U W E
No. 1377.
Woensdag 10 April 1889,
14de Jaargang.
Luxemburg.
BUITENLAND.
m
Friezentrouw.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlemt 0,8b
Voor de overige plaatsen in Nederland tr. p. p. 1.10
Voor het Buitenland 1,80
Afzonderlijke Nummers0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en Z AT 15 K D A G.
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIËH
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer 5
Groote ietters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentiën worden uiterlpk Maandag-, Woensdag-
en Vrijdagavond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers: KÜPPES8 1, A U K E Y.
Eenige jaren geleden, Keizer Napoleon
III was nog in de volle glorie zjjuer
macht en Frankrijk nog door de andere mo
gendheden gevreesd, ging er een gerucht dat
het GroothertogdomLuxembnrg aau Duitsch-
land zou overgaan eu was men bevreesd dat
er een oorlog zou ontstaau tussclieu laatst
genoemd land en Frankrijk, dat aanspraak
maakte op dit kleine land.
Thans zal dit rijkje, door de bekende
omstandigheden, wel niet tot Duitschland
overgaan, maar dan toch geregeerd wor
den door een Duitschen Vorst, Hertog
Adolf van Nassau, die volgens de wetten,
familie-acton en traetaten erft, bij gebrek
aan mannelijke erfgenamen in de Neder-
landsche dynastie.
Adolf Hertog van Nassau werd geboren
den 24eu Juli 1817 en is bijgevolg 71 jaar
oud. In 1844 voor de eerste maal getrouwd
mei; de Grootvorstin Elizabeth van Rus
land, trad hij in 1851 voor de tweede
maal in het huwelijk met de thans nog
levende Priuses Adelheid van Auhalt.
Hij heeft twee kinderen: Erfprins Wil
helm, 37 jaar oud en Prinses Hilda, 2b
jaar oud, gehuwd met deu Erfgroothertog
van Baden.
Zooals men weet werd Hertog Adolf in
1866, van zijne staten beroofd, die bij
Pruiseu werden ingelijfd.
Men heeft wel eens beweerd, dat Hertog
Adolf zich nooit met Pruisen heeft willen
verzoenen, doch zijn zoon wordt aau het
Duitsche hof hartelijk ontvangen en naar
men uit Berlijn schrijft, zou de Hertog
voornemens zijn, nadat hij den Luxetu-
burgschen troon zal bestegen hebben, een
officieel bezoek te brengen aan den Duit
schen Keizer, om te toonen dat er eeue
verzoening wegens het gebeurde in 1866
heeft plaats gehad.
Wat vroeger kon aanleiding geven tot
eeu oorlog, die gansch Europa in vuur eu
vlam zou gezet en het bloed van duizen
den zou hebben doen stroomen, daaraau
wordt thans schier geene aaudacht meer
verleend.
Onze lezers zullen dan ook, meeuen wij,
niet zonder belangstelling het volgende
lezen, dat uit het Groothertogdom, wordt
geschreven.
»Wij staan hier aan den vooravond van
eeue gewichtige verandering in het bestuur
van ons landje, nu onze Groothertog, Ko
ning Willem III der Nederlanden, buiten
staat is geraakt de Regeeriug waar te nemen.
Zooals tereeht is gemeld, zal Hertog
Adolf van Nassau thans geroepen worden
het Regentschap te aanvaarden, als de
FE VIL L E T O N.
I.
Het is in den zomer van het jaar 1713. De
Zvveedsche Generaal Magnus Van Steenbock
trok met 10,000 man Noord- Albingië plun
derend rond, na Altena verbrand en nog meer
zulke gruweldaden gepleegd te hebben. Eeue
kleine aideeling Zweedsche ruiters drong door
in het landschap Wieding, dat tot hieraan van
de afgrijselijkheden en gruwelen des oorl gs
verschoond gebleven was, omdat er in de arme
landstre k, welke zich boven aan de Westkust,
tegenover het eiland Romoë, tot aan de Jut-
landsche woeste heiden uitstrekt, niet veel te
halen was. De meer zuidelijke rijke en vrucht
bare streken waren reeds zoo ver uitgeplunderd
en verwoest, dat de fourage-afdeelingen gedwon
gen werden elders hun levensonderhoud te gaan
zoeken. Aldus was de bovengenoemde ruiter-
afdeeling, bestaande uit een wachtmeester en
'ion dragonders, in de noordelijke streek der
Friesche kust aai geland, om er by de arme
landlieden de schuren te ledigen, stroo, hooi,
hav er en proviand te requi.eeren en daarenboven
nog de ongelukkig neroofden te dwingen de vruch
ten van hun zwoegen en zweet zeiven naar het
hoofdkwartier over te brengen, zonder eenige
andere belooning dan de schandelijkste behan-
naa3t gerechtigde op deu Luxemburgscheu
troon.
»De Luxemburgsche grondwet, die vrou
wen van de regeering uitsluit, schrijft in
art. 7 uitdrukkelijk voor, dat, ingeval de
Koning-Groothertog niet langer in staat
is te regeeren, in het regentschap wordt
voorzien op gelijke wijze als in het geval
dat na overlijden van den Vorff de troon
opvolger minderjarig mocht zijn.
Volgens die bepaling is de Hertog Adolf
van Nassau aangewezen om zich met het
lijdelijk regentschap te belasten, tevens om
bij ontstentenis van een mannelijk erfge
naam, deu Kouiug-Groothertog van Luxem
burg op te volgen.
Zoodra de Staats-Raad van Luxemburg
de noodzakelijkheid van een tijdelijk regent
schap heeft uitgesproken, neemt de Kamer
daarvau acte eu wordt de tijdelijke Regent
uitgenoodigd deu eed te komen afleggen.
»Hier is dan ook reeds alles in gere d-
heid gebracht om Vorst Adolf te ontvan
gen. Het Palais da Gouvernement is reeds
geheel ingericht om door hein te worden
betrokken. De daar gevestigde bureelen
van verschillende takken van algemeen
bestuur ziju naar elders overgebracht.
»Hoe oprecht ook den droevigeu loop
der omstandigheden betreurende, die een
eiude maken aan de ook voor ons land
in zoo talrijke opzichten gezegende regee
ring van Groothertog Willem III, zullen
de Luxemburgers zich iu het onvermijdelijke
moeten schikken eu deu nieuwen Regent
met groote welwillendheid tegemoet treden.
Zijne beeltenis en die van zijn zoon, den
aaustaanden troonopvolger, ziet men iu
allerlei formaat uitgestald voor de ramen
onzer boekwiukels eu pkotographische in
richtingen.
.Omtrent vader en zoon doen talrijke
verhalen de ronde, die pleiten voor hun
karakter en veel sympathie wekken.
.Vooral de zoon, Prins Wilhelm, Ge
neraal in Oostenrijkschen dienst, schijnt
door zijne kameraden en ondergeschikten
zeer geacht eu bemind te zijn om zijne
eenvoud en vriendelijkheid en vooral om
zijne diens! vaardigheid, door welke hij
men'gen kiijgstnakker, ten zeerste aau
zich heeft verplicht, heu reddende vau een
dreigenden fiuauciëeleu en zedelijkeu ou
dergang.
.Men verwacht ook hier van het voort
durend verblijf van een hof eene grcote
vermeerderfug vau welvaart voor de hoofd
stad. Het wonen in Luxemburg zal aau-
geuamer worden, maar voor velen zullen
de gevolgen der verandering, o. a. door
het stijgen der huishuren, minder welkom
zijn.
»Tvvee zaken zijn er, die sommigen met
deling, de ruwste smaadwoorden en sabelhouwen
met de vlakke kling, zoodra zelfs de minste
vertraging plaats vond of niet aanstonds aan
het bevel werd gehoorzaamd.
Vlak bij de kust ligt de hofstede Bombell,
waartoe een groot akkerterrein behoort, doch
de grond is er mager en slecht, zoodat de op
brengst van den oogst volstrekt niet overvloedig
maar uiterst karig kan gerekend worden. De
werf of liever de woning is een lang gerekt ge
bouw van éene verdieping, met str oien dak en
kleine ramen, welke, in lood gevat, ons heden
nog heri neren aan de eenvoudige zeden onzer
voorzaten. Enkele schuren in deuzelfden bouw
trant omgaven de werf, welke door het loover
van afgeknotte wilgen min of meer eene be
schutting vonden tegen de felle stralen der zon.
Het was in den voormiddag. De zon stond
hoog aan deu blauwen hemel en zond loodrecht
hare stralen neder op de dorre velden eu de
spiegelgladde watervlakte, welke door geen windje
werd beroerd. Een met vruchten hoog beladen wa
gen. door twee dood-afgematte paarden getrokken,
zw mkte de werf op en stond stil voor eene
groote schuur, waarin boven een groot geopend
venster of luik baar wachtte. De voerman maakte
de touwen los en liet deu boom, welke tot
het vasthouden der schooven dwars over de lading
gelegd en vastgeknoopt lag, nederdalen, daarop
plaatste hij een vollen watertrog voor de paarden,
welke hun kop reeds begeerig uitstrekten en
opende ten slotte eene schuurdeur om bij eene
eenige ongerustheid voor de toekomst ver
vullen. Iu de eerste plaats de omstandig
heid, dat de Hertog van Nassau zijne
oude omgeving van Ministers, Geheim
raden, Adjudanten enz. tot op deu huidigen
dag heeft behouden.
.Brengt hij dien stoet naar Luxemburg
mee, dan zal het Duitsche element eeu
groot overwicht krijgen eu aanleiding ge
ven tot het ontstaan vau allerlei naijver
eu tot misnoegen over achteruitzetting der
landskinderen.
.Voorts vreezen sommigen, dat de mi
lita:re lasten zul'en verzwaard worden. Zal
de Hertog zich tevreden stellen met de
onbeteekeuende Groothertogelijke krijgs
macht, die slechts uit twee compagnieën
vrijwilligers bestaat, uitsluitend voor de
handhaving der biunenlaudsche rust be
stemd, éene van jagers eu eeue van gen
darmen? Evenwel kan uitbreiding niet
zonder grondwetsverandering geschieden.
»M cht de Hertog willen overgaan, ten
eiude zich door bemoeiingen op militair
gebied wat bezigheid te verschaften of meer
luister aan zijne kroon bij to zetten, door
vergrooting van zijn militair huis, dan
zou dit allicht aauleidiug tot verwikkelin
gen kuuuen geven eu tot vervreemding.
.Anderen echter houden den 71-jarigen
Hertog voor te verstandig om zich op
zulk glad ijs te wagen.
De toekomst zal leeren wie gelijk heeft.
Een gerucht wil dat de Duitsche Re
geering met de invloedrijkste Afgevaar
digden er over beraadslaagd heeft, of de
derde leziug van het wetsontwerp betref
fende de verzekering van werklieden, tegen
ongevallen eu ouderdom, niet zal worden
verdaagd tot de herfstzitting, daar zelfs
iu den boezem van met de Regeeriug be
vriende partijen ernstige bedenkingen op
rijzen tegen het ontwerp, zooals het r.u
luidt, zoodat ook door vele Afgevaardigden
der midden-partijeu gewenscht wordt, dat
het nogmaals worde onderzocht en omge
werkt. Moest het ontwerp daueljjk aan
eene eind-stemming worden ouderworpen,
dan zou het lot daarvan iu deu Rijksdag
zeer twijfelachtig zijn.
Naar aanleiding van het bericht in de
Daily lel., dat Duitschland bet gebied
tuss. hen de Walvisclibaai eu Batschuanaland
aau Engelaud zou willen afstaan, zegt de
Berljjnsche correspondent van de Köln. Zlg.
dat de keizerlijke Regeering er niet aan
denkt Daraaralaud, aau welke mogendheid
ook, af te staan. De rijkdom van Damara-
laud aan delfstoffen is zeer belangrijk en
het land veroorzaakte geene uoemeus-
wel gevulde bierkruik zijne dorstige keel eenige
laving toe te brengen
Die dorstige man kon schier twintig jaar
tellen, doch was van eene reusachtige g«stal:e
cn had een schoonen bruinen kroeskop, waaruit
twee groote helderblauwe oogen onversaagd door
het wereldruim blikten. Zijne geheele kleeding
bestond uit pantalon en hemd van grof linnen,
terwjjl een paar stevige klompen de naakte voeten
bedekten. Hij was de knecht op het erf Bom
bell en heette //Nies Ipsen". Na zijn dorst
gelescht te hebben, nam hij eene grocte liooi-
gaffel ter hand, en begon met frisschen moed
de schooven van den wagen te laden, teneinde
ze met groote behendigheid en kracht door het
open luik op zolder te bergen. Aan soortgelijki n
arbeid was hij gewoon geraakt, van kindsbeen
af, met ander bedrijf liet hij zich minder in.
Hij dacht er volstrekt niet aan, dat deze keer
voor hem de laatste zijn zou, dat hij binnen
een kwartier unrs zijn lot zon moeten verwis
selen.
Hij was nog steeds ijverig bezig met zijn werk,
toen hij tot zijne groote verwondering, eene
hevige woordenwisseling en paardengetrappel
vernam. Hij legde de hooivork neer en liep
naar de opvaart waar hij de twee andere met
veldvruchten opgevulde wagens zag aankomen,
geleid door den boer zeiven en zijn tweeden
knecht. B wenop zaten enkele meiden, die bij
den oogst hadden medegeholpen en thans bij
het middageten naar huis keerden, onder welke
waardige kosten, wat evenwel niet weg
neemt, dat het rijk zich moet bereid hou-
nen tot het brengen van geldelijke offers
in het belang van de verkeermiddelen daar
te laudo.
Even weinig kau er sprake ziju van den
in de Cape Argus van 11 Maart voorge
stelden ruil tussehen de Kaapkolonie en
Duitschland van d3 Walvisclibaai eu het
Zuidelijk deel van het onder Duitsche be
scherming gestelde gebied tot 26° Z. B.
Volgens de ICordd. Allg. Zeitung is het
bericht der Kölnische Zeitung omtrent het
hijscheu dor Duitsche vlag door kapt.
Wissmanu, overeenkomstig zijne iustructiën,
aldus is op te vatten, dat Wissmanu
de vlag vau de Ost-Ajrikanische Gesel
schaft waarvan het hijscheu indertijd zonder
goedkeuring der Regeering heeft plaats
gehad, heeft nedergeliaalJ. Vervolgens zal
Wissman op zijue woning eene haudelsvlag
gehescheu hebben, zooals op consulaten
iu het buitenland p'eegt te geschieden.
Boulanger heelt een manifest tot zijne
kiezers uitgevaardigd, waarin het volgende
gezegd wordt: Uw gezond verstand heeft
reeds recht laten wedervaren aan het weef
sel van leugeus, waaruit het requisitoir van
deu Procureur-Generaal tegen mij is samen
gesteld. AI mijne daden, zoowel vóórdat ik
tot Minister benoemd werd als in mijn
staatkundig leven daarna worden bekend.
Indien zij strafbaar waren, dan zou ik de
staatsmannen tot medeplichtigen gehad
hebben, die mijne ambtgenooten waren.
Als soldaat heb ik mijn leven gewijd aau
den dienst des lauds; als Minister van
oorlog heb ik bijgedragen tot versterking
van 's lands weerbaarheid; als patriot eu
burger heb ik de rechtmatige eerzucht ge
had de republiek te ontrukken aan de ban
den die haar te gronde richten. Gij wilt
met mij de republiek vau alle goede Fran-
scheu en de eerlijke republiek. Na eeuige
maanden za! het algemeen stemrecht uwe
vorige beslissing bevestigen en aldus door
rJ !"5 o
zijue souvereine uitspraak des lands ver
zekeren.
De rechtbank heeft thans uitspraak
gedaan iu het proces tegeu de Ligue des
patriotes. De zaal was stampvol. Het vounis
is uitvoerig gemotiveerd. Alle aangeklaag
den waren tegenwoordig. De rechtbank
sprak hen allen vrij van de beschuldiging,
dat zij behoorden tot eene geheime ver-
eeniging, maar veroordeelde hen tot eene
boete van 100 franks eu de kosten, omdat
zij eene niet geautoriseerde vereeuiging
hadden gevormd. Het vonnis werd begroet
met de kreten: Leve de republiek! Leve
Boulanger!
Aau eau gastmaal iu de zaal Saint Far-
geau werd eene rede van Boulanger door
ook Grietje, een jong, schoon, sterk, achttienjarig
meisje de verloofde van Nies Ipsen. Het
geen de aandacht van den knecht nog meer
opwekte, dan de wagens met de hem bekende
personen, zoo even verlaten, was eene troep rui-
teis, die den oogstwagen op den voet volgden.
Het was de Zweedse' e wachtmeester met zijne
tien dragonders, die op zijn tocht van roof en
plundering' den oogstwagen aangetroffen en
zich bij hem aangesloten had. Hij eisckte
van deu bezitter der werf Bomhell eene groote
hoeveelheid stroo en haver en nog wel op eeue
min passende, zelfs dreigende manier. De onge
lukkige landman protesteerde tegen den eiscli
en beweerde, dat hij het stroo eerst na gedor-
sehen te zijn, kon afgeven, waarop de wacht
meester, godslasterende woorden uitende, ver
langde, het stroo onuitgedorsohen, zooals het
van 't veld kwam, weg te brengen, naar de meer
dan tien mijlen vor gelegen plaats. Hierover
nog onderhandelend, kwamen zij op de werf van
Bomhell aan, alwaar de Zweden vooreerst voeder
voor hunne paarden en dan een goed eten voor
hen zeiven eisohien. De beangstigde bewoner
haastte zich zijn kuccliteu eu meiden de noodige
bevelen te geven, ten eiude aan dezen wcnsch
te kunnen voldoen, in de hoop daardoor de
ontevredene gasten tot bedaren te brengen en
met hunne andere verlangens te breken.
Wordt vervolgd