N I E U W No 1269. Zondag 22 Juli 1888 13de Jaargang. Iets over de vrijmetselarij. KUITEN L A i De Linde. R14RLÏMSCHM ABONNEMENTSPHIJB Per 3 maanden voor Haarlem t 6.8h Voor de overige plaatsen in Nederland tr. p. p. 1.10 Voor het Buiteulaud 1,80 Af/.•mderlijke Nummers0,00 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en Z ATERDAG BÜBEiU: St. Janstraat Haarlem. PBIJS D.T3B ADVEBTENTIÉH AGITE MA WOB AGITATE. Van 16 regels .30 Cents. Elke regel meer 5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Ceuts per advertentie a Contant Ad verte n tien worden uiterlijk Maandag-, Woensdag en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers: K P PEE 8 LAUEET. Ouder den titel: Interessante Enthül- lungen aus der geheimen Werkslatte der Freimaurerei verschenen onlangs in het Wiener Vaderland een aantal artikelen, welke belangrijke mededeelingen bevatten omtrent den arbeid en het streven der loge. Ofschoon deze artikelen hoofdzakelijk ge schreven werden met het oog op de vrij metselarij in Oostenrijk-Hongarije, bevatten zij zooveel merkwaardige onthullingen vau het geheim genootschap in 't a'gemeeu, dat wij meenden onzen lezers geeu ondienst te doen hun hot een en ander uit de uit— muuteud eti met veel zaakkennis geschreven artikelen mede te deelen. Wij geven alzoo het woord aau deu schrijver dier uitmun tende opstellen. »Trotsch op haar welslagen, verheft de secte der vrijmetselaars steeds dreigender haar hoofd en hare vermetelheid schijnt, geene grenzen meer te kennen. Tegen hare brutaliteit moet geageerd worden.Zoo spreekt ongeveer Paus Leo XIII in zij tie encycliek Humanum genus tot de Christen heid en het is dus de plicht van den wel- deukenden meusch, zich op de hoogte te stellen van eene aangelegenheid, welke deu H. Vader noopte, zulk een vernietigend oordeel uit te spreken, een oordeel, 't welk zelfs door mafonnieke bladen erkend wordt als volkomen juist en duidelijk te zijn. Wie heeft dus de vrijmetselarij van gods dienstige en politieke zijde het best be grepen? De vbroeders*? O neen! maar de Pauselijke Stoel. Zoo schreef eens biv. Fiudel in zijne vrijmetselaarskrant: »Zeer vele broeders zijn niet in staat het wezen der vrijmetselaars te doordringen en iu 1792 sprak de groot meester der Duitsche vrijmetselaars, br.\ Ferdinand Hertog van Bruuswijk: »Er zijn velen onder u, die van den geest en van het doel der orde even weinig begrip heb ben en misschien veel meer onjuiste din gen weteu, dan de niet-vrijmetselaars zei ven. Wil men van het wezen der vrijmetse larij eene duidelijke voorstelling hebbeu, dan moet meu bare internatiouale betee- kenis kennen en vooral deu invloed uagaaD, welke deze secte iu de romaarische lauden heeft verkregen. Het doel der vrijmet elarij is in genen deele het beoefenen der humaniteit, zooals men ons zoo gaarne wijs wil makeu, maar in waarheid de strijd tegen het monarchaal beginsel en tegen het positieve Christendom. Het beste bewijs voor de waarheid zijn de karakteristieke woorden, welke voorkomen in den eed, welke de»ridder Kadosch«(de dertigste graad der vrijmetselaars-hiërarchie) F E V ILL E T O N. 3) (Vervolg) Zooals gezegd is niemand kon het afsterven der oude meesteres bemerken, alles bleef als vroeger immers niemand is onmisbaaar op deze wereld, onverschillig welk ambt, welke betrekking hij ook bekleedt slechts het oog van een opmerkzamen beschouwer zou er enkele veran deringen in kunnen waarnemen: vooreerst de reeds genoemde nieuwe venstergordijnen, dan eene nieuwe, rood fluweelen sofa in de //zaal// en meer zulke dingen, waartegen de oude vrouw zich steeds zou gekant hebben. Mogelijk dat de nieuwe bevelhebster haar te „eigenzinnig// noemde. Roosje vertoefde, zooals licht te begrijpen is, nog steeds in den molen en in hare tietrekking was geene verandering gekomen, want den zoon was de laatste bede der moeder heilig en hoe weinig gevoelvol de molenaar Krans ook was en hoe zeer bij ook zijne vrouw beminde, Roosje moest in den molen blijven, zoolang zij het goedvond. „Mijne moeder heeft dat zoo gewild,// antwoorddde hij zijne vrouw, toen deze zich daarover eene bemerking liet ontvallen, „en heeft af te leggen en die luidt als volgt: »En om deze geloften, welke ik voor het altaar der ridders Kadosch heb afgelegd, te bekrachtigen, treed ik de koningskroon met voeten. Ik treed ook de priesterlijke en pauselijke tiare niet voelen.* Het is duidelijk, dat zulk een strijd niet zonder egoïstische bedoelingen wordt gevoerd. Ja, de laatst genoemde zijn eigenlijk voor de leden van het genootschap) de hoofdzaak. Troon en altaar moeten omver geworpen worden, opdat de baan vrij worde; niet voor de heerschappij van het volk, maar voor de leden vau het geheim verbond en speciaal voor die weinigen, die de hooge graden hebbeu verkregen, aau welke ieder vrij metselaar, volgens zijn afgelegden eed, strikte gehoorzaamheid is verschuldigd. Ter bevestiging vau be hier aangevoerde dieue het folgende feit: Ongeveer dertig jaren geleden het was in 1858 reisde een in Weeuen welbekend diplomaat, uit wiens mond wij zelveu de zaak ver nomen hebben, vau eene hoofdstad iu Zuid- Auierika naar Europa terug. Op hetzelfde schip bevond zich ook de toenmalige Mi nister van buitenlaudsche zaken vau Bra zilië, tevens grootmeester der vrijmetselaars iu dat land. Beide staatsliedeu warerr weldra intieme vrienden. Op zekeren dag sprak de grootmeester tot onzen diplomaatGij zult het nog beleven, dat er in Europa slechts drie mouarchiëu bestaan: eene ro- maansche ouder het Huis Savoie, eene ger- maansche onder de Holieiizolleriis, eene slavische onder het Huis Romauoff-Gottorf. Niet dat wij vrijmetselaars een bizonder belang iu deze dynastiëu stellen, o neen! als zij hunne taak volbracht hebben,kunnen ook zij verdwijnen. Die drie monarebiën moeten echter den overgang vormen tot de drie groote Europeesche republieken uit welke dan de groote republiek der menschheid zal ontstaan, die het doel is van de broe ders.* Dat zulk eene organisatie, welke de gansche aarde omvat, groote gevolgen zal hebbeu, behoeft voorzeker niet te worden gezegd. Het is voldoende, er op te wijzen, dat alle groote en kleine revoluties, welke sinds eene eeuw de grondvesten der mensche- lijke maatschappij ontzetten, meer of minder het werk van het geheim genootschap der vrijmetselaars zjju, of dat toch de leden van dat verbond bij dusdanige gebeurte nissen iu den regel eene leidende rol heb ben gespeeld. Voornamelijk in Frankrijk, iu welk land de vrijmetselarij het meest tot ontwikkeling is gekomen, is liet haar gelukt, den toe stand volkomen te beheerschen en in de derde republiek zijn de logebroeders thans de tirannen van het volk geworden. Aan hun misdadigeu arbeid is liet toe te schrijven, daarmee is alles uit. Aan het overige stoor ik mij niet.// Roosje werkte evenals vroeger. In de eerste dagen na het sterfgeval was zij onverschillig en koud voor alles geweest, omdat de smart om het verlies van de doode boven alle andere ge voelens en belangen uitstak; het barsche gelaat der molenaarster hinderde haar niet, omdat zij die vrouw voorheen nooit anders gekend had. Echter kwam zij tot het bewustzijn, dat zij niet langer in het huis gezien was, dat de molen haar thuis niet meer was en er daar geen hart vol liefde meer voor haar klopte. Het gevoel verlaten te zijn, de gedachte, dat zij als wees geheel alleen op de wereld stond, was haar nooit zoo duidelijk voorgekomen en zoo levendig voor i en geest getreden, als nu. En welk recht bezat zij ook te verlangen, dat men haar met liefde ol onderscheiding zou behan delen? He oude vrouw had geen testament nagelaten; het sprak immers van zelf, dat haar zoon, haar eenige erfgenaam zou zijn. Doch kort voor haren dood had de vrouw verklaard, dat er voor Roosje gezorgd was; zij had van een beeld gesproken, daarop was zij voor immer heengegaan. Wat beteekenden die woorden, op welke wijze was er voor Roosje gezorgd? De oude Pastoor met wien Roosje later een gesprek hield, kon er niet wijs uit worden, doch raadde haar aan alle beelden in het huis te onderzoeken. Dit had dat dit van nature zoo rijke en gezegende land en zij.ie bevolking zoo diep is ge zonken, dat men bijna aau zijne weder geboorte moet wanhopen. Wordt vervolgd.) In den Moniteur is eergisteren de over eenkomst openbaar gemaakt, gesloten tus- sclien België en Nederland, omtrent het port voor drukwerken. Daaruit blijkt, dat voor dagbladen en tijdschriften, die ten minste eenmaal per week verschijnen, het port bedraagt: tot een gewicht van 25 gram 2 centiineu of 1 cent, van 25 —100 gram 5 centimen of 21/2 cent, en voor elke 100 gram, of gedeelte daarvan, meer 5 ceutimeu of 21/s centvoor andere druk werken tot een gewicht van 15 gram 2 ceutimeu of 1 cent, van 1550 gram 5 ceutimeu of 2I/s en voor elke 40 gram, of gedeelte daarvan, meer 5 ceutimeu of 21 /3 cent. Als voorwaarde voor het toe passen vau dit tarief is ges eld, dat de drukwerkeu onder baud of koord geplaatst zijn, of wel open verzonden worden iu den vorm van kaart«, zooals de Vlaamsche tekst luidt. De verlagiugvan het port treedt in met 1 Aug. a. s. Blijkeus het verslag der Duitsche Maatschappij tot redding van schipbreuke lingen is thans de geheele reddiugsdienst langs de Duitsche kust, van de Neder- laiidsche tot de Russische grens, uitsluitend aau de Maatschappij opgedragen, die hiertoe 111 reddingstations heeft ingericht. Daar van zijn er 39 voorzien van booteu en vuurpijltoestellen, 53 vau booten en 19 alleen van vuurpijltoestelleu. Sadeit de op richting der Maatschappij (iu 1865) zijn er 1703 menscheu gered, waarvan 94 iu het vorige jaar. De Maatschappij heeft ruim 47,000 leden, die te zarnen jaarlijks 141,000 mark bijdragen. De inkomsten be droegen ten vorigen jare 278,253, de uit gaven 172,181 mark. In de 23 jaren van haar bestaan heeft de Maatschappij uitge geven 2,664,252 mark. Ten vorigen jare is aau premiën wegens re ding uitbetaald ruim 3600 mark. De Keizer heeft het beschermheerschap over de Maatschappij aanvaard en haar eene gift van 600 mark toegezonden. Of alle Franschen ook met de feesten der Republiek zijn ingenomen. Den 14 dezer ontvluchtten ongeveer 178000 Parijzeuaars de hoofdstad, terwijl het aantal bezoekers van buiten slechts 32,500 bedroeg. De Iberia mellt, dat er op last vau deu Prefect vau Madrid eergistereu-ochiend bij verscheidene persouen huiszoekingen heb ben plaats gehad, waarbij 3000 stuks wa- Roosje ook gedaan doch in weerwil van alle zorgvuldige navorschingen had men het raadsel niet kunnen ojilossen. Roosjejbezocht dikwerf liet graf barer overle dene weldoenster. De gedachte, daar dichter bij haar te zijn, deed haar goed aan 't harte; zorgvuldig bewaakte en versierde zij den grond, die het stoffe lijk overschot der vrouw bevatte en de wees vond er troost en voldoening in, aldus nog voortdurend liare liefde en dankbaarheid te kunnen betuigen. Bij het graf, door een eenvou dig kruis versierd, gevoelde zij zich niet alleen, niet verlaten. De heldere hemel, die zich hoven haar welfde, zeide haar, dat zij onder Gods be scherming stond en dat ook het oog der over ledene op haar rustte. Het kerkhof der stad was tamelijk hoog aan d. n voet van den wijn berg gelegen. Van hier uit had. men een won derschoon gezicht. Aan den achterkant verhieven zich steile, ruwe bazaltrotsen, heuvels met wijn ranken en bergen met wouden welker hoogten de grauwe rret klimop begroeide muurresten van oude burchten kroonden; aan den voet zag men de stad met hare schilderachtige huizen en den majestueuzen Rijnstroom. Hier te midden der dooden, kon Roosje zich met de afgestorvene bezig houden, voor haar bidden, in den geest al de bewijzen van Helde en bizon- dere toegenegenheid, die zich als kostbare parels tot een eeuwig groenen immortellenkrans voor de doode samensnoerden, zich heripneren en daarbij penen in beslag zijn genomen. De oproe rige beweging verkrijgt eene snelle uit breiding in de provinciën Casteion, Logrono en Navarre. Alle spiritus-fabrikanten in Tarragona hebben hunne fabrieken gesloten. Da mi nisterraad houdt zich bezig met het onder zoeken der door de spiritus-fabrikanten te Barcelona, Madrid, Tarragona enz. inge diende klachten.De Regeering is van oordeel, dat eene beslissing in deze zaak dringend noodig is. Koningin Nathalie van Servië zal Zaterdag naar 's-Gravenhage vertrekken, De Italiaansche Minister-President Crispi heeft iu de Kamer van Afgevaar digden, bij de beraadslaging over de ge meentewet, wee^eene »overwiuniug« be haald. Art. 47 dier wet bepaalt, dat iu gemeenten, boven de 10,000 inwoners de burgemeester benoemd wordt door en uit den gemeenteraad; doch in de overige ge meenten door de RegeeriDg uit den ge meenteraad. Hierop was door eenige leden een amende ment voorgesteld, bepalende, dat in alle gemeenten de burgemeester door den Raad wordt benoemd. Dit- voorstel werd verworpou met 201 stemmen tegen 53 en het artikel, zooals de Regeering het had voorgedragen; goed gekeurd. Zooals reeds vroeger gemeld is, heeft de Minister Crispi verklaard de benoeming der burgemeesters, in gemeenten boven de 10,000 inwoners aan de Regeering te willen voorbehouden, om de Katholieken te beter te kunnen bestrijden. Leve de «vrijheid« der liberalen Iu de Kamer heeft Crispi, antwoordende op eene interpellatie, gezegd, dat de ernstige gebeurtenissen in Abyssinië een vergelijk tu:schen Italië en Abyssinië hebbeu ver traagd. Nieuwe onderhandelingen zullen worden aangeknoopt, ten einde tot een eervol resultaat te komeu. Met betrekking tot het incident in Zan zibar zeide de Minister, dat Duitschland en Engeland de inzichten vau Italië deelen. Het geschil zal waarschijnlijk op bevre digende wijze tot oplossing worden gebracht. De zitting der Kamer is verdaagd tot November, na aanneming met 269 tegen 92 stemmen van de wet, waarbij geweste lijke en gemeentelijke hervormingen worden ingevoerd. Het Keizerlijk jacht Hohenzollern is Donderdag-namiddag te half 5 uur te Kroon- stadt aangekomen en onder de saluutschoten van alle forten en oorlogschepen op de kleine reede aangekomen, waar terstond daarop de begroeting van Keizer Wilhelm door Czaar Alexander plaats had. Na de begroeting voeren de beide Keizers troost vinden voor het tegenwoordige en hoop zoeken voor de toekomst. Op een avond, dat het meisje van het kerk hof teruggekeerd was, trof zij de molenaars vrouw in een zeer kwadm luim. Zwijgende, maar ijverig ging zij in de keuken, om het avond eten te bereiden. „Ik heb u niet noodig," snauwde het wijf, en stiet Roosje van den haard terug, „personen die luilakkende rondzwerven, hooren hier niet thuis.// Waarom zoo driftig?// sprak Roosje gelaten, „rondzwerven" is een hard woord. //Dat is zoo, daar kunt gij op aan! Ik ben het reeds lang moede, mij om u te ergeren. Ge voelt gij dan niet, dat gij hier te veel zijt? Als een juffer zult gij toch niet willen doorgaan en als dienstmeid houdt de juffer zioh tegoed. Het moet weldra tusschen ons ophouden; hier is geene oude vrouw Krans meer, die men vleien en liefhebben kan, dat zal de juffer toch wel weten. Roosje kende den d'riftigen aard der vrouw; zij wist, dat deze in de oogenblikken van ver voering en toorn de woorden niet in de goud schaal legde, maar zoo onbeschoft en brutaal was zij haar nog nooit te gemoet gekomen. //Ik beu geen luilak,// gaf zij kalm doch met bevende stem ten antwoord, //ik werk voor het brood, dat ik eet. Wordt vervoigdi)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1888 | | pagina 1