BI N X E X L A i).
GEMENGDE BERICHTEN.
mtzwermiug vau hadjies over ouzeu archipel
geen werkelijk gevaar is gelegen, zeker kan
eok wel eens het onverantwoordelijke worden
overwogen om eeue dergelijke fameuze
menschen-massa op een stoomschip in te
schepen.*
Men leest in het Venloosch Weekblad: Scherp
maar juist is hetgeen een Duitscher in de Köl-
nische Zeitung van ons Hollanders schrijft:
Benen die Koloniën nicht eine absolute Noth-
wendigkeit als Absatzgebiet für Ueberproduction
von Pabricaten und Menschen, sondern lediglich
eine Goldquelle sind, deren Segen nicht etwa dein
Volke, sondern nur wenigen Ausgewahlten zu
"Gute komt"".
„Inderdaad, onze koloniën dienen niet als
débouché (Absatzgebiet)voor de overproductie
onzer industrie, hetgeen toch zoo natuurlijk ware.
„Waarom niet?
//Omdat de liberale vrijhandelsmanie zich daar
tegen verzet. En die is zoo onverbiddelijk dat,
zelfs nu alle ons omringende natiën hare grenzen
voor onze produsten gesloten houden, aan onze
industrie nu nog niet het débouché naar Indië
wordt gegund.
//Dat ware ten minste eene kleine compensatie
voor de ongelijke behandeling die, dank zij het
vrijhandelstelsel, aan de Nederlandsche industrie
ten deel valt. De vreemde producten mogen hier
te land met de onze vrijelijk concurreeren, terwijl
onze producten zulks ginds niet met de vreemde
mogen doen.
//Nu zou men denken, dat de vrijhandelaars
ten minste zoo redelijk zouden zijn van te zeggen:
//Wij begrijpen dat dit hard voor u is en daarom
zullen wu u als vergoeding het débouché der
Oost laten. Wat gij in Europa verliest, wint gij
dan in Indië//.
//Maar neen!
//De dwingelandij (de Duitschers noemen het
„Eucksichlosigkek//) der vrijhandelaars tegenover
de industrie kent geene grenzen. Zij zeggen: //Hier
niets en daar niets. Als gij het niet zonder débou
ché kunt stellen, dan moet gij maar te gronde
gaan//.
oDe Oost (zegt onze Duitscher verder) is niets
dan eene goudmijn, geenszins voor het volk, maar
voor enkele uitverkorenen."
Het klinkt vreemd, tegenwoordig nog te hooren
zeggen, dat Indië eene goudmijn is, eene goudmijn
nota-bene, terwijl het een afgrond is geworden
die schatten verslindt; terwijl zelfs de suikerlords
bij den Staat om een aalmoes zijn komen bedelen.
Maar toch zijn er nog altijd die fortuin in de
Oost maken. Enkels uitverkorenen wel te verstaan.
Wat men noemt het volk, heeft tegenwoordig
niets meer aan de Oost. Zoolang er batige sloten
bestonden en de schatkist door de Indische bij
dragen gestijfd werd, kon men zeggen dat ieder
Nederlander bij de Oost profiteerde.
„Thans nu de overschotten in tekorten zijn
veranderd, heeft ieder belastingschuldig Neder
lander er, in plaats van voordeel, schade bijHij
moet meer belastingen betalen, omdat Nederland
koloniën bezit en die koloniën brengen hem geen
voordeel, direct noch indirect.
//Zietdaar wat de liberalen van onze Oost ge
maakt hebben: een duur meubel, dat nergens
toe dient.
//Wij vergissen ons, het dient wel ergens toe.
Namelijk om ons de vijandschap van Duitschland
op den hals te halen.
,,'t Is bekend, dat vooral Duischers zich als
soldaten voor Indië laten werven.
//De Oost is dus voor Duitschland een dé
bouché (Absatzgebiet) der overproductie van
menschen, evenals onze lioogescholen en burger
scholen langen tijd een débouché geweest zijn
der overproductie aldaar van geleerden en ge
letterden. Maar in de plaats van daarvoor dank
baar te zijn, vinden de Duitschers dat wij ze
exploiteeren. De schrijver in de Kölnische Zei
tung spreekt van ons als van den unliebenswür-
digsten unserer Nachbarnn en betreurt het ten
diepste, dat Duitschers in dienst van Nederland
treden.
//De Hollanders, de minst beminnelijke nabuur
der Duitschers! Wie had het ooit gedacht? Het
eenige kwaad dat wij hun doen, is, dat wij ze
//moffen// noemen. Maar daarentegen hoeveel
goeds doen wij hun niet? In Amsterdam en Bot
terdam wemelt het van Duitschers, die daar voor
uit komen. Onze vier hoogescholen en de talrijke
burgerscholen krioelen van Duitsche leeraars.
Ons Indië is eene bepaalde uitkomst voor alle
Duitschers, die geen raad meer weten.
//En dan nog de minst beminnelijke nabuur!
//Hoe dit zij, de wrevel der Duitschers, ge
rechtvaardigd of niet, komt al weer voor reke
ning der liberale koloniale politiek. Die heeft
wat te verantwoorden! Het wordt hoog tijd, dat
er aan den oorlog met Atjeh een einde komen.
Bij al de redenen, die daar vroeger reeds voor
pleitten, is nu nog het gevaar gekomen, dat wij
anders in onmin zouden geraken met den mach-
tigsten onzer naburen, die ons nu al, volgens de
Kölnische Zeitung, den onbeminnelijkste zijner
nabmren vindt.//
De schrijver der nHaagsche Brieven» in de
Zaanl. Ct. zegt, dat het niet persoonlijk openen
van de Kamerzitting door Z. M. de Koning niet
uitsluitend aan den minder gunstigen toestand
van onzen geëerbiedigden Vorst moet worden
toegeschreven. Men kan er zeker van zijn, ver
klaart hij, dat de Koning nooit meer de Kamer
zal openen of de nieuwgekozen lot en beëedigen
zoo lang de Heer Domela Nieuwenhuis tot de
uitverkorenen des volks zal blijven behooren.
Volgens de Zwolsche Ct. is de Heer Van
Rees voornemens belangrijke mededeelingen te
doen, als hjj in het Moederland terug is. O. a.
zou hjj aantoonen dat de groote teleurstellingen,
die zijn bewind aan alle partijen berokkend heeft,
voornamelijk te wijten zijn aan allerlei tegen
werking, die hij van den vorigen Minister van
Koloniën heeft ondervonden.
1- Naar wij vernemen, heeft de Staatscom
missie, benoemd tot regeling der geneeskundige
hulp bij spoorwegongelukken, hare taak volbracht
en aan de Eegeering haar verslag ingezonden.
Te rekenen van 15 dezer zullen de tele-
graaf-kantoreD op de stations der Haarlem-Zand-
voort Spoorweg-Maatschappij te Overveen ea
Zandvoort dagelijks open zijn van 8 uur voor
tot 10 uur namiddags.
Het voorloopig Comité van den Neder-
landschen Bond voor den nationalen arbeid be
staat thans uit de Heeren JM. Van der Made,
G. De Wit en J. J. F. Beijnes. Dit werd be
sloten in de jongste Vergadering van den Bond,
onlangs te Utrecht gehouden.
Haarlemmerliede en Spaarnwoude, 14
September. Heden-namiddag te ongeveer 5 uur
brak een felle brand uit in den hooiberg op het
erf van den landbouwer Van Opzeeland te Schalk
wijk. Door de goede zorg van de brandweer
bleven woonhuizen en schuren, die er vlak bij
stonden, gespaard; den geheelen nacht wordt
doorgewerkt om de onbluschbare vuurmassa uit
elkander te werken, terwijl de brandspuit de ge
bouwen blijft beschermen. Het hooi was tegen
brandschade verzekerd.
Van den regen in den drup De Eraiische
Kamerafgevaaidigde Michel stapte dezer dagen
met een vriend te Parijs af aan het Lyon-station
en nam eeu huurrijtuig om zich naar zijn huis
te lateu brengen.
Maar ongelukkig was de koetsier zoo dronken
ais een lolhij reed telkens tegen andere rijtui
gen aan, en eindelijk, op den Boulevard Richard
Lenoirhad hij hen bijna omvergeworpen.
De heeren wilden op die manier niet verder
rijden. Zij gaven den dronken koetsier zijn af
scheid, en gingen met hunne koffers, in een an
der rijtuig, dat het eerst naar een dagbladbureel
iu de voorstad Montmartre en daarop naar huis
zou brengen.
Zij bleken het echter met den tweeden koet
sier nog slechter getroffen te hebben dan met
den eersten. De „nuchtere" voerman was een roo-
ver van de ergste soort. Toeu zij, na hunne zaken
aan het dagbladbureel afgedaan te hebben w.êr
buiten kwamen, was de koetsier met het rijtuig
en hunne bagage verdwenen. En tot overmeat
van ramp hadden zij vergeten op /ijn nummer
te letten, zocdat het moei ijk zal zijn, den dief
op te sporen.
Een knaapje te Londen heeft, bij
het spelen met een kauonnelje waaruit hij erwten
schoot, een kindermeisje zoo ernstig verwoud,
dat zij binnen eeu paar minuten overleed. Da
erwt moet haar door het voorhoofd in de herseuen
zijn gedrougeu.
Volgens Figaro, heeft de Eransche
officier Benard thans eindelijk den langgezochten
bestuurbaren luchtba'lon uitgevonden, die a.tu
alle eischen voldoet. Er wordt te Calais zulk een
ballon gemaakt voor militaire doeleinden. Hij
zal binnen twee maanden gereed zijn en worden
beproefd.
Benard heeft eene machine gemauki van 50
paardekrachten en 500 kilogram zwaar. Iu 999
van de 1000 getallen de uitzonderingen zijn
natuurlijk hevige stormen, ouweders enz. zal
de ballon, naar meu verzekert, door het roer
naar alle richtingen kunnen bestuurd worden.
Onder het leger te Urk het
Eeddingsleger gelukkig maar is er muiterij
uitgebroken. Een soldaat, die niet verkoos af
stand te doen van ziju uniformpet, is te Assen
door den kapitein de deur uitgesmeten.
Juist op den dag van de laatste
to'ale maansverduistering, was er eeu voornaam
gezelschap van Ongeveer 4000 fraai uitgedoste
Gomauchen, Krowas, Chtyenuen, Arapahoes en
Delawaren aan het Anakee agentschap ver-
eenigd, om daar de gewone 3 maandelijksche
uitdetliug der Eegeering in ontvangst te nemen.
Het geheele kamp was iu beroering toen de
maan meer werd verduisterd.
Op bevel van den voornaamsten aanvoerder
werd er een geregeld geweervuur geopend op den
„lioozeu geest", die de maan verslond. De salvo's
werden langer dan een uur voortgezet, totdat
alle ammuni'.ie verschoten was; en toen eindelijk
de zilveren maan weer uit den echaduwkegel te
voorschijn trad, kwau er geen einde aan het wilde
gehuil en gejuich over de vermeende overwin
ning op den boozen geest.
Aan boord van de stoomboot Pem
broke Castle, in de dokken te Kaapstad, is een
brand uitgebroken in de kolenbergplaats. Tien
koelie's stikten in den rook, voor men hun te
hulp kon komen. Drie matrozen eu drie officieren,
die hen poogden te redden, werden door den rook
bedwelmd eu verkeerden eetiigen tijd in levens
gevaar.
Wat iemand in eeu jaar tijdsal
beleven kan
In hit voorjaar van 1887 stal B. H. van
Munnekezijl twee schapen uit de weide. Hij
verkocht z», kreeg berouw, kocht twee andere
schapen weer en bracht die terug iu de weide,
't Werd ontdekt en H. gestraft, hoewel niet zeer
zwaar. Toen hij weer op wjje voeten kwam,
trouwde hij.
Nu zou hij een gelukkig leveu hebben, meende
hij, doch het huwelijk was niet all ij 1 rozengeur
en maueschijn.
Huiselijke oneenigheden waren aan de orde
van den dag.
Laat ons elders zoeken, wat we hier niet
kunnen vinden, werd besloten en ze togen naar
het verre Amerika. Doch men hid pas Enkhui
zen bereikt, of het vrouwtje kreeg reeds heimwee
en keerde naar hare vroegere woonplaats terug.
De man pruttelde wel tegen, maar zijne vrouw
alleen, achterlaten, ging toch ook niet en daarom
besloot ook hg maar om stil naar zijn dorpje
terug te keeren. Men leefde 't oude leven weer,
tot H. op de onzalige gedachte kwam om weer
te stelen. Hij was het, die in de gemeente Kol-
lumerland een 50 tal paardeu den staart afsneed,
op welke daad hij werd betrapt en onmiddellijk
gearresteerd. H. werd toen levensmoede en sprong
in eeu diepen kolk, toen de politie hem wilde
grijpen. Bijna zou hij verdronken zijn, doch hjj
werd nog gered eu zit nu in de gevangenis te
Leeuwarden na te denken over de wisselvallig
heden van het meuscheljjke leven.
UitTessel meldt men:
Niet alleen hier, maar ook op Vlieland zijn
de palingvis-cbsrs tot de ontd kki:g gekomen,
dat er onder de zeepaling eeue ziekte schijnt te
heerschen, waardoor veler, ziju aangetast. De
zieke pa'ing is met roode vlekken overdekt, sterft
teratoid na gevangen te zij'», en gaat dan aan
stonds tot b'derf over. Aangezien de aangetaste
palingen niet bruikbaar zij worden de zi. ke
dieren als geheel waardeloos weer iu zee ge
worpen.
Te Philadelphia worden de „o ni
mbussen" en tramwagens door middel van elec-
triciteit verricht.
Ziedaar dus het lang gewenschle electrische
licht „voor allen".
Door eene hevige aardbeving is
in de Grieksche stad Vostitza groote verwoes
ting aangericht. Een groot aantal huizen zijn
ingestort, en alle gebouwen zijn meer of minder
beschadigd. Ouder het puin zijn twee dooden ge-
vouden en vele menschen ziju ernstig gewond.
Ook in alle omgelegen dorpen werd schade aan
gericht, eu in een groot aantal andere plaatsen,
tot op grooten afstand van Vostitza, werd de
schok gevoeld.
De Grieksche Eegeering heeft onmiddellijk
hulp voor de nood.ijdenden gezonden. De Minis
ter Tricoupis ging, op het eerste bericht, met
verscheidene hooge ambtenaren, zelf naar de
plaats des onheils.
De tuinbaas van mevr. de wed. B.,
te Kralingen, heeft eergisteren in den tuin eene
slang van ongeveer een meter lengte gevangen.
Het dter is aan de Botterdamsche Diergaarde
ten geschenke aangeboden.
De officieren, die verleden Maan
dag bij Keizer Wilhelm op het gala -diner te
Berliju ter gelegeuheid van de parade genoodigd
waren, zagen met verrassing bij hun bord eeue
Speisekarte liggen met Duitsche namen van al
de gerechten, als: „Burgunder Schinken mit Ge-
miweu", „liummer nacht Osteuder Art Mehl-
speise van Aepfclu„, enz, De Kölnische hoopt,
dat hel keizerlijk voorbeeld het gebruik der
Fransche //menu's// voorgoed uit Duitschland
zal doen verdwijnen.
Op het vermoeden dat een kind
van 4 jaar, Z ondag te Helder vermist wordende,
zoude zijn verdronken, omdat meu ziju petje in
de Bovengracht drijvende vond, heeft men aan
houdend op verschillende plaatsen naar het lijkje
gedregd, zond'r itts te vinden. Waarschijnlijk is
het naar zee gedreven.
Te H. doet zich de volgende quaes-
tie voor:
Twee boeren, vader en zoon, rijden met een
wagen, waarin eenige varkens. Een dier varkens
ontsuapt, springt over eene sloot en loopt een
weiland in. De mannen zetten het beest na,
doch het gelukt huil niet dit te vangen. Een iu
de nabijheid wonend vrouwtje, die deze parforce-
jacht van verre heeft gaddegeslagen, sluit zich
bij het tweetal aan en doet mede haar best om
het dier te vangen, waarop de zoon van den boer
haar gekscherend toeroept: „Grjjp het, dan is
het voor joul" Toevallig gelukt haar dit, waar
op ze hel varken doodbedaard naar haar huis
medevoert en in een hok zet.
Nu komt de boer het beest weer opeischen,
terwijl de vrouw weigert daaraan te voldoen,
omdat het, volgens de belofte van den zoon,
haar eigendom is.
Daar nu niet uit de omstandigh'den blijkt,
dat de vrouw bij het wegvoeren het oogmerk
had om zich het dier wederrechtelijk toe te
eigenen, dewijl zij geheel te goeder trouw kan
ziju geweest, zal de boer verplicht zijn eene ge
rechtelijke vordering tegen haar in te stellen
en, wordt zij in het ongelijk gesteld, het vonnis
door een deurwaarder ten uitvoer te doen leggen.
Winterkoolzaad dorschen mid
den in den tarweoogst in de maand September
is wel eene bizonderheid, die zelden voorkomt.
Toch verkeerde verleden week een landbouwer
te Borsele in die omstandigheid. Zijne arbeiders,
die grootendeels de tarwe hadden gesneden,
moesten voor het eerst in hun leven dat werk
voor zaaddor8cheu laten rusten in herfstmaand.
Fraaie toestanden toch inChina!
Twee kooplieden, die met eene aanzienlijke som
golds terugkeerden van eene markt in den omtrek
van Honchaw bij Shanghai, waren voor roovers
gevlucht bij een militairen Mandarijn. Deze
verdedigde hen, versperde zijn deur, zoodat er
slechts éen man door kon gaan, doodde vier roo
ier», die een voor een binneudrongen en dreef
de overigen op de vlucht.
De roovers gingen daarop bg den Magistraat
Lob, te Honchow, klagen, dat de Mandarijn hen
aangevallen en vier hunner makkere had gedood.
Terwijl zij daar waren kwam de Mandarijn, ver
haalde de ware toedracht der zaak en verzocht
den Magistraat, den volgenden morgen de zaak
te laten onderzoeken. Maar de roovers vroegen
verlof, om huune doode makkers te gaan halen,
en dit werd hun door Lob toegestaan, hoezeer
de Mandarijn zich ook daartegen verzette.
Den volgenden morgen vond men de vrouw,
de kinderen eu de dienstboden van den Mandariju,
fe zam3n 14 personen, door de roo vers vermoord.
De twee kooplieden waren gelukkig ontkomen.
Zij dienden eeue aanklacht in bij de hoogste
overheid, iu de hoofdstad, en de Keizer veroor
deelde den magistraat Loh, die voor den ontzet-
tenden moord aansprakelijk moest gesteld worden,
om 10,000 taéls (f 24,000) aan den militairen
Maudarijn te betalen en daarna onthoofd te
worden.
Dit vonnis werd uitgevoerd.
Te Toulon hebben sluwe gau w-
dieven een onbeschaamden diefstal gepleegd. Op
de deur van e»n der postkantoren had men,
voor de aankomst van dea koerior, ta 3 ureu
iu den morgen, een p.ipier geplakt met de woor
den: „L g den zak met brieven bij de deur van
het bureel."
Dj koerier deel alzoo, en toen de dienst
doende beambte, die de kar hoorde wegrijden,
naar beneden kwam om den zak te halen, was
die verdwenen, eu van de dieven geeu spoor te
zien.
Modelhoeden. Op zekeren dag kwam
een man voor zaken in een modewinkel en ging
bij ongeluk op een hoeden vorm zitten, die de
eene of andere op een stoel had nedergelegd. Hij
bleef echter stil zitten, tot niemand meer op
hem lette, stond toen zachtjes op en gir.g aan
den anderen kant staan. Kort daarop kwam eene
dame om een nieuw model vo >r een hoed. Na
langen tijd alles bekeken te hebben, vond zij
eindelijk de vorm, waar de man op gez-.tec had
eu deze stond haar wonderwel aan. 't Was juist
itts wat zij zocht, zeide zij.
Stuart Cumberland heeft aan
The Standard een brief geschreven over het
door den Weener correspondent van dat blad
meegedeelde bericht, dat tegen hem een bevel
tot inhechtenisneming zou ziju uitgevaardigd,
omdat hij de Oastenrijksche vlag had bespot. Hij
verklaart, dat hij niets van die vervolging weet,
dat hij nooit de Oostenrijksche vlag bespot heeft
en dat hij te Johanneebad, waar hij verleden
week dat misdrijf zou gepleegd hebben, sinds
Juli 11. niet is geweest. Hij heeft sedert eeuigen
tijd het „gedachteulezen" opgegeven voor andere
bezigheden, en het is reeds herhaalde malen,
vooral in Duitschland, voorgekomen, dat anderen
zich voor hem uitgaven. Een van die valsche
Cumberlands heeft misschien de Oostenrijksche
vlag bespot.
Stuart Cumberland heeft aan de betrokken
overheid geschreven om iulichtiugen.
Van goederhand vernemen wij,
dat een opmerkelijk product der Nederlandsche
middeleeuwsche kunst pulangs te Oudenbosch,
in Noord-Brabant, is teruggevonden, over welks
bestaan de kunstkenners sedert geruimen tijd in
het onzekere verkeerden. Dit kunststuk van groote
waarde, is een ivoren Christus-beeld aau het
kruis. Waarschijnlijk zal het, evenals zoovele
andere kunstwerken, in Amerikaansche handen
overgaan, en het is zeer gewenscht, dat bestuur
ders van museums, waar dergelijke voorwerpen
worden verzameld, althans beproeven, dit werlc
voor ons land te behouden.
Percentsgewijze verhouding der
bij de verschillet'de korpsen onderzochten man
schappen, welke konden lezen noch schrijven.
in 1887
iu 1865
Zuid-Holland
4.6
12.6
Noord-Holland
4.7
8.8
Friesland
6
17
Utrecht
6.6
18.4
Gelderland
9.1
22
Overijsel
9 3
17.6
Groningen
10.2
10.5
Limburg
11.2
24.1
Zeeland
11.3
27.2
Drente
11.6
8.8
Noord-Brabant
16.8
31 9
Uit dezen staat blijkt, dat van
alle provir.cië'
vooruitgang is te melden, zij het ook van de eene
in veel grootere mate dan van de anderealleen
de provincie Drente is achteruitgegaan.
Het gemiddelde percentage voor het geheele
land was 8.5.
(Ontleend aan de cijfers aan de „Staatscourant"
medegedeeld).
Te Meppel is eergisteren een ge-
heel gezin, dh het gebruik Van gestoofde appelen,
ernstig ongesteld geworden en verkeert sedert Zelfs
ia leveusgevsar. In plaats van kaneel heeft de
vrouw des huizes, naar men vermoedt, een zakje
met suuif over de appelen gestrooid.
Dat de besmettel ij ke oogziekte
ook thans nog vrij wat gevaar oplevert en lich
telijk over groote terreinen zich kan verbreiden
(evenals bij de legers vroeger en later is voor
gekomen), blijkt hieruit, dat die ziekte eerst zich
voordeed ouder de leerlingen van gymnasium eu
burgerschool te Osuahrück, daarna onder die te
Lingeu en laatstelijk ouder de leerlingen van het
gymnasium te Verden, alle steden in Hannover.
De scholen werden In al die steden tijdelijk ge
sloten en de patiënten huiswaarts gezonden.
De harmonie „Vlijt en Volhar
ding//, te Bozendaal (N.-B.), heeft van den Gou
verneur-Generaal van Ned.-Indië uit Mar
seille f 50 ten geschunkeu ontvangen, voor de
hem gebrachte hulde aan het station aldaar, bij
ziju vertrek naar Iudië.
Naar men uit goede bron ver
neemt, zal de Heer P. Van Bgn, de ontwerper
en vervaardiger van het alom geroemde stoom-
rijluig „Noviomagum//, behoudens koninklijke
goedko'iriug, zijne vinding verloten. De prijs van
het lot zou bepaald ziju op 2,50 eti alles onder
tcezicht en controle van een notaris plaats hebben.
Hoe gevaar) ij k het bangmaken
soms zijn, kan, bleek dezer dagen te Echt: Een