NI EU WE
No. 1457.
VrUlag 25 October 1889.
14ét Jaargang
Eene krankheid in <fe sa
menleving.
BUITENLAND.
feuilleton.
Db vrek van IJ doorn
ABONNBMBNTSPB IJS
Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het Buitenland 1,80
Afzenderljjke Nummer»0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en Z ATERDAG.
BU HE A U: St. Janstraat Haarlem.
AGITB MA NON AGITATE
CODIAIT.
PBIJB DBB ADVBBTBNTlfiN
Van 1—6 regel»30 Cents.
Elke regel meer 5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentiën worden uiterljjk Maandag-, Woensdag-
en Vrjjdag-avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers KüPPERS LAUEEÏ.
Reeds meermalen hebben wjj op eeue
ernstige ziekte gewezen, welke onzen tijd
verteert, op den trek namelijk naar uit
huizigheid, de ziekelijke zucht naar uitgaau,
welke zich bij de volwassenen openbaart
en door hen by de jeugd wordt gevoed.
Merkwaardig mag genoemd worden het
geen een zeer geleerd en ervaren hygiënist,
Dr. Coronel, omtrent dit sociaal verschijn
sel mededeelt, Men hoore slechts.
»Ouze veelbewogen tjjd« zoo merkt
hjj op »tnet zyne vele aanleidingen tot
overspanning, kenmerkt zich maar al te veel
door den trek naar uithuizigheid. Die trek
wordt veelzjjdig gekweekt door den welbe-
rekenden tact van industriëelen van allerlei
aard. Hier door schouwburgondernemers,
daar door café-chautanthouders, ginds door
paardrydersvoorstellingen, overal door de
bekende bier- en koffiehuizen. Niet alleen
's winters, maar ook des zomers vinden de
uithuizigen overvloed van gelegenheden om
hnnue begeerten te bevredigen. Sommige
van die gelegenheden staan niet alleen open
voor, en worden niet alleen bezocht door
volwassenen maar ook door kinderen, wier
ontvankelijk gemoed de ruwste schokken
op huu zenuwleven daardoor ondervinden.
Want het zijn niefc bij voorkeur de gelegen
heden, waar hooger kunstgenot wordt ge
smaakt, maar bovenal die plaatsen van bij
eenkomst, waar de kunst in lager sfeeren
wordt tentoongesteld. Naar klassieke con
certen, opera's eu tooneelvoorstellingen
nemen de uitgaande ouders in den regel
hunne kinderen niet mede, omdat, zooals zy
beweren, de toegangsprijs daarvan te hoog
is, en de hooge kunst, die daar beoefend
wordt, voor de onontwikkelde jeugd nog niet
toegankelijk wordt geacht.
»Sinds de zoogenaamde emancipatie der
vrouw deze ook tot de gezellin van den
man heeft gemaakt in uitspanuiugslokalen,
vroeger uitsluitend door mannen bezocht,
ziet de moeder er volstrekt geen kwaad iu,
dat haar kiud nu eu dan, onder geleide
der ouders, dergelyke uitspanningsplaatseu
bezoekt. Oppervlakkig beschouwd, gaat het
daar zeer ordelijk en zedelyk toe. Maar het
geen het kind daar aanschouwt van jongere
en oudere lieden, die tot de habitués van
dergelijke inrichtingen behooreu, werkt niet
weinig mede tot vroegrijpheid tot een trek
naar genotmiddelen, die voor zyn leeftijd
niet geschikt zijn, en die vau lieverlede
by hem den lust doen ontwaken om zich
in gelijken &ees'; te emancipeeren.»
Waar het kinderljjk gemoed nu niet op
zulke openbare plaatsen van uitspanning
2ö) (Vervolg).
Met Grietje's besluit om haar oom voortaan
niet meer alleen te laten, was de doktersfamilie,
en Kees Dobbels vooral, al zeer weinig ingeno
men. Dokter Ventel keurde dien maatregel in
het belang van Grietjes gezondheid ten strengste
af. Zijne vrouw was daarover zoo mogelijk nog
slechter te spreken.
//Ik vind," zei dokters-juffrouw, //dat Grietje
zich toch al veel te veel opofferingen getroost
ter wille van dien ouden vrek. In elk geval
komt dit tegenover Kees Dobbels volstrekt niet
te pas."
Omtrent dit laatste was Kees het natuurlijk
geheel met de vriendeu eens. In zijne nieuwe
betrekking van tramconducteur waren de vrije
uren niet veel.
//Als ik in uwe plaats was,// zei dokter Ventel
op zekeren keer tot Kees, //dan vroeg ik eens
een halven dag vrjj-af, en ging nog eens praten
met Stavels. Blijft hij zijne toestemming tot uw
huwelijk weigeren, dan trouwde ik zonder zjjne
toestemming. Gij weet het, uw meisje kan bjj
ons komen logeeren zoolang zy wil.//
Kees Dobbels sloeg de raadgeving niet in den
geschokt wordt, daar wordt het geprikkeld
in die menigte clubs en clubjes, die men
reeds aantreft bjj kinderen van 10 en 11
jaar, en waaruit kinderpartijtjes en kinder
bals voortspruiten met alle airs en allures,
eigen aan die door volwassenen bezocht.
IJdelheid, begeerzucht, behaagzucht en hoog
moed worden daar rykelijk gevoed. De
moeders wedijveren in pronk- en praal
zucht met elkander, om hare kinderen een
toch zoo sierlijk mogelijk uiterlijk te ver
schaffen. Zij prenten hare dochtertjes de
lessen der coquetterie in, eu prijzen haar
als zij by de thuiskomst echt nuffige op
merkingen weten te makeu over hetgeen
zij in het gastvrjje huis hebben waargeno
men. Is het te verwonderen, dat uit zulke
kiudereu ouderen groeien, die voor hunne
ouders in zingenot niet willen onderdoen,
maar dezen veeleer de loef willen afsteken
in frivoliteit en uithuizigheid?»...
Wanneer wy nu nagaan, dat de uithui
zigheid veel geld kost, aanleiding geeft
tot babbel- en lasterzucht, dau moet het
niet verwonderen, dat de vrede eu welvaart
in vele gezinnen daardoor verstoord wor
den, eu dat men geen recht heeft over
malaise te klagen, als men, door eigen
schuld, eene malaise van de ergste soort,
die van het huiselijk leven, zich vrywillig
op den hals haalt. Zou het niet goed ziju,
dat onze aanstaande moeders wat beter
voorbereid werden voor het stille huiselijk
genot met zyne opvoedende en verheffende
kracht, dan ze op te kweeken tot koniug-
inueu van de cercles van de groote wereld?
Wjj wenschen van onze aanstaande vrou-
nocli blauwkousen, noch kousen breisters
te maken, maar wat de Duitscher noemt:
tüclitige Hausfrauenc, die haar grootste
genot vinden in een goed huisbestier, in
eene degelijke opvoeding harer kinderen,
in het ware levensgeluk vau haar geziu,
iu echten huiselijken vrede en vreugde. Zal
men daartoe geraken door onze jonge
dochters naar kost- of kookscholen te zen
den? Ik geloof het niet. Alleeu het goede
voorbeeld der moeder, de levenspraktijk
in eigen geziu, zijn de meest natuurlijke,
de meest tot het doel leidende middelen.
Tot dusver de geleerde auteur, aan wiens
getuigenis men alleen reeds op groud zijner
rijke ervaring groot gewicht mag toeken
nen.
Wie zal het durven loochenen, dat hij
den vinger heeft gelegd op eeue wonde
plek der samenleving? Dat zal niemand
doen, die onbevangen iu het rond ziet eu
die niet door blinde ingenomenheid met
de richting onzer eeuw eigenlijk onbevoegd
is tot het vellen van een oordeel.
Of moet het niet ieder onpartydige tref
fen dat, terwijl de klachten over kwyuende
wind.
Geen halve week na dat gesprek met den
dokter wandelt Kees op een achtermiddag naar
het huis van baas Stavels. Zyne eerste plan was,
den koninklyken weg te gaan en bij de voordeur
aan te bellen; bedenkende dat Grietje misschien
in den tuin is, slaat hjj links af. Vroeger zou
hjj zich niet hebben verstout het hek te openen
en den tuin in te gaan, tenzjj Grietje hem wenkte.
Hjj bleef dan met hot grootste geduld een half
uur, soms veel langer, staan wachten tot Grietje
verscheen. In dit opzicht heeft de nieuwe be
trekking reeds nu hareu invloed op Kees doen
gelden. Zjj '.eert hem meer beslist op te treden
en spaarzaam te zjjn met den tijd. Grietje komt
hem bjj de achterdeur tegemoet. //Oom heeft be
zoek!" zegt zij fluisterend.
//Ik kom om hem te spreken, en mijn tijd is
beperkt. Ga maar mee naar binnen, het betreft
u ook."
Zjj ziet haren aanstaande vragend aan, doch
doet geene pogingen hem terug te houden. Grietje
i» dien korten, bijna gebiedenden toon van Kees
niet gewend.
«Oom wil volstrekt niet," herneemt zjj aarze
lend,^ doch Kees valt haar in de rede.
Kom maar mee!" zegt hjj, Grietje bij de
hand vattende. Een overluid gesproken verwen-
sching klinkt hun uit de woonkamer in de
ooren.
//Wat kom jjj doen, Kees Dobbels?// vraagt
baas Stavels op bitsen toon, zoodra deze met
welvaart toenemen, alle openbare vermake
lijkheden druk worden bezocht, en de
plaatsen, waar de zinnen worden gestreeld,
meestal overvuld zyn?
Die neiging tot het zoeken van zijne
levensvreugde buiten den huiselijken kring
is ook al eene vrucht van het navolgen
door onze natie van de gewoonten, bovenal
in Frankrijk in zwang. Uit dat land der
politieke revolutiëa is ook die sociale on-
weuteling gekomen, door welker invloed
de heilzame beteekenis van het huisgezin
wordt verzwakt en ook andere opvattingen
ontstonden omtrent de levensvorming en
levensroeping der vrouw.
Dr. Corouel had by ziju schrijven aller
eerst het oog op de bourgeoisie, maar, de
uithuizigheid en hare heillooze gevolgen
vergiftigen ook de samenleving in de een
voudigere klassen. De geleerde schrijver
zoekt het herstel van de door hem met zooveel
eenvoudige welsprekendheid geteekende
kwaal in het goede voorbeeld der moeder,
in de levenspraktijk in eigen gezin.
En voorzeker, eene moeder vermag veel;
zy kan de goede Engel worden vau hare
omgeving; zy kan haar kroost op hooger
leven voorbereiden. Maar in dat hoogere
beginsel moet dau ook de ware redding
voor de samenleving worden gezocht. Tot
de beproefde beginselen van godsdienst en
zedelijkheid moet teruggekeerd worden. De
wezeuljjke hervorming komt niet van be
ueden, maar van boven. Moge daarom ons
volk steeds meer gedachtig worden aan dat
woord uit het H. Evangelie, dat gerech
tigheid een volk vei hoogt, maar dat de
zoude is een schandvlek der natiën.
Iu de eergisteren gehouden troonrede
wordt den Ryksdag ten doel gesteld, mede
te werken ter bevestiging van den buiten
en binnenlandschen vrede. Ook uu wordt
die medewerkiug ingeroepen om de slag
vaardigheid eu degelijkheid van het leger
verder te ontwikkelen, ten einde daardoor
rechtmatigen nadruk te geveu aan het
streven van Duitschlaud naar behoud van
vrede. Voorts wordt er eene uieuwe wet
aangekondigd, betreffende nadere indeelin
gen bij de land- en de zeemacht. Hieruit en
uit eene daarmede overeenstemmende ont
wikkeling der zeemacht ontstaat verhooging
van uitgaven en eene niet onaanzieulijke
stijging iu den omslag over de bondsstaten
voor hunne bijdragen aan 's Rijks kas.
Verder: ontwerpen betreffende het bank
wezen, maatregelen tegen socialistische
woelingen, een nader crediet voor Oost-
Afrika, en oprichting eener koloniale af-
deeling bjj het departement van Buitenland-
Grietje binnentreedt.
„En jjj, Grietje? Ik heb u toch gezegd ons
niet te storen als ik bezoek heb!Ik heb me
een oogenblik boo3 gemaakt over iets dat mijn
neef Willem zich liet ontvallen. Ik ben in den
laatsten tjjd wat zenuwachtig. Willem meende 't
zoo erg niet, ne-;n, ik maak mij wel eens
driftig.//
De oude man beefde over geheel zjjn lichaam.
//Wat is er van uw dienst, Kees?" hernam hij,
na een oogenblik van stilzwijgen, //Ga daar zit
ten! Wil je een glas bier?"
„Dat presenteert hij mij nooit," zegt Willem.
In zjjn lachen en in de manier van zich op den
stoel te laten neervallen is iets wat denken doet
aan iemand, die niet geheel nuchter is. Geen der
aanwezigen slaat acht op zyne woorden. „Grietje
en ik willen gaan trouwen," zegt Kees, „en nu
kwam ik nog eens hooren, of u je ook hebt be
dacht wat uwe toestemming betreft."
„Neen, ik geef geene toestemming. Zou je den
ken d/it ik Grietje zal laten trouwen met een
koetsier of een voerman, of wat baantje heb je
tegenwoordig?"
//Het staat aan Grietje om te kiezen tusschen
u en mij, baas Stavels!//
„Je weet, Kees," zegt Grietje, „wat ik besloten
heb te doen! Oom Stavels moet het legaat van
twaalfduizend gulden uitkeereu of aan Willem
of aan mjj!
//Stel eens voor een oogenblik,// zoo mengt
zich Willem iu het gesprek „dat er een geheim
eehe Zaken, ten einde dat departemnnt te
ontlasten. Voorts wordt gezegd dat de hoop,
bij de opening der vorige zitting van den
Ryksdag uitgesproken omtrent het behoud
des vredes, niet slechts is verwezenlijkt,
maar bovendien versterkt door persoonlijke
aanraking des Keizers met verbonden ec
bevriende souvereineu vau naburige landen.
Die relatiëu dienden om in het Buitenland
het vertrouwen op de eerlijke vredelievende
Duitscbe politiek te bevestigen en het ge
loof te rechtvaardigen dat de vrede op den
grondslag der bestaande tractateu ook in
het eerstvolgende tjjdperk zal behouden
blijven.
In de begrooting van Buitenlandsche
Zaken is voor de oprichting van een Duitsch
Consulaat-Generaal te Batavia 49,000 mark
uitgetrokken. De wenscheljjkheid van het
scheppen van dezen post wordt toegelicht
met een beroep op de gebleken noodzake
lijkheid voor den Duitschen handel, die
reeds vroeger krachtig op een Duitsch Con
sulaat-Generaal voor Nederlaudsch Indië
heeft aangedrongen. In verband daarmede
heeft de Ryksregeeriug in het begin van
1888 een commissaris, als haar vertegen
woordiger, naar Batavia gezonden. De door
dezen persoon opgedane ondervinding laat
geen twjjfel bestaan aan de noodzakelijk
heid van een beroeps-Consul-Geueraal voor
het Uier in aanmerking komende uitge
breide gebied.
De dagbladea zeggen, dat Keizer Wil
helm van Constantiuopel zal terugkeeren
door Hongarije; hy zal echter niet te Wee-
nen komen, maar te Szegedin halt houden,
waar bevelen zyn gegeven om maatregelen
te nemen tot zjjne ontvangst.
Over de laatste dagen der ziekte van
Koning Luiz van Portugal vinden wg nog
het volgende gemeld:
Dd zwakte, welke haud over hand toe
nam, werd door de geneesheeren te ver
geefs bestreden met melk en wyn van
Oporto uit de koninklijke wyugaarden
van Mafra; de kanker woekerde voort,
ondanks de bloedige operatiën, welke
werden verricht.
De ongerustheid des volks tijdeus den
doodstrjjd des Konings nam van oogenblik
tot oogenblik toe; spoortreinen vol be
langstellenden kwamen te Cascaes aan en
de dagbladen werden uit de handen der
verkoopers gerukt om de nadere berichten
te lezen.
Eenstemmig is de lof over het waarljjk
heldhaftig gedrag der Koningin Da. Pia;
geen oogenblik week zy van de sponde
baars gemaals en diende den zieke zelf
de medicijnen en versterkende middelen
toe. Sedert Zondag-avond had Hare Majes
teit al de consulten der geneesheeren by
contract bestond tnsschen oom Stavels en mjj!
Ik zal maar eens zeggen, ik had mjjne kans op
dat legaat aan oom Stavels verkocht voor de
helft.//
„Neen, neen, zoo slecht kan oom niet zjjn!"
roept Grietje, terwijl de tranen in hare oogen
komen.
//Nu goed,// herneemt Willem, „maar aange
nomen nu eens dat er werkelijk zulk een con
tract bestaat tusschen ons tweeën dan begrijp je
toch meisje, en jjj ook, Kees, dat, als jullie niet
samen trouwt zonder oom's toestemming, dat hjj
dan het geld kwjjt is, dat hij mjj nu al op mijn
eerlijk gezicht heeft uitbetaald! Daarentegen als
hjj, voor dat jullie samen getrouwd zijt, mij die
zesduizend pop niet ten volle heeft betaald, dan
zit er voor onzen waarden oom niets anders op
dan dat hjj na jullie trouwen de volle som van
twaalfduizend aan mij uitkeert. Is het zoo niet,
oom Stavels?//
De oude man kijkt een oogenblik hulpeloos
en versuft iu het rond. Die slag is te zwaar en
te onverwacht. Willem had zjjn woord gegeven,
dat alles voor ieder en voor altjjd een geheim
zou bljjven! Zoo doorkneed in schurkerjj is de
oude woekeraar niet, of het bloed stjjgt hem
van schaamte naar het hoofd. Hij zit als wezen
loos, en kou geen woord uiten.
Wordt vervolgd.)