N I E U W E m. 1155 Zondag 16 October 1887. 12de Jaargang. De toestand in Ierland. BU1TËNL AN D. B 1 N N N L A iM 1). 3) De geheimzinnige gevangene. ABONNEMEKTSBBUS Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland Ir. p. p. 1,10 Voor het Buitenland 1,80 Afzonderlijke Nummers0,06 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. B OKEAÏÏ: St. Janstraat Haarlem. PBIJS OEB ADVEBTEHTIÊH AGITE MA NOU AGITATE. Van 16 regels.30 Cents. Elke regel meer 5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers: KÖPP1E8 St J.AUREÏ, {Slot.) De proclamatie waarvan wij in ons vorig artikel gewaagden, is den 19den Augustus jl. door de Regeering uitgevaardigd en later door het Lagerhuis goedgekeurd. Met recht wees Gladstone, toen zij in het Lagerhuis ter sprake kwam, op het feit, dat de proclamatie bijna gelijk stoud met eene oorlogsverklaring aan het Iersche O O volk. De hoop, welke hij koesterde, dat de arme Ieren voort zouden gaan stil en ge laten te lijden, is niet verwezenlijkt gewor den. Eveu als nu vijf jaren geleden, hebben de Ieren ook thans geweld tegenover gewald geplaatst en de taal der Iersche nationale pers laat duidelijk hooren, dat de houding der Ieren tegen de dwang-politiek ook in de toekomst niet anders zal wezen. Daarbjj komt nog, dat de omstandighe den voor de Regeering wezenlijk ongun stiger zijn dan voor vijf jareu. In dien tusscheutijd immers kwamen de Homerulc- ontwerpeu van Gladstone voor den dag, die aan het Iersche volk helder en duide lijk hebben getoond, op welke wijze zijne wenschen praktisch tot verwezenlijking kouden komen. Geen wonder, dat de nieuwe dwangwet-politiek voor het Iersche volk dubbel hard moet vallen. De bloedige gebeurtenissen van den jong- sten tijd hebben de dwalingen van het Kabinet der Tories in 't helderste licht gesteld. Nauwelijks maakt de Regeeriug zich gereed om vau eeue door de nieuwe dwaug- wet verkregen macht gebruik te makeu, of de Ieren toouen op gewelddadige wijze dat zij ontzettend tegen haar zijn ge kant. Men heeft in het Lagerhuis dikwerf strijd gevoerd aan wien de verantwoordelijkheid voor de jongste bloedige botsingen tusschen volk en politie moet toegeschreven worden, of de aanvallende partij het volk of de politie is geweest. In de oplossing van de Iersche qnaestie is dit echter een puut van zeer ondergeschikt belang. Of de bevolking, dan wel de constables het eerst naar de wapens hebben gegrepen, is vrij wel het zelfde; de quaestie is, dat bp de eerste ge legenheid de beste door een der partijen van de wapenen wordt gebruik gemaakt. Deze droevige voorvallen behooren niet tot de gebeurtenissen van den nieuweren tijd, neen, zij zijn zoo oud, als Ierland aan Engeland is onderworpen. Sinds eeuwen werden door de Eugelsche machthebbers pogingen in het werk ge steld de arme leren door maatregelen van geweld te onderdrukken en sinds eeuwen ziju deze pogingen ijdel gebleken. De toe stand van Ierland is ouder het Engelsche dwangjuk nooit beter, integendeel steeds slechter geworden en wel is waar slechter naarmate de dwangmaatregelen strenger werden. In zijn uitbunaigen overmoed heeft Lord Salisbury, vóór hij Minister werd, FEUILLETON. Vervolg.) En. dan? vroeg de Procureur. Dan ga ik hem dag en nacht beloeren. Hij, in de gedachte, dat hem niemand ziet, zal loopen, zingen praten misschien. De eenzaam heid en de langdurigheid der gevangenhouding zullen hem wat aan de hand doen om zich te verzet ten. i Ik zal al zijne manieren en gewoonten be- studeeren. Een lichtstraaltje is voor een agent der veiligheidspolitie soms voldoende om het gansche licht te ontdekken. Ik hoop, dat je vondst met succès bekroond wordt, sprak de Procureur, anders zal men ze voor gekkenwerk verklaren. Zooals met alles in de wereld, wat niet meevalt. Maar goed ik zal het er op wagen. Tier dagen was de //stomme" door Lebrun bespied, zonder dat deze iets bizonders had opgemerkt. De gevangene liep nu en dan op en bij zekere gelegenheid gezegd, dat, zoo men hem wilde toestaan Ierland gedurende twin tig jaren op strenge wijze te regeeren, hij de verzekering wilde geven, dat de orde en rust in dat laud geheel en al zouden we- derkeeren. Nu, het strenge bestuur der Eugelschen in Ierland heerscht vrij wat langer dan twintig jaren, maar rust, orde en vrede hebben in dien tijd op het groene eiland niet geheerscht. De erkentenis, dat eene verbetering der Iersche toestanden slechts mogelijk is wan neer aan de Ieren eene legislatieve zelf standigheid wordt gegeven, wint meer eu meer veld. Toen Gladstone in het vorige jaar met zijn grootsch Homerule-outwerp voor het Eugelsche volk trad, was men in Engeland door de nieuwheid eu de grootheid der ge dachte verbluft en van deze verbluffiug maakten de Tories gebruik om bij de ver kiezingen zich van de meerderheid te ver zekeren, 't geen huu zeer wel gelukte, doordien zij aan het volk verkondigden, dat Gladstone's wetsontwerp de eenheid van het Britsche Rijk iu groot gevaar bracht. De gevoelens in deze richting ziju in den laat- sten tijd eenigszius gewijzigd, de aanvul- lingsverkiezingen, welke gedurende de laatste zitting van het Lagerhuis hebben plaats gehad en die bijna alle ten gunste van Gladstone's partij uitvielen, hebben be wezen, dat onder het Engelsche volk een beter doorzicht ontstaat eu hiertoe hebben niet het minst de verhandeling gedurende de laatste zitting van het Parlement bij gedragen. De stemmen, welke ten gunste van Ho- merule iu Ierlaud spreken, worden talrij ker; alleen omtrent den vorm, waarin men Homerule heeft toe te staan, verschillen nog. de meeuingen. Of men Homerule zal geven op den grondslag van koloniale zelf standigheid, dan als wel feudale organisatie of op den grondslag eener samensmelting van deze beide stelsels, is ten eeueumale eeue ondergeschikte zaak. De hoofdzaak is, dat men aan Gladstone's ontwerp recht laat wedervaren en dat men aan het lang getergde eu oumenschelijk verdrukte Ier laud datgene terug geeft, wat men het we derrechtelijk ontnomen hoeft en waarop het een historisch recht kan doen gelden. Geschiedt zulks niet dan wordt de toe stand van het Iersche volk steeds hachelij ker en zal het land tot wanhoop worden gedreven. De daden van geweld komen op rekening van Engeland, dat ten opzicht van Ierland zich aan eene verdrukking schuldig maakt, welke om wraak roept, eeue verdrukking die men allerminst zou ver wachten van een land waar met de vrij heid van volk en individu in zoo hooge mate wordt gedweept. Naar men uit Mexico aau de Kölnische Zei- tung schrijft, is volgens dr. F. Kaska, in- neer, kon uren op zijn stoeltje zitten en in zijn boekje //de Eransche Revolutie// lezen. Den vijfden dag, 's morgens te 10 uur echter hoorde Lebrun iemand fluiten. Dadelijk richtte de gevangene zich op en floot eveneens en keek naar het getraliede, maar openstaande venster van zjjn kamertje. Toen zag Lebrun, dat er van buiten een balletje door het getraliede raampje werd geworpen hetwelk op den vloer van het kamertje neerviel. Dadelijk raapte de gevan gene het balletje op. Het bleek van deeg of klei te zjjn. Hjj haalde een ineengerold papiertje er uit, ontplooide het, las en ging toen in zijne //Eransche Revolutie// zoeken, terwijl hij het balletje langzaam oppeuzelde, Lebrun kon zich bijna niet goed houden en wrêef zich van plei- zier zacht in de handen. Wacht maar, olijkerd! Dat spelletje kennen wij ook. Nu zult ge uwe rol weldra hebben uit gespeeld. Den volgenden dag werd de gevangene van kamertje verwisseld en liet Lebrun zich op zijne beurt in het kamertje 12 opsluiten. Het werd 10 uur, doch niemand kwam onder het getraliede venstertje fluiten. Ook later niet} dertijd chef-apotheker bij het Oostenrijkscne vrijkorps aldaar, Miguel Lopez wel dege lijk de verrader geweest, waarvoor men hem altijd gehouden heeft, en is Keizer Maxi- miliaau iu zijn graf nogmaals door hem verraden, doordien hjj den onlangs vermelden brief van dezen, waarin de Keizer half zijn woordbreuk jegens Escobedo bekende, heeft verdicht. Kaska heeft iu Nacional, nqast het schrift van dezen valschen brief, dat van echte, onder hem berustende b-ieveu des Keizers door photo-lithogravure doen afbeelden. Yoor de openbare meeuing iu Mexico is de zaak volgens den berichtgever uitgemaakt. Ingevolge den uitslag van het onder zoek ter zake der drie gesneuvelden bij het jongste oproer te Mitchelstowu iu Ierlaud, heeft de jury eergisteren iu hare uitspraak het hoofd der plaatselijke politie en vijf konstabels, die op het volk geschoten heb ben, schuldig verklaard aau manslag met voorbedachten rade. La France zegt: De twee volgeude feiten worden Generaal Boulanger ten laste gelegd. Vooreerst zou hij de handelingeu van zijn chef (den Minister van oorlog) afgekeurd hebben en ten andere zou hij den Minister ten aanzien van den aanmaak van het Lebel-geweer hebben gelogenstraft. In den Ministerraad heeft Ferron mede gedeeld, dat hij aan Boulanger een telegram gezonden heeft, iu hetwelk hij dezen vroeg of hij, Boulanger, naar aanleiding der zaak Limouzin, zich werkelijk op zoodanige wijze heeft uitgelaten, als hem door sommige dagbladen in den mond is gelegd, en hem tevens verzoekt maatregelen te nemen, om onmiddellijk naar Parijs over te komen. Boulanger heeft daarop geantwoord:Ik ben heden ochtend hier teruggekeerd, en heb geene gelegenheid gehad mij de dag bladen te verschaffen; wil ze mij zenden.* De Temps zegt, dat de Minister van oorlog de dépêche van Boulauger in ant woord op de vraag des Ministers, onvol doende heeft geacht. Diensvolgens heeft de Minister hem eene nieuwe dépêche gezonden, waarin deze hem in mora stelt om ja of neeu te antwoorden op de gestelde vraag. Indien liet antwoord niet voldoende is, zou een disciplinaire maatregel tegen hem wor den genomen. La France meent te weten, dat de Minis terraad besloten heeft Generaal Boulauger te ontheffen van zijn commandement, inge val hij erkent de woorden gesproken te hebben, die hem zijn toegeschreven. Volgens den Temps maakt men zich in de couloirs der Kamer bezorgd wegens het geval met Boulanger. Men is ongerust over den toestand. De Patrie verklaart,dat men zich ook onge rust begint te makeu iu de arbeiderswijken te Parijs. Men gaat reeds zoover van te spreken van het makeu van rumoer, indien een maatregel tegen Generaal Boulauger wordt genomen. dien gelieelen dag niet. Ook niet den volgenden dag, ook niet die week. Doch Lebrun verloor geenszins zijn geduld. Zondags 's morgens te tien uur hoorde hjj een zacht gefluit, hetwelk hjj onmiddellijk beantwoord de. Weldra lag nu een bolletje van deeg op den vloer. Hij opende het en haalde een papiertje er uit en las: 34- 8. 3. 9. 3. 8. 12. 4. 7. 300. 2. 1. 65. 19. 2. 83. 11. 8. 69. 10. 1. Lebrun nam uit zjjn jaszak, eenzelfde uitgaaf der Eransche Revolutie, als die, welke de gevan gene in bezit had en zocht er pagina 34 op regel 8 en het derde woord; hjj las: //Vrouw// en zoo vervolgens de pagina's en regels en woor den zoekende kwam Lebrun tot dezen zin: //Vrouw is zwak. Kind gered. Houd moed.// De scherpzinnige politicman nam zijn hoofd in de handen en sprak tot zichzelf; //Hjj is dus getrouwd, dat is stellig; en zijne vrouw is pas ziek geweest, en ook 't kindje heeft men van den dood weer opgehaald en de laatste woorden: //Houd moed// kunnen niets anders willen zeggen dan: //Verlies uw moed niet; vol hard in uw aangenomen stelsel. Men zal u track- Er is nog geen spoor ontdekt vau Graaf d'Andlau, ondanks alle pogingen der politie. Sedert langen tijd, schrijft de Temps liep te Parijs het gerucht, dat d'Andlau handel dreef in ridderordeu. Men noemt twee Parijsche .handelaren, aan wie hij eene ridderorden zou bezorgd hebben tegen be taling vau 100,000 fr. door ieder hunner. Een dezer verscheen, zonderlinge samen loop van omstandigheden, denzelfden dag, waarop zijne beuoemiug in het Journal offidel voorkwam, voor de correctioueele rechtbank. Er dient hierbij gevoegd te worden, dat hij werd vrijgesproken. Ferron heeft aan den Ministerraad medege deeld, dat de raad van ondevzoek met al- gemeene stemmen heeft uitgemaakt, dat Caffarel zijue eer heeft verloren. Men verneemt uit Madrid, dat er aangaande den Sultan van Marokko gun stiger berichten zijn ontvangen. Verschil lende groote mogendheden hebben aan de Spaansche Regeeriug doen weten, dat zi) het plan goedkeuren om een congres te houden ter behandeling van de zaken van Marokko als de Sultan öf hersteld öf over leden zal zijn. Men meldt uit Odessa, dat de Rus sische Regeeriug aan de Bulgaarsche uit gewekenen aldaar den raad gegeven heeft in Russischen dienst over te gaan. Daarbij heeft de Regeeriug de maandetijksche toe lage aan bedoelde uitgewekenen belangrijk verlaagd, en aangekondigd, dat de betaling spoedig zal ophouden. De Porte heeft besloten met Rusland de ouderkandeliugen over Bulgarije te hervat- zat, en de verzending harer nota aau de mogendheden nopens het voorstel van Rus land uit te stellen Uit Constautinopel verneemt men, dat de Porte bevreesd is voor eene nauwere RussischGrieksche alliantie, welke zoude beklonken ziju tijdens do jongste samen komst van den Czaar met den Koning van Griekenland. Beiden zouden overeengekomen zijn, dat de Grieksche troepen Macedonië zullen bezetten mot ondersteuning van Rus land, ingeval Oostenrijk mocht voortgaan Bulgarqe te steunen. De Porte heeft ver nomen dat er een verdacht Grieksch schip nabij de kust vau Macedonië ligt te wachten op gelegenheid om krijgsvoorraad aau wal te brengen. Het bericht, als zou de Keizer van Brazilië voornemens zijn de Regeering neder te leggen, wordt tegengesproken. Omtrent Heemskerk's //dreigement// bij de tweede lezing der Grondwetsherziening alles of niets schrjjft De Tijd, dat dit een eiscli is tot de antirevolutionnaire partij gericht om met hem het gansche werk zijner revisie tot stand te brengen. Of aan dien cisch met pas sende gedweeheid, met tamelijke volgzaamheid zal worden gehoorgegeven? vraagt De Tijd. ten te redden en 't staat gunstig ook//. Die hem dit balletje toewierp zoo ging Lebrun voort zal de andere, de gevluchte, wezen. Het schijnen geen domkoppen te zijn. Zij hebben den aanval voorzien en zijn op alles voorbereid geweest. Ieder zal zoo'n exemplaar bij zich gestoken hebben om in cijferschrift te kunnen correspondeeren. Doch wat het vreemde is, de andere moet bekend zijn met het gebruik, dat de preventieve gevangenen tijdens hunne instructie doorgaans in No. 12 worden gezet. Maar hoe weet de andere, dat de zaak van zijn kameraad in instructie is. Het is vreemd. Doch wij zullen den snaak afwachten en in den omtrek der ge vangenis laten surveilleeren. Nog acht dagen bleef Lebrun in het kamertje doch er viel niets bizonders meer voor en geen balletje van deeg, met cijferschrift tot kern, werd meer door het raampje geworpen. Een maand nog liet men in den omtrek der ge vangenis scherp toezicht houden. Doch niemand vertoonde zich onder het getraliede venster. Men had blijkbaar niets meer aan den gevan gene te zeggen of men had lont geroken. Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1887 | | pagina 1