yier
malen is Malou Minister geweest. Iu
1846 aanvaardde hij de portefeuille van
Financiën, in het Kabinet der »zes Ma-
lou's«, zooals het genoemd werd. Iu 1870
nam hij als Minister zonder portefeuille
zitting in het Kabinet-D'Anetban dat in
1871 reeds door een Miuisterie-Malou werd
opgevolgd. Tot 1878 hield dat Kabinet
stand. In Juni 1884 eindelijk volgde hij
het Ministerie-Frère Orban op, maar in
October van dat jaar reeds volgde hij zijn
bestraften met tentoonstelling op een schavot,
waarbij het ondeugende vleesch om den hals van
den overtreder werd gebonden.
Ten tijde van Cromwell werden op verschei
dene plaatsen in Engeland de dronkaards gestraft
met het dronkenmans hemd, dat wil zeggen, dat
een vat hun werd aangetrokken, zoo, dat het
hoofd door een gat in den bodem en de beide
armen door gaten in de duigen staken. Het vat
reikte hun tot aan de knieën. Aldus toegetakeld
werder de schuldigen door de stad rondgevoerd,
gedurende korteren of langereti tijd, naarmate
hunne dronkenschap hen luidruchtig en voor
anderen lastig had doen zijn. In Rusland moes
ten mannen en zelfs vrouwen, die in beschonken
toestand bij den weg werden gevonden, na in
de gevangenis hun roes te hebben uitgeslapen,
den volgenden dag onder toezicht van een amb
tenaar de straat vegen.
Men noemt d.-ze vonnissen wel eens al te
streng en wreed, maar zouden vele er van in
onzen tijd niet eene goede uitwerking hebben en
middelen zijn tot verbetering van den maatschap
pelijke toestand?