Bijvoegsel beboerende bij de NIEUWE van Zondag 30 October 1887. Rome is de vijand. Het Protestantisme schijnt voor niets meer vrees te hebben dan voor Rome. Hiervan gaf de Generaalsuperintendent Bruckner bij gelegenheid vau het Kirehenge- sangcougres de vorige week te Berlijn het bewijs. In zijne preek, bij die gelegenheid ge houden, zeide hij: Oankeu mogen wij, als wij terugblikken op onze Evangelische Kerk. Mij dunkt ik hoor u zeggen: Danken bij den terugblik op onze Kerk? Is er niet veeleer stof voor vreezen, zuchten en jam meren? Men zal mij herinneren aan de triomfen door Rome in den laatsten tijd behaald. Men zal de bedenkelijke vrees koesteren, dat de strijd tusschen Witten berg en Rome tot eene nederlaag van liet Evangelisch geloof zou kunnen leiden. Men zal mij herinneren aan de rustelooze be drijvigheid, waarmede Rome zijne voorpos ten tol in het hart der Evangelische Kerk vooruitschuift; aan de vastaaneen-gedron- gen eenheid van het Katholicisme tegen over de verbrokkeling, de verwarring, waar door ouze dierbare Evaugelische Kerk zoo zeer lijdt. »Ik ontken niet, dat donkere donder wolken zich thaus over onze Kerk uitsprei den, en ik begrijp, dat veleu met een angstvol hart afvragen: Wat moet daaruit worden? Wij schrijven ouze Kerk zoo gaarne een Paulinisch karakter toe; maar waar zijn de mannen, zooals Paulus een man was? Wij steunen op de leer van het al gemeen .Priesterdom van alle geloovigeu maar waar zijn de geloovigeu? En waar deze ontbreken,' is daar deze leer iets an ders dan louter phantasie? Wij bouwen op de gemeente, maar waar is de eensge zinde gemeeute, van welke men zeggen kau: Wij, die van denzelfden stam zija, staan vast als éeu enkel man! Wie zal durven beweren, dat ook niet nog andere krin gen, dan tot uu toe, langzamerband van do heilige leer zullen vervreamden?« Vanwaar die vrees voor Rome? Vanwaar de angstvalligheid, dat Rome zegevierend uit den strijd zal treden? Heeft de Evan gelische leer niet genoeg aan deu zedelij ken en materiëelen steun van deu Staat en den Keizer? Heeft het Protestantisme niet genoeg aan 290 universiteits-professoren, die alleen te Berlijn de protestautsche we tenschap voorstaau? Heeft het niet genoeg aan zijne 26 protestautsche gymnasiëu en reaalscholen, die te Berliju voor de Evan gelische Kerk ijveren, en bijua geheel uit de opbrengsten der belasting bekostigd worden, terwijl de Katholieken overal uit eigen middelen hunne hoogere scholen moe ten betalen? Is het niet genoeg, dat men den Katholieken de universiteit, te Munster door eigen middelen opgericht, heeft ontnomen? Waarom de vrees, dat de Katholieken door de Regeeriug niet genoeg onder den duim worden gehoulen? Waar blijven de fiere manneu, die bij elke gelegenheid schreeu wen: vrijheid vau geweten, vrijheid van on derzoek? Als ieder vrij is, waarom dan geklaagd ov8r verbrokkeling, over verwarring in de Evangelische Kerk? Mijue heeren, een beetje cousequeutie asjeblieft! V. W. Nederlandselie nijverheid. Iu een artikel over onzen scheepsbouw tracht het Utrechtsch Dagblad de bewjjzen te leveren, dat er ook voor onze oorlogs-marine met goed gevolg kan gebruik gemaakt wor den van onze iuiandsche fabrieken van ijze- reu schepen; dat de groote inrichtingen hier te lande het werk trachten te leveren, hetwelk aan haar opgedragen wordt, al was het haar ook tot daartoe vreemd. Konden zij aan hare hulpmiddelen de uitbreiding geven, die een vereischte is om met de groote Engelsche firma's op voet van ge lijkheid te concurreereu, geen twijfel of zij zouden ook het bouwen vau schepen vau de grootste afmeting durven ondernemen. De Minister van Marine wenscht van de vier groote schepen, die hij voorstelt aan ouze oorlogsvloot toe te voegen, het eerste te laten bouweu door eene buitenlaudsehe firma, omdat hij vreest, dat de daarvoor noodige ervaring hier te lande ontbreekt. De volgende wil hij hier te lande doen aanmaken. Met dat doel neemt hij zich voor te bedingen, dat de leverancier plan nen en werkteekeningen ter berchikking stelle van de Regeering. Het is nog geens zins zeker, dat de vier schepeu den Minister worden gegund; maar als dit het geval is, zou het dau onmogelijk zijn, ze alle vier in Nederland te doen bouweu? Heeft de Minister er zich deugdelijk van vergewist dat onze groote firma's de zaak niet aan durven? Eene som van 21/2 millioen meer of minder te laten verwerken door onze nijverheid, is waarlijk geen onverschillige zaak! Wat wij vragen, zegt het blad, is geen kunstmatige bescherming voor ouze nijver heid. Wij vrageu alleen, dat deze de voor keur hebbe, althans niet worde buitenge sloten, wanneer zij even goed werk en tot dezelfde prijzen levert als hare buiteuland- sche mededingers. De toepassiug iu dit ge val vau het spreekwoord »het hem lis na der dau de rok« is geene economische ket terij. Dagblad v. Z. H. en 's G. Loontje komt om zijn boontje. De ouderen van dagen herinueren zich nog, hoe alle onruststokers, politieke koniugs- moorders, allen die aanspoorden tot om verhaling vau Kerk en Staat, hoe zelfs het gemeene gespuis iu Eugeland een veilig toevlnchtsoort vond. Bittere klachten van

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1887 | | pagina 5