NIEUWE 1 J No. 1032. Donderdag 19 Augustus 1886. llde Jaargang. Is Godsdienst noodzakelijk? BUITENLAND. Loon naar werk. HA ARMS ABONNEMEHTSFBIJS Per 3 maanden voor Haarlem1 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1, Voor het Buitenland 1,50 Afzonderlijke Nummers0,06 Dit blad verschijnt Eiken WOENSDAG en ZATERDAG. M.MSrLËXDHar BUREAU: St. Jansstraat Haarlem. AG-ITE MA BOE AG-ITATE. PB.IJS DEE ADVEBTENTIÈN Van 16 regels30 Cents. Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrjjdag avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers: KUPPERS LAUREY. Vervolg en Slot.) Ook de verhouding van den mensch tot de wereld eischt de noodzakelijkheid van den Godsdienst. De mensch is een maat schappelijk wezen. Niemand leeft voor zich alleen, doch wij zijn door duizenden ban den aan de menschelijke maatschappij verbonden. Als nu het groote leven dor wereld in vrede en orde moet geleid wor den, dan zijn daartoe twee dingen hoog noodzakelijk, namelijk wet en deugd. Zon der wetten, die de verhouding van den enkelen mensch tot zjju evennaaste regelen en zonder deugd, die ieder lid der mensche lijke maatschappij tot die offers bezielt, welke voor haar bestaan noodzakelijk zijn, kan geen Staat en geen samenleving mo gelijk wezen. De Godsdienst echter geeft aan de wetten hare kracht en hij alleen is in staat, de deugd in de harten der men- schen te verwekken. De Godsdienst geeft aan de wetten hare kracht, zeggen we. En wie zal de waar heid dezer bewering betwijfelen? Wat is de beste en volmaakste wetgeving zonder deze macht, die de menscheu aanspoort, de wetten te eerbiedigen? Orde en vrede worden in een land niet verzekerd door het maken van wetten, maar wel door het eerbiedigen der uitgevaardigde verordenin gen. Slechts godsdienstig gezinde menschen zullen aan de wetten gehoorzaam zijn. Wie geen geweten heeft, zooals men zegt, en zich niet uit vrees voor God of uit liefde tot zjjn Schepper voor de mensche lijke wetten buigt, die zal zulks uit andere gronden evenmin doen. De Godsdienst is de bodem, waarop het geweten wast en waaruit het zijne kracht en voedsel trekt. Plichtsbetrachting en geloof aan God is zonder hem niet denkbaar. Wat toch bindt den krijgsman aan zijn vaandel, wat be veelt hem den dood tegemoet te gaan? De stem van zijn bevelhebber of het eerge voel? Deze beweegredenen ziju slechts in enkele gevallen voldoende. De eed alleen, dien de krjjger aan zjjn vaandel heeft ge zworen; de belofte, welke hij door dien eed aan den onzichtbaren God, den wreker van het kwaad heeft gegeven, zal zijn eerge voel versterken en hem in elk geval tot gehoorzaamheid dwingen. Elke wereldlijke wetgeving heeft daarom den eed als het laatste middel tot ontdekking der waar heid of tot bekrachtiging eoner belofte be schouwd. En een eed, van den Godsdienst afgescheiden, is een onding. Nooit zal het eerewoord van een mensch den eed kunnen vervangen. Men wil beweren, dat de straf, die op FEUILLETON. Vervolg). i) De plechtige houding en toon van den ouden baptist maakten op den schout meer indruk, dan hij wilde laten blijken, en prikkelden hem juist daardoor tot tegenspraak. Hij kon met velen, dat die man zichzelven voor beter zou houdou dan hem. Dat hij hem niet langer over hetzelfde onderwerp aanvallen kon, dat begreep hij, maar de oude femelaar behoefde daaiom toch niet te denken, dat hij hem had overwonnen «Gij, baptisten," begon hij weêr «moogt u zeiven voor zoo goed houden als ge wilt, geen predikant zal u toch voor goede Christenen aanzien." „Dat verlangen wij ook niet, maar wij zoeken er naar, om het op onze wijze te zijn," was het antwoord. de overtreding der wetten is gesteld, de menschen zal afhouden ongehoorzaam te zijn.Maar wat zal men beginnen met iemand, die geen vrees voor straffen kent, die spot met de grootste aardsche straf, die, als hij sluw is eu macht bezit, zich aau de straf fen weet te onttrekken? Wat zal men doen als eene misdaad geheim gehouden wordt en niet aan de rechtspraak vau aardsche rechters wordt onderworpen? Wat zal men aanvangen als dezen ophouden, de men schelijke handelingen op de weegschaal der gerechtigheid te wegen? Welke waarde hebben de beste wetten als niet d6 Gods dienst en de vrees voor de eeuwige straf fen, die men niet kan ontgaan, de men schen van het onrecht terughoudt. Onze wetgevers hebben getracht de verschillende wetten, die voor het leven der menschen noodzakelijk zijn, tot een systeem te bren gen, dat volmaakt eu rechtvaardig moet heeten. Wij hebben politie, die met hon derd oogen ziet en met even zoovele ooren hoort. Wij hebben verbeterhuizen en tucht huizen in overvloed. Maar zijn de over tredingen der wet in onze dagen zeldza mer geworden? Worden ze integendeel niet talrijker? Als de Godsdienst den mensch niet dwingt zich aau het gezag te onder werpen, zal dan de aardsche strafgerech- tigheid daartoe in staat zjjn? Ontneem het volk het geloof aan God en verkondig luide, dat Godsdienst dwaasheid is en gij zult ondervinden, als de massa deze on zalige leer aanneemt, dat uw eigendom, uw leven geen minuut meer zeker is. Meent men, dat men de menscheu van de mis daad kan afhouden, als men tot hen zegt: »Gij moet in vrede en rust leven, anders zult gjj worden gestraft? Of: gjj moet zooveel eergevoel bezitten, dat gij niets onverstandigs doet?«Men zal u uitlachen, u met uw eergevoel on met uwe straffen. Eu men zal u steenigen als ge u tegen hunne misdadige plannen verzet. Eu al worden er gevangenissen gebouwd zoo groot als gan- sche steden, al wordt er voor ieder mensch een agent van politie ter bewaking benoemd, zonder Godsdienst zal men de misdaad niet kunnen voorkomen. Geen Staat kan gebouwd worden op de macht vau het geweld, geen Staat kan zonder Godsdienst bestaan. Daarom sprak Plato, die een heiden was: »De ontkenning van God is de ondergang der Staten. Wie den Godsdienst aanvalt, die brengt de funda menten der menschelijke maatschappij aan 't wankelen.* Doch behalve wetten, heeft de mensche lijke maatschappij ook deugd noodig. Een Staat, waarin de leden slechts op legale wijze tegenover elkander staan, zou moei- „Aha, juist, op uwe wijs, dat wil zeggen, dat gij zoo half scheurmakers en ketters zijt, zoo heoft de nieuwe dominee u in zijn laatste gesprek genoemd eigengerechtigden hebt gij er van gehoord?" Abraham ging vlak voor den schout staan, en terwijl hij zijne hand zwaar op diens arm liet rusten, zei hij „Hoor eens, buurman, wij willen geen hatelijkheden en scheldnamen hooren of overbrengen; het is mij altijd bizonder lief ge weest en ik wil bet ook zoo houden, dat ik in mijn huis zoo woou, dat ik mijn deur kan sluiten voor ongenoodigde gasten en booze ge ruchten daarom, goeden nacht en wel thuis 1" Hij keerde zich snel om, eu ging naar zijn huis. De schout zag hem eerst na, zonder een woord te spreken, maar gaf toen aau zijn toorn lucht door een geweldig gehem. „Die onge manierde, brutale izegrim,// bromde hij, „hij laat me hier waarachtig staan als een bedelaar Had ik op den weg uit de stad auder gezel schap gevonden, ik had mij met den vent niet lijk kunnen bestaan. Waar menschen in orde en vrede te zarneu willen leven, daar moeten ze ook deugdzaam zijn. De een moet voor den ander een offer brengen en werken van liefde en toewijding verrichten. De wetten bouwen het huis en regelen het leven in den Staat, maar de deugd versiert het en maakt er het verblijf mogelijk en aangenaam. Als de ouders voor hunne kin deren, als vrienden, gebroeders en gezus ters, als wij allen niets meer uit liefde voor onzen evennaaste zouden doen, dan was dit leven eene plaag, de aarde eene woes tijn, en de beste wetten van een Staat zouden niet bij machte zijn, haar van val eu verderf af te houden. Zonder Godsdienst echter is de deugd niet denkbaar. Wat toch zal den mensch bezielen een offer voor zijn even mensch te brengen? Als er geen God, als er geeue eeuwige vergeldiug met haar loon en straf bestaat, wat zal ons dan bewegen de armen eu noodlijdenden te helpen, werken van barmhartigheid uit te oefenen of ons moeite en arbeid voor anderen te getroosten. Er is wel is waar ons eene zekere goedhar tigheid aangeboren en deze zal ons ook dikwerf zonder godsdienstige beweegrede nen tot uitoefening der naastenliefde aau- sporen. Maar voor zware offers, zonder welke de menschelijke maatschappij niet kan bestaan, zal deze goedhartigheid niet voldoen de ziju. Daarvoor hebben we krachtigere eu machtigere motieven noodig, die slechts uit den Godsdienst kunnen voortkomen. De deugden, die in onze harten zijn, die echter daar niet door deu Godsdienst zijn opgewekt of gevoed worden, zijn bloemen, die dikwerf in den laten herfst nog uit den grond te voorschijn komen en kleur- en geurloos, na verloop van slechts enkele dagen weder verwelken. De Godsdienst al leen spoort den mensch tot alle offers aau als deze door ons moeten gebracht wor den. De Godsdienst voedt door zijne be loften en genade den offergeest eu sterkt ons ook in het zwaarste werk, in het bit terste lijden. De Godsdienst doet alle bloe men van deugd uit het hart der menschen ontluiken, die dan de gansche wereld met haren liefelijken geur vervullen. De Gods dienst breugt de ouder- en kinderliefde voort en veredelt haar; hij sterkt en be vestigt de liefde tusscheu de echtgenooten en vrienden. De Godsdienst stelt ons in staat tot de grootste offers, ja tot het offer van 't eigen leven. Neem den Godsdienst uit de wereld en zij zal een puinhoop wor den. Zoodra de menschen God vergeten, worden zij liefdeloos eu van het egoïsme tot de misdaad is er slechts een stap. Eerst moet men de groote en eeuwige bemoeid. Maar wacht maar, mannetje, het zal je nog wel eens opbreken!" Met die woorden vervolgde hij zijn weg, maar de zich op en neer bewegende bloemen van zijn vest en de dansende ketting van zijn horloge bewezen genoeg, dat bij lang niet op ziju gemak was. Hij had van daag den ouden Abraham Lustig ontmoet voor do rechtbank, waar zij beiden als getuigen gedagvaard waren in een proces, dat door den ontvanger gevoerd werd tegen eene naburige gemeente. Zij waren beiden persoonlijk weiuig in de zaak gemoeid, en hun getuigenis was van luttel belang. Maar den schout had het geërgerd, dat hij met alle formaliteiten den ge- bruikelijken eed had moeten doen, en dat men zich vergenoegd had met de eenvoudige woorden van den ouden baptist, die men van den eed ontsloeg. Bij het dorp ontmoette hij Jakob, en bij werd er niet kalmer op, toen deze, die zich herinnerde dat de schout hem straks niet weerom wetten omverwerpen, waarop de Heer het leven vau den enkelen mensch, zoowel als dat der gansche maatschappij heeft ge bouwd, dan kan men den Godsdienst voor ontbeerlijk verklaren. Zoo lang echtei God over de wereld heerscht, en zoo lang wij van Hem geheel en al afhankelijk zijn, zoo lang er nood en zonde op aarde is, en zoolang de menschelijke maatschappij zonder wetten en deugd niet kan bestaan, vermag de mensch een tijd lang godsdienst loos te leven, maar hij kan de noodzake lijkheid van den Godsdienst onmogelijk loochenen. Een besluit van den Pruisischen Mini ster van Ouderwijs d.d. 9 Aug. bepaalt, dat aan Pruisische Universiteiten geen vrouwen als studenten of ook maar als hospitanten mogen worden toegelaten. In Saksen-Altenburg is de eerste sociaal democraat voor den Landdag gekozen. Het is zekere Buehurald, een boekbinder, die een jaar geleden Berljjn werd uitgezet. De groote werklieden-«betooging* te Brussel is Zondag in de beste orde afgeloo- pen, eu ook 's avonds, na afloop, viel er niets voor. Man schat het aantal deelnemers op 30,000, van welken 15,000 «van buiten,wat zeker heel wat verschilt met de aangekondigde 100,000. De meeste deelnemers droegen voor hun hoofddeksel een wit karton, waarop ge drukt stond. Algemeen stemrecht,of ook wel: Amnestie*. In den stoet waren ver scheidene roode vlaggen en een nog grooter aantal schilden, waarop de bekende op schriften, waaronder echter de eisch van het algemeen stemrecht het talrijkst voor komt. Bijna allen droegen een roode roset in het knoopsgat. De Minister van oorlog heeft bevel ge geven tot het naar huis zenden der man schappen van de lichting van 1883, die opgeroepen waren ten tijde der jongste on lusten te Luik eu in het steenkolenbekken van Henegouwen. Een zeer bescheiden begin is thans door het Eugelsch Ministerie gemaakt met de reuzentaak, die het wacht. Eene commis sie uit het Kabinet is namelijk aangewe zen haar aandacht bepaaldeljjk aan de Iersche zaken te wijden. De Daily News meldt uit St. Petersburg, dat alarmeereude geruchten omtrent China in omloop zijn. Naar het heet, zoa de Chi- neesche Regeering zich over haast wapenen en met verscheiden bekende Engelsche wa penfabrieken leverings-contracten gesloten hebben, o. a. tot levering van 200,009 ge weren. had gegroet, nu de pet op ziju hoofd hield, en hem zonder groeten voorbij ging. Evenmin stemde bet hem vroolijker, dat bij zijne tehuiskomst zijne vrouw, dochters en mei den, allen druk bezig waren en tot over de ellebogen in het meel zaten, dat raspen en vijzels in vollen gang werden gehouden, dat jonge kip pen on eenden wedijverden met zijn jongste kind in het schreeuwen, met bet onderscheid alleen, dat de eersten schreeuwden om hun leven en het laat ste om een koek, vast van plan, om de maag nog vóór de kermis van morgen te bederven. En de knechti waren met andere jongens uitgereden, om de kermis in te halen men hoorde in de verte het leven en het gejoel voor hem was niets in orde en niets te krijgen, dan een brandend heete koek of een stuk spek. Eu zoo, vol toorn in de ziel en van zware koeken in de maag, sliep hij toch eindelijk in, niettegenstaande het geklop en het rumoer aanhielden tot de dag aan deu hemel kwam. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1886 | | pagina 1