Bijvoegsel behoo rende bij de
NIEUWE
van Zondag 3 Juli 1887.
De Paus en de gekroonde Hoofden.
De wereldlijke macht des Pausen is tot
nul gereduceerd. De Paus zelf is een ge
vangene. Zijne Heiligheid is er erger aan
toe, dan de tot vestingstraf veroordeelde.
Naar den uiterlijken schijn heeft het Paus
dom minder aanzien dan het kleinste vor
stendommetje van een der talrijke Duitsche
Staatjes.
Toch sluiten niet alleen katholieke mo
gendheden verdragen met den Paus, zelfs
de niefe-katkolieke machten knoopen be
trekkingen aan met deu H. Stoel.
De grootste vijanden van het Katholi
cisme stellen er belang in, in goede betrek
kingen met het Vaticaau te staan. China,
een anti-katholieke Staat bij uitnemend
heid, stelt prijs op eene goede verstand
houding met den Paus. Slechts aan deu
invloed van Z. H. heeft de Republiek het
te danken, dat Fraukrijk nog als bescher
mende mogendheid van de Christenen door
China wordt beschouwd en hoe vreemd het
ook moge schijnen, de godloochenende repu
bliek stelt er prijs op, in de verre gewesten
als de beschermster der katholieke Kerk
te mogen optreden.
De Paus zendt bij gelegenheid van het
gouden jubelfeest der Koningin een gezant
schap naar Londen, om H. M. te felici-
teeren. Dit gezantschap wordt niet alleen
uit hoffelijkheid toegelateu, maar het wordt
er met alle ouderscheiding ontvangen.
Men begrijpe het wel. Eene anti-katho
lieke Regeering verklaart openlijk; dat een
Gezantschap van Z. H. hoogst aangenaam
zal zijn. Dit gezantschap wordt als de
Gezanten van machtige Staten openlijk
toegelaten bij de feestviering van het gou
den jubelfeest in datzelfde Londen, waar
de volkskreet is no poperywat hetzelfde
beteekeut als in der geuzeu taal: Liever
Turksch dan Paapsch.<a
Iu datzelfde Londen, waar voor eenige
jaren nog op deu Guy-Fawkes-dag eene
verkleede pop, die deu Kardinaal Wiseman
of deu Paus moest verbeelden, ten spot van
het gausche volk werd rondgedragen om
ten slotte te worden verbrand, wordt nu
eene pauselijke deputatie met alle mogelijke
onderscheiding ontvangen.
De Italiaansche Regeering, Koning Hum-
bert zelf ziet zich genoodzaakt rekening
mot het Pausschap te houden, oudauks
de afgekeerdheid, ja trots den haat tegen
Paus en Kerk, die hen bezielt. Thaus, ter
wijl er niet eene macht iu Europa bestaat,
die voor de Kerk eenig gewicht iu de schaal
kan werpen, als het er op aan komt, steun
door kracht vau wapenen te verleeuen,
boezemt het Pausdom ontzag en eer
bied in.
Rusland, de gezworen vijand van de
katholieke Kerk, Rusland, dat zijn eigen
Paus iu zijn Keizer bezit, knoopt meer
dan ooit onderhandelingen aau met deu
Paus van Rome.
Terwijl al de gekroonde Hoofden als het
ware machteloos zijn, ten gevolge van den
constitutioueelen regeeriugsvorm, terwijl de
Kamers het klein beetje macht, dat de
Koningen nog bezitten, dagelijks tot nul
zoeken te herleiden, spreekt de Gevaugeue
van het Vaticaau en zijne stem weerklinkt
over deu ganscheu aardbodem; en zelfs zij,
die Rome haten, zijn huns ondanks gedwon
gen te erkenuen, dat hij de onafhanke
lijkste Vor3t is op aarde, niet door kracht
van wapenen, maar door de kracht der
eeuwige en onveranderlijke beginselen van
recht, die hy voorstaat, door de kracht
van Hem, Die eens sprak: Gij zijt de steen
rots, waarop Ik Mijne Kerk bouw, en de
poorten der hel zullen haar niet overwel
digen
Ofschoon eene geschiedenis van nage
noeg negentien eeuwen voor ons ligt, om
het feit te bewijzen, ziju er, helaas! nog
velen, die ziende blind en hoorende doof zijn.
Wat er zooal geleeraard wordt.
Iu de Gids (oude) van Juni '87 lezen
wij in een opstel »Over Vrijheid en Her-
vormiug« door prof. P. W. A. Cort Van
der Linden, bl. 409:
»De grondzuil van onze maatschappelijke
instellingen is het eigendomsrecht. Van
onze maatschappelijke instellingen. Want
men mag niet vergeten, dat er een tijd
geweest is waarin de gemeenschap regel,
de bizondere eigendom onbeduidende uit
zondering was, en dat nog heden ten dage
over groote streken van onzen aardbodem
deze meer primitieve orde van zaken is ge
bleven. Eu ofschoon wij niet in staat zijn
het tijdperk van overgang van de heer
schappij der gemeenschap tot de algemeene
marmot iimvr.