NIEUWE
1887.
No, 1187.
Woensdag 4 Januari 1888.
13de Jaargang.
BUIT E NL A Ni).
De valsche munters.
abonhemksttspbijs
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige plaatsen in Nederland Ir. p. p.
Voor het Buitenland
Afsnndarlgke Nummers
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
BUK.EA.TJ: St. Janstraat Haarlem.
0,85
1,10
1,80
0,06
TlKNlUsVr
PBIJS DEK ADVEBTENTIÉN
30 Cents.
AGITE MA NOW AGITATE.
Van 16 regels
Elke regel meer o
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentie'n worden uiterlijk Maandag-, Woensdag-
Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers: KUPPEIS 8t LAÜEEÏ
en
II.
{Slot.)
Wachter, wat is er van den nacht P
De Chauvinisten willen het despotisme
van Rusland vereeuigen ten strijde met de
democratie, welke thans in Frankrijk den
boventoon voert.
Dat die combinatie in hooge mate on
natuurlijk is, zal ieder beseffen, die den aard
der beide genoemde richtingen historisch
heeft nagegaan.
Wel heeft de despoot overeenkomst met
den democraat, dat zij beiden n. 1. zich weinig
bekommeren lover de vrijheid; maar toch
moet eene alliantie tusscheu het despotisme
van den Czaar en de democratische partij
in Frankrijk allerzonderlingst heeten.
De alleenheerschiug van den Keizer van
Rusland vormt in elk geval een vorm van
het wettig gezag, terwpl de democraten in
Frankrijk den weg hielpen banen van de
anarchie, dat is van de regeeringloosheid.
Daarbij komt nog eene andere conside
ratie, welke het samengaan van die twee
zoo allerzonderlingst maakt.
De Paoslavisten streven naar de over
winning van de Slavische beschaving, welke
natuurlijk geheel ouvereenigbaar is met de
Romaansche.
Door de Chauvinisten in Frankrijk wordt
dus verraad gepleegd aan hunne eigene ont
wikkeling, als zij zich verstaan met de
Pansiavisfcen. Hoogst vermoedelijk zal er
wel nooit iets komen van dat bondgenoot
schap. Rusland en Frankrijk coquetteeren
met elkander, doch ware, oprechte liefde
dragen zij elkaar niet toe.
Nu de alliantie van Duitèchland, Oosten
rijk ea Italië tot stand kwam, zou het trou
wens van Rusland de dwaasheid zelve zijn
om Duitschland aan te vallen. Eu toch tegen
Duitsehland zijn de plannen dor Chauvinisten
gericht. Oostenrijk is allerminst gehaat in
Frankrijk, hetgeen alleen reeds te verklaren
is uit de omstandigheid, dat de overgroote
meerderheid van de Fransche bevolking den-
zelfden (Roomsch-Katholieken) Godsdienst
belijdt als die in Oostenrijk.
Er is nog eene overweging,
welke in dit
geval veel afdoet. Engeland heeft zich wel
niet vormelijk bij de alliantie der Drie aan
gesloten, doch feitelijk staat Groot-Brit-
taunië aan de zijde van den vrede-bond.
Duitschland zelf heeft inwendig ook met
allerlei moeilijkheden te worstelen. Het
jeugdige keizerrijk staat nog niet zoo vast
geworteld als velen dat willen doen voor
komen. De Zuider Staten hebben zich niet
dan noode bij het Rijk aangesloten, terwjjl
de zucht naar onafhankelijkheid nog altijd
groote kracht uitoefent. Zoodra Duitschland
door eene vreemde Macht wordt aangevallen
en een oorlog daardoor het gevolg is; zou
het wel kunnen gebeuren, dat de Zuider
Staten, en zeker Hannover, van de gelegen
heid zouden gebruik maken, om weer van
FEUILLETON.
17)
Vervolg.)
//Lieve, jonge vriend,/' sprak hij eindelijk tot
hem, //gij hebt door uw open en eerlijk gelaat
mijn geheele vertrouwen gewonnen, en bedrieg
ik mij niet, dan lieb ik in u ook een bondge
noot voor mijn doel gevonden. Het is n moge
lijk niet onbekend, dat ik sedert een paar da
gen onder den naam van een geoloog m //De
Kroon// logeer. Ik heb daar inlichtingen inge
wonnen omtrent een man, op wieu men kan
staat maken, die veel met de menschen omgaat,
en de omgeving goed kent. De huisheer heeft
mijne aandacht op u gevestigd. Hoor nu, wat
ik zeg en bewaar het als een diep geheim. Ik
ben geen geoloog, maar de rechtercommissaris
Hellman uit W. en ben door de Kegeering hier
heen ^ezonden om eene bende valsche munters
op het spoor te komen, die zonder twijfel zich
hier in den omtrek ophoudt; hebt gij nog nooit
de handen, welke hen vereenigde met het
Duitsche Rijk, ontheven te worden.
Thans zullen wjj ons niet verdiepen in
de vraag, in hoever het verstoren der tegen
woordige Duitsche eenheid boven de hand
having zou te verkiezen zijn. Waar wij
ons alleen tegen verzetten is tegen de aan
matiging, welke sommige Duitschers toonen,
door te beweren, dat bet Germaansclie, het
laatste en beste woord zou zijn in de Euro-
peesche beschaving; dat is volstrekt niet
het geval.
Die opvatting belet ons niet in zeker
opzicht eerbied te koesteren voor Keizer
Wilhelm, die in het afgeloopen jaar zijn
90ston jaardag beleefde en te erkeuueu dat
Prins Von Bisinarck een der grootste (zoo
r.iet de grootste) Staatslieden is van zijn
tijd.
Het Germanisme voert strijd in Oosten
rijk, tegen de niet-Duitsche nationaliteiten.
In 1887 kwam men nog weinig vooruit op
den weg, die tot verzoening tusschen de
onderscheiden rassen en stammen in Oosten-
rijk-Hongarije vereenigd, voeren zal. Alle
vrienden van Oostenrijk weuscheu zeker,
dat in 1888 de burgervrede in Oostenrijk
geheel zal hersteld worden.
Hoe krachtiger Oostenrijk zal zijn van
binnen, hoe energieker het naar buiten zal
kuuneu optreden. Allereerst is datgeweuscht
voor de Bulgaarsche quaestie. Dat vraag
stuk wordt trouwens het meest brandend
gehouden door de Bulgaren zeiven, die in
wendig woelen en wroeten. Bulgarije behoort
naar den raad van Europa te luisteren,
dan zal het minder gevaar loopen door
Rusland te worden overheerscht.
Hoewel vau meer speciaal Britsch, dan
van Europeesch belang is delersche quaestie.
Zij kwam iu 1887 weinig tot hare oplossing
verder. De Eugelscbe geest is tegen Ierland
gericht. Men wil het Groene Erin niet die
zelfstandigheid gunnen, op welke het terecht
blijft aandringen.
Toch zal Engeland niet wezenlijk tot
verademing komen en krachtig staan tegen
over het socialisme, hetwelk steeds meer
het hoofd opsteekt, voor dat met Ierland
de vrede is gesloten. Het is te weuschen,
dat in 1888 Engeland tot de overtuiging
zal komen, dat niet met geweld, maar door
het betonen van gematigdheid het Iersche
vraagstuk uit de wereld moet geholpen
worden.
Nog vele andere geschillen houden Europa
verdeeld. Wij noemen nog slechts de con-
stitutioneele crisis iu Frankrijk, waar (be
driegt ons niet alles) de republiek, ondauks
den nieuwen President, haar einde tege
moet gaat. Frankrijk kan alleen als monar
chie de eervolle positie in de wereld inne
men, waarop het recht heeft.
Iu Denemarken "blijft de Regeering worste-
telen met de Volksvertegenwoordiging; iu
Zweden en Noorwegen heerscheu ook al
onrust en onlust; in Spanje schijnt het be
wind van Sagasto te wankelen; in Italië
is het Kabinet-Crispi een bewind van bloed-
roode kleur, hetwelk nog vijandiger dan
iets gehoord of gezien, wat mijn vermoeden
eenigen grond geeft?//
//Valsche munters!// riep hij, geen sterveling
heeft hier aan zoo iets ooit gedacht!//
//Dat geloof ik gaarne,// zei de vreemdeling,
//die knapen zijn sluw. Hier fabrieeeren zij de
munt en bij ons, en op vele uren van hier in een
anderen Staat, brengen zij haar aan den man,
doch alle sporen, die ik tot hieraan trachtte te
vinden, doen mij vast gelooven, dat het valsche
geld in deze streken wordt geslagen. Dus geef
goed acht, houd bij uw groot verkeer oog en
oor steeds goed open, want als het ons gelukt!//
Hierbij trok Ilellmam eene krant uit
den zak ..en toonde Albert eene ambtelijke be
kendmaking der R'sche regeering volgens welke
hij, die de valsche munters aan de politie kon
overleveren, eene belooning van 6000 daalders
zou ontvangen.
Albert begon er duizelig van te worden. Hoe,
als hem eens gelukken zou dit geld te verdie
nen? Dan zou liij mogelijk zijn lot ten opzichte
van Grietje eene gelukkigere wending kunnen
geven, wat in weerwil van alle zelfbeheersehing
kon hij haar toch niet vergeten! En dat de mole
zelfs de Regeering van Depretis optreec't
tegen het Vaticaan, en doch waar
zouden wij eindigen, wildengwij wijzen op
al de sombere teekenen, welke van het
verleden den nadenkenden toeschouwer ont
rusten. Het heden levert ons ruimschoots
stof tot rechtmatige beduchtheid op, en
het morgen? Wat zullen we er anders van
zeggen, dan dat wjj op de vraag van den
Profeet: Wachter, wat is er van den nacht?
wel moeten antwoorden: Zie, de morgen
(van het nieuwe jaar) is*gekomen en nog
is het nacht.
Geldt dit ook voor ons Vaderland?
Groote weldaden werden ons door God
geschonken, maar toch zien wij de toekomst
van Nederland niet zeer helder in.
De herziening der Grondwet, welke in
1887 tot stand kwam, staat voor ons als
een groote onbekende; niemand weet wat
zij aan ons vaderland zal schenken. Alles
hangt, naar den mensch gesproken, af van
de kiezers der toekomst. Wij kunnen dus
slechts hopen en bidden, dat de harten
der goedgezindeu zullen bewogen worden
om ijverig deel te nemen aan den stembus
strijd. Dan zal de zaak vau Oranje en
Nederland door de Groudwetshervorming
worden gebaat.
In afwachting van de dingen, die bomen
zullen, zenden wij tot God ons gebed op
voor het leven en het levensgeluk vau
onzen dierbaren Koning, de beminde Ko
ningin en het bevallig Prinsesje, waarop
de hoop van ons vaderland rust.
Als Vorstenhuis en Natie vereenigd
blijven, ook in het geloof in den Gekruiste,
dan zullen alle billijke weuschen der Natie
voor haar zedelijk 6n stoffelijk welzijn
worden vêrvuld; de groote strijdvragen op
politiek en sociaal terrein zullen ten slotte
eene bevredigende oplossing vinden en bij
den uitgang van het nieuw ingetreden jaar
(dat gezegend ook voor Haarlem en zijne
ingezetenen moge zijn) zal de wachter, die
uitziet naar den morgen, kunnen getuigen,
dat de eerste lichtstrepen van den nieuwen
dageraad des heils door hem aan den ge
zichteinder worden waargenomen.
Tallooze geschenken voor Z. H. den Paus
komen nog telken dage in het Vaticaan
en de stroom van hen, die Leo XIII uit alle
oo^Ien der wereld komen gel uk weuschen,
houdt steeds aan. Dezer dagen zijn meer
dau 300 Bisschoppeu en andere Prelaten,
van nabij en van verre gekomen, door Z, H.
ten gehoore ontvangen.
Den 6 Januari zal op het Vaticaan de
tentoonstelling van de aan Leo XIII toe
gezonden geschenken plechtig geopend wor
den. Het programma houdt iu dat de Paus
niet in pontificale kleedij, maar iu koorkleed
te elf uur zijne vertrekken zal verlaten, om
geven door zijne Kamerheeren en vooraf
gegaan door koorzangers van de pauselijke
kapel, door de ceremoniemeesters en de leden
van het Heilig College. Gekomen in de zaal,
naar slechts door zijn ongunstigen stand van
zaken gedwongen was geworden om Roland het
jawoord te geven, was hem bekend.
De rechtercommissaris verwijderde zich, nadat
hij Albert nog eens en bepaald aangemaand had
er niemand een enkel woordje van te zeggen.
Dit was wel niet noodig geweest; de groote be
looning en de verwachtingen, daaraan verbonden,
waren voor Albert een prikkel om alles in 't
werk te stellen, doch wekenlang kon hij niet
bet minste bespeuren.
Het landhuishouclkundig feest naderde en
naar de toebereidselen, die men daartoe in Ku-
gelbach maakte zou bet zeer luisterrijk worden. Dit
feest wordt jaarlijks afwisselend te Kugelbaeb
en Wuselkeim gehouden en wijl dit laatste in
't verloopen jaar alles ter feestviering in 't werk
gesteld bad, meende Kugelbach dit jaar ook
niet ten achter te moeten blijven.
In plecbtigen optocht, begeleid door de opbeu
rende klanken der muziek, begaven zich de leden
van de landbouwvereeniging door de rijk ver
sierde straten der stad naar bet feestterrein, om
daar van de prachtvol gedecoreerde kiosk de
prijzen aan de winners uit te deelen. Des na
waar het ceremoniëel der opening zal plaats
hebben, zal Leo XIII den troon, ter zijde
van den ingang der zaal beklimmen. De
Priesters zullen aan beide zijden van den
troon zijn geschaard. Vóór den troou, op
twee rijen leunstoelen, nemen de Kardinalen
plaats. Aan het corps diplomatique en den
Romeiuschen adel zijn plaatsen aangewezen
tegenover den troou. Achter de Kardinalen
bevinden zich de Bisschoppen en andere
Prelaten; op de trappen, die naar de boven
galerij leiden, en op de bovengalerij zelve,
de leden van alle Italiaansche bedevaart- en
tentoonstellingscommissiëu. voorts de leden
vau het pauselijk hof, die niet dienstdoende
ziju.
Men berekent, dat omstreeks twee duizend
personen zullen vereenigd zijn.
In het midden der bovengalerij, uitziende
op de groote tentoonstellingszaal, nemen de
koorzangers van de pauselijke kapel plaats,
te zameu eeu driehonderd personen.
De dienst nabij den troon wordt waar
genomen door de adellijke garde; die iu het
overige der zaal en in alle andere tentoon
stellingszalen door de Zwitsersche garde,
die voor deze gelegenheid voor het eerst
sedert 1870 verschijnen zal iu de stalen
helmen en kurassen van de middeleeuwen.
Bij de komst van Leo XIII heffen de voor
zangers het: Tu es Petrus aan. Vervolgens
leest Kardinaal Schiaffiuo, voorzitter van alle
jubileum-commissiëu, een adres van hulde,
van gelukweuscheu en vau vreugdebetoon
wegens deze groote gebeurtenis voor. De Paus
autwoordt met eeuq rede, waarna hij deu
zegen over al de aanwezigen uitspreekt.
Vervolgens doet Leo XIII de ronde door
de tentoonstellingszalen; middelerwijl speelt
de pauselijke kapel eeu muziekstuk, door Gou
nod voor deze plechtigheid gecomponeerd.
De Moniteur de Rome maakt eene ency
cliek van Z. II. den Paus van deu 22sten
December aan de Beiersche Bisschoppen be
kend. Daarin wordt in krachtige bewoor
dingen gehandeld over de quaestie der semi-
nariën en de opvoeding der Geestelijkheid
en der jeugd. De Paus beveelt deu Bisschoppen
aan, li tinne kudde vooral af te houden van
de geheime genootschappen en zooveel in
hun vermogen is te zorgen, dat de Katho
lieken aaneengesloten blijven, om eendrach
tiglijk den strijd voor de rechten der Kerk
en van het geloof te kunnen strijden.
Leo XIII wijst verder nadrukkelijk op de
voordeeleu van het samengaan van den Staat
met de Kerk eu laat het tusschen Beieren en
den Heiligen Stoel gesloten concordaat niet
onaangeroerd. Hij hoopt veel van de wijsheid
van deu Prins-Regent.
De President der Fransche Republiek
heeft aan Kardinaal Rampolla, 's Pausen
Staatssecretaris, ter gelegenheid van het
jubileum van Leo XIII het grootkruis van
het Legioen van eer doen toekomen.
Men herinnert zich dat vrouw Limouzin
oalaDgs wegens oplichterij (de docoratie-
quaestie) tot 2 maanden gevangenisstraf
werd veroordeeld. In hooger beroep is zij eer
gisteren, bij gebrek aan bewijs, vrijgesproken
middags had er een groot banket in //De Kroon"
plaats en 's avonds een bal, waarop de dans-
lustige jeugd zich naar hartelust kon vermaken.
Ook Grietje bevond zich daar met baar va
deren den bruidegom. Wel was zij genezen, doeb
zij zag er nog steeds bleek uit en uit bare don
kere oogen sprak eeD verborgen leed. Haar huwe
lijk met lloland was in een der eerstvolgende
weken bepaald.
Met behulp van den rijken Roland bad men
den afgebranden molen reeds tamelijk weder her
steld en de woning kon men eerstdaags weder
betrekken. Er was besloten, dat Roland, zoo
dra liij gehuwd was, met zijne jonge vrouw in
de stad zou gaan wonen om in de zaken van
Holm te treden, want de spijkerfabrikatic lever-
verde hem datgene niet op, wat bij, zooals bij
zeide, er van bad verwacht.
Albert was na eenige minuten eveneens in
de zaal gekomen. Wijl bij echter de kracht niet
bezat den blik van bet diep bedroefde Grietje
te verdragen, bad bij zich spoedig weder ver
wijderd.
{Wordt vervolgd.)