NIEUWE «I». 1086. Donderdag 24 Februari 1887. 12de Jaargang. De Missiën en de beschaving. Het album i/Neerlandia Catholica." feuilleton. Angelika. KM H44RLEM ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maander voor Haarlemt 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1, Voor het Buitenland 1,50 Afïjuderljjke Nummers0,06 Dit blad verschijnt Eiken WOENSDAG en ZATERDAG. BUREAU: St. JansstraatHaarlem' PRIJS DER ADVERTENTIÉN AGITE MA HON AGITATE. Van 16 regels.30 Csnts. Elke regel meer 5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Advertentiën worden, uiterlijk Dinsdag- en Vrjjdag- avorrd voor 6 uur ingewacht. Uitgevers: KUPPEKS& LAUEET. De heilvolle arbeid van den Missionaris werd en woidt niet genoeg gewaardeerd. De gevaren waaraan hij bloot staat, de vele en zware opofferingen, welke hij zich moet getroosten, worden niet beseft; ja, ondank, verguizing en miskenning is vaak zijn loon, Zelfs zijn er nog ellendelingen, die de vraag stellen: of het niet mogelijk zoude zijn aan de wilden de zegeningen der be schaving te schenken, zonder hen tegelij kertijd met den ballast van een zoogenaamd geopenbaarden godsdienst te bezwaren. Zij, die den treurigen moed hebben, een derge- ljjke vraag te stellen, bewjjzen daghelder, dat zij niet het minste begrip hebben van hetgeen de Missiën ten opzichte der be schaving hebben verricht; zij kennen de uitspraak niet van Darwin, zeker een on verdacht zegsman, die getuigde, dat, zoo hij het ongeluk mocht hebben schipbreuk te lijden en op een onbekend land aan te komen, zijne eerste gedachte zou wezen of er al christelijke Missionarissen op dit land waren geweest; zoo ja, dan zou hij zich veilig wanen. Het is ons voornemen niet te bewijzen welk een geluk het voor de heidenen mag genoemd worden, dat het morgenrood der christelijke waarheid de schaduw van hunne dwaalleer en bijgeloof heeft doen verdwij nen; wij willen slechts doen zien, wat de heidenen ten opzichte van de beschaving aan de Mis donarissen hebben te danken en hoe wederkeerig de landen welke de Mis sionarissen uitzouden, in menig opzicht baat vonden en in kooge mate werden be loond voor het werk der liefde, dat zij hadden verricht. Een der verderfelijkste dwalingen in de vorige eeuw, welke Rousseau en consorten in de wereld brachten, was de uitspraak, dat de mensch, waar men hem in den natuur staat aantreft, nog in de onschuld van het Paradijs verkeert. De ondervinding heeft echter steeds geleerd, dat Rousseau's Edeu bij de volken in den natuurstaat allerminst van dien aard is, dat een verstandig mensch zoude verlangen er in te leven. Ten eerste zijn de meeste wilden, bij welken de Missionaris komt, nog geboeid in de ketenen van het kannibalisme. Eu dit wordt geens zins slechts daar aangetroffen, waar de na tuur den mensch oogenschijulijk, door ont houding van de noodigelevensmiddelen, deze voeding aanwijst, maar zelfs in de heer lijkste en vruchtbaarste streken. Het kan nibalisme is, en dat is het treurigste, een religieus gebruik, dat, na Adams val, bij schier alle volken, behalve bij de Israëlie ten, heeft geheerscht. De wilden namelijk gelooven, dat hij, dien zij vermoorden, res pectievelijk verorberen, aan gene zijde vau het graf hun dienaar moet zijn. Gelijk men in onze dagen nog b. v. ouder de Papua's de zoogenaamde koppeusuellerij ziet plaats hebbeu, zoo vouden ook de Missionarissen (Vervolg.) VI. Het feest. „Och, lieve onschuld, ik bedoel den Graaf Von Drachenfels, dien gij zeker betooverd hebt, want het was voor de eerste maal, dat lnj eene jonkvrouw zijn arm bood. Angelika bloosde en kon het antwoord niet dadelijk vinden. Eleonora brak echter het thema af en vroeg: „Hoe bevalt u miju ver loofde?// Angelika bemerkte terughoudend: Mijne ken nismaking met Baron William Clifford is nog te kort geweest, dan dat ik over hem mijne meening zou kunnen uiten." Eindelijk hadden alle gasten het slot verlaten; slechts de Graaf Von Drachenfels en William niet. Ook Angelika maakte zich tot vertrek gereed, want zij verlangde naar haar vader en naar steeds kannibalen, die de lijken hunner vij anden verslonden. De Jezuïeten o. a. die aan de Amazone-rivier den volken het Evau- gelie verkondigden, vonden daar het wilde volk der Guuitatiërs, die de lijken veror berden, welke de zee huu aanbracht. Nog gruwelijker handelden de Oanisiërs, die hunne gevangenen zelfs levend pleegden te verslinden. Voorts ontmoetten de Missio narissen hier en daar ook de doodenoffers in deu vorm van geslachte meuscheu. Zoo vouden de Paters van de Sociëteit van Je zus, die in 1604 te Guinea kwamen, in het gebied van den Koning van het Leeuwin gebergte het volksgebruik, op het graf van een Vorst, zijne vrouwen, vrienden en sla ven te vermoorden, opdat hij dezen aan gene zijde van het graf niet zoude behoe- veu te missen. Waar dit gebruik overigens niet heersekhe, voud men toch schier overal het Kaïnsteeken gedrukt op 't voorhoofd der wilden. Niet ver van de Amazone-ri vier vond men de Chiquitos. Zij geloofden, dat van alle ongelukken de vrouwen de schuld dragen, eu daarom lieten zij, als zij ziek werden of ook maar de minste pijn gevoelden, moeder, vrouw en dochters eenvoudig vermoorden. Overal echter waar het deu Missionaris gelukt, natuur lijk na veel strijd eu offers, dikwijls ook op deu door het bloed van martelaren ge- kleurden bodem, het teeken des Kruises te planten, daar roeit hij dit gebruik uit, al is het nog zoo diep ingeworteld en de vrede op aarde« valt eindelijk ook dezen volken ten deel. Ook met de zedelijkheid staat het bij de wilden even als bij de beschaafde* volken slecht geschapen. Dit oudervonden de Je zuïeten op de Molukken, waar zij in 1511 voet aan wal zetten. Zedigheid was een woord, welks beteekenis de zwarten niet begrepen. Het grootste zedenbederf heerschte onder hen. Dezelfde toestanden ontmoetten zij iu Brazilië waar zij ongeveer in 't mid den der 16e eeuw kwamen. De veelwijverij is bij de wilden eu heidenen vrij algemeen, om niet te spreken van nog andere gru welijke ondeugdeu, welker namen wij niet willeu noemen. Hoe moeilijk was het vaak, eene verbe tering iu de zeden der volken te bewerk stelligen. Hoe dikwerf dachten de Missio narissen hun doel te hebben bereikt, als plotseliug al hunne hoop weder werd te leurgesteld. Hoe dikwijls gebeurde het, dat de wilden, uit liefde voorde oude vrijheid, de beschaviug den rug keerden en door het heimwee gedreveu, naar hunne bosscheu terugkeerden. Inderdaad de Katholieke Mis siën der 16e eeuw leveren een grootsch schouwspel. Kwamen de Missionarissen iu het maagdelijk laud der wilden aan, dan haddeu zij te strijden tegen de verscheu rende diereu en vergiftige slangeu, zoo mede tegen de knodsen der inwoners. En hadden zij gelukkig met de waarheid des geloofs ook de reinheid der moraal geves- de stille rust vau het slot. 's Avoiuls voor haar vertrek zat zij in den tuin op eene bank, omge ven door dicht loover. Geheel in de lectuur verdiept, merkte zij niet, dat iemand het priëel naderde, totdat plotseling Baron Clifford voor haar stond. Zij stond op zonder een woord te spreken. Hij bemerkte hare verlegenheid niet en begon-, „Edele jonkvrouw, zoo even vernam ik uw aanstaand vertrek op morgen, daar ik zelf in alle vroegte ga vertrekken, kon ik niet na laten, afscheid van u te nemen." Bij deze laatste woorden had hij hare hand gegrepen en aan zijne lippen gebracht, terwijl hij voortging: Hoe gelukkig zou ik zijn, als ik deze hand de mijne mocht noemen." Verontwaardigd trok Angelika hare hand te rug en sprak: „Hoe durft gij het te wagen om als verloofde mijner vriendin zulke taal jegens mij te voeren? hierop liep zij hem, als eene gekwetsts majesteit voorbij; haar kleed raakte met de plooien in een doornstruik en zeker zou zij gevallen zijn, indien niet plotseling een krachtige arm haar had ondersteund. Het was Eberhard Von Drachenfels, hij bevond zicb aan de tegenovergestelde zijde vau bet pnëel en bad het vluchtig onderhoud vernomen. Hij wierp een blik der diepste verontwaardiging op den tigd, dau was dikwerf het ergerlijk gedrag der Europeescke Christenen de oorzaak, dat zij, die nauwelijks waren bekeerd, weder aan den Moloch van den afgodendienst werden overgeleverd. Wat ging het de Europeesche kooplieden aau of de volksstammen in de nieuw ontdekte landen voor deu Heiland gewonnen werden, als zij zelveu maar zeer spoedig met eene gevulde beurs naar 't va derland konden vertrekkeu, om hunne da gen in brasserijen door te brengen. De be woners werden met wreedheid behandeld en de zeden der ouderdrukkers waren in volkomen strijd met hetgeen door de chris telijke moraal werd verkondigd. Toen der halve de h. Franciscus Xaverius iu 1542 in Indië landde, om de voorspelling vau den h. Thomas te vervullen, welke men ta Maliapor op de kust van Coromaudel op eeue zuil vond geschreven, was zijue eerste taak, de Portugeezeu te hervormen, die zich aau de grootste en ergerlijkste uit spattingen overgaven. Vermits echter het woord, daar steeds het krachtigst werkt, waar het voorbeeld zijn inhoud bekrach tigt, zoo was het doel der katholieke Mis- sionarissen, steeds eu overal, door het voor beeld eener vlekkelooze kuischheid eu rein heid, uit te schittereu, hetgaeu dikwerf zelfs door Protestanten werd erkend. Eene andere ondeugd, waarvan wij mel ding moeten maken, vonden de Missiona rissen bij de meeste wilden, namelijk de dronkenschap. De droge levers en den altijddureuden dorst vindt men ook buiten de beschaafde* wereld. Waar geen maïs of gierst tot bereiding van bier voorhan den was, brouwde men een beueveleudeu drank uit de bauaneu. Iu andere strekeu leverden de palmboomeu den wijn, ja zelfs giftplanten moesten er toe dienen den mensch van ziju verstand te berooven. Deze ontzenuwende ondeugd der volken uit te roeieu,kost don Missionarissen groote moeite. Eu ook hierbij worden zij door de winzucht en immoraliteit der Europeanen zeer tegen gewerkt. Zoo brachten de Engelschen aau 't einde der 17e eeuw den braudewiju iu Canada, schonkeu dien aan de Indianen om niet, om hen te ontzenuwen en hen dan van het juk vau deu »Roomscheu Anti christ* te bevrijden. Eu ook in onze dagen vernietigen de beulen van Ierland, eu wel is waar met algeheele toestemming hunner regeering, door hun opiumhandel, de beste volkeu, de schoonste lauden. Daardoor treed echter te duidelijker aan den dag, dat slechts de katholieke Missionaris de ware beschaviug aanbrengt; hetgeen dikweifeeu verwoestende oorlog, die eenige meuscheu- leeftijdeu duurt, niet bewerkstelligt, ver krijgt in korten tijd zijn vredespalm. De katholieke Missionaris leert deu wilde, de meuschelijke waardigheid kennen en besef- feu en ieert hem Gods evenbeeld niet door het dierlijke element te doen ver dwijnen. Wordt vervolgd). Barou, daarna reikte hij Angelika den arm om haar slotwaarts te leiden; zwijgend stapten zij naast elkander en niemand durfde over het pas gebeurde een woord reppen. William knarste op de tanden, toen beiden zich verwijderden. „Wacht maar trotsche, Duit— seller, mijne wraak zult gij nooit ontgaan; mo gelijk deukt gij reeds de bruidegom dezer schooue jonkvrouw te zijn, doch vergis u niet, zij zal de mijne worden, ik zal de middelen beramen haar voor mij te doen winnen. Dit zeggende verliet hij de plek en begaf zich insgelijks naar het slot. Doch halt! wat schittert daar op den grond? Hij bukt zicb en raapt een gouden voor werp op. Hij opent het en ziet eene amulet er in gesloten, met de beeltenis eener schooue vrouw. Angelika had ze bij het ongeval zeker verloren. Haastig verborg hij ze in zijn rokzak. Dat was wel eene kostbare vondst! Toen Angelika zich des avonds ter ruste wilde begeven: vermiste zij hare amulet: alle bedieuden waren spoedig iu den weer om met fakkels naar alle zijden den tuin te doorkruisen, doch vonden niets. Angelikn weende als een kind, want van de dagen barer kiudsheid af had zij het beeld barer moedor als een talisman op Het is den ondergeteekeade bizonder aange naam, aan zijne katholieke landgenooten thans het volledig plan te kunnen mededeelen van het Album, dat in hun naam aan Z. H. Paus Leo XIII zou worden aangeboden op den dag van zijn gouden priesterfeest. Het comité, dat met het ontwerp en de uitvoering van dit werk werd belast, heeft terecht de ont vangen taak zoo ruim mogelijk opgevat en een Album ontworpen, dat onder den naam van Neerlandia Catholica een aanschouwelijk beeld zal geven van de ontwikkeling van het Katholieke l even in Nederland onder de tegening van de in het jaar 1853 herstelde hiërarchie. Men zal erkennen, dat zoodanig Album in waarheid belooft te worden wat het op de eerste plaats beoogt te zijn: een bewijs van dankbaar heid jegens den 11. Stoel, die aan de Katholieken van Nederland de hiërarchie hergaf, eene waardige hulde aan Paus Leo XIII in 't bizonder, wiens wijze en vaderlijke zorg zich uitstrekt over het katholieke leven iu al zijne openbaringen. Hot genoemde is iutusscken niet het eenige doel, waarmede het plan van Neerlandia Catho- lica werd ontworpen. Sinds de wedergeboorte van onze kerkelijke provincie heeft, door Gods goed heid, de katholieke Kerk in ons Vaderland ouder het wijs en krachiig bestuur van onze Aartsbis schoppen en B sschoppen, eene nieuwe en hooge vlucht genomen. Waarlijk verbazend is de voor uitgang die sedert het jaar 1853 valt waar te nemen op elk gebied vau bet kerkelijk leven. De tijd schijnt gekomen om aan de katholieke wereld en ons-zelven rekenschap te geven van dien vooruitgang; eene betere gelegenheid dan het naderende feest des Pausen, om daarvoor de noodige gegevens te verzamelen, zal moeilijk worden gevonden. Om deze reden stelt het comité zich voor, aan zijn arbeid ook voor Nederland #jne blijvende waarde te verzekeren en Neerlandia Catholica aan te bieden niet slechts aan het feestvierend Opper hoofd der Kerk, maar teveus aan allen, die be lang stellen in den bloei onzer kerkelijke pro vincie. Het Album zal daarom worden gedrukt en in den handel verkrijgbaar zijn. Uit het gezegde blijkt reeds, wat de hoofd inhoud zal uitmaken vau Neerlandia Catholica: eene breed opgevatte statistiek van de katholieke Kerk in ons Vaderland, vergeleken, voor zoover zulks mogelijk is, met haar staat in het jaar 1 853. Wat cr iu het katholieke Nederland van lieden geschiedt, wat er meer geschiedt dan bij het herstel d,:r hiërarchie, hoe het geschiedt, door wie het in hoofdzaak geschiedt, iu welke mate het geschiedt, waar het geschiedt, ziedaar de vragen waarop meu trachten zal het antwoord te geven. Opdat echter ons Album het beeld geve van het volle leven, zal nog eene andere vraag worden beantwoord, die al de audere beheerscht, de vraag: hoe dit alles geworden is. Aan de statistiek zal de historie zich paren. Het kort maar vol ledig geschiedverhaal moet de feiten, door de statistiek vermeld, in k;t juiste licht plaatsen. Het is duidelijk, dat de historische toelichting niet noodig is voor elk statistisch feit; dat zij zich kan en moet bepal n tot het geheel. De algemeene invloeden, de meest gewichtige gebeur tenissen, de regelende machten, de leidende per sonen, moeten hier worden aangeduid, niet meer. hare borst gedragen er. het verlies er van wekte iu haar kart het voorgevoel van een naderend onheil. Nadat zij 's morgens van allen een hartelijk afscheid genomen had en den wagen wilde in stappen, ontmoette zij Eberhard Von Drachenfels. „God behoede u! edele Jonkvrouw!" waren de eenige woorden, die hij kon spreken, en bracht hare hand aan zijne lippen. „Vaarwel, heer Graaf!" antwoordde zij en terwijl zij in zijne oogen zag, kon zij een gevoel van aandoening niet onderdrukken de ge dachte aan hem reisde met haar mede. De vreugde des vaders, die haar hij 't weder zien in zijne armen sloot, was onbeschrijfelijk. Toen Augelika bemerkte hoe bleek en ziekelijk hij er uitzig, omhelsde zij hem, en beloofde hem nooit weder te verlaten. De Graaf antwoordde niet, maar drukte haar diep ontroerd aan 't hart, en zuchte. Vader Francesco en de oude bedienden ver heugden zich al evenzeer over de wederkomst hunner jonge meesteres, wier vriendelijke lach reeds genoeg was, om vreugde en genoegen door het slot te verspelden. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1887 | | pagina 1