NIEUW No, 1261. Woensdag 4 Juli 1888. 13de Jaargang. Slechte geschriften. MHTWriTiï Het nieuwe huis. ABONNEMEHT8PBIJS Per 3 maanden voor Haarlem1 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het Buitenland 1,80 Afzonderlijke Nummers0,06 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. BüREAÏÏ: St. Janstraat Haarlem. NXIENDJUT AGITE MA HON AGITATE. PBIJS DEB ADVEBTENTIÉH Van 16 regels.30 Cents. Elke regel meer 5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Advertentie n worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers: K UPPERS LAUREY. Er wordt in onzen tijd veel gelezen, ja, te veel. Vroeger was een boek eene zeld zaamheid en zag men die slechts ii kloosteis of in de handen der geleerden, doch tegen woordig, nu bijna iedereen kan lezen en schrijven, is er geene hut zoo gering, geene stulp zoo armzalig, waar niet ook aan lectuur wordt gedaan. Vooral gedurende de winteravonden wordt de tijd in de meeste huisgezinnen gekort met lezen en met wave gretigheid worden dan de boeken ter hand genomen en om zoo te zeggen ver slonden. Deze nieuwsgierigheid heeft hare goede, doch ook hare kwade zijde. Wat het voed sel toch is voor het lichaam, dat is de lec tuur voor den geest, voor de ziel, en even gelijk goed en gezond voedsel het lichaam versterkt, maar kwaad of vergiftig voedsel ziekten en kwalen teweeg brengt en zelfs den dood kan veroorzaken, zoo werkt eene goede lectuur heilzaam en weldadig op geest en hart, maar kan eene slechte, zedelooze of goddelooze lectuur ook den geest geheel en al bederven en de ziel den doodsteek geven. 't Is een feit, dat men in den regel veel voorzichtiger voor het liehaam is dan voor de ziel, en een vader, die met de grootste zorg en nauwgezetheid er voor zal waken, datTzijna jeugdige kinderen niets in banden krijgen, wat hun stoffelijk nadeel of schade kan veroorzaken, zal er zich niet om be kommeren wat soort boeken zij in handen hebben, en hoe zij gevaar loopen hunne jeugdige en reine ziel te verliezen. j.Kennis is maebt«, zegt men; ja, maar niet alle kennis; Adam had ook een groot verstand van God ontvangen, maar toch mocht hg niet eten van de vrucht van den boom vau keunis, van goed en.... kwaad Eu het is juist het kwade, dat door de slechte geschriften geleerd wordt, de kwade hartstochten, de dierlijke driften, die door hen worden opgewekt; de zinne lijke begeerten, die door hen worden ge vleid eu gestreeld; het verstand, dat door hen wordt beneveld, en het geloof, dat door hen wordt vernietigd. Ou bereken baar is dan ook het kwaad, dat door slechte hoeken en tijdschriften is veroorzaakt en now voortdurend veroorzaakt wordt; ja, zoo groot, dat de schrijvers zeiven dier schandelijke voortbrengselen ervan ontzet staan en heidenen en ongeloovigen er over klagen. Tot staving van ons betoog laten wg hier eeuige waarschuwingen volgen, niet van Christenen, maar van heidenen, revo- •lutiounairen, vrijdenkers en schrijvers van de allerschandelijkste boekeu. Om te beginnen met Griekenland: So crates zegt, dat door de slechte geschriften 's menschen onedele hartstochten geprikkeld, het mannenhart verweekelijkt, tot wellust vervoerd, en de edele vermogens der ziel jammerlijk benadeeld worden. Archilogus werd door de Lacedemoniërs verbannen om zijne slechte geschriften. Hetzelfde lot en FEUILLETON. Hendrik, lieb je een oogenblik tijd voor mij over, vroeg Mevrouw Velderak haren gemaal, den notaris. Hendrik trok een zuurzoet gezicht, maar voldeed onderworpen aan haar verlangen. Toe, Hendrik, blijf toch asjeblieft een oogen blik rustig zitten, want ik zie het al aankomen, dat je zoo meteen weer, ouder gewoonte, als een bezetene door de kamer zult rennen en dat kunnen mijne zenuwen volstrekt niet verdragen. Velderak nam tegenover zijne wederhelft plaats en wachtte in eenigszins angstige spanning den bruisenden woordenvloed af, die uit den schoonen mond zijner vrouw te voorschijn zou komen. Morden is het de laatste van het kwartaal, begon zij, °dus juist het geschikte oogenblik om onze woning op te zeggen. om dezelfde reden treft den diep gezonken Romein, den afschuwelijken dichter Ovidius, die allen toeroept: raakt geen minne dichters aan,« die zijn eigen talent doemt en waarschuwt tegen zijne eigene geschriften. Eu Martialis: lig zegt onbewimpeld, dat geen zedelijk mensch zijne wellustige regelen mag lezen en dat zij alleen geschreven zijn voor bedorvene lieden. Hoort hoe J. J. Rousseau zijne geschrif ten beoordeelt: Ik kan geen mijner boeken aanzien zonder te sidderenik onderricht niet, maar ik bederf; in plaats van voedsel bied ik vergift; maar de hartstocht doet mij afdwalen, en ondanks al mijne fraaie woorden ben ik niets meer of minder dan een booswicht.® En van de romans zegt hij het volgende: »Men heeft de lezing der romans nuttig willen maken voor de jeugd't is het huis in brand steken om de spuiten te laten werken.® En elders: Nooit heeft eene eerbare dochter romans gelezen. Ernest Teydeau waarschuwt in de voor rede van een zijner romans tegen de lezing zijner boeken. Frederik Soulié bekent, dat bij zijne geschriften verspreidt om aan het zedelooze publiek te behagen. Eugène Sue zegt van zijne werken, dat zij verpestend zijn voor geloof en zeden, dat zij vooral wanorde en zedebederf in de huisgezinnen voortbrengen en aaukweeken, en dat zij de grondslagen van godsdienst eu maat schappij aantasten. Jules Janin schrijft aan zijn neef: vLees noch mij, noch de overigen.® En George Sand, die al de hartstochten der slechte vrouw heelt aangewend om Christendom en maatschtf^pij te vernieti gen, die allef heeft ontkend, zoomede Victor Hugo, de goddelooze, die in de dichtkunst geen verschil kent tusschen goede ea slechte onderwerpen, beiden zien zich genoodzaakt eene rechtvaardiging te zoeken in de zede looze machtspreuk van Rousseau: »dat er geen beter middel is om de deugd te be strijden, dan haar af te schilderen met de levendigste kleuren. Al die mijmerende, dommelige, onbruik bare wezens, die onvoldane, gemankeerde toestanden, die verstoringeu in het levens geluk, die ongeregeldheden eu verwarringen in de familiën, die geheime, soms openbare misdaden, die zielsziekten van twijfel en ongeloof, niet zelden zich oplossende in zelfmoord, vraagt gij naar de oorzaak daarvan? meestal zal het een slecht boek zijn- Mochten toch allen beseffen, dat men niet staande kan blijven wanneer men voortdurend in aanraking komt met ge schriften, die geheel berekend zijn om den zondigen hartstocht te prikkelen, en mochten we toch inzien, dat door de slechte ge schriften de godsdienst uit het hart ver dwijnt, de godsdienst, die het eenige middel is tegen den hartstocht. Uit Rome wordt gemeld: Aan Z. H. den Paus zullen eenige buudels handteeke- Moeten wij verhuizen? riep haar echtvriend verschrikt. Laat me toch uitspreken! Ik zal je den stand der zaken eens duidelijk blootleggen, en je zult me moeten toegeven, dat mijne zienswijze nog zoo verkeerd niet is. Hier liet Hendrik een dof gesteun hooren, waarvan zijne levensgezellin cehter niet de minste notitie nam. Ongestoord vervolgde zij: Zooals je' weet, heb ik gisteren bij den advocaat Richter koffie gedronken. De Richters wonen werkelijk hoogst elegant. Hun salon is een juweel van stijl. Mevrouw Richter zeide trouwens ook, dat ook zij zich niet kon voor stellen, hoe iemand tegenwoordig nog zonder balkonkamer kon leven. En stel je daarentegen alle gebreken van onze tegenwoordige woning voor! De eetkamer is veel te klein en wij moe ten zoo zoetjes aan beginnen wat meer mensehen te zien, Julia is bijna volwassen. Maar, Clara! Julia is pas twaalf jaren! bracht de heer notaris eenigszins schuchter in het midden. ningen van meer dau een millioen meer derjarige Italianen worden aangeboden verzameld in de petitie-bewegiug ten gunste van het herstel der wereldlijke macht des Pausen. Zijne Heiligheid de Paus heeft aan eene commissie opgedragen eere-diploma's, gou den, zilveren eu bronzen medailles en eer volle vermeldingen aan de exposanten der Vaficaansche tentoonstelling uit te reiken. De medaille zal aau de eene zijde den beeldenaar van den Paus dragen; aan de keerzijde den Godsdieust, kransen aan de schooue kunsten, schilderkunst, beeldhouw kunst en bouwkunde aanbiedende. De voorzitter van den Rijksdag Baron Von Wedell-Piesdorf, is benoemd tot Minister van het koninklijk huis. Door den Franscheu Minister van ouderwijs eu schooue kunsten, den Heer Edouard Lockroyzal een wetsontwerp worden ingediend bij de Kamers tot het toestaan van een krediet van 6000 fr., ten einde een deel van het paleis te Fon- taiueblean ter bewoning in gereedheid te brengen. Door de goedkeuring van dit krediet zou dau tevens door de wetgevende Kamers dit staatsdomein den President der republiek ten gebruike zijn afgestaan. De uit geschiedkundig en artistiek oogpunt belangi ijke gedeelten van het paleis zullen niettemiu, ondanks de aanwezigheid van den President der republiek, ter bezichti ging blijven van het publiek. De Heer Uarnot wenscht de loopeude kosten van bewoning, voor verlichting, brand, enz. voor zijne particuliere rekening te uemen. De Duitsche grenspaal op den grooten geineenschapsweg van Auduu-le-Roinan naar Fouiay (Elzis-Lotharingen) is uit den grond gerukt en een eind ver weg gesleept. Vier jongelieden van Sancy zullen wegens deze kinderachtige handeling wor den vervolgd. Ter bijwoning van het revolutiefeest op 14 Juli zijn al de maires van arrondisse menten en kantons in Frankrijk uitge- noodigd. Behalve die 2900 maires zijn al de leden vau Senaat en Kamer, als ook de leden van den Parijscheu gemeenteraad gevraagd, de eenen en de anderen ter bijwoning van een monsterbauket, te geven in een der gebouweu van de aaustaande tentoonstel ling op het Champ de Mars. Indien de 32000 maires van Frankrijk niet allen gevraagd zijn, dan geschiedde dit uit gebrek aan de noodige ruimte. De President der Republiek zal het ban ket voorzitten. De Servische Minister van buiten- landsche zaken heeft in opdracht der Re geering, ingevolge de in Europa verspreide geruchten welke deu binneulandschen toe stand in de donkerste kleuren afschilderen, aan de vertegenwoordigers in het buiten land eene nota gericht, ten einde den on- gunstigeu indruk weg te nemen, dien de bedoelde pessimistische berichten zouden kunnen teweegbrengen. Daarin worden de geruchten omtrent eene ministeriëele crisis Over zes weken wordt zij dertien, riep zijne ega triomfantelijk, en zie je Henk, voegde zij er op haren innemendsten toon bij, ik wil ook volstrekt niet hebben, dat je de ondankbare taak van het zoeken naar onze nieuwe woning op je zult nemen. Neen, Mevrouw Richter en ik zullen (A samen op uit gaan, alle dagen zullen wij rondsnuffelen, totdat wij een juweel van eene woning hebben gevonden. Velderak stribbelde nog wel tegen, maar te vergeefs. De woning werd dus opgezegd. Eenige dagen daarna begaf mevrouw Velderak zich in een keurig wandeltoilet naar hare vriendin, Me vrouw Richter, om met haar een kleinen ontdek kingstocht naar eene geschikte woning te onder nemen. Met voorbeeldeloozen ijver doorlezen de beide dames alle advertentiën en besloten het eerst eene te huur aangeboden woning in oogensehouw te nemen, die op het geduldige papier, alle voor- deelen der wereld in zich vereenigde. Onder levendig gesnap werd de tocht aangevangen. Eindelijk bereikten zij haar doel, een smaakvol, ten stelligste tegengesproken, en verzekerd dat de Koning nimmer van het Kabinet- Christics iets meer verlangd heeft, dan de handhaving der orde. De Koning prote steert ten krachtigste tegen elk vermoeden, als zoude kg in strgd met zijn eed willen handelen. Omtrent de vraag, of de Skupschlina al of niet zal worden ont bonden, is nog geene beslissing genomen. De financiëele toestand des lands is geens zins zoo ongunstig, als die door kwaad willige geruchten wordt voorgesteld. Uit het onlangs openbaar gemaakte eerste verslag der Russische Adelsbank hetwelk over 1886 loopt, blijkt dat in ge meld jaar door die bank 2172 voorschotten zijn verstrekt, tot een gezamenlijk bedrag van rb. 68,783,300. In het geheel zijn door adellijke grondbezitters 1,640,210 dessja- tiaes grond in onderpand gegeven, waar van 350,561 dessjatiues geheel onbe zwaard waren, op laatstbedoeld, tot dus ver onbezwaard, grondbezit is een bedrag van rb. 12,936,700 door de bank voor geschoten. Karakteristiek is dat, volgens het verslag zelf, de eigenaars der bedoelde gronden verklaard hebben, dat de reden van het verbypothekeereu hunner gronden alleen daarin gelegen was, dat zij nergens zoo goedkoop geld konden opnemen als bij de Adelsbank, wier interest 53/4 pet- be draagt. Inderdaad betalen de landbezitters aan de particuliere banken vau grond- krediet 9 a 11 pet., aau de stedelijke banken 8 a 12 pet., aan de maatschappijen van onderling grondkrediet 10 a 12 pet., en particuliere personen laten zich tot 15 pet., interest betalen. Indien men als klein grondbezit be schouwt de eigendommen, bezwaard met rb. 10,000 en minder; als middelbaar: de eigendommen bezwaard met sommen van 10 tot 100 duizend roebel, en als groot grondbezit, die welke verhypothekeerd zijn met bedragen van meer dan rb. 100,000, dan blijkt, dat de bg de Adelsbank beleende goederen behooreu voor 38 pet. tot het groote, voor 56 pet. tot het middelbare, en voor 6 pet. tot het kleine grondbezit. Men vindt het over het algemeen be denkelijk, dat de Adelsbank het den adel zeer gemakkelijk maakt, geld op te nemen. Zoo is onder het bedrag van rb. 55,846.600, hetwelk werd voorgeschoten op grond eigendom, bij audere krediet-instellingen be leend, begrepen eene som van rb. 6,146,000, welke verstrekt werd op landgoederen, die boven het, in beginsel vastgesteld maximum van 60 pet. der waarde waren bezwaard. Het voorgeschoten bedrag van rb. 55,846,600 bestaat uit 42 millioeD afbetalingen aan andere krediet-instellingen, bij welke do goederen waren beleend, lO'/j millioen aan baar geld, hetwelk den grondbezitters is uitbetaald, eu rb. 8,079,000 betaling van achterstallige schulden van vroeger aan gegane leeningen, De uitslag der werkzaamheden van de Adelsbank was in 1886 een deficit van rb. 158,170. De Russische Regeeringsbode meldt, dat nieuw gebouwd huis, welks rijk versierden gevel de warme bewondering der lieve vriendinnen opwekte. Na eenig doelloos heen en weder dren telen vonden zij een dienstbaren geest, die hen in de smaakvolle, prachtig ingerichte vertrekken rondleidde. Mevrouw Velderak's gezicht klaarde bij dien aanblik geheel op, en zij fluisterde hare gezellin toe: //Juist wat ik zocht! wat toevallig dat ik dadelijk zoo iets geschikts heb gevonden." De woning staat mij wel aan, zeide zij, hoeveel bedraagt de huur? Twee duizend gulden per jaar, Mevrouw. Een uitroep van teleurgestelde verbazing zweefde op hare lippen, maar zij hield dien terug en nam met een genadig hoofdknikje afscheid en de belofte, dat zij met haren echtgenoot terug zou komen. Op straat aangeland gaf Mevrouw Velderak echter aan hare verontwaardiging lucht door de woorden: //Neen, maar! wat een be lachelijke prijs! Hoe lief wonen wij tegenwoordig niet en we betalen maar negenhonderd gulden!// Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1888 | | pagina 1