NIEUWE No. 1153. Woensdag 12 October 1887. 12de Jaargang. Ons leger. KUIT NL Ai\ 1L ii. (Slot.) IlllLKISMI III KA IT. ABOHHEMENTSPB IJ B Per 3 maanden voor Haarlem0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland Ir. p. p. 1,10 Voor het Buiteulaud 1,80 Afzauderljjke Nummers0,06 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. B tl R E A TTSt. Janstraat Haarlem. AGITE MA NON AGITATE. PBIJS DEB ADVEBTENTIÉE Van 16 regels.30 Cents. Elke regel meer 5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers: K U P P E R S 1. A U R E Y. In ons vorig artikel legden wij nadruk op de orastandigbeicf, dat het verslag van het verhandelde in de afdeelingen der Tweede Kamer nopens Hoofdstuk VIII der nieuwe Grondwet, duidelijk doet zien, dat vele leden hunne ware bedoelingen wilden ver bergen. Wij willen daarop nog even terugko men. Die geruststelling toch, met welke men de tegenstanders van de verzwaring der militie-lasten wilde tot zwijgen bren gen, beteekent hoegenaamd niets. Eerst werd door sommige leden der afdeeliug, waarin de quaestie der defensie ter sprake kwam, met nadruk beweerd, dat bij het onderzoek der wetsontwerpen van Generaal Reutlier ten duidelijkste zou gebleken zijn, dat eeue doelmatige samenstelling der le vende strijdkrachten ouder de tegenwoordige Grondwet moeilijk zou te verkrijgen ziju. Met bet oog op den toestand van Europa was het dringend noodig door wijziging van Hoofdstuk VIII, den weg te banen tot eene inrichting van het leger overeenkom stig de eischen des tijds. Tegen die redeneering kwamen andere leden, die niet van den algemeenen en per soonlijken dienstplicht gediend willen zijn, met nadruk op. Bepalingen (zoo redeneer den zij zeer juist) ter beperking der aan de ingezetenen op te leggen militaire ver plichtingen, de zwaarste van alle, mogen in de Grondwet niet ontbreken. Hierbij werd door de voorstanders van het nieuwe Hoofdstuk aangevoerd, dat eeue vertegenwoordiging, gekozen door de daar toe aangewezen Nederlanders, zich wel wachten zal tot eeue al te groote opdrij ving van militaire lasten bare medewerking te verleeneu. De bepalingen der tegen woordige Grondwet stonden echter aan eene min kostbare 6d doeltreffende regeling der levende strijdkrachten in den weg. Dat in oorlogstijd de gebeele weerbare bevolking aan de verdediging des lauds behoort deel te nemen, werd door deze leden toegege ven. Doch de verdediging zal hoofdzakelijk moeten geschieden door eene wel ingerichte en behoorlijk geoefeude militie, tot welker samenstelling geen algemeene dienstplicht zal vereischt worden. Eene gemeentelijke wapenmacht als de Schutterijen vermag geene bruikbare troepen te leveren. Om haar eeuige waarde te doen verkrijgen, zou den de laston, die zij nu reeds voor de bevolking medebrengt, belangrijk moeten verzwaard worden. Eu met deze verklaring wilde men de ontruste gemoederen der niet ultra-mili taristen bewegen zich met het nieuwe Hoofdstuk VIII te verzoenen. Het ligt voor de hand, dat dit doel niet werd bereikt. De leden, die het gevoelen FE VILL E TON. De geheimzinnige gevangene. Het groote rumoerige Parijs was weder voor een poos ingedompeld om bij het ochtendkrieken opnieuw den strijd om het bestaan aan te bin den. De nacht was guur. Men naderde het einde van Februari 1863, het jaar, dat de winter zoo laat inviel om tot in de leute in zijn volle kracht te blijven regeeren. Een sneeuwtapijt bedekte de afgelegen buurten van den faubourg St. Antoine. Pij na aan het einde van den faubourg lig gen eenige straten, die aan de steegjes der kleine steden doen denken en waarin zeer arm zalige heisgezinnen zijn gevestigd. En bovendien wonen daar meestal lieden, van welke men juist niet. zeggen kan, dat zjj in de deugd zijn opge groeid. Met den regelmatigen stap, waaraan men on middellijk de mannen in dienst der politie kan herkennen, gingen twee ruenschelijke wezens, diep in hunne nachtmantels gehuld, langzaam de rjj lange, smerige woningen voorbij. Eensklaps bleef een ven hen staan. Hij bracht zijne hand aan 't oor en sprak- voorstaan, dat ook het onze is, bleven volharden bij buu bezwaar tegen verande ring van het bestaande Hoofdstuk VIII. Dat zij daarin volkomen recht hebben, zulleu wij wel niet nader behoeven te betoogeu. Als de gewone wetgever met betrekking tot de nationale verdediging kan doen wat hij wil, dan verkeert de Natie in het voort durend gevaar van zich de allerzwaarste militaire lasteu te zien opgelegd. Oppervlakkig zou men metterdaad kun nen meenen, dat eene Nederlandsche volks vertegenwoordiging nimmer, wat hare meer derheid betreft, in sterk militairen zin de defensie yal regelen; maar bij dieper na denken zal men moeten erkennen, dat op eeue Tweede Kamer nooit vast peil is te trekken. De stembus wordt niet altijd be- heerscht door de volksovertuiging, dikwerf door een volkswaan. Daarenboven als de nieuwe kiesrecht-regeling zal zijn inge voerd, zulleu de onderste lagen der samen leving een ernstig woord iu het parle mentair kapittel gaau medesprekeu, en die standen zien iu de plaatsvervanging en nummerver wisseling, geheel ten onrechte evenwel, een groot onrecht. Onmogelijk i3 het niet, dat de strijd tegen de bezittende klassen in de Kamer der Honderd ontbrandt; en wat dan? Dan zal tegen de bezittende klassen wordeu gewoed, onder meer met het gevolg, dat het leger tot een zoogenaamd zuiver volks leger zal worden gemaakt. De algemeene dienstplicht zal dan wel degelijk, ondanks alle geruststellende verklaringen, onder verzwarende omstaudigheden zelfs, aan de Natie worden opgedrongen. Om aan dat gevaar werkelijk te ont- komeu, behoort het nieuwe Hoofdstuk VIII te wordeu verworpen. Maar dan zul len wij niet in staat wezen om ons dier baar vaderland tegen een aanval te ver dedigen, zelfs zullen wij niet eenmaal onze neutraliteit naar eisch kuuneu haudhaveu eu daardoor in moeilijkheid geraken met de strijdvoerende partijen, die in onze na bijheid met elkander worstelen. Zoo beweren de militaristen; maar zóo oordeelen niet alle hooggeplaatste mili tairen. Generaal Reuther staat niet alleen met zijne zienswjjze, volgens welke, met behoud van uummerverwisseling en plaats vervanging de weerbaarheid des Rijks uit stekend is te verzekeren. Terecht werd dan ook door onze geestverwauteu in de Tweede Kamer opgemerkt, dat de tegenwoordige Grondwet wel degelijk eene doelmatige inrichting van het leger toelaat. Noch de algemeene, noch de persoonlijke dienstplicht blijven wij noodzakelijk reke nen om de verdedigbaarheid van den va- derlaudschen bodem te waarborgen. Door de militaristen wordt altijd met zekere voornaamheid neergezien op onze Schutterijen. Ook nu weder bjj de behan- Ik hoor gegil, Victor. Och wat zou dat! Zeker een of andere troep luidruchtig werkvolk, dat bij Lantier om geld zit te spelen. Daar is het te laat voor. We zullen er heengaan en zeggen, dat hjj sluit. Plotseling klonken eenige opvolgende schelle kreten. Sapristi! riep de ander, ik geloof, dat er wat te corveeën zal vallen. Het is diehtbjj ook. Hier in deze zjjsteeg. Daar zie ik licht, Pierre. Vlug! Blijf bedaard: Het is eene deur met een spinnekop. Jij bent zooveel lichter dan ik. Ik zal je optillen en kijk jij dan door het glas. Pierre ging met den rug tegen den muur staan, terwyl Victor zich naar de hoogte werkte door met den rechtervoet op de handen van zijn col lega te stappen. Slechts even had Victor door het raam ge keken of hij sprong weer op den grond en zei benauwd: Een moord 1 Zij tastten naar de kruk der deur, doch zjj voelden slechts een sleutelgat, waarin de sleu tel ontbrak. In naam der wet: Open! klonk het nu van buiten, uit twee monden tegelijk. deling der Grondwetsvoorstellen in de Tweede Kamer, werd van de Schutterijen, gelijk wij reeds citeerden, getuigd, dat de gemeentelijke wapenmacht geeue bruikbare troepen kan leveren. Moesten de Schutte rijen eenige waarde verkrijgen, dan zouden de militaire lasten der Natie belangrijk moeten verzwaard worden. Welk eeue begripsverwarring straalt in die woorden door! Iu de eerste plaats dragen de Schutterijen een tweeledig karakter. Zjj zijn eene gemeentelijke burgerwacht, doch levereu in geval van nood een hoog te waardeeren element voor de volkswapening. De geschiedenis levert van dat laatste een zeer treffend voorbeeld. Of hebben de Neder landsche Schutters in 1830 niet met moed, beleid en trouw tegen de Belgen gevochten? En nu hooren wij ous wel toeroepen: De tijden ziju veranderd, het oorlogvoeren is zooveel moeiljjker geworden; maar dat argument gaat niet op. Niet- het oorlogvoeren is moeilijker, maar het moorden is erger ge worden; die soldaat is het meest waard, die het best de nieuwerwetsche moordtuigen kan behandelen. De persoonlijke moed be- teekeude in vroegere eeuwen meer. In elk geval moeten, in ons systeem, de Schut terijen wordeu hervormd en verbeterd. De rustende Schutterijen moeten uit haar dood- sluimer worden gewekt. Als dat geschiedt (zoo roepen de milita risten triomfantelijk uit), dan zullen de Schutterij-lasten aanmerkelijk worden ver zwaard. Hier wijzen we, iu de tweede plaats, op eene verwarring van denkbeelden bij de militaristen. Werden de Schutterjj-lasten verzwaard, dan zouden de militie-lasten niet behoeven verzwaard te worden; de Natie zou dus aan den hesten koop zijn. Onze lezers zullen wel ontwaren, dat de redeneeringen van de militaristen zeer ge wrongen ziju. Zij willen tot eiken prijsde afschaffing van plaatsvervauging eu num merverwisseling, eu om dat doel te bereiken, achten zij elk middel geoorloofd. Wjj voor ous eiicheu: hervorming der Schutterijen in dien geest dat de algemeene oefeningsplicht worde ingevoerd; ons volk zou dan een weerbaar volk iu den besten zin kunnen worden. Verzwaring der mili- tielasten zou dan kunnen uitblijven; plaats vervanging en uummerverwisseling zouden kunnen behouden blijven. Tot de verwezenlijking van die denkbeel den kan echter het tegenwoordige Hoofd stuk VIII worden gehandhaafd. Het nieuwe hoofdstuk voert ongetwijfeld op een gansch anderen weg. Het kome dus niet tot stand! Het gerechtshof van Brabant, (België) heeft den socialist Moreau veroordeeld tot twee jaren gevangenisstraf, wegens het houden van opruiende redevoeringen. Als eenig antwoord hoorden de politiemannen doffe slagen en het gedruisch eener hevige wor steling. Pierre, een man van herculische gestalte, viel toen in schuine richting met al zjjne zwaarte tegen de deur, die gelukkig te zwak bleek om zoo'n bons te weerstaan. Met hunne oogen verslonden de agenten het tooneel. Op den grond lag het bebloede lijk eener oude vrouw uitgestrekt en iets verder lagen twee mannen te worstelen, de eene leek een oud militair, de andere een jongmensck van circa 27 a 28 jaar. Het jongmensck was weldra door de politie mannen ontzet en de oude opgericht. Victor wierp een vluclitigen blik in 't rond en zag dadelijk, dat eene achterdeur openstond, die wellicht tot de vlucht van anderen kon ge diend hebben. Hjj liet echter deze veronderstel ling varen om de beide mannen in verhoor te nemeD. De oude, die met zweet overdekt voor hem stond, vertelde hortend en stootend, dat kjj hier met zijne vrouw stil leefde, dat hij zoo pas geleden was thuisgekomen en zijne vrouw in eene vreeselijke worsteling had aangetroffen met twee kerels, waarvan de een met een dolk in de hand en een pak onder den arm was gevlucht en dat de andere den eerste had willen volgen, maar Te Berlijn is officieus bekend gemaakt, dat bet opzienwekkend verbod op versprei ding van bulletins, strooibiljetten, buiten gewone bladen, enz. zonder voorafgaande vergunning, eigenlijk slaat op de socialis tische blaadjes, waarmede onder die bena mingen misbruik werd gemaakt ten dienste van socialistische woelingen. Naar de be staande wetten was het niet mogelijk, de openbare verspreiding van zulke blaadjes te keer te gaau, eu daarom heeft de po litie gebruik moeten maken van haar recht om het in 't algemeen te verbieden. Do ver spreiding van niet- socialistische bladen en blaadjes zal niet worden geweigerd, en de verplichting tot aanvraag om vergunning zal daaromtrent geeue groote belemmering teweegbrengen, doordien er bij de politie- afdeeling voor drukperszaken tot zelfs des Zondags eeu doorloopende dienst is geo pend en men aldaar geen opouthoud heeft te vreezen. De Duitsche Gezant, Graaf Von Munster heeft aaü den Minister van Buitenlandsche Zaken het officiëele antwoord zijner Re- geering in zake het incident te Raon-sur- Plaine medegedeeld. De Duitsche Regeering heeft aan de weduwe Brignon eene scha devergoeding van 50,000 M. toegekend. De Gezant overhandigde onmiddellijk aan den Minister eene chèque van dit bedrag, betaalbaar bij den bankier van het Duitsch gezantschap. Het dadelijk ingesteld onder zoek zal overigens den grond van schul digheid der Duitsche militairen en ambte naren iu deze betreurenswaardige gebeurte nis aantoonen. De Kreuzzeitung meldt, dat Keizer Dom Pedro de regeering over Brazilië niet weder zal op zich nemen. Zijne abdicatie ten gunste zijuer dochter, de Gravin Van Eu, zal iu het laatst van dit jaar volgen. Prins Henri, zoon van den Hertog van Chartres, ontmoette op zijne reis in Griekenland den Franschen Cousul te Lau- rium. DeCousul groette den Prins eerbie dig, maakte hem zijn compliment eu ver gezelde hem eeuige miuuten. Wegeus dit feit is de Cousul door de Frausche Regee ring ontslagen. De cholera is thaus nagenoeg geheel uit Italië verdwenen. Te Pozzuoli seu te Castellamare, waar zjj in eene maand tjjds 150 en 100 slachtoffers eischte, komt thaus geen enkel geval meer voor. Te Napels stierven in drie maauden tijds ruim 250 personeu, en te Albarilla bij Avelliuo eeu vijftigtal, en zoo naar evenredigheid in al de 30 dorpjes van 'tNapolitaansche, waar van zich thans nog slechts in een achttal een enkel cholera-geval voordoet. De Bulgaarsche oud-Minister Radoslavoff, die, gelijk men weet, met Stambouloff in onmin is geraakt, is dezer dagen bij Vorst Ferdinand ter audiëntie geweest. Bij die gelegenheid heeft de Vorst hem naar zijn programma gevraagd en toen dit bleek te dat hij hem gegrepen had en hem zou geworgd hebben uit angst en wraak over den dood zjjner vrouw, die daar met steken overdekt voor hem lag. Wat kan er in dat pak zjjn? vroeg Victor. Ik weet het niet. Er is een pak aan mijne vrouw toevertrouwd, tegen eene lijfrente, die steeds geheimzinnig in een blanco couvert op ongeregelde tjjden werd bezorgd. Ik heb liaar moeten helooven, dat ik niet eer dan na haar dood dat pak zou openen. Of het nu om dat pak te doen was, weet ik niet, doch ik heb het dadelijk vermoed, toen ik den weggevluchten moordenaar iets dergelijks onder den arm zag hebben. Waar lag dat pakket altijd? vroeg Victor. Daar in die lade. Zie je wel, ze staat open. Daar ligt niets dan een gebedenboek en 2 franks, sprak de politieman. Zie je wel, zei de oud', daar ligt mjjne arme Marianna wel degelijk om haar verwenscht pak vermoord op den grond. En wat zeg jij daarvan? vroeg nu Victor aan het jongmensch. Doch deze antwoordde niet en staarde wezen - loos de twee mannen aan. Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1887 | | pagina 1