VS H Zondag 13 November 1887. 12de Jaargang. Levensduur. fto. 1166. U 1 1 K N L 1 1) 'Sst&fï Man nel. Yrouwel. 0 38,1 42,5 5 53,9 56,8 10 50,1 52,9 15 45,6 48,4 20 41,2 44,0 25 37,2 39,7 30 33,2 35,6 35 29,2 31,6 40 25,3 27,6 45 21,6 23,4 50 18,0 19,6 55 14,6 15,8 60 11,5 12,3 65 8,8 9,3 70 6.5 6,7 75 4,7 4,8 80 3,3 3,4 85 2,4 2,5 90 1,8 1,8 95 1,4 1,4 100 1,0 0,9 igen al onze lezers en lezeressen ABONIfEMEIÏTSPBIJS Per 3 maanden voor Haarlem f 0,8b Voor de overige plaatsen in Nederland tr. p. p. 1,10 Voor het Buitenland 1,80 Afzonderlijke Nummers0,06 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. B B E A USt. Janstraat Haarlem. IA IN tiend; AGITE MA NON AGITATE. PBIJS DEK ADVEBTENTIÉN Van 16 regels .30 Cents. Elke regel meer 5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers: KÜPPIE8 1AUEET. Het veld der beschouwingen op kerke lijk, staatkundig en economisch gebied ver latende, willen wij hedeu een ander terrein betreden en onze aandacht eenige oogen- blikken wijden aan eene zaak, welke voor zeker onverdeelde aandacht verdient en van welke het velen wel aangenaam zal zijn iets naders te vernemen. Wij werden daar toe geleid doordien wij in den loop dezer maand, de maand door de Kerk toegewijd aan de geloovigeu iu het vagevuur, meer dan ooit herinnerd werden aan zoovelen, die wij gekend en lief gehad hebben en die ons verlieten; bij die herinnering aan de afgestorvenen dachten wij dan vaak aan de broosheid van het menschelijk leven en aan den korten duur van ons verblijf, hier iu dit dal der tranen. Wij betreden thans het gebied der vi taliteit en al aanstonds doet de vraag zich aan ons voor: Hoe lang zullen wij nog leveu? Hoevelen van hen, die iu hetzelfde jaar met ons het licht der wereld aan schouwden, zijn thans nog in aanzijn? Op de eerste vraag geeft de wetenschap natuurlijk geen bepaald antwoord, want de dood komt als een dief iu den nacht. De tweede vraag staat niet in verband met de toekomst, maar heeft betrekking op het verledene en zou te beantwoorden zijn, als de statistiek zoo ver gevorderd ware, dat zij vau het leveu en sterven van iedereu mensch aauteekeuing hield. Vermits echter niet voor ieder individu eene afzonderlijke rubriek kan geopend worden, moeten wij ons met algemeene getallen tevreden stellen en daaruit het gemiddelde trekken om het waarschijnlijke aaudeel van het individu te verkrijgen. Volgens de sterfte in de laatste tien ja ren hebben de beoefenaars der statistiek uitgerekend, hoeveel leden een geslacht van 100,000 iu hetzelfde jaar geborenen, jaar op jaar door den dood verliest. Eu daar uit blijkt dan, hoeveel kans van leveu en sterven elke jaarklasse gemiddeld bezit. Deze zoogenaamde sterfielijst is in twee rubrieken verdeeld, eene namelijk voor het mannelijke en eene voor het vrouwelijke ge slacht. Dat moet zoo zijn, omdat iu den levensduur van beide geslachten een groot verschil heerscht; het zoogenaamde »zwak- ke« geslacht wint het in leveustaaiheid, sit venia verbo, verreweg van het sterke. Veronderstellen we thans, dat 100,000 knapen en 100,000 meisjes tegelijkertijd met ons het licht der wereld hebben aan schouwd. Van dit aantal moesten iu het eerste jaar 25,273 knapen en 21,740 meis jes dit leven weder verlaten. Er blijven dus bij den aanvang van het tweede levens jaar 3533 meisjes meer over. Iu de volgende jaren, tot het achttiende levensjaar is de sterfelijkheid ouder het vrouwelijk geslacht iets grooter dan bij het mannelijke. Van elk 100,000tal bereiken 60,063 mannen en F E U IL L E T O A1. Weerteekens uit de Dierenwereld. Goed weer staat te wachten, als bij regen de uilen krassen, de leeuweriken en roodborst jes hoog vliegen eu daarbij veel zingen, de nach tegalen tot den morgen slaan, de reigers, wou wen en roerdompen met luid geschreeuw vlie gen en de kievitten en sperwers hoog vliegen en ook luid schreeuwen. Als de vleermuizen 's morgens vroeg eu 's avonds laat uitvliegen, de glimwormjes buitengewoon schitteren, de loof- vorschen hoog gaan zitten, de schapen in de weide hoog en lustig springen, de horzels en en wespen des avonds veel uitvliegen, en als de bloedegels rustig op den bodem van het water liggen, dan kan ook op goed weer worden ge rekend. Slecht weer kan men verwachten, als de vin ken voor zonsopgang zich laten hooren, de kraaien hoog vliegen en den kop opsteken, daarna het water opzoeken en het hoofd indompelen; als de zwaluwen dicht langs de muren en over het water scheeren, als zich de duiven baden, 's- 63,013 vrouwen het 18de levensjaar.In de le vensjaren van 18 tot 25 is de sterfelijkheid aan den vrouwelijkeu kant iets minder; doch van hut 25ste tot het 39ste levensjaar sterven meer vrouwen dan mannen. Van 100,000 mannen bereiken er 49,422 liet veertigste levensjaar terwijl van 100,000 vrouwen er 52,207 tot dien leeftijd komen. Het ver schil tusschen de overlevenden der beide gedachten, dat aan het begin vair het eerste levensjaar 3533 bedroeg, is dan tot 2785 teruggebracht. In het volgende tiental jarert (van het 40ste tot hef. 50.„te leveusjaars) is de sterfte onder de vrouwen wederom minder dan onder de mannen; bij den aanvang van het 50ste jaar is het aantal der overlevende vrouwen weder 3853 grooter, dan het aan tal overlevende mannen. Nog sterker is het verschil aan de grenzen van het 60ste le vensjaar. Van elke 100,000 meuscheir be reiken 32,276 mannen (dus geert derde ge deelte) eu 37,418 vrouwen, alzoo 5142 meer, het 60ste levensjaar. Dan echter neemt de sterfte sterk toe, meer nog bij het man nelijke dan bij het vrouwelijke geslacht. Van 100,000 mannen voleindigen slechts 330 het 90ste eu slechts 2 het 100ste jaar; van de vrouwen echter 471 en 3. Als men" weet, iu welke tijdperken eeue generatie afsterft, dau kau men gemakke lijk de leveuswaarscbijulijkheid berekenen. Van 100,000 knapen sterft de helft voor de voleinding van het 39ste levensjaar; het pasgeboren kind heeft dus eveuveel kans, voor* als na dit tijdpunt te sterven. Van de 74,727 knapen, die in het tweede levensjaar treden sterft de helft voor de voleinding van liet 55ste levensjaar; het eenjarige kind heeft dus de kans nog ruim 53 jaren te leven. De uitdrukking »kans« moet natuurlijk slechts iu den malheina- tischen zin der vergelijking van alle gun stige eu van alle ongunstige gevallen, wor den verstaan, 't Spreekt ook van zelf, dat een zwak of ziekelijk persoon minder kans heeft den gemiddelden leeftijd te be reiken, dau een gezond en krachtig indi vidu. Maar ook de krachtigste moet er zich wel vau doordringen, dat hij tot de eerste offers kau behooreu; eu de zwakke geniet dikwijls een zeer lang leven. Velen zullen nochtans er belang in stel len het aantal levensjaren te weten, welke nog gemiddeld aan hunne klasse is toebe deeld. Vermits de gansehe lijst te veel plaats zou eischeu, geven wij de cijfers voor elke 5 jaren. Om onderstaande opgaaf goed te begrijpen moet men b. v. lezen: van die mannelijk personeu, welke het 10 le vensjaar hebben volbracht sterft de eene helft voor het verloop van 50 en een tiende jaar, terwijl de andere helft uog langer leeft; van de tienjarige meisjes sterft de eeue helft voor, de andere helft na verloop vau 529/10 jaren. (Personen van 0 levensjaren zijn de kinderen voor voleinding van het eerste jaar.) avonds laat uit het veld terugkeeren en de ooie vaars hunne jongen in 't nest bedekken; als de kraanvogels en de gieren bij schoon weder schreeuwen en het hoendervee zich in het zand legt. Voordurende regen valt in, als de honden gras eten, de katten langen tijd met de pooten wassclien, de huishanen op ongezette tijden en me. rmalen dan naar gewoonte kraaien en de regenwormen in groote menigte op> den grond liggen! liegen komt weldra, als het hoornvee gre tiger den snuit likt, als de varkens het voeder vertrappen, de schapen bij den terugkeer uit de wei nog steeds grazen willen en ongaarne in den stal gaan; als de bloedegels zich meer aan de oppervlakte houden. Als de mestkevers des mor gens veelvuldig rondvliegen, komt 's namiddags regen. Voorbijgaande regen komt, als de loofvorschen kwaken eu dan laag zitten, in 't water springen en duiken, als de padden kruipen, de muizen luid piepen, de mollen hoog opwroeten, de mug gen in het lommer dansen en meer dan in ge wonen tijd den mensch steken. Onweders ontstaan binnen 24 uren, als de Ouderdom. Waarschijnlijke levensduur. de bevoorrechte helft behooren, welke de gemiddelde grens overschrijdt. Vergeten we echter niet, dat wij zeiven veel kunnen bijdragen tot de verlenging van onzen leef tijd door eene matige en verstandige le venswijze te leiden eu voor onze gezond heid, die onschatbare gave, de allermeeste zorg te dragen. In de Belgische Kamer van Afgevaar digden deed de Voorzitter eergisteren een be roep op den ijver der leden, ten einde de voorstellen tot maatschappelijke hervor ming, welke de Regeering voornemeus is iu te dienen, te kunnen behandelen. De Minister-President de Heer Beernaert, zeide, dat de financieels toestand gunstig is. Het tekort over 1885 is gebracht tot op 800,000 fr.\ over 1886 zal er niettegen staande er 4 millioeu minder ontvangen werd. 3 miilioen overblijven; over 1887 bedraagt het overschot 9 millioeu. Iu 1888 zal de gendarmerie versterkt worden, eu zullen er gelden noodig zijn tot herstel van gebouwen voor den opeu- baren eeredienst eu tot verhooging der mi- lita.ii e pensioenen. Tot President der bekende enquête- commissio uit de Frausche Kamer, is be noemd de Heer Desmous van de uiterste Linkerzijde. Inmiddels zijn er, wat Wilson betreft, weer een paar schandalen aan het licht gekomen, die zijne gerechtelijke vervolging nu eindelijk zeer waarschijnlijk maken. Ge- ergerd ook over de oubesckaatudheid, waar mede schoonvader Grévj en sckoonzoou Wiisou, na al het gebeurde, het status quo der samenzwering enz. op het Elysée blijven bestendigen, hebben de bladen, die den strijd tegen Wilson altijd het ijverigst hebben gevoerd, de Paris en de XlXe Siècle weervisch onrustig wordt en boven het water springt, als de bloedegels uit liet water willen en zich stuiptrekkend bewegen; en als de bijen zich reeds in de vroegte niet van den korf ver wijderen of 's middags troepsgewijze terugkeeren. Storm staat binnen kort te verwachten als de lijsters, vinken en kramsvogels zeer onrustig vliegen, de visschen springen, het waterhoen duikt, de bijen hun korf niet verlaten en de meeuwen en soortelijke zeevogels naar het land vliegen. Storm legt zich dra, als de ijsvogel naar zee vliegt, zee- en riviervissehen dicht aan de op pervlakte zwemmen, de dolfijnen tijdens den storm water spuiten, als de musschen vroolijk rondvliegen en de mollen uit hunne loopgraven te voorschijn komen. Strenge en aanhoudende vorst valt in, als de ooievaars, zwaluwen, kraanvogels, snippen #n andere trekvogels zeer vroeg gaan vertrekken, als de tamme boschbewoners in October en November in de nabijheid der menschenwonin- gen komen, om er hun voedsel te zoeken. Een bepaald voorteeken van een strengen winter is, als de noordelijke trekvogels aan de kusten der Noord- en Oostzee verschijnen en hunne laatste mijneu laten springen, en ziehier wat de dag van heden aan. het licht brengt. Eerstens deelt de XlXe Siècle namen toe namen eu datums mede, dat Wilson in 1884 van zekere Baron Sellières 600,000 franks heeft bedongen en gedeeltelijk ont vangen. Daarvoor verkreeg de Baron, door bemiddeling van Wilson, van den toenma- ligen Minister van Oorlog, Tkibaudin, de hernieuwing eener leverantiebestelling van beddegoed bij het leger. Maar nóg ernstiger is een tweede feit, door de XlXe Siècle met betrekking tot Wilson aan het licht gebracht, het feit namelijk, dat Wilson, met behulp van medeplichtigen, stukkeu uit het dossier Caffarel heeft doen verdwijnen eu door valsche stukkeu vervangen. Dat heeft hij niet kunnen doen, zegt het blad, dan met behulp van zeer hooggeplaatste medeplich tigen, en het is nooiiig, dat dezen worden ontdekt. Indien het de Minister-President Rouvier is, die de verduistering gelastte of bekrachtigde, dau moet het geschied zijn door den Prefect Grayuon of den Pro cureur-Generaal van het hot van appel, eu iu elk geval is de verantwoordelijkheid van den Minister-President er bij betrokken. Dat zijn geen kleinigheden, ziet men, eu al het vorige schandaal is er slechts kinderspel bij. De schoonzoon vau den President der Republiek gebruikt niet al leen zijne betrekking tot dezen als eene winstgevende speculatie, maar als hij zich daarbij in de vingers snijdt, bewijzen hoog geplaatste Staatsambtenaren hem schande lijke haudlaugersdiensten Geen wonder dan ook dat men, na deze onthullingen, in Regeeriugskriugeu zekere beweging waarneemt. De Miuister-President heeft den Prefect van politie Grayuou, den Pro cureur-Generaal Bouchez en den Procureur der Republiek Beruard bij zich ontboden. Ook begaven zich de meeste Ministers naar den Heer Rouvier, en vervolgeus begaf de Heer Rouvier zich naar President Grévy. Yau al dat heen en weer loopeu is nu misschien wel eindelijk het resultaat, dat we te weten komen wat in de Frausche Republiek zwaarder weegt, hare waardig heid of de familie-ziekte van haren Pre sident en de belangen van diens schoonzoon, nog steeds wonende, verblijf houdende en zaakjes doeude op het Elysée! De voorzitter der rechtbank erkende bij de voortzetting van het proces tegen Caf farel c. s. de juistheid van het feit der ver duistering vau brieven uit het dossier. De officier van justitie wierp alle verantwoor delijkheid te dezer zake van zich af. Er heerschte eeue groote agitatie ter terecht zitting. Aan den maaltijd op Maison House heeft de Premier, de Heer Salisbury, in antwoord op een op het Ministerie uit- gebrachten toost, gezegd, dat de iu het vorige jaar uitgesproken weusch, dat de dieper in 't land trekken als de zaadkraaien reede in October vertrekken en de spreeuwen, kramsvogels eu wilde ganzen reeds vroeg ver schijnen. Evenzoo doen liooge mierenkoopen des zomers en diepe muizennesten een kouden winter voor spellen. Als bij strenge koude de vos huilt, zal de koude toenemen. Wordt men in October nog vele horzels en wespen gewaar, dan voirspellen zij een kouden winter. Een ruw voorjaar staat voor de deur, als de kleinere vogeltjes en meezen, in groote troepen naar de nabijheid der woningen vliegen. Natte zomer, als de kievitten en kwartels hoog nesteleD, als de klipzwaluwen op hooger gelegene zandbanken of meer steile oevers haar nest bouwen dan ook kan men op overstroomin gen rekenen. Rouwen zij echter hun nest op eene vlakke zeebank, in 't water, dan kan men gerust op een drogen zomer rekenen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1887 | | pagina 1