NIEUWE
No, 1278.
Zondag 12 Augustus 1888.
13de Jaargang.
Geene overdrijving.
BUITENLAND.
feuilleton.
Een offer.
HilltlIMSCIIE COÏRUT.
ABONNEMENTSPBIJS
Per 3 maanden voor Haarlem1 0»85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het Buitenland 1,80
Afzsnderlyke Nummers 0,06
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
BtJBïAÏÏ: St. Janstraat Haarlem.
AGITE MA WOW AGITATE.
PBIJB DEB ADVEBTENTIÉE
Van 16 regels.30 Cents.
Elke regel meer 5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentiën worden uiterlyk Maandag-, Woensdag
en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers: KUPPEBS LAUKEY.
Toen de nieuwe Gouverneur voor Ne-
derlandsch Indië werd benoemd, wist men
van verschillende zijden veel goeds van hem
te verhalen. Ook wij konden de gedane
keuze goedkeuren, omdat men in den Heer
Pynacker Hordijk mag waardeereu een man
van diepe kennis, vlug oordeel en een reeds
treffend gebleken doorzicht.
Er bestond, volgeus onze opvatting, al
leszins redeu om iets goeds vau den nieu
wen Opperlaudvoogd voor Indië en dus ook
voor bet moederland te verwachten. In de
zen lof, aan den Heer Hordijk toegekend,
wenschen wij bij niemand achter te staan.
Niettemin gelooven wij, dat men zich voor
alle overdrijving ook ten deze zal behooren
te wachten. Bovenal gaat net niet aan hem
reeds nu boven al zjjne jongste voorgan
gers te stellen. Men behoeft de mannen,
die gedurende een kwart eeuw op Buiten
zorg zetelden, niet te verguizen om den
Heer Pijuacker Hordijk op een voetstuk te
plaatsen.
Uit dit oogpunt kwam ons een artikel
hoogst bedenkelijk voor, hetwelk wij dezer
dagen aantroffen in de Soerabajasche Cou
rant en waarin het volgende te lezen staat.
Wie ia de nieuwe Gouverneur-Generaal, nog
liever, wat zal ZExc. blijken te zijn?
Is er iemand, die zich wagen zal aan dezen
horoscoop? De groote aanbeveling van den Heer
PijDacker Hordijk voor den Bnitenzorgschen zetel
is (uaaet de omstandigheid, dat er nu eindelijk
eens in de «erste plaats zal gevraagd worden
naar wat recht is en redelijk, waar voorheen slechts
het „bon plaisir" gold, en alle mogelijke sym
pathieën en antipathieën heel wat meer dan wen-
schelijk is hadden in te brengen), juist gelegen
in de jeugd van den hoogen titularis.
Hier hebben we nu eens een niet afgeleefd
man, wien het nog om iets anders is te doen
dan om de voordeelen in geld en eer, in heersch-
zucht vooral ook; iemand, die niet slechts eeue
reputatie heelt te verliezen, maar nog eene te
maken, en die daarin zijne eerzucht leggen zal:
iemand niet opgevoed in de oud-Indische amb
telijke traditiën van willekeur en nepotisme, van
diepgevoelde minachting voor al WBt daarbuiten
ligt; van gezonde eer-, niet van heersehzucht,
van' groote werkkracht en werklust, van degelijke
studie zonder doctrinarisme.
Dit is gebleken uit zijne korte (ruim 1 jaar)
ministeriëele loopbaan zoowel als uit zijn on
geveer tienjarig professoraat te Amsterdam (in
de rechtsgeleerdheid).
Laat ons voor het Moederland zoowel als voor
de kolonie, mogen hopen, da| het algemeen zoo
gunstige getuigenis van Mr. C. Pijuacker Hor
dijk in alle opzichten moge worden bewaarheid.
Want dan gaat onder leiding van zulk een man
met Keuchenius als Minister, de kolonie eene
nieuwe en geheel andere, eeue oetere toekomst te
gemoet!
4)
(Vervolg)
Kort daarna zag in de stille woning een meisje het
eerste levenslicht en daags daaraanvolgende legde
de moeder het moede hoofd voor eeuwig ter ruste,
met het bewustzijn, dat haar dochtertje in de
woning barer zuster goed werd verzorgd.
De levenswijze van Juffrouw Ilollberg ging
weder den gewonen gang; zij verdeelde haren
tijd tusschen hare pleegdochter, de armen en hare
huishouding. Ook onttrok zij zich niet geheel aan
het gezellig verkeer. Het kleine meisje, dat, naar
den wensch der moeder, den naam harer tante
droeg, groeide onder de zorgvuldige verpleging
harer verpleegster voordeelig op. loen de tijd
daartoe was gekomen, werd ook van de verstande
lijke en geestelijke ontwikkeling van het hind
werk gemaakt. Een der voornaamste onderwijzers
der stad, een bekwaam en wetenschappelijk ge
vormd man, werd aangezocht om, gemeenschappe
lijk met de tante, het kind te onderrichten.
Dikwerf stond de goede man verbaasd over
den rijken schat van kennis, die onder het be
scheiden, zedig uiterlijk van Juffrouw Hollberg
was verborgen. Niettegenstaande Juffrouw Holl
berg bare nicht innig lief had, ging ze toch met
eene heilzame strengheid te werk. Ze zou niet
opgroeien als de teedere bloem, die door den
wind plotseling van al hare bladeren wordt be-
Maar laat ons dan daarbij mogen hopen, dat
het den nieuwen landvoogd, onder de geheel af
wijkende omgeving, in welke hij te Buitenzorg
zich zal hebben te bewegen en zijn weg te vin
den, niet aan de scherpte van blik mogen ont
breken, die hem in staat moet stellen eene ge
lukkige keuze te doen, in dien dampkring van
intrige en nepotisme, onder de velen, die in Indië's
hoofdstad nog maar al te zeer de draden ir.
handen hadden van Indië's wtl en Indië's wee 1
Zoo opent zich dan voor Indië eindelijk een
nieuwe, een gelukkige horizon, naar redelijker
wijze mag worden verwacht. Mocht die blijde
verwachting eens niet worden beschaamd: reeds
al te herhaaldelijk was dat ons lot!
Men zal moeteu toegeven, dat het den
schrijver van het geciteerde artikel aller-
miust ontbreekt aan optimisme nopens den
persoon van den Heer Hordijk.
Gelijk wij reeds opmerkten kunnen wij
ons zeer goed vinden in het gunstig oor
deel, dat bijna zonder uitzondering over
hem wordt geveld. De bedoelde Indische
auteur gaat echter veel te ver. Wij willeu
niets afdingen op de verdiensten van den
Heer Hordijk-, doch gelooven niettemin, dat
hij-zelf de eerste zal wezen om van zijn
lofredenaar te Soerabaia te getuigen, dat
deze zjjne verwachtingen te hoog heeft ge
spannen.
Als b. v. de schrijver in quaestie in den
betrekkeljjk jeugdigen leeftijd van den Keer
Hordjjk zulk eeu bizonder voordeel ziet, dan
mag niet worden voorbjj gezien, dat in die
zelfde omstandigheid toch ook weder eeu
gevaar is gelegen.
Het gemis van ervaring kan niet licht
worden vergoed. Al ziet dan het Soera
bajasche blad met zekere geringschatting neer
op hen, die zjjn opgevoed in de Indisch
ambteljjke traditiën, wij kunnen daarin nog
zulk eeu nadeel niet zien voor de uitoefeuing
van het hoogste gezag in Indië. Nu de Heer
Hordjjk die ouderviuding mistris hy daarom,
naar ons inzien, volstrekt nog niet onge
schikt voor zjjne betrekking, maar wjj zou
den niet gaarne de leer zien gehuldigd, dat
de theorie, op welk gebied dan ook, gaat
boven de practjjk.
Bedriegen wjj ons niet, dan bedoelt de
scbrjjver in bet Soerabajasche blad om den
Heer Hordjjk al dadeljjk in tegenstelling
te brengen met zjjne nieuwe omgeving.
Ook daarin zien wjj een gevaar. Het is
natuurljjk niets dan schromelijke overdrjj-
viug als men de Indische ambtenaarswereld
als totaal bedorven voorstelt. Volmaakte
toestanden zullen er op ambtenaarsgebied
niet bestaan, doch zoo horrible als de
schrijver uit Soerabaia het wil doen voor
komen, zal het er wel niet uitzien.
De scbrjjver uit Soerabaia is bljjkbaar
roofd, neen, want hare tante zelve had genoeg
zaam ondervonden, hoe verwoestend de stomen
des levens kunnen werken. Zij wilde het dierbare
kind daar tegen wapenen door zaden van gods
vrucht en deugd in het jonge hart te zaaien.
Zij ging haar voor in zelfbeheersching en zelf
verloochening en nog meer haar voorbeeld dan
hare woorden vond ingang in het jeugdige hart.
Beeds sedert lang was de spotnaam, dien men
haar eens had gegeven vergeten en onverdeelde
hoogachting was thans haar deel.
Nu en dan nam zij weder levendig deel aan
de gezelschappen en wilde ook gaarne hare nicht
de genoegens der jeugd doen smaken. Wilde men
haar echter overhalen hare nicht naar eene kost
school te zenden of met haar eens te gaan reizen,
dan stiet men altijd op haar onverzettelijken
tegenzin in die dingen af.
Ofschoon tante Emilia alle vragen harer nicht
op het minzaamste beantwoordde, was er toch
éene vraag, waarmede deze telkens en telkens terug
kwam, dewijl Emilia geen voldoend antwoord
daarop had gegeven. De jonge Emma was eene
wees en ofschoon met eene oprechte liefde voor
hare tante bezield, verlangde zij toch zeer iets
omtrent hare ouders te vernemen. Zij verlangde
naar haar vader, die zijn kind nooit had gezien,
naar hare moeder, die ze slechts uit hare beeltenis
kende. Zij wist, dat haar vader aan de gevolgen
van een ongeluk was overleden en dat schrik en
kommer de teedere gezondheid der moeder zoo
zeer hadden aangetast, dat zij te vroeg het hoofd
moest ter ruste leggen. Wilde zij er echter meer
van weten, dan gaf hare tante steeds ontwijkende
de tolk vau de gevoelens der zoogenaamde
Europeesche maatschappjj, de Europeesche
njjveren, handelaren en landbouwers. Die
zien in de ambtenaren meestal hunne vij
anden. Vooral sedert er meer belastingen
geheven worden, zjjn die zeer op de ambte
naren gebeten.
En nu zouden wij het hoogst bedenkelijk
rekenen als de Heer Hordijk onder den
invloed kwam van de Europeesche maat
schappij. Dat zou nog erger wezen, dan
wanneer hjj door de ambtenaren te veel
werd geïufluenceerd.
Het best zal zeker zijn als de Heer
Hordjjk zich volkomen zelfstandig toont.
Noch door de ambtenaren, noch door de
Europeesche maatschappjj moet hij worden
gedomiueerd. Vooral door de laatste niet,
omdat zjj, ondauks al haar gescheeuw over
de Javanen-liefde, welke zij koestert, vol
strekt niet angstvallig zich gedraagt met
betrekking tot de eerbiediging der rechten
van de inlaudsche bevolking. De Heer Des
Amorie Van der Hoeven heeft meermalen
in de Kamer een alles behalve vriendeljjk
beeld van de plan terspart jj ontworpen.
De nieuwe Opperlaudvoogd moge zich in
Indië de krachtige verdediger van het moe-
derlaud bewjjzen. Hij zjj de vriend van al
de ambtenaren, die hun plicht nauwgezet
volbrengen en hjj behartige de belangen
der Europeesche industriëelen, landbouwers
en handelaren, zonder den inlander of den
Nederlandschen Staat te beuadeelen.
Dan verwachten wjj ook eeue nieuwe
en betere toekomst voor Indië, als gevolg
van het optreden van den nieuwen Gouver
neur-Generaal. Niet alles wat men iu Indië
nu van hem tegemoet ziet, zal worden
veroverd en allermiust alles opeens.
Hadden wjj Indië een raad te geven,
dan zouden wij zeggen: hoed u, ten aan
zien van den Heer Hordjjk, voor over-
dry ving en voorts: wees geduldig, geraak
niet ontstemd, mopper dus niet, als de
Heer Hordjjk tijd behoeft om veel kwaads
uit te roeien.
Naar men verneemt zal spoedig na de
bjjeenkomst van den Rjjksdag bij dat Staats
lichaam een ontwerp betreffende de uit
breiding van bet spoorwegnet in Elzas-
Lotharingen worden ingediend. Ook is er
quaestie van den aanleg van nieuwe wa
terwegen iu bet Rjjksland, doch hierom
trent is nog geen bepaald besluit genomen.
De Reichsanzeiger bevat thans het kei
zerlijk besluit, waarbjj de bevoegdheid der
ambtenaren in het onder protectoraat van
antwoorden. Eenmaal had deze gezegd: «Gij zijt
nog te jong, Emma; waarom zouden wij ons on-
noodig bedroeven, door die treurige geschiedenis
in de herinnering terug te roepen! Laten wij
dat niet doen, maar toch beloof ik u, dat gij de
levensgeschiedenis uwer ouders zult vernemen,
zoodra de tijd daarvoor zal zijn gekomen.//
Toen Emma omstreeks negentien jaar was,
leerden hare tante en zij in het huis eener be
vriende familie een jongeling kennen, die zoowel
op de tante als op het jonge meisje een zeer
gunstigen indruk maakte. George Van den Bergh,
zoo heette hij, deelde in zeker opzicht in het
zelfde lot als Emma: ook hij had al vroeg zijne
ouders verloren en was bij vrienden groot ge
bracht. Theoretisch en practisch tot een bekwaam
landheer opgeleid, was hij nu naar zijne ge
boorteplaats teruggekeerd, om het landgoed zijner
ouders, dat op eenige mijlen van de stad ver-
wjjderd lag, in bezit te nemen. Nog nimmer had
George, naar hij meende, zulke beminnelijke
vrouwen als deze tante en hare nicht leeren kennen.
Bescheiden, bijna verlegen, verzocht hjj den
volgenden dag naar den welstand der dames te
mogen vernemen. Op het eerste bezoek volgden
met passende tusschenruimte weldra meerdere.
In de huishouding van Juffrouw Hollberg aan
schouwde de jongeling het ideaal zijner droomen,
doch zoo zeer hjj de tante vereerde, zoo lief kreeg
hjj de nicht: de laatste als echtgenoot te mogen
verkrijgen was het doel van al zijne wenschen.
Weldra durfde hjj hopen, dat Emma zjjn in-
wendigen wensch geraden had en zij hem niet
ongenegen was. Toen hjj zich daaromtrent bij de
Duitschlaud staande gebied van Kameroen
en Togolaud wordt geregeld.
De Keizer heeft gelast, dat hem de offi-
ciëele berichten omtrent de jongste over
stroomingen onmiddellijk zouden wor
den medegedeeld. De Minister van Binnen-
landsche Zaken, de Heer Herfurtb, zal dan
ook terstond na zijne terugkomst van.de
reis i u Silezië, den Keizer verslag doen
van de aldaar aangerichte verwoestingen
door de buiten hare oevers getreden
rivieren.
Iu het Lagerhuis is door Fergusson
gezegd, dat Engeland verklaard heeft gee
nerlei plan te koesteren tot aankoop van
den Portugeeschen Delagaobaai-spoorweg
noch tot het verwerven eener controlee-
rende macht in die maatschappij. De Trans-
vaalsche Regeering heeft verklaard, niet
voornemens te zijn op den invoer langs de
koloniale wegen hooger rechten te heffen
dan op den ii voer der Delagaobaai-spoor
weg. Der Regeering is niet bekend of de
besturen van de Kaap en van Natal tot
eene soortgelijke verklaring toegetreden
zijn, maar zij gelooft niet, dat deze be
sturen het voornemen hebben, stappen te
doen tot aankoop van dien spoorweg of
tot het verkrjjgen van controle over de
exploitatie.
De Standard meldt uit Constantinopel,
dat de Sultan het protest der Porte te
rughoudt en de nota aan de Mogendheden
omtrent Massowah vermoedelijk achter
wege blijft.
De Agence Havas maakt de nota van
Minister Goblet aan de Italiaausche Re
geering, betreffende Massowah, openbaar,
Zij eindigt als volgt:
Wij weten niet hoe Europa oordeelen
zal over de rechtstheorieën en de handelingen
van Italië. Indien Italië's haudelwijze zou
kunnen leiden tot de opheffing der capi-
tulatiën en onzer oude rechten te Massowah,
dan zou ons niets anders overblijven dan
nota te nemen van deze nieuwe wijze van
handelen, volgens welke de capitulaties
zouden kunnen verdwijnen zonder eenig
overleg met de mogendheden. Wij hebben
Italië gewaarschuwd, en behouden ons voor,
daaruit die gevolgtrekkingen af te leiden,
welke ons belang ons voorschrijft in die
gewesten, waar wjj krachtens regelmatigen
titel zijn gevestigd.
Te Barcelona hebben een aantal
werklieden op de werven den arbeid ge
staakt en, anderen het arbeiden willende
beletten, een oploop veroorzaakt, waarbjj
vier personen gekwetst werden; de Gou
verneur zond troepen, die de orde herstelden.
Koning Milan van Servië is thans
tante verklaarde, werd zijne aanvraag niet ge
makkelijk gemaakt. Juffrouw Hollberg, die reeds
lang begrepen had welke magneet den jongen
Van den Bergh naar haar huis trok, wilde het
karakter van den jongeling, in wiens hand zij
het levensgeluk van hare nicht zou nederleggen,
nauwkeurig leeren kennen. Eindelijk gaf zjj toe
en het bruidspaar werd gelukkig. Het uitzet van
Emma werd gemaakt en de dag voor de voltrekking
van het huweljjk vastgesteld.
Tot zoo ver de geschiedenis der beide dames
tot op het oogenblik, dat wjj haar hebben leeren
kennen.
Toen ongeveer een half uur later de beide
dames naar de huiskamer terugkeerden, zette de
tante zich op de sofa, terwijl Emma op een voeten
bankje voor haar nederknielende, haar peinzend
aanzag.
//Emma, wat denkt gij?// vroeg eindeljjk de
tante lachende.
//Ik, tante? Ik dacht er over na hoe schoon
gij zijt en vooral hoe schoon gjj in uwe jeugd
moet zijn geweest."
//Dwaas kind, in mijne jeugd ben ik niet schoon
geweest en zal het op mjjn ouden dag ook wel
niet zjjn geworden."
Emma liet zich niet zoo spoedig uit het veld
slaan en vervolgde: „Toch zijt gjj schoon! Ook
George zeide mij nog onlangs, dat hij nog nooit
schooner vrouw gezien had. Als hij u niet had
bedoeld, dan zou ik misschien jaloersch zijn
geworden.//
Wordt vervolgd.)