BINNENLAND»
GEMENGDE BERICHTEN.
h'an leren en wandel naar het voorbeeld der
Heiligen inrichten en opgewekt zouden worden
om God te aanbidden en te beminnen, en de
deugd te beoefenen."
Maar niet iedereen weet, dat er Protestanten
zijn, d ie bij hunne godsdienstoefeningen zulk eene
behoefte aan beelden gevoelen, dat zij wel geen
houten of steenen beelden maken God beware
hen, dat ware paapscheafgoderij! maar zich be
dienenja waarvan? Vau eene Tooverlantaren.
Men leze de volgende telken jare meermalen in
't Vliegend Blaadjekleine courant voor Helder,
Nieuwediep en Tessel, voorkomende advertentie:
Evangelie-Verkondiging.
In het lokaal in de Vijzelstraat zal, zoo de Heer
wil,'s avonds te 7.3C uur, onder voorstel
ling met de Tooverlantaarn, het Evangelie wor
den verkondigd. Toegang voor bejaarden vrij.
Helder C. Breet Lz.
C.
Nog niet lang geleden verwierpen de liberalen
elke Staatstusschenkomst in het belang van den
werkmansstand, maar dat is voorbij, betoogt De
Tijd. Zelfs heette het een veertig jaa: lang, dat er
geen standen waren en er geen standen mochten
zijn; het was een axiomajmaar tegenwoordig is
het eene uitgemaakte zaak, dat er weer slanden
zijn; de standen keerden niet alleen terug, maar
zelfs de bevoorrechte standen. Een hunner al
thans geniet het voorrecht, dat de geheele we
reld zich bezig houdt met zijne belangen, zijne
wenschen en eischen, het is de stand der werk.
lieden, waarvoor gestreefd wordt naar bizondere
wetsbepalingen, welke hem van de overige stan
den zullen onderscheiden en hiertegenover in eene
bevoorrechte stelling plaatsen. Daarom wijat De
Tijd op de noodzakelijkheid om zich bijtijds re
kenschap te geven, wat tot den werkmansstand
behoort, wat niet.
Volgens de natuurlijke beteekenis der woorden
heeft men onder werklieden personen te verstaan
die, in eene afhankelijke betrekking, door dage-
lijkschen arbeid in hun levensonderhoud voorzien.
Deze beteekenis wordt er echter door de beweging
niet aan gehecht; zij verstaat er alleen onder het
fabrieks- en ambachtsvolk der steden. Van dag-
looners, toonbankbediecden, klerken, kantoorper
soneel, beambten aan spoorwegen, boodschap-
loopers, varensgezellen en een aantal anderen
wordt niet gerept. Zoo mogelijk nog minder van
vrouwelijke arbeidsters, als: werksters, naaisters,
dienstboden enz. Behooren alle dezen niet tot den
stand der werklieden, tot welken d«D? En be
hooren zij, zooals 't geval schijnt, er wel toe,
waarom op hen dan geen acht gegeven? Ou
der dezen wordt toch een aantal aangetroffen,
wier lot zelfs zwaarder te dragen valt, dan dat
van de meeste ambachtslieden en fabrieksarbei
ders. Is het dus ernst, dat meuschiicvendheid
de drijfveer der beweging is, men strekke haar
ook tot hen uit; anders zal het geloof aan haar
ernst en hare menscklieveudkeid verloren gaan;
anders zal de overtuiging veld winnen, dat zij
niets anders is dan een streven om de luidruch-
tigsten en lastigsten te paaien, in het belang van
eene politiek van verdaehten en egoïstiieheu aard,
die geen ander wit heeft dan om haar leider
meester te laten van den toestand.
Het orgaan van den heer Heldt, de Werk
mansbode, is van oordeel, dat dr. Schaepman
met zijn voorstel in zake art. 194 eene kloeke
daad deed. Het blad meent, dat het voorstel niet
vijandig mag bejegend worden, maar het zou
toch veel liever gezien hebben, dat den voor
steller, de man, die zijn groote geestesgaven ook
aan deugdelijk onderwijs te danken heeft - had
medegewerkt tot zoodanige verbetering van het
openbaar lager onderwijs, als waardoor dit het
waarachtig volksonderwijs kon worden, toegan
kelijk voor allen.
Dat dr. Schaepman zijne groote geestesgaven
aan deugdelijk onderwijs dankt, meenen wij te
moeteu betwisten.
Deugdelijk onderwijs kan geestesgaven ontwik
kelen, polijsten en schaven, maar niet scheppen-
Edoch, de juistheid van ontwikkeling hier ter
zijde gelaten en alloen op de bedoeling van de
Werkmansbode lettende, komt het ons voor, dat
de heer Heldt hier een vrij dubbelzinnige en
zwakke pleitrede houdt ten gunste van het neu
traal volksonderwijs, dat natuurlijk zijn ideaal is.
Dat de Afgevaardigde vau Breda, waarvan hier
sprake is, ten deele zijne ontwikkeling daukt aan
deugdelijk onderwijs, zijn we volkomen met deu
heer Heldt eens.
Evenwel, dit onderwijs was althans zeker voor
zoover het zijue groote ontwikkeling hetreft, waarop
de heer Heldt hier doelt, geen neutraal onder
wij sl
Het wa3 „clericaal" in den hoogsten graad.
O.
„De Katholieken hebben geene andere vrien
den dan zich zelven", zei dr. Windthorst, de
altoos slagvaardige redenaar, in den Eijksdag.
Ofschoon alle audere gezindten den Katholieken
quand même het vijandigst zijn, toch is de na
tuur vaak sterker dan de leer, en de bitterste
vijanden van het Katholicisme ziju huns ondanks
gedwongen, hunne bewondering, ik zou haast zeg
gen hun eerbied te betuigeu voor de Katholieke
Kerk tn ha>e instellingen.
Nog onlangs zei de heer Keuchenius in de
Kamer „Evenals De Standaard (een protestantBch
blad) eerbied hebbende voor de schitterende
majesteit (hoort, hoort!) van de Roomsche hië
rarchie, gevoel ik behoefte, hier openlijk hulde
te brengen aan Rome's ijver in Ned-Indië en
aan de trouw eu aaa de deugd van zijue Geeste
lijken, zoowel mannelijke als vrouwelijke."
„Tot oplossing van het sociale vraagstuk zal
de Evangelische Kerk, ook onder de gunstigste
omstandigheden, in de verste verte dat niet tot
stand kunnen brengen, wat de Katholieke Kerk
vermag".
Verder zegt de schrijver, dat de Katholieke
Kerk door hare instellingen, broederschappen! l
vereenigingen, geestelijke orden enz. weldra in
staat zou zijn het sociale vraagstuk ten genoege
van alle stauden op te losset), zoo niet de Loge
haar overal, vooral in Erankrijk, België en Italië
eene spaak in het wiel stak, en haar trachtte
te breken. V. W.
De IJselbode, die ingenomen is met het
voorstel-Schaepman, wijst er op, dat het praktisch
bslang vooral ligt in de vordering, aan de open
bare kassen gesteld, om naar zekeren maatstaf
de kosten »an h«t onderwijs aan de kinderen
van bedeelden en overmogeudeu aan de vrije bi
zondere school te vergoeden. Wel stelt het den
eisch tot heffing van eeu billijk schoolgeld niet,
maar daarvoor is een artikel in de Grondwet
geen vereischte. Het zal op zijn tijd van den ge
wonen wetgever afhangen of hij dit wil bepalen.
Het onderwijsblad Ons Recht verklaart,
dat het in alle opzichten kan instemmen met
het formulier-Schaapman voor een nieuw Grond
wetsartikel 194.
In navolging van de regeling voor het
loopende jaar, is aan de Staten-Generaal een
wetsontwerp aangeboden tot regeling van de wijzei
waarop zal worden voorzien in het kas-tekort van
den Indiachen dienst gedurende 1887, welk te
kort einde December van dit jaar vijftien mi'-
lioen guidon zou kunnen bedragen.
De Minister van Einanciën wordt nu bevoegd
verklaard om dat bedrag aan de Indische kas
voor te schieten, en daarin te voorzien door uit"
gifte of beleening van bewijzen van vlottende
schuld.
De bedoeling van h. t nieuw ingediende
suiker-ontwerp is om het uitvoerrecht op suiker
in Indië gedurende twee jaren te schorsen, te
beginnen met 1 Juni 1887.
De beslissing over het voortbestaan der uit
voerrechten in het algemeen moet verband houden
met de nieuwe regeling van de landrente, waar
omtrent in twee jaren wel eene beslissing kan
genomen worden.
In de Tweede Kamer heeft de Minister van
Koloniën verklaard, gisteren van den Gouverneur-
Generaal de treurige tijding te hebben ontvangen
van het overlijden vau Generaal-Majoor Demeuuii
te Fajakumbo (Sumatra's Westkust), waarheen
hij wegens ziekte was geëvacueerd.
Bij de behandeling van de afd. Onderwijs werd
het debat voortgezet over de ouderwjj i-examens,
welke besproken werden door de heeren De
Beaufort en Keuchenius. De heer Schaepman
klaagde over de jongste circulaire omtrent het
aantal onderwijzers. De heer Borgtsius bestreed
den heer Haffmaus.
De Minister van Binnenlandse/ie Zaken ver
klaarde, dat overwogen zal worden de verlenging
van den overgangstijd voor het wettelijk aantal
onderwijzers.
Men maakt zich nog aleens vroo-
lijk met de Bredasche gemeenteraadszittingen.
Men moet echter niet denken, dat de leden jonge,
vroolijke snaken zijn; neen, de meeste zijn zeer
bedaarde heeren, wier leeftijd reeds boven het
middelmatige is. Volgens den voorzitter, die zelf
l'eeds op het bovenste gedeelte der gewone le
vensladder staat, is het aantal jaren, dat de 17
leden van den Raad in den strijd vat tiet leven
hebben volbracht, meer dan 1000, zoodat onze
vroede mannen gemiddeld 55 jaren tellSD. Eer.
eerbiedwaardige vergadering dus, maar waarin
vooral da voorzitter door zijn sterk gekruide
woorden dikwerf het vroolijke aanbrengt. Mag
men de N. Bred, en Oosterh. Ct. gelooven, QaD
zouden volgens haar verslag der gemeenteraads
zitting van jl. Donderdag niet minder dan 13
gezegden van den voorzitter hilariteit hebben
verwekt.
In aanmerking nemende, dat zijne
goede trouw niet verdacht was en hij de politie
zelfs hielp bij het in beslag nemen, is tegen een
sigarenhandelaar te 's Hage, die bons uitgaf in den
vorm van bankbiljetten (bij het nieuwe Strafwet
boek verboden), door het O. M. bij het kanton
gerecht de minimum-boet#, f 0,50, geëisebt.
Alle avonden, zegt de „W o r 1 d" is
de „Avennetheater" opgepropt met personen, die
tot de hoogste Eiigelsche aristocratie behooren.
W at is de reden van die nobele nieuwsgierig
heid? Eene jonge dame van deu hocgsten adel,
vrouw van een pair lid der lordskamer, heeft
zich geëngageerd als balletdauseres.
Het jnarlykache congres der so
ciaal-democratische partij in Nederland zal op
de Kerstdagen plaats vinden te Heug-loo.
Melkkoeien zooals Amerika ze
in zijn veestapel heeft, kennen wij in Europa nog
niet. In het stamboek staat eene melkkoe inge
schreven, „Sultana" geheeten. In haar proeftijd
leverde zy in twee maanden niet minder dan
2290 liter melk. Zij was geplaatst in een goede
weide en kreeg eiken dag eene extra voeding van
haver en tarwe. De grootste hoeveelheid melk
op een dag was 44,55 liter. z/Sultana" is zeven
jaar oud en heeft een gewicht van 721 Kilo
grammen.
De Noorsche hardrijder Axel
Paulsen is dezer dagen te Cliristiania op eene baan
van 25,000 meter door Harold Hagen met 1000
meter geslagen.
De eigenaar der groote brood-
en banketfabriek te Charkoff, in Rusland, Polo-
juektoff genaamd, is algemeen bekend om zijne
ijdelheid en wordt om zijne rijke giften zeer ge
vierd. Hij heeft een aantal medailles en eeretee-
kens, maar daarentegen niet veel verstand.
Dezer dagen vervoegden zich drie heeren bij hem,
die zich afgevaardigden uit Bulgarije noemden,
en verklaarden gemachtigd te zijn, om hem de
Bulgaarsche kroon aan te bieden. Terwijl zij nog
spraken, komt er een dépêche uit Sofia met zijn
gelijk aanbod. Prolojucktoff dacht eerst aan eene
mystificatie, doch hield ten slotte de zaak toch nog
niet voor onmogelijk. Hij vraagt de heeren om
bij hem te blijven dineeren, trekt zijn officieel
gewaad aan (hij is lid van deu Raad) en rijdt naar
deu Rector der hoogesshool, om hem te raad
plegen over hetgeen hem te doen staat en of het
geen zaak zou zijn, om deu Gouverneur der pro
vincie het gebeurde mee te deelen. De Rector
raadt hem aan niet naar het krankzinnigenge
sticht te rijden. Dat begrijpt de goede man nu
ook en gaat naar huis. Daar vindt hij de „de
putatie" niet meer, en met haar was alles ver
dwenen wat er in sijn schrijftafel en in zijn
prachtig gemeubeld vertrek aan waarden en kost
baarheden te vinden was geweest.
De Brusselsche vaster Simon is
geen vaster meer; hij heeft ontbeten «n wel deu
elfden dag. 't Meest heeft het hem verveeld, dat
er niemand was, die zich voor zijn persoon in
teresseerde. Zoo ziet men, wat de reclamegeest
uitwerkt. Men denkt nu, dat hij te Londen ver
tooningen zal gaan geven. Hij rekent op de voed
zaamheid van de mist, omdat men die „met
messen kan snijden".
E e n e E n g e 1 s c h e dame vermaakte
baar vermogen aan „hare nicht Harriet Cloak".
Twee personen maakten aanspraak op de nalaten
schap: Harriet Crave, geb. Cloak, eene volle nicht
van de overledene en eene achternicht, ongehuwd,
die ook Harriet Cloak heet. De Rechtbank wees
de vordering van de eerste toe, als de naast»
bloedverwant. Het Hof van appèl vernietigde
het vonnis, en verklaarde, dat de ongehuwde
Harrist Cloak als erfgenaam was aangewezen.
In een Dresdener blad komt de
volgende advertentie voor: „Een in geldverlegen
heid verkeerend jongmeuech vraagt aan wel
denkende menscben eene som gelds, ten?iude
zich eene velocipede te kunnen aanschaffen, die
hij noodig heeft om eene vermageringskuur te
ondergaan.
Meldende dat onze justitie in de
maag zit met eene bende Zigeuners, die eerst
België en nu weer Pruisen ons telkens terug
zond, merkt de Arnh. Ct. op, dat dit vraag
stuk ann de diplomatie vrij wat hoofdbrekens
zou kunnen kosten. Waar is der heidenen va
derland? vraagt het blad. Het komt ons voor,
dat, afgescheiden van deze nu weer tu6schen
Nederland en België zwervende individuen, het on
derwerp zeer goed internationaal ware te regelen.
Der heidenen vaderland is toch wel ongeveer
te bepalen; en als dan de beschaafde Staten
overeenkwamen, hen onmiddellijk aan hunne grens
weer terug te brengeu in de richting van waar
ze kwamen, dan zouden ten minste die be
schaafde natiën bevrijd blijven van dat volkje,
dat althans in Nederland, België enz. zeker niet
thuis behoort. In Bulgarije, Wailachije, Grieken
land en zulke streken zouden ze vermoedelijk
onopgemerkt hun weg kuunen gaan; zooal niet
in hun vaderland, zijn ze daar dan toch meer
en pays de connaissance.
Op eene in het Leidsch Dagb lad g e-
plaatste advertentie van een verloren sleutel, zijn
er niet minder dan 28 aangeboden, waaronder
ook de gezochte.
D e Frankf. Ztg. houdt er nog alt ij d
uitmuntend ingelichte correspondenten in Neder
land op na. Zoo meldde er een, ddo. 8 Dec.
uit Amsterdam: „Door zware regenbuien en het
water, dat uit de talrijke grachten over de straten
stroomt, is bijna alle verkeer gestremd." Dat
gold nu ce qtt'on voit. Vrage: hoe vertrouwbaar
is die correspondent we! als hij gaat spreken
over ce qu'on ne voit pas, over politiek eu der
gelijke onderwerpen?
De prijs voor de oplossing van
den rebus No. 1 der „Kath. Illustratie", zijnde
een tafelservies ter waarde van f 200, is gewon
nen door den heer D.in de Rembrauiitstraat
te 's Hage.
Een Engelsche dorpsonderwijzer
zond onlang, een brief aan de Regeering, waai in
hij aanbood, eene lijst over te leggen vau alle
mogelijke spelfouten, welke hij gedurende zijne
veeljarige loopbaan in de opstellen zijner leer
lingen liad gevonden. Misschien, zoo meende hij,
kon die lijst van dienst zijn bij de pogingen, om
de schrijftaal te vereenvoudigen. Het antwoord,
door hem ontvaugen, luidde echter: „MDo
lijst van spelfouten, welke gij ons zoo welwillend
aanbiedt, zal waarschijnlijk voor ons weinig waarde,
hebben. Zij zou dunkt ons, niet volkomen aan
de vereischtec beantwoorden, want wij vonden in
uw eigen brief zeven spelfouten!"
Als eene groote zeldzaamheid
wordt door het Wiener Fremdenbl medegedeeld,
dat onlangs te Gmunden, op het jachtgebied
van deu Hertog van Cumberland, vier sneeuw
witte reebokken met zwarte koppen zijn gescho
ten. Volgens sommige deskundigen is dit ver
schijnsel te wijten aan de temperatuurtoestanden
van verleden jaar winter.
H e t Berl. Fremdenbl. maakt melding
van eene curioiiteit, die eeoig in haar soort is;
het betreft namelijk eene parel, afkomstig van een
der Znidzee-eilandeo, die zoo sprekend op het
gelaat van Von Bismarck gelijkt, dat zelfs de Keizer
daarover zijn verwondering betuigde. De bezitter
van dit unicum, een Berlijnsch handelaar in
preciosa, weigert het af te staan, ofschoon er
hem reeds belangrijke sommen voor geboden zijn.
Konden de postambtenaren tot
dusverre, ia bizondere gevalleD, ten opzichte van
het gewicht der postpakketten, met eeuige toe
gevendheid te werk gaan, thans is bij beschik
king van den Min. van Waterstaat bepaald, dat
voortaan geene postpakketten meer ter verzending
mogen worden aangenomen, welker gewicht 5
Kilo te boven gaat.
Te Pöseldorf bij Hamburg bemerk
te eeu heer, terwijl hij in de tram zat, dat hij
zijue beurs vergeten had; daar hij zeer dikwijls
van dit vervoermiddel gebruik maakte, en den
conducteur dus wel kende, vroeg hij hem 10 pf.
tar leen. Tot groote verwondering van den con
ducteur verscheen do heer sinds dien dag niet
weder. Deze begaf zich eindelijk naar het huis
van den heer, om te vragen waarom hij niet mcar
medereed, eu vernam daar, dat de vroegere reiziger
was ovcileden. Hij verzocht nu aan de erfge
namen, hem zijn 10 pf. terug te geven, maar
werd door dezen met ruwe woorden afgescheept.
Verontwaardigd diende de conducteur eene aan
klacht in en won zyn proces, en de erfgenamen
moesten dus, behalve de 6 «enten, nog de pro-
ceskoaten betalen.
De vaak besproken Kurhaus-brand
te Scheveningen zal waarschijulijk toch nog aan
leiding geven tot eene gerechtelijke vervolging.
Wij vernemen althans, dat dezer dagen 's Hofs
raadkamer, in strijd met de beslissing der Recht
bank, die geene termen moet hebben gevonden
tot het doen instellen eener vervolging tegen d#
dienstbode, op grond ran art. 158 Strafwetboek,
een nieuw onderzoek heeft bevolen.
De grootste telescoop der wereld,
die te Calilornië geplaatst wordt, zal in April
a. s. gereed zijn in het Lick-observatorium. De
leuzen zullen ieder f 300,000 kosten.
Er komt ook wel eens een geluk
bij eeD ongeluk: Woensdag-avond (het stormde
verschrikkelijk) verliet in Den Haag de vrouw
van eeu gepasporteerd militair haar werkhuis en
nauwelijks had zij hare parapluie opgestoken, of
de wind liet deze eene luchtreis maken, terwijl
zij den knop er van in hare handen hield. Het
regenscherm kwam juist neer op de impériaal
van eene voorbij snorrende vigelant en in aanra
king met deu hoed van den koetsier, waardoor
diens hoofddeksel zeer nederig de laagte zocht.
Onderwijl hij met eene hand het kaloeneu ver
sleten ding machtig had weten te worden en
met de andere zijn voertuig deed ophouden, had
de vrouw zich meester gemaakt, van den ouden
hoed eu staken ze gelijk over. Waar mot je heen,
moeder? vroeg de koetsier. „Naar het Scheve-
niugsche Veer!" was het antwoord. ,.Stap dan
maar in! Ik moet in de Zeestraat voorkomen."
De vrouw liet zich dit niet tweemaal zeggen, en
hare paraplaie had daarvoor vrij van dienst ge
kregen.
Vóór eenige jaren, toen G. Len-
sirg scheper (schaapherder) te Sehoonloo was,
passeerde daar een rijtuig met eene Hollandsche
dame, die nog nooit een scheper had aanschouwd
en dien gaarne wilde zien. Op verzoek van den
voerman kwam Lensing, gehuld in ziju grooten,
langen wanten pijjakker, die hem tot aan de
enkels reikte, zijne voeteu gestoken in stevelklom-
pen en zijn hoofd bedekt met eene ruige beren
muts, bij het rijtuig. Vol verwondering riep de
dame uit: „Het lijkt toch veel op een mensch!"
Men schrijft uit Maastricht, van
10 dezer: Bij een hevigen storm en regen werd
gisteren door de Belgische gendarmes naar de
zijde van Nederland over de grenzen gezet een
matroos, genaamd Peijel, geboren te Breslau,
en thans zonder vaste woonplaats. De arme suk
kel was te ziek om te kunnen loopen eu werd
daarom in een kruiwagen vervoerd eu op Neder-
landsch grondgebied aan deu weg nedergelegd.
De Burgemeester van Oud-Vroenhoveu, mensch-
lievender dan de Belgische gendarmes, liet on
middellijk een rijtuig ontbieden en den ongeluk
kige naar het gesticht Calvariënberg te Maastricht
overbrengen, waar hij op dit oogenblik wordt ver
pleegd. Aan de bevoegde macht is van het ge
beurde kennis gegeven.
Uit Tessel wordt gemeld: Eenige
dagen geleden spoelde hier uit zee een groote
bruinvisch aan, van wel negen voet lang. Spoedig
zaten een aantal meeuwen en kraaien op den
buit te azen. Ze werden echter verjaagd door
eeu verbazend grooten arend, die dag aan dag
zich aan het lijk te goed deed, zoodat eindelijk
alleen het gebeente bleef liggen. Men maakte wel
jacht op den arend, doch slaagde er niet in hem
te schieten.
In zake hondsdolheid schrijft
men aan het N. v. d.: D. In het medicijnboek
van dr. Beverwijk, een vermaard geneesheer uit
Dordrecht, uitgegeven in 1652, staat, dat om zich
te overtuigen, dat een beet door eeu hond toege
bracht, die van een dollen is, men eenvoudig
een stuk kruim van brood een paar uren op de
wond legt, dit dan aan een kip te eten geeft,
en bijaldien de hond dol is geweest de kip bin
nen 24 uur sterft. In een der fabelen van Phae-
drus vindt men van iets dergelyks gewag gemaakt