N IE U WE
No 1287.
Zondag 2 September 1888,
13de Jaargang.
Het Italiaansche strafwetboek.
BUITENLAND.
Een offer.
(Wordt vervolgd)
RAiRlMSCHÏ (0HR11ÏT.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlemt 0,86
\Toor de overige plaatsen in Nederland tr. p. p. 1,10
Voor het Buitenland 1,80
Afzanderlgke Nummers0,06
Dit blad verschjjut
eiken DINSDAG, DONDERDAG en Z ATERDAG
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVEBTENTIÉN
Van 16 regels.30 Cents.
Elke regel meer 5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentiën worden uiterlgk Maandag-, Woensdag
en Vrijdag- avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers: KUPPERS LAUREY.
De Italiaansche volksvertegenwoordiug
heeft in hare zitting van 9 Juni jl. een
door de Regeering ingediend ontwerp-straf-
wetboek met 245 tegen 67 stemmen aan
genomen.
Wij zouden dit feit onbesproken hebben
gelaten, ware het niet, dat er in dit nieuwe
strafwetboek artikelen voorkomen,welke voor
de Kerk en de Geestelijkheid hoogst beleedi-
geud zijn, zoo dat de H.Vader in zijne allocu
tie van den 1 Juui zich gedrongen gevoelde
zjjue stem te verheffen tegen die strafver
ordeningen, welke opnieuw getuigen hoe
groot de haat is, waarmede de Italiaau-
sche Regeeriug tegen Kerk en Geestelijkheid
is bezield.
Tot recht begrip van de zaak zullen wij
allereerst de artikeleu vermelden, welke
tegen den Clerus ziju gericht, dan de allo
cutie me ledeelen, die de H. Vader heeft
gehouden en teu slotte eeuige beschou
wingen geven over de onzalige handeliugeu
van het Italiaausch bewiud, 't welk steeds
voortgaat de Katholieken iu hunne heilig
ste belangen te grieven en te kwetsen.
Artikel 173 van het strafwetboek luidt:
Een Geestelijke, die iu de uitoefening zijner
fuuctiën de inrichtingen of wetten van den
Staat of de handelingen der overheid laakt
of verachtelijk maakt, wordt gestraft met
gevangenis tot een jaar on met eeue boete
tot duizend lire.
Art. 174.
Eer. Geestelijke, die zjjue macht misbruikt,
tot minachting van de inrichtingen of wet
ten van den Staat of de handelingen der
overheid, of op andere wijze tot de over
treding der plichten jegens het vaderland
aanspoort, of die zich iu erfeuis-aangele-
genhedeu ten uadeele vau den Staat mengt,
of deu vrede der familiëu stoort, wordt met
gevangeuis vau 6 maanden tot 3 jaar, met
eeue boete van 500 tot 3000 lire eu met
altijd dureud of tijdelijk verbod vau de
uitoefening van ziju kerkeljjk ambt ge
straft.
Art. 175.
Een Geestelijke, die op den ojjpubaren
weg godsdienstige handelingen uitoefent,
in strijd met de verordeningen van deu
Staat, wordt met gevangenis van 3 maanden
en met eeue boete van 50 tot 1500 lire
gestraft.
Tegen zulke uitzonderingswetten protes
teerden alle weldeukenden. Zelts liberalen
vreesden voor de gevolgen van dergeljjke ver
ordeningen; de voormalige Minister Bonghi
FEUILLETON.
13)
(Vervolg)
//Ik weet het,// antwoordde Wildheiin bijna
toonloos. //Louise is zoo goed, zoo edel; nooit
zou ik den moed hebben haar leed aan te doen,
hoe verschillend onze gevoelens in de laatste
jaren ook uit elkaar mogen loopen. Reeds sedert
vele jaren .zijn we verloofd; zij heeft hare jeugd
voor mij opgeofferd; zou ik nu mijn eens gege
ven woord mogen breken? Ik vernam echter
heden, dat gij morgen op reis wilt en wie weet
waar of wanneer wjj elkander wederzien. Toen
bereikte mijn lijden het hoogste punt. Thans
ben ik gerust: de belofte, die ik uwe zuster
gedaan heb eer ik u kende, zal ik niet intrekken
en mijn ongeluk als man weten te dragen.//
//Het is te hopen, dat gij u ia uw gevoel
voor mij bedriegt. Strjjd moedig tegen uzelven
en de overwinning zal uw deel zijn. Wanneer
gij maar eerst met mijne zuster gehuwd zijt,
dan zult gij wel rust vinden, mijn arme vriend!//
//Ja, de rust van een kerkhof," antwoordde
hjj. //Truida, met uw vertrek gaat alles verloren
wat mjj het leven aangenaam kan maken elke
hoop op aardsch geluk.//
Er volgde nu eene lange pauze, terwjjl Truida
zacht snikte.
In de verte hoorde men het gerommel van
den donder, dat meer en meer naderde.
//Ween niet, mjjn lieve! smeekte hjj teeder; „uwe
verklaarde iu 't openbaar, dat zij in strjjd
waren met de waarborgwet; de Bisschoppen
van Florence, Napels en andere verhieven
hunne stem tegen deze wetten, en de H.
Vader toonde het afschuwlijke dier bepalin
gen aan in eene allocutie (gehouden in het
Cousistorium van 1 Juui jl.) waarvan wjj
hier den inhoud mededeelen.
Eerwaardige Broeders
Een wonderbaar bewjjs van geloof eu
godsdienstzin kou men gedurende het gau-
sche jaar, waarin wij ons vijftigjarig Pries-
terjubilé vieren, door eene bizoudere schik
king der aiwijze Voorzieuigheid, over deu
ganscheu aardbodem waarnemen. Dage
lijks kwamen talrijke scharen vreemdelingen
tot ons eu hulde outviugen wij van alle
standen der maatschappij. Duizenden men-
schen uit Europa, niet weinigen uit de
meest verwijderde streken van Amerika en
Afrika hebben wjj in deze muren met huuue
gelukwenschen outvaugen.
Gij hebt ook kannen zien, welke plaats
in dezen zoo schoouen en eervoileu wed
strijd van kinderlijke toegenegenheid, het
Italiaansche volk innam; het heeft van
zjjue aangeboreue eu voortdurende aanhan
kelijkheid aan den Apostolischen Stoel op
schitterende wjjze getuigenis gegeveu. 't Zou
ongetwijfeld van wjjsheid en welvoegelijk-
heid hebben getuigd, als er iu die stemmen
der gelukwenschendeu geen waukiauk zicb
had gemengd. Maar het ontbrak ook thans
niet aau tegenstanders; integendeel het
scheen alsof de in zoo hooge mate deu
Apostolischen Stoel bewezen eerbewjjzen, de
woecie Lij hen, die de Keik met onver-
zoeuljjkeu haat vervolgen, nog feller had
gemaakt. De vijandige gezindheid van ve
len werd in deu loop des tjjds vermeteler
dan ooit; aan de misdaden werden nieuwe
bedreigingen gevoegd. Als een gevolg der
macht, welke zij bezitten, maken onze
vjjauden thans de planuen, welke zij be
raamd hebben, zonder schroom opeubaar;
zjj vermeerdereu de hindernissen eu smeden
dageljjks hardere kluisters om de Kerk te
boeien. Ware het noodzakelijk dit te be-
toogen, dan biedt het strafwetboek, dat
thans aau het Parlement is aangeboden,
een nieuw eu treurig bewjjs; wij bedoelen
namelijk die bepalingen in het strafwet
boek, welke indirect de rechten der Gees
telijkheid, direct de rechten van den Apos-
tolischeu Stoel aaugrjjpen. Vermits de zaak
van groote beteekenis is, willen wij u,
Eerwaardige Broeders, in 't kort daarover
onze meerling mededeelen.
Iu de bedoelde verordeningen worden
voor zekere misdadeu en overtredingen zeer
tranen branden mij het hart, zij berooven mij
van de kracht, die ik zoozeer noodig heb."
//Vaarwel Adolf,// fluisterde zij.
//Heb dank voor dit woord. Truida! God be
hoede u!"
Met vluchtigen tred ijlde zij het huis in en
hjj ging zonder om te zien de tuindeur door.
Daar flikkerde een bleeke lichtstraal uit de
donkere wolken, een tweede, en derde; zware
donderslagen klonken door het luchtruim, de
storm geeselde de toppen der hoornen en kletterende
sloeg de regen neder.
Uit het priëel verhief zich met moeite
eene donkere vrouwengestalte, die langzaam en
met waggelende schreden het huis in ging om
daar ongemerkt hare kamer t.e bereiken.
Toen de eerste stralen der morgenzon de spo
ren van den naehtelijken storm verlichtten, was
het stil in de natuur. Ook in het hart van Louise
was liet rustig en kalm: zij had zich zelve over
wonnen en haar eigen wensch en geluk opge
offerd aan God om dat van anderen te bevor
deren. Zij was zelfs in staat hare zuster bij de
afreis warm aan het hart te drukken en haar
hartelijk, welgemeend te kussen. En Truida?
Hare bleeke lippen beefden en moeilijk onder
drukte smart lag in hare stem.
Zoodra de wagen, die Truida naar hare bestem
ming moest brengen, uit het oog verdwenen was,
ging Louise naar de kamer van haar vader. Dr.
Feldner keek vreemd op, haar op zulk een onge
woon uur bjj zich te zien. //Wat voert u hier
heen, Louise?// vroeg hij. Ik kan het eigenlijk
wel begrijpen, ik zal u nu ook spoedig moeten
missen, tenminste Wildheim zeide mij giste-
harde straffen gesteld; doch waarin deze
misdadeu bestaan, wordt uiet duidelijk ge
zegd. Evenzoo worden onder den schijn,
gevaren af te wenden, welke van de macht
der Geestelijkheid zouden dreigen, strenge
maatregeleu tegen de Priesters genomen,
als zjj iets tegen de wett u, de staatsin
richtingen of tegeu den vrede der huis
gezinnen zouden misdoen. Met welk doel
deze wetten zijn gemaakt, kan men ge
makkelijk begrijpen, als men ze vergelijkt
met de reeds bestaande wetten van gelijken
aard.
Allereerst wil men de mogelijkheid, de
rechten van den Apostolischen Stoel te
verdedigen, door de vrees voor straf uit
den weg ruimen. Men behoeft stellig niet
te zeggen, hoe onbilljjk het is, de gehei
ligde, met de rechtmatige vrijheid der
Kerk verbonden rechten vau de eene zijde
naar willekeur te laten aangtijpeu, aau
deu anderen kant hare verdediging met
straffen te bedreigen. Omdat er voor alle
Katholieken aan de onaantastbaarheid dezer
rechten veel gelegen is, kan men er niet
aau twijfelen, dat er op den ganscheu
aardbodem mannen zullen optreden, die
de verdediging van deu Apostolischen Stoel
op zich zulllen nemen, ofschoon zulks voor
de Katholieken iu Italië, door de wet wordt
verhinderd. En toch de positie van deu
Paus, welke voor zjjne vrijheid noodzake
lijk is, zal aan de welvaart geeu schade
doen, zjj zal integendeel hoogst voordeelig
zijn voor het land, zoodat hij, die 's Pau
sen vrijheid verdedigt, uiet als een vijaud
van het vaderlaud, maar als een goed eu
trouw burger moet beschouwd worden.
Voorts wordt door deze strafwetten, ter-
wjjl men voorgeeft den Staat te bescher
men, inderdaad de Kerk verdrukt. Want
aangezien het de heilige plicht is der Kerk,
alles te leereu eu zelfs tegen den wil der
menschen te bescliermeu, wat Christus te
leeren eu te beschermen haar heeft bevo
len, zoo kan hare Geestelijkheid nimmer
billijken of stilzwijgend voorbijgaan, dat
gene wat iu de wetten en verordeningen
strijdig is tegeu de christelijke geloofs- eu
zedeleer; zij moet het voorbeeld der Aposte
len volgen, die, door de overheid aange
maand over deu Heiland en Zijne leer te
zwijgen, onverschrokken antwoordden, dat
zij God meer gehoorzaamden dan de men
schen. Wat zon er van het Christendom
zijn geworden, als de Kerk gehoorzaamd
had, aan alle wetten, rechtvaardig of on
rechtvaardig, vau alle volken eu Staten?
De duisternis van het oude bijgeloof ware
door de wetten beschermd gebleven en het
ren
//Vergeef mjj, lieve vader! dat ik u iu de rede
val," sprak Louise. //Zeker kom ik tenville
van Wildheim hier, doch niet zoo als gjj het
meent. Hebt gjj een oogenblik tijd voor mij?//
„Wel zeker, mgr. kind! Wat begeert gij?//
//Ik verzoek u dan, dat gjj aan Dr. Wildheim
zegt, dat ik nooit zjjne echtgenoote kan worden.
Doe het nog heden, jn dadeljjk!//
Met verbazing hoorde haar vader haar aan.
//Louise!// sprak hij eindelijk, //dat kan u toch
onmogelijk ernst zijn! Sedert tien jaren zijt ge
met Wildheim verloofd.
//Juist daarom, vader, is mij dat te meer ernst.
Ieder onzer heeftin al die jaren in zeer verschillende
omstandigheden geleefd, zoodat onze karakters
daardoor werkelijk geheel anders zijn geworden.
Wij passen niet meer bij elkaar, wij zouden sa
men slechts ongelukkig zijn.//
//Hoe komt gij zoo plotseling aan die overtui-
ging, Louise? Gij en Wildheim waren gisteren
nog de beste vrienden.//
„De gedachte zelve is mij niet geheel vreemd,
doch ik heb gezwegen tot dat de omstandighe
den mij daartoe de gelegenheid zoudeu aanbie
den. In de laatste dagen ben ik volkomen zeker
van de zaak geworden. Adolf zal misschien
aanvankelijk tegen mijn wensch gestemd zijn,
doch spoedig zal hij mij dankbaar zijn, dat ik
hem zijne vrijheid teruggeef. Wij zullen in de
toekomst elkander toch niet geheel vreemd zijn.
Haar vader kon natuurlijk hare dubbelzinnige
woorden niet begrijpen. Nog eenmaal trachtte
hjj zijne dochter tot andere gedachten te bren
gen." Handel niet onverwijld, deuk rijpelijk na,
Evangelie zou zijn licht uiet over het men-
cheijjk geslacht hebbea kunuen doen
schijueu.
Wordt vervolgd
Volgeus de voorloopige telling is in het
zesde kiesdistrict der Pruisische hoofdstad,
voor deu zetel in deu Rijksdag ter vervan
ging van Hasenclever, met 26,067 van de
41,791 uitgebrachte stemmeu de sociaal
democraat Liebkuecbt gekozen. Knoercke,
de vrijzinnige candidaat, heeft 7507, För-
ster, c.e anti-semitiscbe candidaat, 4322, en
Holtz, de candidaat der Kartell-partijen,
3847 stemmen verkregen.
De nota van den 29en, van den Mi
nister Goblet, betreffende Massowah, ver
werpt de zienswijze van Italië betreffende
de capitulatiëu, en zegt dat altijd slechts
door tractaten verwisselingen van souve-
reiuiteit worden bekrachtigd. Nooit kan een
land van souvereiuiteit verwisselen, zonder
toestemming van de mogendheid aan welke
de souvereiniteit behoorde. De Minister
toont verder de onjuistheid aan, dat de
dépêche van Italië, van 13 Augustus 11.
als kennisgeving aan de mogendheid zou
kunnen strekken; overigens handhaaft de
Porte met beslistheid hare rechten. Nu de
Italiaansche Regeering het debat ten over
staan van Europa meende te moeten bren
gen, ziet de Regeeriug der Fransche Repu
bliek met vertrouwen het oordeel daarover
te gemoet.
Het Boulangisme levert, zooals vroe
ger reeds opgemerkt is, zonderlinge toe
standen op.
Een nieuw staaltje daarvan is het volgende
schrjjveu van Boulanger aan zijn vriend
Laguerre:
Waarde vriend!
Wees zoo goed uit miju naam de goede
bevolking vau Lisieux dank te betuigen
voor het mij uit eigen beweging op zoo
sympathieke wijze bereide onthaal, toen zjj
mijne aankomst vernam en zeg haar, dat ik
de beste herinnering aan hare hartelijke
ontvangst zal bewaren.
Welnu, daar de reservist Laguerre thans
sergeant bij het 129ste is en voor liet oogen
blik noch advocaat, noch Kamerlid is,
komt Le Paris op tegen het zonderlinge
denkbeeld, dat de Boulaugisten in het al
gemeen eu Generaal Boulanger in het bi
zonder zich van de militaire tucht schijnen
te vormen.
Stelt u toch voor den sergeant Laguerre,
die de opdracht vervullende, welke heni is
mijn kind! Gij dient ook uit een wereldlijk
oogpunt goed te overleggen wat gij doet. Wild
heim heeft thans zijne carrière gemaakt; hij is eene
goede partij en gij Louise gij bljjft niet
altijd jong. Zal zich nogmaals eene gelegenheid
voordoen, dat gij kunt huwen?"
//Ik zal nooit trouwen, wat hindert het of er eene
oude jonge juffrouw meer in de wereld is!// sprak
zij weemoedig. //De stem van mijn geweten moet
ik volgen en daarom verzoek ik u Wildheim
mijn besluit mede te deelen. Ik wil hem niet
meer zien, dat zou nutteloos en pijnlijk zjjn.//
Zij legde haren verlovingsring op de tafel voor
haar vader neer, die haar hoofdschuddend na
staarde, toen zij langzaam de kamer verliet.
Louise bleef vast bjj haar besluit; vergeefs
trachtte Wilheim haar nog eens te spreken.
Ook zjjne moeder verzocht haar, doch te ver
geefs, slechts te zeggen wat haar zoo deed han
delen. Het arme meisje onttrok zich aan elke
verklaring en de geliefde vriendin scheidde
neerslachtig uit des dokters huis. Zjj reisde met
haar zoon naar diens standplaats en stierf kort
daarna, zonder dat Louise haar nog eenmaal had
gezien.
Een halt jaar later schreef tante Schönfeld,
dat Truida, die ofschoon zij al meer voordeelige
huweljjksaanvragen van de hand had gewezen,
onder hare toestemming met dokter Wildheim
was verloofd. Zjj verzocht hierbij voor het jonge
paar den vaderlijken zegen; een schrjjven van
Wildheim en eenige letteren van Truida waren
er hjj ingesloten.
t