N I E W E
No 1290
Zondag 9 September 1888.
13de Jaargang.
Ons Indisch leger en onze
Indische Marine.
BUITENLAND.
De Vergelding.
BA1RIEMSM1 fM
abonhementspjbijb
Per 3 maanden voor Haarlemt 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland tr. p. p. 1,10
Voor het Buitenland 1,80
Afzïuderljjke Nummers 0,06
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en Z ATERDAG.
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
HJEMDHïT
AGITE MA NON AGITATE.
PBIJS DEB ADVEBTENTIÉN
Van 16 regels.30 Cents.
Hike regel meer 5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentie n worden uiterlijk Maandag-, Woensdag-
en Vrijdag- avond voor 6 uur ingewacht.
Uiige v e r 8: KUPPEE8 li A U RE I.
In een vorig beloog gewijd aan het be
spreken der belangen voor Indië, beloofden
wjj terug te zullen komen op de wenscbe-
ljjkheid der versterking van legeren vloot
in verband tot het behoud van het kost
bare Insuliude.
Het zal wel uiet noodig zijn breedvoerig de
weiischelijkheid en noodzakelijk beid te be-
toogen, dat onze weermiddelen in onze Oost
worden vermeerderd. Alle desbevoegden zijn
bet er over eens, dat ons Indisch leger, hoe
uitnemende elemeuteu het bevat, hoeveel
offervaardigheid en toewijding ook door offi
cieren eu soldaten wordt getoond, te zwak
is samengesteld.
Voor 1873, het rampzalige jaar, waarin
de Atjeh-krijg werd verklaard, kou door
gaans uitstekend iu de behoeften der de
fensie worden voorzien. Meer dau eeue goed
afgeloopeu expeditie is daar, om dat te be-
w jjzeu. Doch ziet, daar kwam in hetgenoemde
treurjaar de oorlog tegen Atjeh en van toen
werdeu de krachten van het Indische leger
gesloopt, llooge handgelden voerden ver-
sche troepen aan,maar ouder de aangeno-
lueneu bevonden zich ook vreemdelingen.
Allerminst kon dus voor ons Iudisch leger
ile aanduiding nationaal gelden.
Er werden door de verdedigers vau ons
recht werkelijk heldendaden verricht; men
moet buide brengeu aan deu moed van zoo
vele edelen en braven. Over het algemeen
genomen laat de toestand van het Indische
leger echter veel te weuscheu over. Dat werd
trouwens getuigd in het bekende adres van
Honderd, hetwelk de handteekeuiug draagt
van mannen van gewicht eu aanzien, be-
hoorende tot de meest uiteenloopeude poli
tieke partijen.
Algemeen wordt dan ook gedeeld in de
overtuiging, dat de Oost voor ons zal ver
loren gaan, wanneer wjj uiet over meer
militaire eu maritieme krachten zullen te
beschikken krijgen. Daarbij deuken wij niet
alleen aan Atjehal moet dat Rijk voor
ons als een afgrond worden beschouwd,
waarin zoovele uitnemeude krachten te loor
gaan. Doch in geheel Indië wordt het steeds
rumoeriger. Geen wonder, want ae liberale
beginselen, waarnaar jaren achtereen gere
geerd werd en welker toepassing bet gezag
op noodlottige wjjze verzwakte, beginnen
hunne rampzalige vruchten telkens meer te
vertooneu. Openljjk wordt reeds iu het bui
tenland verkondigd, dat Nederland zjjne
koloniën zal moeten derven.
Draagt de Atjeh-politiek der liberalen
van den tegenwoor ligeu Iudischeu toestaud
allereerst de schuld, ook aan verkeerde zui
nigheid, hier tegenover Indië gevolgd, moet
FEUILLETON.
Op een schoonen Zaterdag-ochtend van de
maand Augustus 1870, scheen de zon heerlijk
op het roode dak van de pastorie van St. Sevran.
Marie, de huishoudster, was in de kamer druk
betig met het schoonmaken van stoelen en tafels.
De "linten van haar mutsje waren zorgvuldig
boven haar hoofd vastgeknoopt, terwijl een witte
boezelaar haar kleed voor stof vrijw: arde. Buiten
heerschte eene plechtige stilte slechts gestoord
door het gekakel der hoenders en het eentonig
gegons der hommels. Op eens deden zich voet
stappen hooren. Marie richtte het hoofd op en
luisterde.
//Daar komt Jacob eindelijk aan,* pruttelde
zjj, //wat is hij laat."
//Zij opende hem de deur, doch voor zij nog
een woord van verwjjt kon spreken, riep Jacob
haar luide toe: //O, Marie wat een vreeselijk
nieuws!
Ware deze boerenman, die bjj den Pastoor de
tweeledige betrekkingen van koster en knecht
vervulde, ook een geboren diplomaat geweest,
dan had hij geen beter middel kunnen vinden
om den stroom van woorden, die van de lippen
der huishoudster dreigde te vloeien, tegen te gaan,
dat- bedroevende resultaat worden geweten.
Die zuinigheid is misplaatst in de koloniale
staatkunde van eene mogendheid als wjj
gelukkig nog zijn.
En deze verkeerde besparing hebben wij
iu praktijk gebracht, daarenboven ontbrak
er dikwerf veel aan het legerbeleid. Door
de Honderd werd daarop gewezen. Hun
noodkreet heeft diepen indruk in deu
lande gemaakt al gedroeg de voormalige
Minister vau Koloniën, de Heer Sprenger
Van Eijk, zich zeer optimistisch tegenover
de eischeu door de vaderlandslievende Hon
derd gesteld.
Van deu tegeuwoordigen Minister vau
koloniën mag geheel iets anders worden ver
wacht. Hij is een man van euergie; die lof
spraak mag hem uiet onthouden worden, ook
al is men het niet altijd met hem eens.
Bij de grondwetsherziening werd (en wij
verheugden ons daarover) het denkbeeld
verworpen om de miliciens te dwingen naar
de Oost te gaan. Zulk een dwang keurden
wjj ten sterkste af, omdat niet alle gestel
len in de Oost leven kunnen. Een gedwon
gen tocht naar de Oost, zou dus velen op
den dood te staan kunnen zijn gekomen.
Dwang wrakende, achten wij drang nood
zakelijk. Eu die kan gemakkelijk worden
uitgeoefend, wijl de weg voor de Regeering
openstaat oin den weg voor de koloniale
cieusluemiug zoo uitlokkend mogelijk te
maken. Bovenal voor de toekomst van deu
Iudischeu officier eu soldaat moet gezorgd
worden.
Ook de promotie moet meer opwekkend
(men houde ons dat woord ten goede) wor-
deu geregeld. Men behoort iu Indië veel
meer dan nu, tien omler-offieier zonder
examen te bevorderen. Het slagveld noemen
wij de beste promotie-kamerden strijd het
uitiiemeudst examen.
Napoleon's uitstekeudste officieren waren
van laag tot hoog opg klommen. Bij dien
werelddwiuger was de practjjk de meest
aanbevelenswaardige theorie. Tal van maat
regelen kannen nog worden beraamd en
uitgevoerd, die de levende strijdmiddelen in
Indië belangrijk iu leveuskracht zouden
doen toenemen. Men aarzele niet ze te
nemende Honderd moeten niet te ver
geefs voor de richtige behartiging vau eeu
enkel vaderlandsch belang hebben gepleit.
Niet enkel aan het leger, ook aan de
Ma* ine moet worden gedacht. Wij zullen
ons uiet begeven in de netelige quaestie
of de zuiver Indische zeemacht, dau wel
de gemengde Nederlandsche en Indische
weuscheljjk moet gerekend wordeu. Wij
schrjjven thans niet over geschillen, maar
over ouafwij bare behoeften. Eu dan aar
zelen wjj niet te verklaren, dat onze Marine
volstrekt uiet op de hoogte staat der meest
bescheiden eischeu.
dan deze mededeelingJacob toch kwam laat. Hij
was bovendien mei vuile schoenen binnengeloopen
en had zelfs vergeten om dien morgen op de post te
wachten. Marie's woede hierover scheen nu ge
heel vergeten en leunende op haar kamerbezem
zeide zij slechts vinnig: //Kom aan, mijn jongen!
en wat is dan wel bet nieuws?
„Mijnheer Devos vertelde het mij," zoo begon
Jacob, //ik ontmoette hem bij den molen, waar
hij mjj staande hield,// gij weet, hoe hij van een
praatje houdt. //Goeden morgen mijn jongen,//
zeide hjj. //Morgen, mijnheer,// zeide ik. //Heeft
mjjnheer de Pastoor de oude Nanette nog be
zocht?// //Ja," zeide ik, ,'L. Eerw, ging er giste
ren nog naar toe.// //Dat was goed// zeide hij,
//want dezen nacht stierf zjj. Men vond haar
heden ochtend dood te bed.//
//Zoo, is dat nu dat vreeselijk nieuws,// snauwde
Marie, teleurgesteld, als zij was, hem tegen,
//een oud schepsel, dat toch elk oogenblik kon
sterven?//
„Neen, neen, dat is het niet, laat mij maar
even uitspreken."
//Nu goed, maar gauw dan, en laat dat „toen
zeide hymaar weg.
//Jacob begon dan: //Mijnbeer Devos vertelde
mjj dat drie Uhlanen van het Duitsche hoofd
kwartier dezen morgen naar Deauville gezonden
waren, en regelrecht op Sevran aanreden, zooals
gij weet hoopten wij allen, dat zjj niet in onze
nabijheid zouden komen, daar wij tot nog toe
Jaren achtereen was het bij het Depar
tement van Marine de hoogste wijsheid om
lage budgetten iu te dienen. Dat stond
gekleed tegenover de Tweede Kamer. Ook
wij zijn groote vrienden vau bezuiniging.
Zalfs nemen wij aan, dat zeer dikwerf te
ruim met 's lauds geld werd omgesprongen,
vooral waar het da burgerlijke ambtenaren
betrelt. Die zijn er veel te veel. Wij zouden
willen hebbeu uiet vele, maar goed bezol
digde dienaren van den Staat.
Het snoeimes der besparing worde gerust
aan deu weelderigen boom onzer staathuis
houding gelegd. Alleen men zuinige niet
uit op het leger en de vloot van Indië.
Dat wel te doen, noemen wij een onver
antwoordelijk streven. Desbevoegdeu hebben
hunne stem doen hooren om de Regeering
haar plicht teu deze voor te houden. Zal
zjj eindelijk gehoor aan die wekstemmen
leeueu? 't Is te hopen. Wij hebben zelfs
goeden moed op den tegeuwoordigen Minis
ter, den Heer Dyseriuck.
Als hij werkelijk eeu hervormer onzer
Marine wil wezen, dan moet hij zich niet
laten terug houden door de tegenwerking
der liberalen. Die hebbeu geeu geld over
voor de defensie. Wel bedekken zij kunue
wezenlijke gevoelens onder allerlei schoou-
kliukeude, vaderlandslievende phrases (on
der audereu die van volkswaj/euing), doch
meu weef, dat de libertijnen overal anti
militaristisch zijn gezind. Militaristisch iu
Pruisischeu zin zijn wij ook niet, doch de
verdediging des vaderlands eischt offers.
Vau harte staau wij daarom versterking
voor der voor Indië beschikbare strijdkrach
ten, vooral nu andere, groote mogeudhedeu
eeu jaloersehen blik op ouze Oost houdeu
gevestigd. De nationale eer vordert, dat wij
Indië behouden, maar ook onze nationale
roeping. Wjj hebbeu toch iu Indië waarlijk
eeue roeping te vervullen: de provideu-
tiëele taak iu de opvoeding vau de in-
laudscbe bevolking. Wij moeten baar brengeu
aan den voet van bet Kru s, van httwelk
de hoogste beschaving uitgaat. Sommige
vreezeu, dat wij dit doende deu weg be
reiden om de Oost te verliezen. Wij ziju
niet vau dit gevoelen wij gelooveu integen
deel, dat de Christen geworden inlander
ons nog getrouwer zal zijn dau de heidensche.
Het H. Doopsel zal de zede'.jjke weerbaar
heid in onze bezittingen eu koloniën ver-
hoogeu.
Wij hooren alle dageu herbalen, zegt
l'Observateur francais, dat de kleine indus
trie te Paiijs kwijnt eu dat, als de faillis
sementen iu aantal toenemen, dat veroor
zaakt wordt door de concurrentie vau
DuitscLland, welke ons verplettert.
van hunne tegenwoordigheid verschoond bleven.
Toen zij bij den molen waren, werd plotseling
achter hun rug een schot gelost. Een van hen
viel dood van zijn paard. De twee anderen zet
ten onmiddellijk den moordenaar achterna, maar
deze was reeds tusschen e hoornen van het
bosch verdwenen. De uhlanen keerden dus
terug, namen liet lijk van hun kameraad op,
en droegen het weg. Juist op dit oogenblik kwam
mjjnlieer Devos aanloopenHet ergste
komt nu.// Hier hield de spreker even stil, om
zijn verhaal nog belangwekkender te maken.
//De Duitsche Generaal Von Lutberg heeft daarop
een manifest uitgevaardigd, behelzende, dat als
de moordenaar niet voor vijf uur bekend en
aan hem zou zSju overgeleverd, hij de aanzien
lijkste mannen van het dorp onder elkander zou
laten loten, wie van hen zal worden ter dood
gebracht. De Generaal zelf zal met zijn staf naar
St. Sevran komen om krijgsraad te houden. Ik
wilde nog meer hooren, maar juist kwam Jan
Gaudin er aan en mijnheer Devos hield op om
nog eens opnieuw te beginnen. Ik kon niet
langer wachten, dus ging ik weg.
//Mijn God, hoe vreeseljjk! riep Marie, die
met ingehouden adem had toegeluisterd. Ik
hoop maar, dat zij den schuldige mogen vinden.
Hoe vreeselijk, dat anders een onschuldig man
zal moeten boeten.//
„Beter is het onschuldig te sterven, dan
schuldig," zeide Jacob op wjjsgeerigen toon, ea
De Deutsche Rundschau van de maand
Augustus doet daaromtrent een licht op
gaan.
^Voorzeker, zegt deze revue, »zijn de
voortbrengselen der kleine Parjjsche indus
trie beter dau de Duitsche en als deze op
alle buiteulaudsclie markten door de onze
verdrongen zijn dan is dit niet geschied,
zooals dikwijls gezegd is, door den prijs der
Fransche producten. Het komt daardoor
dat de Fransche handel nergens vertegen
woordigers heeft, behalve eeuige Duitsche
Israëlieten.
L' Observateur frangais vraagt nu of er
dan geeu Minister van Koophandel in het
Kabinet-Floquet zit? Als er een is, zooals
waarschijnlijk is, kan men hem afvragen,
waarmede hij zich eigeuljjk bezig houdt.
Misschien wel met Boulauger te bevechten
in het Noorden.
Een pareltje van het Boulangisme.
De personen, belast met het verspreiden
van Boulaugistische bladen eu biljetten,
hebbeu onlangs zonder het te vermoeden de
grenzen overschreden en zijn hunne prospec
tussen en reclames gaan uitdeeleu iu de
straten eu de koffiehuizen vaD.Sivry
(België).
De inwoners dezer gemeente, getroffen
door zulk eaii stortvloed van papier, heb
ben geen ander middel gevonden om den
biav' general hunne dankbaarheid te betoo-
neu dau door hem te benoemen tot. pom
pier van hun dorp.
Uit Berlijn wordt gemeld, dat ondanks
de beweringen en opmerkingen der katho
lieke pers, bet program van de reis des
Keizers naar Rome eergisteren definitief is
vastgesteld. Deu 20 September zal Wil
helm II zich begeven naar het eiland
Main au, waar de verjaardag van Keizerin
Frederik iu den familiekring van deu Her
tog van Baden, oom des Keizers, zal worden
gevierd. Ü6 Keizer zal daarna den Koning
van Wurtemberg een bezoek gaan brengen
en zich vervolgens over landau en Ulm
naar Muuchen begeven. Vervolgeus reist
Z. M. naar Weeuen, waar hij eeuigen tijd
vertoeven zal eu zulle» ter eere van zijn
bezoek groote jachten plaats hebben in
Stiermarken. De datum der aankomst te
Rome is voorloopig op 10 October gesteld.
Wilhelm zal gedurende eenige dagen de
gast van Koning Humbert zijn, met wien
hjj zich naar Napels zal begeven, waar een
Duitscli eskader in de baai de beide souve-
reineu zal komen begroeten. Den 20 Oc
tober zal de Keizer den terugtocht aan
vaarden, zoodat hij deu 22steD, den ver
jaardag der Keizerin, weer iu zijne hoofd
stad kan zijn tei uggekeerd. Naar men
verneemt, zei Graaf Hei bert Von Bismarck
ook bij deze reis deu Keizer vergezellen en
op liet Vaticaan eene audiëntie verzoeken.
dat kon hjj gerust doen, daar er geen gevaar
bestond, dat men hem voor een der aanzien
lijken van St. Sevran zou houden. Inwendig
deed het hem ook goed, dat een Pruis dood
geschoten was, en hoopte hij, dat nu e deren
eveneens aldus zouden sterven.
//Het is uiet rechtvaardig iemand terwille van
een ander te doodendenk eens, Jacob, dat men
als de schuldige niet gevonden wordtden Heer
Faure, Gaudin of Distinguin zou doodschieten."
//Onrechtvaardig is hetl maar wat er aan te
doen? De Pruisen willen het nu eenmaal. Maar
wat drommel, wat komt zoo'n dikke, luie bier
drinker van een Uhlaan ook bier doen!"
Terwijl Jacob aldus sprak', volbracht Marie
in allerijl haar werk, en brandde van verlangen om
het groote nieuws aan den Pastoor te vertellen. In
allerjjl deed zij haar voorschoot af, bracht haar
muts in orde en tikte zachtjes aan de deur
van de kamer, waar de Z.Eerw. Heer Tvon
Delavigne, Pastoor van St. Sevran, zijn brevier
zat te lezen.
//Wat is er Marie? Laat een zieke mij roe
pen?"
//Neen, mijnheer Pastoor, ik wilde u alleen
maar een vreeselijk nieuws vertellen; en woord
voor woord vertelde zij het zooeven van Jacob
gehoorde. Oplettend luisterde de Pastoor naar
haar woorden.
(Wordt vervolgd.)