N IE WE No. 1292. Vrijdag 14 September 1888. 13de Jaargang. Voorheen en thans. BUITENLAND. De Vergelding. HAARIMSCHE (01 RAAT. ABOHNEMËNT3PBIJB Per 3 maanden voor Haarlemt 0,8ï> Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het Buitenland 1,80 Afzmderljjke Nummers0,06 Dit blad verschgut eiken DINSDAG, DONDERDAG en Z ATERDAG. BUREAU: St. Janstraat Haarlem. AGITE MA NON" AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIËW 7an 16 regels.30 Cents. Elke regel meer 5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant Advertentiën worden uiterljjk Maandag-, Woensdag en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers: KÜPPIRS LA URE Y. Wanneer onze overgrootouders, of men- schen, die voor honderd jaren geleefd heb ben, eens uit hun graf kouden opstaan en zien hoe alle3 in de wereld is veranderd, zjj zouden ongetwijfeld vol verbazing en verwondering staan te kykeu, naar al het geen door het jongere geslacht werd tot stand gebracht. Onze overgrootouders vergenoegdeu zich met eene eenvoudige olie-lantaarn als straat verlichting. Later kwam de petroleum en, o wonder, hot gas; nog een sprong en zie, daar had men de electrische verlichting. Meu jaagt een electrischen vonk door een draad in een stuk kool en men verkrijgt het schitterende licht, dat wij in vele steden reeds kunnen waarnemen. Toeumaals liep men nog twintig, dertig uren te voet. Des avonds nam men zijn intrek in eene herberg, men at en dronk hetgeen gereed was gemaakt en ging dan ter ruste. Wie eene reis deed van Amster dam naar Berlyn, moest tien a twaalf dagen lang in een postwagen zich laten schudden en in den regel maakte men, al vorens zulk eeue reis te aau vaarden, zijn testament. Eeu overgroot aantal menschen kwamen nimmer uit hunne bakermat. Zjj werden er geboren, aten, dronken en stier ven. Waar is die tyd gebleven, de glans- periode der chausseeën, het tydperk der pos tiljons? Alles is verdwenen. Daar vliegt het stooraros voorby met zijne ijzeren voeten; het slingert de menschen door de wereld als hield afstand op, afstaud en tijd, tijd te zjjn! Schepen, ja, keuden de Pheuiciërs reeds, maar bij hen blies de wind de vaar tuigen voort. Thans drijft de stoom, de machtige stoom, de grootste zeekasteelen voort over de wijde wereldzee. Wat heeft in ouze dagen eene reis naar de nieuwe wereld te beteekeneu? Eeu traject vau tien of twaalf dagen is voldoende om ons van Europa naar het laud van Columbus te verplaatsen. Welke beteekenis heeft eeue reis naar Parijs of Beiljju. Wij gaan te bed, alsof we thuis waren, we slapen en ontwaken te Berlyn. De menschen hebben de aarde in een ijzeren corset gesnoerd met jjzereu ringen en daardoor den afstand in boeien geslagen. Wy vliegen, wel is waar, nog niet met de noodige zekerheid door de lucht en daarom is er nog geene maatschappij voor deze verplaatsing van menschen en goederen opgericht. Slechts enkelen wagen zich in den waggelenden gondel; doch wie weet wat de luchtscheepvaart ons nog zal op- FEUILLETON. 3) (Vervolg) Onderwijl was een Pruisch regiment te Deau- ville aangekomen. Jacob, de koster, was verkeerd ingelicht, toen hij aan Marie vertelde, dat slechts de voornaamslen van St. Sevran in gevaar ver keerden. Er was namelijk bevel gegeven, dat bij het eerste sein der trompet, alle mannelijke inwoners in de herberg //De drie sterren// moesten bijeen komen. Jean Distinguin, aan den bruilofts- disch gezeten, verzekerde bij hoog en laag, dat hjj niet zou komen, terwijl de overige bruiloft gasten hem de dwaasheid van dat besluit voor oogen hielden. De tjjd ging eenigszins langzaam voorbij. Onder de gasten heerschte geene echte vreugde. Telkens gingen er een paar naar buiten, om te vragen, of de schuldige al gevat was en steeds luidde het antwoord hetzelfde: //Er is geen spoor van hem te vinden.// Klokke vijf precies klonken de tonen der trompet door de dorpsstraten, dat de linden ervan sidderden. Mannen van eiken leeftjjd, bewogen zich in drommen naar het volksplein. Wat zagen zjj er beangst en verwilderd uit! Aan elke deur, aan elk venster zag men het betraande en bleeke gelaat eener vrouw; sommigen volgden hunne echt- genooten, zonen of broeders naar de plaats der bijeenkomst. Het was haar niet vergund die binnen te gaan; weenende en morrende liepen levereu. De vélocipède hebben onze goede overgrootouders ook niet gekend. Zij giugen te voet en bevonden er zich gezoud en wel bij. Thans ontmoet men de wielrijders op bet laud en in de stad 'bij menigte. De huisknecht doet boodschappen per véloci pède en zelfs bet schooue geslacht maakt een ijverig gebruik van dit nieuwe middel van vervoer. Ouze goede voorouders zouden terecht zeggen: »dat past niet.* Maar.... andere tijden, andere zeden!* antwoordt onze hedeudaagsche jufferschap. De stoom heeft bjjna de gausche wereld veranderd. Men gebruikt in onzen tijd nauwelijks nog menscheukracht of meu- schenbanden. De stoommachine werkt voor deze en zij beeft eeue verbazende kracht en is rusteloos arbeidzaam. Waar ter we reld vindt men nog het moedertje, dat aan 't snorrende spinnewiel vlas zit te spinnen voor het beuoodigde linnengoed. De ma chine doet bet beter, vlugger 6u.goed- kooper. Eu waar is de vlijtige hand, die de naald gebruikt? Vervlogen tyd! De naai machine immers verlicht het werk. Oude, eerbiedwaardige ambachtsman, die voor honderd jaren zoo ijverig uw vak be oefende, neem uw gereedschap ter hand en kom eens in eene hedendaagscbe werk plaats, in een modern atelier.Daar vliegt alles dat bet een aard beeft, alles bruischt en suist en rolt en draait. Leg uw hamer en tang, uwe zaag en beitel gerust neder, oude handwerker, gjj past niet meer in deze wereld. Eu hoe rijk, hoe gelukkig moeten thans uwe collega's zijn! Niet waar? Helaas! neen, dat is geenszins het geval. In uwe dagen bad het handwerk nog een gouden bodem, maar de stoom heeft dien weggeblazen. Wat geven wij in onze dagen nog om /iancf-werk. De machine kan immers alles veel beter maken! En als in ouze dagen eeu landbouwer uit de vorige eeuw eeus kwam kykeu eu zag hoe de boereu- arbeider de machine hanteert, hoe de voortbrengselen vau het land met de ma chine worden bewerkt tot ze in de maag verdwyuen, hy zou stellig vol verbazing uitroepen: »Hoe rijk moeten thans de boereu en de landheeren zijn!* Doch, brave landbouwer uit de vorige eeuw, keer gerust naar uw stille graf terug en ver lang maar niet naar den rijkdom en bet geluk der hedeudaagsche landbouwers. Als ge yan velen de geldlade zaagt, ge zoudt er vau schrikken en beven. Herinneren zich wellicht de oudsten on zer geachte lezers nog de optische telegra fen, die van hoogte tot hoogte door zekere teekens een bericht overbrachten? Ouze overgrootouders, misschien onze grootouders zjj heen en weer, want wie kon zeggen of een dier geliefde wezens wel ooit zou terugkeeren? De //drie sterren// was een groot, eenigszins zon derling gebouw in den vorm van een hoefijzer en veel te ruim voor de klanten, die bet gewoonlijk bezochten; het vormde eeu soort van plein, dat aan eene zjjde open was; een gedeelte ervan was daarom tot mairie ingericht, waar de weinige burgerlijke huwelijken, die in dit streng katho lieke oord pl«ats vonden, voltrokken werden én de overige gemeentezaken werden afgehan deld. Eene veranda met pilaren liep om het ge bouw heen, waartoe eenige trappen toegang ver leenden. Toen het plein met menschen gevuld was, heerschte er een diep stilzwijgen; aller oogen waren op de lange reeks vensters der vergaderzalen gevestigd. Aan den open kant van het plein stond eene dubbele rij Pruisische soldaten, in volle wapenrusting, terwijl anderen in groepjes van vier op verschillende punten waren opgesteld. Een schildwacht liep voor de veranda op en neer en enkele bedienden van het logement stonden hier en daar te fluisteren. Men behoefde niet lang te wachten. Eene deur werd geopend en er vertoonde zich een heer, in eene schitterende uniform met een aantal medailles op de borst, gevolgd door twee anderen, die naast hem plaats namen. De eerste hield een papier in de hand, dat hij van tijd tot tijd raadpleegde. De menigte drong in ademlooze spanning naar voren, om al hare aandacht aan dezen persoon te wijden, die gedurende eenige minuten fluisterende met zijne buren sprak. De Maire van St. Sevran werd daarop uitgenoodigd ook nog, hebben ze gekend maar hoe staat het thans geschapen met de corres pondentie, siuds men den electrischen vonk heeft ontdekt, die in eeue seconde eene wandeling om de wereld maakt? Men leest thans te Londen of New-York bijna op denzelfdeu tijd, wat men fe Amsterdam op een papierstrookje schrijft. Geen spitsboef is voor de telegraaf meer zeker. Al heeft by zich op de stoomboot naar het Westen ingescheept, hij wordt toch te New-York door de politie gecomplimenteerd. Als ouze overgrootouders eens uit hun graf kwamen eu men vertelde hun, dat wij thans door eeu draad van honderd mijlen, met elkander spreken als door een sleutelgat, wat zouden zjj een verbaasd gezicht zetten! Die zoo iets voor honderd jaren zou voorspeld hebben, dien zoude men voor krankzinnig hebben verklaard. Eu wie weet wat de electrische vonk, na verloop van eene eeuw zal tot staud hebben gebracht. Waut de krachteu der natuur zijn ongetwijfeld nog niet uit geput eu de electriciteit is het licht en de bewegende kracht der toekomst, de bron van ouverwachte zegepralen der weten schap, de sleutel voor menig raadsel der natuur. Hoe kalm en rustig hebben ouze goede voorouders geleefd, zonder stoom en electri citeit. Zjj gingen in eenvoudige lokalen ter school, onze kinderen ontvangen onderwijs in paleizen; zij zagen niet op tegen eeu langen marsch en waren gehard tegen wind en weer. In onzen dagen wil iedereen ry- den; het tegenwoordig geslacht is ver- weekelijkt. Eeu werkman verdiende eer tijds 30 a 40 ceut8 daags, thans vier a vijfmaal zoeveel, maar hij bezit daarom toch niet meer. De meisjes in de vorige eeuw leerden koken eu waren goed onder richt in het bestuur der huishouding; zij waren zedig en hoogst eenvoudig. De jonge dames vau onzen tijd leeren zingen, schil deren, pianospelen, schermen, gymnastiek en wat al niet meer. De edele eenvoud der vaderen is verdwenen; eene onzalige weelde in kleeaiug, voeding, woning eu vermaken is daarvoor in de plaats getreden. Het is eene andere wereld, waarin wij leven. De wereld is beschaafder* en verfijnd gewor den; de industrie, de techniek, de kuust en de wetenschap hebben de wereld meer vol maakt* doen wordeu. Alles is veranderd door de moderne beschaving*, maar de zorg eu ellende, kommer eu leed ziju ge bleven en wij ziju inderdaad niet gelukkiger, niet rijker en niet beter geworden dan onze voorouders, die al die fraaie zakeu nimmer hebben gekend. de ramen voor te lezen van alle inwoners boven de zeventien jaar. Ieder moest bjj het liooren van zijn naam antwoorden en een stap voorwaarts doen. Eenig oponthoud gaf het, als iemand van achteren naar het voorste gelid zich een weg moest banen. De afwezigen moesten worden opge spoord en werden dan in weerwil hunner on- sckuldbetuiging op eenigszins ruwe wijze door twee norsche dragonders naar het plein geëscor teerd. Toen dit was afgeloopen, sprak Generaal Yon Leuchtenberg, met eene krachtige, duidelijke stem en in uitstekend Eranseh, hoewel met een zonderling sterk Duitseh accent, de dorpsbewo ners als volgt aan: „Mijneheeren, heden-morgen is hier eene mis daad gepleegd, die geheel in strijd is met de regelen en traditiën eener eervolle wijze van oorlog voe ren. Een Pruisisch officier, die hier vreedzaam het dorp doorreed, werd van achter een heg, door een lafaard in den rug geschoten. Toen de tjjding tot mjj ksvam, werd het mijn plicht zijn dood te wreken, want slechte voorbeelden werken aanstekelijk, en deze moord zou, als hij onge straft bleef, zeker door andere worden gevolgd. De Pruisen stellen alleen geweld tegenover ge weld; het feit der komst van drie Uhlanen te St. Sevran had op zichzelf niets, dat den meest beschroomde kon beangstigen of de misdaad kon vergoelijken. Was er van uwe zjjde eene edelmoe dige poging gedaan, om den misdadiger te 7atten, dan verzeker ik u, dat ik mjj niet zou genoodzaakt hebben gezien, mijne toevlucht te nemen tot het pijnlijk alternatief, voorkomende in mijn mani fest. Nu moet echter het recht zjjn loop hebben Z. H. de Paus ontving Vrijdag iu de troouzaal de St. Petrus-Vereeuiging met den Voorzitter, den Heer Luigi Rossi dé Gasperis, aan het hoofd, benevens bet be stuur der Katholieke jeugd van Italië.* De voorzitter der St. Petrus-Vereeuiging bood Zijne Heiligheid als herinnering aan het Priesterjubileum een gouden suuifdoos met het Pauselijk wapen en bet monogram der Vereeuiging, alles in brillanten eu ro bijnen, aan. De Vice-President van de d Katholieke jeugd van Italië* overhandigde vier bis- scbopskruizen met de daarbij behooreude gouden ketens. De Paus liet de Heeren ten slotte tot den voetkus toe en vareerde ieder van hen eene zilvereu medaille. Het republikeiusche dagblad UEmanei- pazione is te Rome in beslag genomen. De President der Frausche Republiek is weer op reis. Thans was bet doel Euvreux, waar uit al de huizen de vlag werd ontplooid en de ontvangst schitterend was. De republikeiu sche Maires van het departement waren ten getale vau wel 500 verschenen om den Heer Carnot te begroeten. Sedert het reusachtig diuer op het Champs de Mars is geen republikeiusche Maire meer thuis te houden als er een feestje in de lucht zit. In eeue vergadering der republikeiusche vereeuiging van het kanton Thones, welke bijgewoond werd door den Prefect en de vertegenwoordigers van het Departement van Opper-Savoie, zijn verscheidene rede voeringen tegen de herziening van de Con stitutie gehouden. Het Boulangisme werd hevig aangevallen en de Generaal uitge daagd zich aan de stemmen der Savooische kiezers te komen wagen. Aar. de Matin wordt gemeld, dat Z. II. de Paus den Duitschen Keizer met dezelfde ceremoniën ontvangen zal als Keizer Nico- laas indertijd door Paus Gregorius is ont vangen. Z. H. zal den Keizer een prachtig geschenk aanbieden. Z. M. zal tweemaal het Vaticaan bezoeken, eenmaal om Z. H. den Paus te begroeten en eenmaal om de musea in oogenschouw te nemen. Er heeft zich in Engeland eeu Bul- gaarscb-Macedoniseh comité gevormd, dat zich tan doel stelt om voor de Vereeuiging vau Bulgarije en Macedonië tot éen Konink rijk te agiteeren. De Eugelsche Regeering zou die beweging in het verborgen steunen. Vermoedelijk zal dit dan ook wel zoo iu het verborgen gebeuren, dat niemand, ook want er moet een voorbeeld worden gesteld. Ieder man moet dus, zoodra zjjn naam wordt genoemd, naar voren treden, en een biljet uit de bus nemen. Aan hem die bet lot aauwjjst, zal het vonnis worden voltrokken. Wjj willen niet wreed zjjn. Er liggen van nu tot zonsondergang nog drie uren voor ons; als de misdadiger, die mij ongetwijfeld hoort, voor dien tijd ontdekt is, of genoeg eergevoel bezit om zichzelf aan te geven, mij goed; zoo niet, dan moet zijn plaatsvervanger op dat uur sterven." Terwjjl de Generaal zoo sprak, had eenzjjner adjudanten in stilte een tafeltje voor hem^ ge plaatst en daarop een groote vaas gezet. "Weder werden de namen in alphabetische volgorde voorgelezen; als hjj zjjn naam hoorde, moest de afgelezene de trappen opklimmen, zich voor de tafel begeven en een biljet uit de vaas halen. Dat biljet werd onderzocht; bleek het een blanco briefje te zijn, dan mocht hij aan de andere zjjde der veranda afgaan, om vervolgens met een verlicht hart het plein te verlaten. Zoo waren er een aantal de veranda op- en afge klommen, zonder dat er iets van belang was voorgevallen; de zaak had iets werktuigeljjks gekregen, toen er een pauze ontstond. Plotseling scheen er een electrische schok door gelederen der menigte te gaan, toen Generaal van Leuch tenberg, die iets in de hand hield, dat men ternauwernood kon onderscheiden, met eene eenigszins ontroerde stem het volgende mededeelde. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1888 | | pagina 1