NIEUWE
No. 1309.
Woensdag 24 October 1888,
134e Jaargang.
De Katholieke Kerk in
Noorwegen.
BUITENLAND.
ABONHBMENTSPaiJB
Per 3 maanden voor Haarleru t 0,85
Voor de overige plaatsen in INederland fr. p. p. 1,10
Voorliet Buitenland 1,80
Afzinderlyke Nummers 0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en Z ATERDAG,
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
uyraKSDRij
AGITE MA NOW AGITATE.
PRIJS DER ADVERTE1TTIÉF
Van 16 regels.30 Cents.
filke regel meer 5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag-
en Vrijdag-avond voor 6 nur ingewacht.
Uitgevers: KUPPERS LAUEET.
In alle deelen der wereld is haar klank
doorgedrongen en hare taal tot aan de
grenzen der aarde.Deze woorden, welke
de Kerk op de leesten der H. Apostelen
bidt, ziju als 't ware letterlijk vervuld op
het gebied der katholieke zending in Noor
wegen.
Zooals men weet is Hammerfest de noorde
lijkst gelegen stad der wereld. Iu die
Noordsche gemeente zelfs hebben zich de
werken van liefdadigheid der Katholiekeu
Kerk geopenbaard. Daar toch verrees in
het vorige jaar een uitstekend ingericht
hospitaal van de Vereeuiging van den
H. Vinceutius a Paulo, eeue instelling, die
volgens een Duitsch geleerde, de Heer Ro-
buske uit Berlijn, met de beste gasthuizen
van Europa mag wedijveren. Maar ook in
andeie steden van het Noordsche Rijk, is
de geest der Katholieke Kerk doorgedrongen,
gelijk wij uit een brief van den Aposto
lische:! Prefect van Noorwegen, den Hoog
eerwaarden Heer Falize, kunnen vernemen.
Aan dat schrijven outleeneu wij het volgende.
»Evenals uit land,« zoo schrijft de ge
noemde Prefekt, ondanks zijn ruw klimaat,
betooverende natuurschoonheden biedt, zoo
dat het den toets der vergelijking met
Zwitserland glansrijk kan doorstaan, zoo
kan zijne bevolking, met uitzondering der
arme, wilde Laplanders, met de meest be
schaafde volken van Europa wedijveren eu
ten opzichte van de outwikkeliug van geest
en hart en in loffelijke beleefdheid, kan
zjj met de Frausche worden gelijk gesteld.
Eéne eigenschap vau dit volk moeten
wig in hooge mate bewouderen, namelijk
zijn diep godsdienstigen zin, dien het wist
te bewareu gedurende de drie eeuwen in
welke geen enkele straal der katholieke
waarheid in dat land kou doorJriugen.
Reeds omstreeks het jaar 1540 namelijk
werd door Cristiaau III van Denemarken
de »uieuwe leer® in Noorwegen, als elders,
te vuur en te zwaard ingevoerd. Een bewijs
voor de verwoesting van dien tijd zijn de
puinhoopou van de eenmaal zoo heerlijke
kathedraal van Drontbeim, uit welke de
kostbare schrijn van goud, honderd kilo
gram wegende, eu de reliquieëh van den
H. Oiaf bevattende, naar Kopenhagen werd
overgebracht. Sinds dien tijd was de katho
lieke godsdienst in Noorwegen verboden.
Eerst in het begin van onze eeuw toen
Noorwegen met Zweden werd vereenigd bij
den tweeden vrede van Parijs in 1815,
werd verlof gegeven tot het bouweu van
eene katholieke kapel. Maar nog in 1860
werden zes vrouwen door de Zweeiische
Regeeriug uit het land verbannen, omdat
FEUILLETON.
Ontdekt.
{Vervolg en slot).
Hoe langer de vreemdeling dit voortzette, des
te meer scheen eene levendige opgewondenheid
zich van hem meester te maken; zijne geestige,
donkere oogen schitterden. Tusschen de tanden
mompelde hij: //De gelegenheid is gunstig!
Ja 1 Maar zoo ik mij vergiste.
Toen echter de trein nog maar eenigeEngel-
sche mijlen van het station Ashford was ver
wijderd, scheen hij een onherroepelijk besluit te
hebben genomen.
//'t Is me ook om het even! Ik zet mijn bestaan
op het spel! maar al was het er ook meê
gemoeid
En hij haalde uit zijne overjas iets voor den
dag dat daarbij een klinkend geluid maakte.
De oudachtige heer opende de oogen.
Het jonge meisje, bleek en vastberaden, richtte
zich op hare plaats overeind, maar reeds waren
een paar handboeien stevig aan hare fijne polsen
bevestigd.
//Wat is dat? Wat moet dat beteekenen//? riep
de oude heer met bjjna verstikte stem, want hij
meende een droombeeld voor zich te zien.
zij iu den schoot der Katholieke Kerk
waren teruggekeerd. Eerst in het jaar 1873
herkreeg de Katholieke Kerk iu Zweden
en Noorwegen hare volle vrijheid. Noor
wegen vormt, sinds 1868 van het Aposto
lisch Vicariaat Zweden gescheiden, eene
Apostolische Prefectuur en omvat een ge
bied grooter dan gansch Italië.
In dit uitgestrekte gebie'd, aldus meldt
de Hoogeerwaarde Heer Falizehebben wij
slechts acht statiën, namelijk in liet Zuiden
Ohristiania, de hoofdstad, Fredrickstadt eu
Fredrickshald, iu het Westen Bergen eu
D ontheim, de oude hoofdstad, in het Noor
den, Tromsoe, het Parijs van het Noorden,
Alten de statie der Laplanders, eu Ham
merfest, de noordelijkste stad der wereld.
Elk dezer statiën heeft hare kerk, school
en pastorie; vijf ervan bezitten katholieke
hospitalen waar deels Fransche Liefdezus
ters uit Chambéry, deels Duitsche uit Neisse
met de grootste opofferingen zich aan de
verpleging van zieken wijden. Iu eene zesde
statie, te Bergen, hebben onlangs Liefde
zusters uit Parijs eeue zieken-iurichting
geopend. In elke statie bevinden zich twee
Priesters.®
Aldus acht statiën met zestien Priesters
in een land, dat vroeger een Aartsbisdom
en vier Bisdommen lelde.
»Meer dan eenmaal in de tien maanden,
sinds ik in Noorwegen verblijf, aldus gaat
de Hoogeerwaarde Prefect voort, hebben
onze schuldeischers ons met het in veiling
brengeu onzer kerken gedreigd zoo
schraal zijn de middelen, waarover onze
Priesters kuunen beschikken.®
Op eene rondreis, die de Hoogeerwaar
dige Heer Falize in October van het vorige
jaar dted, vond hij gelegenheid, de ge
zindheid van het volk te leereu kennen.
»In den aanvang ontving het volk,
dat sinds eeuwen niets dan laster tegen de
Katholieke Kerk eu hare Piiesters had
gehoord, onze Geestelijken en Liefdezusters
met wantrouwen. Maar toen het in de pre
dikatiën hoorde, dat dé katholieke leer
met de H. Schrift en het verstand geheel
en al harmonieert, toen het onze godsdienst
oefeningen bijwoonde, verauderde zijne ver
bazing in bewondering en sympathie.
Met de grootste hoogachting bejegent ons
het volk, van den Regeeriugs-Presideut
tot den nederigsten bedelaar eu dat iu een
land waar voor 20 a 30 jaren de katholieke
Priesters zich niet mochten vertooneu. Op
mijne bisschoppelijke reizen staan de
scheepsgezagvoerders gaarne hunne eigene
kajuit aan mij af, de Gouverneurs brengen
mij een tegenbezoek in vol ornaat en ter
wijl ik iu katholieke landen dikwijls wegens
mijn priesterlijk kleed werd bespot, heb
ik in Noorwegen nog geene enkele onbe-
lee'dheid ondei vonden.
Daarop wendde hij zich tot den vreemdeling
en zeide gloeiend van toorn:
//Wie zijt gij, spreek!//
//Ik ben inspecteur T***, beambte der veilig-
heids-politie van Londen", was het antwoord.
„En wat heeft deze dame misdreven?//
//Ja, mijnheer, zoudt gij dan kunnen volhouden,
dat dit eene dame is?// antwoordde de inspecteur
met een grijnslach.
„Mjjn Hemel, wie kan daaraan twijfelen?//
//Ik, mijnheer, en ik vermeen, dat ge den
Schepper moogt danken; want de twijfel van
mijn kant heeft u hoogstwaarschijnlijk het leven
gered.//
//Maar, mijn Hemel, hoe dan?//
//Bekijk deze dame eens, zooals gij ze gelieft
te noemen; gelijkt ze niet op iemand uwer kennis?
„Niet in 't minst, in 't geheel niet!//
//Ook niet op iemand, wiens signalement gij
ergens hebt gelezen?"
//Dat ik weet, niet.!//
//Mjjn Hemel, gij moei toch op het perron van
London Bridge Terminus den vervolgingsbrief
tegen Charles Wintringham hebben gelezen, op
wiens gevangenneming 500 belooning is gesteld,
omdat hij op verschillende spoorlijnen in den
laatsten tijd verscheiden moorden heeft begaan?//
//Ik heb dat aanplakbiljet gelezen, zoo goed
als iedereen, maar wat kan dat voor eene be
trekking.
Al is ons succes nog niet schitterend te
noemen, de bodem wordt toch voorbereid.
Onlangs had een hoogleeraar aan de universi
teit van Christiana, den moed in eene aan
zienlijke eu talrijke vergadering in't open
baar te verkoudigen, dat na verloop van
eene eeuw gansch Noorwegen weder ka
tholiek zoude zijn. En dat kan zeer goed
geschieden. In de Staatskerk althans vindt
de godsdienstige zin der Noren geene be
vrediging. Ontelbare protestautsche secten,
die zicli van de Staatskerk hebben afge
scheiden, geven daarvan getuigenis.®
Ten slotte deeleu wij eeuige vragen
mede, die kortelings waren opgesteld in
een protestantsch blad getiteld Arbeiteren
het orgaau van de werklieden-vereeuigiug
te Christiania:
»Waarom wijden de katholieke Priesters
meer zorg aan de armen, dan de predi
kanten der protestautsche Staatskerk?
Waarom lioudeu zij zich meer met het
volk eu zijue belangen bezig?
Waarom brengen de Katholieken gaarne
offers voor hunne Priesters?
Waarom prediken de Roomsche Geeste
lijken op populaire wijze, zoodat het volk
hen kan verstaan terwijl de predikanten
onzer Staatskerk zoo prediken, dat men
hen niet kan begrijpen
Waarom slaapt men zoo veel in onze
kerken
Waarom verspreidt de Staat zoo vele
leugens tegen de Katholieke Kerk, die hare
onafhankelijkheid eu vrijheid heeft behouden?
Waarom heeft de EvaugelischrLuthersche
Staatskerk vroeger de katholieke Priesters
vervolgd en gedood
(De predikanten der Staatskerk meeneu,
dat zij ons altijd dooi kunnen houden.)
Waarom besteden de katholieke Priesters
zoo veel zorg aan de belangen der werk
lieden terwijl de Staatskerk den arbeider
van zich afstoot?®
Mogen de antwoorden die door het
wei kliedenorgaau op deze vragen onge
twijfeld zullen gegeven worden, er toe bij
dragen om velen te bewegen tot de Katho
lieke Kerk terug te keerenhet zou een
begin zijn van de vervulling der profetie
door den protestantschen Hoogleeraar on
langs te Christiana in 't openbaar geuit.
De Duitsche Keizer is jl. Zaterdag-morgen
te 8 uren iu alle stilte iu zijne residentie
te Potsdam teruggekeerd.
Naar men zegt, zal Z M. ook een be
zoek brengen aan het Spaansche hof, eu
van Madrid de reis voortzetten naar Lis
sabon, om dezelfde beleefdheid te bewijzen
aan het Portugeesche hof. Volgens sommige
berichten zal het bezoek reeds plaats hebben
//Ziehier, mijnheer!" zeide de inspecteur, terwijl
hij den dameshoed benevens eene zwarte pruik
van het hoofd van den geboeide rukte de
zoogenaamde dame vertoonde een net gefriseerd
blond manshoofd.
//Barmhartige Hemel!// jammerde de reiziger,
en het ging hem als een dolk door 't hart; zijn
gelaat werd lijkkleurig. //Alzoo is deze dame
niemand anders dan.
//Dan Charles Wiutringham in 'persoon. Ge
zult nu begrijpen, mijnheer, aan welk gevaar ge
zijt ontkomen.//
„Brrrl// deed de heer, en rilde van ontsteltenis.
//Mijnheer de inspecteur, ik zal u nooit in mijn
leveu genoegzaam mijne dankbaarheid kunnen
betuigen.//
i/O, ik heb niets dan mijn plicht gedaan,//
hernam de inspecteur. „Deze kleine misdadiger
wie zou ooit kunnen gelooven, dat zulk een
engelengezicht een duivel verborg? was waar
schijnlijk van plan naar het buitenland te ont
vluchten, en het scheelde maar een haar, of zijn
voornemen was gelukt. Daaraan is enkel het
toeval schuld. Ik had in ('en eersten trein, die
naar Dover ging, plaats genomen, maar in Turn-
bridge, waar ik eene kleine verversching ge
bruikte, bleef ik door mijne eigene schuld en
onoplettendheid achter.//
//Maar hoe hebt ge deze. dezen mensch
kunnen herkennen, onder zjj no vermomming?//
in den loop van den aanstaanden winter;
volgens eene andere lezing is de tijd nog
niet bepaald. Keizer Wilhelm moet uit
eigen beweging zijn voornemen tot dit be
zoek te kennen hebben gegeven.
Te oordeelen naar een bericht uit Ma
drid aan de Indépendance beige, beschouwt
men in de staatkundige kringen aldaar de
komst des Keizers enkel als een bewijs
van beleefdheid, zonder staatkundige ne
venbedoeling. Trouwens, wordt er bijge
voegd, een bondgenootschap van Spanje
met Duitschlaud zou ongunstig opgevat
worden door de openbare meening, die zich
herhaaldelijk onverholen heeft verklaard
tegen het streven van sommige staatslieden
om zekere bondgenootschappen te sluiten.
Volgens de Weser-Ztg. is thans uitspraak
gedaan in een voor eeuige jaieu aanhangig
gemaakt proces, tusschen eeuige Arueri-
kaansche readers en het bestuur van Bremen,
tot teruggave van een oogenscbijulijk ten
onrechte in beslag genomen zeeschip. De
aanspraken der Amerikanen zijn ongegrond
verklaard.
De scheidsrechtelijke beslissing was op
gedragen aau Prins Von Bismarck, die
haar op zijne beurt overdroeg aan het Rijks
gerecht te Leipzig.
Te Elberfeld zijn de verantwoordelijke
redacteurs van vijf dagbladen van verschil
lende richting, wegens ontijdige openbaar
making van stukken uit het verleden jaar
behandelde Ti.ümrael-proces, tot 30 mark
boete veroordeeld.
Iu zake het Noord-Oostzee-kauaal wordt
in de bladen medegedeeld dat het overne
men van de vereischte stukkeu grond zoo
vlug gaat, dat men nog in het loopeude
begrootiugsjaar 1888/89 daarmede gereed
hoopt te kunnen zijn. Tengevolge van na
dere overwegingen heeft men besloten in
den loop van het kanaal een paar wijzi
gingen te brengen, zoodat het o. a. niet,
gelijk vroeger het plan was, bij Bastenberg,
maar bij Schulp iu de Eider zal uitkomen.
Het aankoopen van den grond heeft voor
verreweg de meeste gevallen ondershands
plaats gehad. Aangekocht zijn thans 2424
hectaren, voor eeue som van 5,200,000
mark, terwijl nog iets meer dan 800 hec
taren moeten verworven wordeu. Voor meer
dan de helft van het kanaal zijn de werken,
in tien afdeelingeu, uitbesteed aan de on
dernemers, en de uitbesteding van het ove
rige zal eerstdaags geschieden. Bij twee dier
afdeelingen is met den arbeid reeds een
eeu aanvang gemaakt.
In de Frauscbe Kamer van Afgevaar
digden beeft de Heer Calvinhac een voor
stel ingediend tot invoering eener belas
ting op den effectenhandel op tijd. Hij gaf
het verlangen te kennen het voorstel spoed-
vereiscbend verklaard te zien.
vroeg de oude lieer, terwjjl de gevangene tanden
knarsend terneer zat.
//Het moet wel is waar moeilijk, bijna on-
mooglijk schijnen, want ik zelf moet bekennen,
dat zelden een meisje er schooner uitziet. Maar
gjj moogt niet vergeten, mijnheer, dat mjj in
zulke dingen eene zeer groote ondervinding ten
dienste staat; onderscheidene kleine eigenaardig
heden in zijne bewegingen maakten 't eerst mijne
opmerkzaamheid gaande, en mijn argwaan steeg
van minuut tot minuut."
„Nu, en ten laatste?//
De inspecteur wees op de kin van den ge
vangene.
//Ah!//, riep de oude heer, terwijl hij opnieuw
verbleekte.
„Waarschjjnljjk door de hitte gekweld, had
hij de linten van zijn hoed losgemaakt, entoen
ik dit zoogenaamd schoonlieidsmerk ontdekte,
verdween hij mij elke twijfel. Ik was van mijn
man zeker.//
De trein was aan het station Ashford gekomen.
De oude heer liet den inspecteur eene banknoot
van 10 in de hand glijden, stapte in een anderen,
waggon en ontweek ditmaal de eenzaamheid, die
hem wellicht duur ware te staan gekomen, door
in een bijna gevulde coupé plaats te nemen.
De inspecteur echter beval zijn gevangei.e uit
te stappen, om den trein af te wachten, die hem
naar Londen zon terug voeren.