N I E IJ W E
No 1218
Vrijdag 16 Maart 1888»
13de Jaargang.
Het lioogei onderwijs in
Frankrijk.
B U 1T E\LA N
1
Een warwinkel.
4RLEI
ABONNEMENTSPRIJS
Per S maanden voor Haarlemf 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het Buitenland 1,80
Afziuderljjke Nummers0,06
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
AGUTE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIÉH
Van 16 regels 30 Cents.
Elke regel meer
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag-
en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht.
Ui tee vers: KÜPPEE8 I AI'BEI.
Het is eene onloochenbare waarheid, dat
het voor het wel en wee van een volk van
groot belang is, dat die personen, welke
door hunne maatschappelijke positie een
belangrijken invloed uitoefenen op hunne
medeburgers, zooals rechters, dokters, ad
vocaten, leeraars en anderen, van de waar
heden van den christelijken godsdienst
doordrongen zijn en hunne haudelingen
overeenstemmen met hunne beginselen. Zal
dit echter geschieden, dan moeten zij, die
zich aan de opgenoemde betrekkingen wij
den, niet alleen in het huisgezin en op de
lagere school, maar ook op de middelbare
en hoogeschool in het geloof en volgens de
voorschriften der H. Kerk opgevoed en on
derwezen worden, zoodat de moderne we
tenschap, zooals zij op de hoogescholen
wordt geleerd en het leven, oat er wordt
geleid, hen niet ten verderve strekke.
De noodzakelijkheid van eeue goede, op
religieuze grondslagen gevestigde opvoeding,
kende men bij de Katholieken reeds lang,
zeer lang, maar aan de Frauschen komt
de eer toe de vrijheid van het hooger on
derwijs op het vasteland van Europa te
hebben veroverd en haar gebruikt te heb
ben tot het oprichten van instellingen voor
hooger onderwij). Men stichtte binnen kor
ten tijd, ondanks de enorme kosten, in ver
schillende streken van Frankrijk vooreerst
vijf katholieke of vrije universiteiten: voor
het Noorden te Rijsel, voor het midden ge
deelte van het land te Parijs, voor het
Zuiden te Toulouse, voor het Oosten te
Lyon en voor het Westen te Angers. Zij
heeten vrije hoogescholen omdat zij niet
door Staatsmiddelen worden gesteund, de
hoogleeraqrs door het bestuur der univer
siteiten met behulp vau de Professoren,
worden gekozen en benoemd, eu tucht en
orde, zonder Staatsbemoeiing streng wor
den gehandhaafd. Overigens wordt de stoffe
voor het onderwijs zoo behandeld, dat zij
minstens met het ouderwijs van den Staat
gelijk staat, zoo dat de jongelieden, welke
op katholieke hoogescholen hunne studiën
volbrengen, de voorgeschreven examens
doorstaan en ook vaak Staats-betrekkingen
erlangen.
Het is van niet weinig belang met de
inrichting van die universiteiten eens nader
keunis te maken.
De katholieke universiteit te Parijs bezit
thans drie faculteiten: voor de rechtswe
tenschap, geschiedenis en philosophic eu de
mathematische en natuurwetenschappe n,
ook worden er, als een begin tot vestiging
eener theologische faculteit, door vier Gees
telijken voorlezingen over eukele deelen der
theologische wetenschap gehouden. Eene
geneeskundige faculteit kon nog niet wor
den opgericht. Voor dit doel zou men een
groot hospitaal moeten aanschaffen. Reeds
in 't vorige jaar echter vormde zich een
Comité tot aankoop van een geschikt ge
bouw.
De universiteit van Lyon had ook de
FE UIL LH T O N.
(Vervolg en slot).
Wie was dan die onbeschofte, die hem.
een broer van den duivel, een rakkerd van een
vent genoemd had?
Hij moest dat weten en zou het den tele
phonist gaan vragen.
Eenzelfde gedachte doorkruiste het brein van
prof. Tijk al zou het hem nog zooveel kosten,
hij moest den spotvogel kennen, die hem cham
pagne wou opdringen, aan hem, die op zijn best
suikerwater nuttigde.
En zij gaven bijna tegelijkertijd het sein van
aansluiting.
Ieder voor zich verbeelde tot den telephonist
het woord te voeren.
Dokter Vos begon:
drie faculteiten, evenals Parijs. In den loop
van het jaar 1878 werd er nog eene theo
logische faculteit bijgevoegd, waar geleerde
Priesters de zedenleer, scholastieke philo-
sopliie onderwijzen en de H. Schrift ver
klaren.
De hoogeschool te Rijsel bezit alle facul
teiten, ook de geneeskundige eu theologische.
Zij heeft een prachtig hospitaal, de labo
ratoriums, de verzameliugeu voor alle takken
van wetenschap,de bibliotheken zijn rijkelijk
van het noodige voorzien. Deze hoogeschool
wordt voornamelijk door jongelieden uit
Italië en Zwitserland bezocht; zij bezit een
maison de familied. i. eene inrichting waar
de studenten tegen matige vergoeding kun
nen gehuisvest worden.
Augers heeft drie faculteiten, die van het
recht, van de letterkunde, geschiedenis en
philosophie en die der natuurwetenschappen.
De meeste studenten behooreu tot de rechts
geleerde faculteit. De examens geven het
schitterendst succes. Wat Augers zoo bij
uitstek onderscheidt is, dat men in korten
tijd in di>'. stad een prachtig en grootsch
academie-gebouw stichtte benevens drie
internaten, d. w. z. uitmuntende huizen,
waar de studenten, ouder leiding van een
Priester, samenwonen, zooals dit op de oude
universiteiten geschiedde en ten huidigen
dage nog iu Engeland te Oxford en Cam
bridge gebeurt.
Iu het jaar 1878 werd ook te Toulouse
met de stichting vau eene hoogeschool een
aanvang gemaakt en wel met de faculteit
der rechtsgeleerdheid. Aan deze academie
wordt meer dan elders onderricht gegeven
in het kerkeljjk- en natuurrecht, 't welk
iu Frankrijk eeuigszins was verwaarloosd.
Het universiteitsgebouw is zeer ruim en
doelmatig ingericht; ook bestaat er een in
ternaat, en, evenals te Parijs en Rijsel, het
zoogenaamde patronaat, dat aan ieder stu
dent het recht geeft zich een Professor te
kiezen, die hem bescbermeud ter zijde staat
eu hem met raad en hulp steels van dieust is.
Bij de opening der voorlezingen vau de
faculteit der rechtsgeleeuiheid, waarbij vier
Aartsbisschoppen, drie Bisschoppen en een
groot getal aanzienlijke mannen tegen
woordig waren, sprak de Deken der facul
teit, Vidal, over het standpunt, 't welk de
katholieke hoogescholen innemen tegenover
de beginselen, die de hedendaagsche maat
schappij wil aangenomen zien.
»Wanneer,« zoo sprak Yidal, »dat een
goed beginsel moet geheeten worden
God uit de wetgeving te verbannen eu als
opperste wetgever in de meusckelijke aan
gelegenheden slechts dezen onpersoonlijken
eu ouverantwoordelijken alleenheerscher,
welke men den naam geeft van de publieke
opinie en van den volkswil erkent, dan
moet ik in 't openbaar getuigen, dat geeu
onzer geneigd is, zijn verstand voor zulk
eene leer te buigen. Wij gaan er integen
deel trotsck op, dezen even oubesteudigen,
als blinden meester niet te erkennen, maar
de heerschappij te belijden van Hem, Dien
wij in onze gebeden en voorlezingen den
Heer eu Meester van hemel en aarde noe
men. Als dat een goed beginsel heet,
Zeg
eens, wie is dat geweest. en
zonder liem uit te laten spreken, antwoordde
de professor reeds:
Wat weet ik daarvan.
Je diende het toch te weten.
Ik ben geen wandelend adresboek.
Hou je snater, nare vent!
Ik zwijg voor geen mensch, dus zeker voor
jou niet.
Jij hebt straks ook al den boel in de war ge
schopt.
Tk hen blij, dat ik me behoorlijk kan
verroeren.
Dan hen je niet waard dat je leeft.
Wat blief je?
Ik zal bij de administratie reclames over
je indienen.
En ik over jourakkerd.
Eiken cent dien je verdient, steel je.
Een dief? jij bent een dief, een schelm,
een schurk!
Wacht maar eens even, ik kom bjj je!
recht en wet van hunne bron, welke God
is, onafhankelijk te maken, dan bekeunen
wij luide, dat wij blijven hechteu aau de
oude zedenwet en niet aan de nieuwe, aan
de oude zedenwet van het Evangelie en niet
aan de wetten der valsche wijzen van on
zen tijd, die zich vrijdenkers noemen en voor
wie deze naam dan ook wonderwel past,
als hij diegenen aanduidt, welke bgnue
gansche vrijheid vau denkeu gebruikeu om
zich van alle regeleu, zelfs vau die van
't gezoude menschenverstand, los te ma
ken.*
Waarlijk een volk, dat zulke inrichtin
gen en iu zulk een geest sticht, kau slechts,
zij het dan ook langzaam en na vele be
proevingen, eene betere toekomst tegemoet
gaan.
Het uitgeven van bulletins omtrent des
Duitscheu Keizers ziekte wordt voorloopig
gestaakt. De artsen verzekereu, dat zijn
slaap en eetlust goed zijn en dat hij in ge
wicht niet zoozeer afgenomen is, als na de
jongste crisis wel werd beweerd. Hij weegt
ongeveer 80 kilo. Van den elevator, die de
verdiepingen in het Charlottenburger slot
verbindt, maakt hij geen gebruik, doch be
klimt met gemak de trappen. Terstond na
den dag zijner aankomst arbeidde bij nog
tot een uur des nachts, en eergisteren tot
elf uur. Daarbij staat hij reeds om acht
uur op en noemt slechts eene korte middag
rust. Mackenzie heeft zijne vertrekken in
de onmiddellijke nabijheid van die des
Keizers.
Na de plechtigheid der bijzetting van
Keizer Wilbelm's stoffelijk overschot ver
trekt het Keizerlijk paar terstoud naar
Wiesbaden. Kroonprins Wilhelm heeft reeds
machtiging ontvangen om, zoo noodig, tot
afdoening van minder gewichtige regeeriugs-
zaken iu 's Keizers plaats te treden.
Het couserveeren van Keizer Wilhelm's
lijk is door inspuiten der zoogenaamde
vloeistof van Werkenheim« verricht ge-
wordeu, zoodat de inwendige organeu niet
verwijderd behoefden te worden. Tot het bij
wonen der begrafenis zijn reeds een veertigtal
buitenlandsche vorstelijke personen en niet
ver van 100,000 vreemdelingen te Berlijn
aangekomen. Dientengevolge wordt het vin
den van kwartier reeds moeilijk. Toch is de
groote stroom van vreemdelingen eerst
morgen te verwachten.
Onbeschrijfelijk en ontzaglijk is de toeloop
van het volk tot bezichtiging van het lijk.
Trots sneeuwjacht en koude verdringt zich
de menigte, van den vroegen ochtend tot
den avond, onophoudelijk in den Dom. Door
liet gedrang der honderdduizenden zijn iu
den omtrek vau het gebouw reeds ver
scheidene kleine ongelukken voorgevallen;
en met het oog daarop heeft men in de
nabijheid posten tot het verleenen van ge
neeskundige hulp opgericht. Ernstige on
heilen vielen er echter nog niet te betreuren.
Het doodenmasker, door Reiukold Begas
op het lijk van Keizer Wilhelm genomen,
is geslaagd. In het daaruit verkregen model
Ik dank je, ik verwacht je niet; ik wil je
niet zien, gemeene schobberd.
Ik ga naar de administratie.
En ik!
Zoo goed en zoo kwaad professor Tijl zich
kon voortbewegen, strompelt hij naar den tele-
phoonpost. Dr. Vos, die er een heel eind van daan
woont, stormt in ijlende vaart en met de bok-
kepruik op eveneens naar het bureau waar
zij te gelijk aankomen.
Mijnheer, zoo begint de professor direct
op het zien van den dokter dien hij niet
kent ik hen woedend, ik kom me beklagen
over uwe wanordelijke administratie, ik kom
Nu was hij op 't bureau zelf en nog duurden
de quiproquo's voort, dacht Dr. Vos. Wat is dat
hier toch voor een boel.
Hij roept of liever zij roepen Dr. Vos
had zich hekend gemaakt en gezegd, dat hij
eveneens komt reclameeren doch niemand
hoort, en tocht er brandt licht; toch moet er
iemand zijn.
is dau ook tot iu de geringste ouderdeeleu
alles scherp en duidelijk wedergegeven.
Volgens de berichten valt het echter moei
lijk, terstond den Keizer er uit te herkennen,
doordien na den dood de bovenlip zoodanig
is ingevallen, dat het gelaat rondom den
mond zeer verwrongen is.
Prins Von Bismarck's ongesteldheid is
in zóóver geweken, dat hij weder arbeiden
kan, doch hij mag de begrafenisplechtig
heid, in haar geheel althaus, niet bijwonen.
Volslagen uit de lucht gegrepen zijn de
uitgestrooide geruchten omtrent eene »Bis-
marck-crisis«. Daarentegen schijnen er in
andere hooge posten, inzonderheid aan het
Hof, die tot dusver door streng conserva
tieven bekleed werden, principiëele verande
ringen ophanden te ziju.
De liberale pers begroet met de grootste
vreugde de van den Keizer uitgegane pro
clamatie, en zinspeelt er op, dat de Minister
Von Puttkamer wel het eerst zal moeten
aftreden.
Wat de buitenlandsche politiek betreft,
zoo staat het vast, dat alreeds door eene
persoonlijke briefwisseling tusschen Keizer
Frans Jozef en Keizer Frederik het on
veranderd handhaven van het Duitsch-
Oostenrijksche verbond is verzekerd gewor
den. Doch ook tusschen den Czaar eu den
Duitschen Keizer zijn er weaerkeerige be
tuigingen van sympathie gewisseld. Het
eerste telegram van den Czaar werd door
Herbert Bismarck aan den Keizer bij diens
aankomst te Leipzig overhandigd.
De Fransche Regeering zal zich bij
de begrafenis van Keizer Wilhelm laten
vertegenwoordigen door Generaal Brugère
en den luitenant Carnot, zoon van den
President der Republiek.
Wegens het overlijden van den Keizer
van Duitschland, hebben de Ministers be
sloten voor bet cogeublik de feesten, bals
en recepties, welke zij deze week zouden
geven, af te zeggeu.
Volgens LaPatrie zal een voorstel worden
ingediend, om op den dag der begrafenis
van Keizer Wilhelm geene zitting van het
Parlement te houden.
In het Lagerhuis deelde Fergusson
mede, dat het iu 1887 noodig bevonden
was, de districten Pishin en Sibi formeel
bij het Britsch-Indische Rijk in te lijven.
De Standard prijst in Keizer Frederik's
manifest den eenvoudigen, reineu ernst, die
diepen indruk moet maken. De Times be
toogt, dat de Europeesche vrede in den zoon
denzelfden vasten steun vindt als in den
vader, en dat de troonsbestijging van Keizer
Frederik geene verandering brengt iu
Duitschland's politiek. De Daily News ziet
in het manifest een bewijs, dat de nieuwe
Keizer vertrouwd is met de behoeften van
zijn volk.
Op den zelfden dag dat Keizer Frederik III
weer den Duitschen grond betrad, vierde ziju
zwager, de Prins van Wales, ziju zilveren
bruiloft. Koningin Victoria reed met Prins
Heudrik van Battenberg, zijne echtgeuoote
Pri uses Beatrice en de Hertogin van Al
bany reeds 's morgens om half twaalf van
Buckingham Palace naar Marlboroughhouse
Zij treden een ander vertrek binnen,
Daar ligt met ineengedoken hoed op het
hoofd, een hoed in vorm gelijk aan eene harmo
nica, onze Uamille op den grond, al'een de punt
van zijn ietwat langen neus is zichtbaar, doch
hoorbaar is zijn geheele lichaam; het gaat met
een dof gebrom als een doedelzak op en neer.
Dr. Vos en de professor naderen de toestellen.
Alles heldert zich thans op.
Hunne beide nommers waren nog met elkaar
in verbinding. Zij hadden dus eenigen tijd te
voren die liefelijke woordjes tot elkaar gericht.
Aan excuses geen gebrek.
Dr Yos brengt zijn zieke!ijken lotgenoot naar
huis, nadat beiden overeengekomen waren een
klacht aan de krant in te zenden.
Hunne klacht was zoo vruchtbaar, dat een aantal
andere waaronder eer.e die gewicht in de schaal
legde der politie n. 1. in het volgend nom-
mer verschenen en eer de week ten einde liep, kon
Camille naar een ander baantje omzien.