N I E U W E
jj
5176.
Woensdag 7 December 1887,
12de Jaargang.
St. \icolaas.
B U IT K L A li
Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland tr. p. p. 1,10
Voor liet Buitenland 1,80
Afsmderljjke Nummers 0,06
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
B O KE A St. Janstraat Haarlem.
Van 16 regels.30 Cents.
Elke regel meer 5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag
en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht.
tl
(Slot.)
Er wordt tegen de St. Nicolaas-gedachte
dikwert gezondigd. Zoo luidde de uitspraak,
met welke wij onze vorige beschouwing
besloten.
Wij zouden, bij het bespreken van deze
stelling, een woord richten tot de kleinen
en grooten. Tot de kinderén hebben wij
allereerst dit te zeggen: Weest dankbaar
voor de voorrechten, ook in het genot des
levens u geschonken. Vele kinderen vra-
geu altijd: Geef mij nog meer.
Nog meer. Dat is eene verderfelijke leuze
in het leven. Daarmee kan de goede God
geen genoegen nemen. Hjj wil Zijne men-
schenkiudereu al spoedig gewennen aan
matiging in alles. Hij scheukt steeds genoeg.
Voor eeij te veel wil Hij ieder Zijuer kinde
ren bewaren.
Als de mensch reeds in den eersten tijd
des levens zich gewent aan een bescheiden
deel in de vermaken, dan zal hij later be
vrijd blijven van dat jagen naar zingenot,
hetwelk een vloek is van onze dagen. Ge
noegen moet eene uitzondering zijn. Wel
kan men altijd een geuoegelijk leven door
brengen, als men God vreest en zijn plicht
doet, maar wij bedoelen nu meer een bi-
zonder genoegen in den zin van uitspan
ning; en deze kunnen wij niet onafgebro
ken smaken.
t/i'fspanuing onderstelt trouwens reeds
inspanning, want wat niet i/igespauueu was,
kan niet uitgespannen worden.
Er zijn, helaas! maar al te veel men-
scheu, die enkel le»eu voor hun genot. Dat
is zeer verkeerd. Zulke lieden sterven meestal
in de ongelukkigste omstandigheden. Gij
dan, kinderen! Geniet van uw jeugdig le
ven, doch met mate. God wil, dat gij vroo-
lijk zijt, daarin heeft Hjj een genadig wel
behagen. Maar uwe vroolijkheid moet bin-
neu zekere grenzen blijven; zij mag niet in
uitbundigheid ontaarden.
St. Nicolaas had de kinderen lief, doch
voor alles wilde hij ze brengen tot den
grooten Kindervriend, den Heiland der we
reld, Die Zijne Goddelijke handen, vol ont
ferming, ook uitstrekt tot de jeugd. Als Hij
de kiudereu zegent, dan eerst ziju ze waar
lijk gezegend.
Verder, kinderen, weest dankbaar voor
de vreugde, u wederom in de afgeloopen
dagen bereid. Ondankbaarheid is eene groote
ondeugd. God heeft een afkeer van ondank
bare menschen. Hebt uwe ouders en wel
doeners lief. Zij offeren veel voor u op,
welnu, beloont beu daarvoor door uwe we
derliefde.
De liefde is het hoogste en beste in de
wereld. De Heiland der wereld, Die God
was, is mensch geworden ter liefde tot
eene door de zoude verloren wereld. Wel
haast zullen de geloovigen weder in den
geest opgaan naar Bethlehem, waar de
F EU ILL E T ON.
De valsehe munters.
Vervolg.)
ABOHriTEMSWTSPBIJS
AGHTE MA HOH AÖXTATE.
?BIJS DEB ADVEBTEIÏTlSlï
Uitgevers: KÜPPERS 1.AUHI1.
6)
Albert Helmholtz, dus heette de jonge man,
was een eigenaardig persoon. Als oudste zoon
van een boer, die ook eene zaak als kolenbrander
dreef, had hij van zijn tiende jaar af het gym
nasium bezocht en zooveel vorderingen gemaakt,
dat ieder over hem tevreden was. De vader be
hoorde nu juist niet tot de aanzienlijken der
stad; doch door spaarzaamheid en vlijt had
hij het echter zoover gebracht, dat Albert in
eene hoogere klai kon opgenomen worden en
zijn eenige broeder Hendrik ook kon studee-
ren. Eén jaar ging alles goed, te meer, wijl Hen
drik zijn oudsten broer in talenten ver op zij
.streefde. De ouders gevoelden ziek gelukkig en
■droomden van eene zalige toekomst hunner zo
nen. Albert, die reeds van zjjne prilste jaren
«eene bizondere voorliefde voor de muziek had,
zonder zijne hoofdstudie te vergeten, begon hierin
meer en meer meester te worden; vooral waren
het orgel en klavier, die hij meesterlijk wist te
Godmeusch als een kind nederlag in de
kribbe.
Denkt voel aan de heinelsche liefde van
uwen Goddelijken Heiland. Dan zal het
liefdevuur ook in uw hart worden ontsto
ken en Gij zult allen liefhebben, die U
liefde bewijzen. Die niet lief heeft, kan
nooit een waar volgeling van den Heiland
worden.
De goede heilige Bisschop, aan wien we
der eere werd gebracht, heeft de kindereu
zoo lief gehad, omdat hij den Zaligmaker
zoo met geheel zijn hart beminde.
Heeft het feest van den edelen Sint iets
te zeggen tot de kleinen, ook de grooteu
fluistert hij iets toe. Allereerst: bederft uwe
kinderen niet door ze overmaat van genot
te doen smaken. In onze eeuw bestaat
daarvoor groot gevaar. De volwassenen
misbruiken de wereld en op dien ver-
derfelijkeu weg voeren zij nu ook de
jeugd.
Dat is eene groote zond6. Eene kinder
ziel moet vau de strikken Satans bewaard
worden. En die verleider tracht nu reeds
iu het kinderhart het kwade zaad te strooien.
Het gemoed van een kind is zoo teeder:
het vertoont den indruk ook vau de meest
oppervlakkige aanraking vau de zonde.
Leert dus uw kroost reeds vroeg dat ont
houding regel, genieten uitzondering moet
zijn. Zoo zullen zij behoed worden voor
de zucht naar zingenot. Wat baat het al,
ot anderen uwe kiudereu opwekken tot het
beperkeu hunuer wensehen, als gij ze zelf
bederft.
De opvoeding is eene zaak ook des ge-
beds. Er moet God om wijsheid worden
gevraagd. Te dwalen bjj de vorming vau
het kinderhart kan tot de jammerlijkste
uitkomsten voeren.
Uwe vermaningen aan de kinderen moe
ten echter gepaard gaan met uw persoon
lijk voorbeeld.
Leeringen wekken, voorbeelden trekken.
Die spreuk is wel oud, maar niet verouderd;
zij blijft waar te allen tijd. Daarom sprak
ook de Heiland: Ik heb u eeu voorbeeld
nagelaten. Vader en moeder kunnen door
hun persoonlijk leven zulii een gezegendeu
invloed uitoefenen op hunne kindereu. Dat
wordt maar al te dikwerf vergeten. Vele
ouders leven precies afsof zij alleen in de
wereld zijn. Toch verliezen hunne kinderen
hen niet uit het oog. Eu dat kan ook niet,
want wat klein is, staart gaarne op het
geen groot is.
Wil men nu, dat de kinderen, door God
gegeven, opwassen in Zijne vrees, dan moe
ten de ouders zelveu beginnen God te die
nen. Als vader en moeder ot wel een van
beiden, in de wereld leven, zonder God, als
zij de voorschriften der Kerk verwaarloozen,
enkel het goeddunken volgen van hun hart,
wat zullen daarvan de gevolgen zijn voor
hun kroost?
Ontaarding van gemoed en geweten. De
zonde zal al spoedig macht over zulke
bespelen. Daarom had men hem als organist in
de kerk van 't gymnasium benoemd en ook steeds
was het voor den directeur van het muziekge
zelschap der stad een waar genoegen, als Albert
in de stadskerk het orgelspel op zich nam.
Op zekeren dag liep plotseling het nieuwtje
door de stad, dat de oude Helmholtz van den
hooizolder gevallen en op de plaats dood ge
bleven was. Dit was voor de familie een
vreeselijke slag. De steeds ziekelijke moeder kon
den slag nauwelijks te hoven komen en zonk
bjjna zelve in 't graf. Voor zijne zonen was het
voorval evenzeer van beteekenis. Bjj de boedel
scheiding bleek het, dat het goed zwaar belast
was; werd het verkocht, dan bleef der arme
moeder nauwelijks zooveel over, dat zij leven
kon. Waarmede zou zjj dan de kosten voor de
studie barer zonen bestrijden? De eenige uit
weg bestond om de zaak op den ouden voet
voort te zetten. Doch dit kostte Albert een
zwaar offer. Hij had zijn vader in zijne vrije
uren steeds ondersteund, hjj was geheel op de
hoogte der zaak en kon, als hij ze overnam, de
familie van den ondergang redden, maar dan
moest hij alle schoone verwachtingen, die hij
van de toekomst droomde, laten varen. Albert
kinderen verkrijgen. Zij zullen nadoen wat
de ouders doen.
De verantwoording van zulke ouders zal
in den dag des gerichts zeer groot wezen.
Toch zien wij dagelijks om ons heen, dat
vele ouders zich niet doordrongen tooneu
van den ernst vau't vader- of moeder zijn.
De St. Nicolaas-gedachte dringt in dit
opzicht tot zelfbeproeving. De Heilige, naar
wien dit feest werd genoemd, had de kin
deren lief, maar tot de volwassenen bracht
hij ook de boodschap van boete en be
rouw.
Alleen Christen-ouders kunnen ware en
gezegende opvoeders zijn van hun kroost.
Aan de voeten van het Kruis wordt eerst
de onverdachte opvoedkunde geleerd.
Tot de kinderen en de volwassenen te
gader roept St. Nicolaas dau ook toe: Gaat
tot den Heiland der wereld, Hij zal u lee-
ren het leven te genieten en wat nog on
eindig meer zegt, het te behouden in eene
gelukzalige eeuwigheid. Die St. Nïcolaas-
les worde door ieder verstaan; dan zal het
schoone December-feest voor niet weinigen
een gezegend feest kunnen blijven.
Tot opvolger van President Grévy is ge
kozen de Heer Sadi Caruot, nadat de Heeren
Jules Ferry en De Freycinet,?die aanvan
kelijk de meest gewilde candidaten wa
ren, zich te zijnen gunste hadden terug
getrokken.
Marie Frat.fois Sadi Carnot is vijftig
jaren oud; hij werd geboren op 11 Augus
tus 1837 te Limoges, en is de oudste zoon
van den Senator Lazare Carnot, een staats
man van naam, Afgevaardigde ouder de
Juli-monarchiö, Minister van onderwijs on
der de republiek van 1848, en weder Af
gevaardigde onder de republiek van 1871.
De nieuwe President werd, even als De
Freycinet, opgeleid voor Ingenieur, en was
in die betrekking ook eenige jaren werk
zaam, toen bij iu deu aanvang van 1871
benoemd werd tot Prefect van bet Depar
tement der Beneden-Seine en tot buiten
gewoon Commissaris, belast met het orga-
niseereu der nationale verdediging in dat
Departement en de Departementen der Eure
en Calvados. Ongeveer eene maand later
werd hij afgevaardigd naar de Nationale
Vergadering, waar hij zich liet inschrijven
bij de Republikeinsche linkerzjjde, welke
groep hem vervolgens tot hareu Secretaris
koos. Hij stemde voor al de maatregelen, die
ten doel hadden de republiek blijvend te
vestigen, en behoorde ook tot de Afgevaar
digden, die voor de constitutioneele wetten
stemden.
Bij de algemeene verkiezingen iu 1876
voor de Kamer vau Afgevaardigden werd
hij gekozen in het Arroudissemeut van
Beauue. In de nieuwe Kamer sloot bij zich
bij dezelfde partij aan, en werd hij gekozen
tot eeu der secretarissen van het bureau.
had met een zvvaren strjjd te kampen, doch het
bewustzijn, dat door eene weigering, hij ook het
geluk zijns broeders prijs gaf, de tranen en
het smeeken zjjner moeder deed hem eindelijk
besluiten.
In stille overgeving legde hjj zijne geliefkoosde
boeken op zjj de en nam zijns vaders zaak op
zich. Eene algemeene bewondering en welver
diende lof beloonden zijn heldendaad en had
zich de vriendelijke beleefde student reeds de
achting en liefde der geheele stad verworven,
dan was dit van nu af nog in veel hoogeren
graad het geval, als ook zijne kleeren soms
met kolenstof waren bedekt. Hendrik had be
sloten Priester te worden, het examen voor het
seminarie had hjj met glans afgelegd en bevond
er zich reeds geruimen tijd.
Ook het klavier- en orgelspel behoefde Albert
niet te ontberen; de muziekzaal in het seminarie
ende orgels der kerken stonden eiken Zondag of
zoo dikwerf hij het verkoos, steeds te zijner be
schikking. Dus was het eene jaar het andere
opgevolgd en xYlbert had zich nllengskens ge
heel met zijn lot verzoend.
Het eenvoudige maal was afgeloopen en Al-
bert blikte stom voor zich heen. De waardin had
Aanvankelijk betroffen zijne parlemen
taire adviezen bijna uitsluitend de openbare
werken, de spoorwegen en de binueniaud-
scke scheepvaart, en aan die adviezen werd
veel waarde gehecht. Herhaaldelijk maakte
hij deel uit van de commissie voor het
budget, en in 1878 werd bij door haar
gekozen tot rapporteur over de begrooting
van openbare werken. Iu Augustus van
dat zelfde jaar trad hij op als ouder-secre-
taris vau staat bjj het ministerie van open
bare werken. Iu het laatste miuisterie-
Freyciuet werd bij benoemd tot Minister
van financiën, iu welke betrekking hij
niet zeer gelukkig was.
Sadi Carnot is republikein Trouwens
dat zit bij hem in het bloed; bij is van
republikeinscb ras. Ziju grootvader lid der
Conventie, was een der mannen van de
eerste Frausche republiek. En zijn vader
was eeu der drie republikeinsche candidaten,
die na den coup d'état van 2 December tot
lid van het Wetgevend Lichaam werden
gekozen, maar weigerden deu oed van
trouw aan deu Keizer af te leggen. Sadi
Caruot zelf behoorde tot de Afgevaardigden,
die in 1877 aan het ministerie DeBroglie
een votum van vertrouwen weigerden.
Zijne verkiezing tot Hoofd van den Staat
neemt de vrees weg, die algemeen gedeeld
werd, dat de keuze van eeu plaatsvervan
ger voor Grévy aanleiding geven zou tot
ernstige wanordelijkheden iu Frankrijk.
De nieuwe President der republiek heeft
Zaterdag-avond zijne intrede gedaan iu het
Elgséena de officiëele installatie hebben
de Ministers, overeenkomstig het gebruik,
bun ontslag iugediend.
Deu geheeleu avond heerschte er te Parijs
eene groote opgewektheid. Op verschillende
plaatsen waren illuminatiëu aangebracht.
Eeue talrijke menigte begaf zich naar het
Elgsée om Sadi Carnot geluk te wensehen,
die daarvoor zijn dank betuigde.
Er hebben zicli in het geheel geen wan
ordelijkheden voorgedaan.
Antwoordende op de gelukweuscheu van
de Presidenten vau Senaat en Kamer, be
tuigde Sadi Carnot ziju dauk aau de
leden van het Congres, die hunne stemmen
op hem uitbrachten, aldus getuigende van
het verlangen naar pacificatie en eensge-
ziudheid, waarvan Frankrijk is bezield.
Deze dag zeide hij getuigt, dat de
vertegenwoordigers van Frankrijk huune
gemeeuschappelijke pogingen weten te ver-
eeuigeu, de constitutie weten te bevestigen
en aau het land een geregeldeu gang
van zaken en een stabiel eu werkzaam
gouvernement weten te verzekeren, bekwaam
om aau de natie, met de vrijheid naar
binnen, waardigheid naar buiten te geven,
alsmede al de weldadeu, die het laud van
de republiek verwacht.
Mooie woordenmaar
In de politieke kringen van Berlijn
wordt de keuze vau Sadi Carnot tot Pre
sident der Fransche republiek voorloopig
reeds tweemaal een gesprek willen aauknoopen,
doch hij scheen niets te hooren.
Een schalkscke lach speelde om haren mond,
toen zjj zeide: //Maar Albert, gjj staart mij wel
een gat door den muur, niet waar, dat zou je
ljjken, dan kondet gij steeds prettig naar den
watermolen zien! Maar hoe staat het met
Grietje?//
//Koos,// antwoordde Albert, //wees zoo goed
en laat mij met uwe plagerijen met rust, gij
weet zoowel als ik, dat liet een anncn schelm
niet zal invallen aan de dochter van den rijken
molenaar slechts te denken!//
//Zoo// riep de waardin, //gij denkt niet aan
haar, wie staat dan eiken Zondag uren lang bij
het raam der muziekzaal in het convict, wie
hamert en speelt er op los, dat andere christen-
menschen hooren en zien zou vergaan, en wie
is er in het molenaars zomerhuisje en wenkt
met den zakdoek? Daar zie nu dien onschuldi-
gen meusch eens aan en,// vervolgde zij met
hare radde tong, //wie heeft u dat ruikertje op
den hoed gestoken?//
(Wordt vervolgd.)