e u w e
1
Mh *506.
Vrijdag 21 Febrnari 1^90.
!5lt Jurgug.
Het einde van het oud-katho-
licisme in Heieren.
U tl IT E V L A l>.
Het blauw katoenen atofle.
(Wordt vervolgd.)
.JL
HlittLElISClII
ABONNEMENTSFBIJS
Per 3 maanden voor Haarlem 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het Buitenland 1,80
Afzjnderljjke Nummers0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
B O BEAU: St. Janstraat Haarlem.
AO-ITS MA NON AGITATE
JfBIJS DB» ADVBBTBNTïBN
Van 1—regel» 30 Cents.
Elke regel meer 5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant.
Advertentiën worden uiterlpk Maandag-, Woensdag
en Vrpdag-avond voor 6 uur ingewacht,
Ui tg evers: Kü PP ESS LAUREL
Met den dood van Dr. Döliinger is er
voor de oud-Katholieken in Beieren een
keerpunt gekomen. De sympathie welke
zij aau het Hof en dus ook in regeerings-
kriugen genoteD, heelt, om zoo te zeggen,
opgehouden te bestaan. Reeds onmiddellijk
na den dood vaD Dr. Döiliuger bleek zulks
in alle opzichten. Er was een streng be
vel gegeveu, dat de zoogenaamde Bisschop
Reinkens, zoo hij kooien mocht, geeue
ambtelijke funct ëo mocht verrichten. Pro
fessor Friedrich verrichtte als oud-Katho
liek de plechtigheden bij de begrafenis van
Dr. Döiliuger. Hier moeten wij in het be
lang der historische waarheid een feit con-
stateereu. Dr. Döliinger was de vader van
het oud-Katholicisme en hij was de grootste
steuu ervan. Maar hij zelf giag slechts
met de oud-Katholieken mee, zoo lang zij
niet kansel tegen kansel, altaar tegen al
taar stelden. Dr. Döliinger heeft nooit aan
eene oud-katholieke godsdienstoefening deel
genomen; hij beschouwde zich als eeu ge
ëxcommuniceerd Priester en erkende de
kerkelijke macht der jurisdictie, evenwel
hij zocht de dwaling niet aau zijn kant
maar aan de zijde van den Paus en de
Bisschoppen. Tengevolge vau zijne persoon
lijke halsstarrigheid en trotschheid vond
bij, helaas! de brug niet meer om tot de
ware Kerk terug te keeren. Eerst onge
veer twee en eeu half jaar geleden, toen
de Aartsbisschop Autonius Von Steichele
Dr. Döliinger vermaande tot de Katholieke
Kerk terug te komen, gaf de verdwaalde
getuigenis van zijn ingenomen standpunt.
Ouder deze omstandigheden ware eene bur
gerlijke begrafenis verkieselijker geweest.
Dat de oud-Katholiekou zlju lijk in beslag
namen, kan niemaud verwonderen. Zij kon
den toch niet toegeven, dat de vader van het
oud-Katholicisme vau de tegenwoordige
ond-Katbolieken door eene wijde klooi was
gescheiden.
Met Dr. Döilingers dood is ook het oud-
Katholicisme iu het critieke stadium van
overlijden getreden. Het was van den be
ginne afaan eene modesecte. Van het jaar
1870 af is het als tegenstander van Rome
opgetreden, Het oud-Katholicisme was het
schootkind vau de cultuuistrijdsperiode. In
Beieren waait echter siuds de catastrophe
van 1886 (de zelfmoord van den Koning)
in de hooge kringen een voor de oud-
Katholieken ongunstige wind, die ook van
invloed is in alle klassen der maatschappij.
Het oud-Katholicisme is eene kuustmatig
ontwikkelde plant, die zeer spoedig zal
verwelken. In de volksklasseu heeft zjj
trouwens nimmer wortel geschoten.
FEUILLETON.
Humoreske door N. Bebnabd Roozbn.
6. (Vervolg)
VIII.
Zoo HEER Zóo KNECHT.
De kamer waar Rudolf zijn nieuwen vriend
ODtving, was een klein zaaltje zooals meu ze in
alle buitenherbergen vindt, hoog van verdieping
met balken aan den zolder en een behangsel
papiertje van schreeuwend blauw met een telkens
herhaalde geschiedenis van Genoveva.
Het hert tn Genoveva, Genoveva en Smarten-
rjjk, van den houten vloer, waarop een mat lag
tot de zoldering, zeven maal in de hoogte, veer
tien maal in de breedte.
Een heele processie van Genoveva s, var. herten
en Smartenrjjkjes, (lie in eeuwigdurend defile ons
voorbij marcheeren, waar we ons stekeblind op
staren.
De houten gladgewreven lambriseeringen, de
groene sergen gordijnen met het omontbeerljjke
ouderwetsche kabinet dat //uit mekaar genomen
kan worden", voltooien de meubileering.
Barend, zoo heette de bediende van ïllijendaal
kwam binnen.
Rudolf was verrast wegens de sprekende ge
lijkenis tussehen heer en knecht. Men had ze
voor broers gehouden zoowaar. Zonen van eea
Reeds bij de verhandelingen in de Kamer
van Afgevaardigdeu vau deu 6en tot den
8sten November jl. over de korkeljjk-poli-
tieke voor9telleo, legde de Minister Von
Lütz eene voor de oud-Katholieken zeer
ongunstige verklaring at; bjj voegde er
echter bii, dat hij op voorstellen wachtte
vau het Episcopaat. De Rijksraad nam
dezer dagen een voorstel aan, dat maat
regelen der Regeering op grond van voor
stellen van het Episcopaat iü de quaestie
der oud-Katholieken weuscbelijk maakt en
de Minister Yon Crailsheim heelt namens
de Regeeriug deze maatregelen beloofd.
Dit is dan ook het juiste standpunt, waut
in zaken bet Geloot betreffende, heeft de
Regeering geen recht eenzijdig of zelfstau-
dig te handelen. Bisschop Stein van Würz-
burg heeft daarom ook uitdrukkelijk zijne
goedkeuring aau het voorstel van den Rijks
raad geschonken.
In deze omstandigheden zal men wel
niet dwalen, wanneer meu aanneemt, dat
de Bisschoppen van Beieren zullen verga
deren om gezamenlijk geschikte voorstelleu
te doen.
Met de heerlijkheid van den zooge-
naamden Bisschop Reinkens is bet in Beie
ren gedaan. Zijn glorie is voorbij. De af
vallige heeft voor de laatste maal bisschop
pelijke functiëu in Beieren verricht. Daar
kunnen njjdige verklariugen vau de oud-
kathoiieke Synode niets aau verauderen.
De rol van e.ui katholieken Bisschop
heeft hij in Beieren tenminste uitgespeeld.
En dies zijn wij verblijd. Moge hij ook el
ders weldra een geljjk lot ondergaan.
Laatstleden Zondag zijn er in de Uiju-
proviucie eu Westfaleu weder vergaderin
gen gehouden, o. a. eene te Heerne, waarin
eeu duizeudta! mijnwerkers aanwezig waren
en de afwijzende antwoorden vau de direc-
tiën der mijnen Shamrock, Hibernia, Julia
en Von der [leidt op de eischen van het
werkpersoueel werden voorgelezen. In deze
vergadering werd besloten, de eischen te
vernieuwen, deu len Maart eene nieuwe
vergadering te houden, en wanneer de
eischen alsdan niet zijn ingewilligd, het
werk tegen deu 15en Maart op te zeggen.
De predikatie, welke Mgr. Paris,
Bisschop vau Verdun, voor de oprichting
van een standbeeld vau Jeanne d'Arc in
de Madeleine kerk heeft gehouden, heeft
een diepen indruk gemaakt.
Toen de Bisschop zoo schrijft Le Fi
garo van deu kansel kwam en in de kerk
eene collecte hield, zjju er baukbiljetten
van honderd, vijfhonderd, zelfs van duizend
franks in menigte in het zakje gevallen,
land waren het, dat kon men terstond aan hun
sterk sprekende type zien. Barend was even dik
en kleurig als zjju heer, hij had dezelfde korte
geelblonde haren, de goedige oogen maar onbe-
wegelijker, precies glazen of porseleinen knikkers,
waar 'l vernis af is.
Hij was een weinig breeder en langer dan zijn
waarde meester, en als naar diens patr on ge
knipt. Hij miste natuurlijk het gedistingeerde,
wat zijn heer onderscheidde, want hoe grof van
atal, Van Blijendaal had iets wat hem bizouder
kenmerkte. Wat de gelijkenis niet weinig verhoogde,
was het kostuum van degelijk Leidsehlaken.dat
hen beide waardig kleedde. In een woord, zóo
heer zóo knecht hetzelfde en toch hemels
breed verschillend. Ja, toch verschillend, want
de heer droeg een hoed en zijn dienende een
pet, welke bij, hetzij tussehen haakjes bem.rkte,
altijd op het hoofd hield De bedienden van het
hotel beweerden, dat hij er mede sliep.
Barend nam zijn heer van het hoofd tot de
voeten op en stellig bevin 'end, dat zijn onder
zoek bevredigend uitviel, wachtte hij zijns meesters
bevelen in de houding van een gedrild soldaat.
Bestel iets te eten maar gauw en goed.//
Een korte buiging was Barend» antwoord.
Weg was hg.
Rudolf's oog viel terstond in den hoek van
een kamer: daar stonden twee kooien met op zijn
minst een zestig kanaries in beiden.
„Er is een vogelaar bij je huis geweest,"
merkte Rudolf op.
eo bracht de Prelaat op deze wijza eene
som van vijftigduizend frauks bijeen.
Het voornaamste werk van het Eu-
gelsche Parlement gedurende deze zitting
zal zijn de behandeling van een wetsvoor
stel houdende eene regeling tot het gemak
kelijker maken van aankoop van land in
Ierland, tot het verbeteren van deu toe
stand iu de arme districten, tot het oprich
ten van een Land Departement en daar
mede samenhangende maatregelen.
Eiudeljjk is de uitspraak der Parnell-
Commissie verschenen. Parnell is rechterlijk
gerehabiliteerd en slechts tegen enkele zijner
partijgenooten worden bezwarende verden
kingen geuit. Hetgeen de Commissie met
betrekking tot die laden van de Iersche
partjj constateerde, is echter zoo vaag, dat
de Regeering er geen reden in vindt om
eene vervolging tegen hen in te stellen.
Zeer vee! genoegen beleeft dus de Regee-
ringspartjj niet van het optreden tegen
Parnell eu zijne medestanders. Da bom is
verkeerd gesprongen. Als er sprake is van
zedelijk gecompromitteerd zijn, dan kan dat
alleen van de Regeeriugs-riehting gelden.
De zaak der home-rule wordt door deze
Parnell-historie bepaald gebaat.
Vervolgingen, ingesteld zonder dat men
vooruit zeker is vau het bereiken van zjja
doel, werken veel meer kwaad dau goed
uit.
Gladstone wil de quaestie in het Lager
huis aan de orde brengen. Hjj staat daar
echter roor esne aaneeugeslotene meerder
heid, welke alles zal doen om hetParnelI-
ecbec, door de Regeeriug geleden, zooveel
mogelijk te verbloemen.
De oppositie zal zich dus moeten tevre
den stellen met eene zedeljjke overwinning.
Dat Gladstone werke'ijk triumfeert iu de
nederlaag der vijanden van de Ieren, be
hoeft geen betoog.
Kardinaal Mauning heeft zich in de
Deutsche Revue hoogst waardeerend uitge
laten over Keizer Wilhelm's optreden met
betrekking tot de arbeidersquaestie. Hjj
verklaart deze keizerlijke daad te beschou
wen als »<le wysste en waardigste, die in
ouze dagen van éenigeu souverein is uitge
gaan Op het huislijk leven van het volk
(zoo schrjjft hij) rust het geheele politieke
gebouw der tuenschelijke samenleving. In
dien nu echter die grondslag ondermijnd
wordt en uiteenvalt door het voortduren
vau onhoudbare levenstoestanden, wat moet
er dan worden van hetgeeu er op gebouwd
staat? Keizer Wilhelm heeft zich dus
eeu waarachtig eu vérziend staatsman ge
toonde
Indien de eisch van de mjjnwerkers
niet wordt ingewilligd door de kolenmiju-
eigenaren, zal men te doen krijgen met
„Neen//, antwoorddeVan Bljjendaid, „die vogels
zjjn van mjj en ik heb deze kamer bij de maand
gehuurd."
„Ik dacht., dat ge in Parjjs woondet.„
„Zeker, dat doe ik ook, maar ik ben bijna
even dikwijls bier.//
„Hebt ge ze uit Holland meegebrachtl// vroeg
Rudolf.
„Ja, natuurljjk!// riep Van Blijendaal „ik heb
er eenigen meegebracht, tliuia in Leiden heb ik
een groote verzameling."
R ui. If had schik, hij bewonderde hem; wie
zou zoo'n vogelliefhebber niet bewonderen?
In dien tussohentijd had Barend, geholpen
door een bediende van het hotel, de tafel ge
dekt.
Terwijl hij nog een en ander gereed zette, ging
Van Blijendaal een oogenblik uit zjjn
kamer.
„Ge schijnt een uitstekend meester te hebben,"
zeide Rudolf.
Na den tjjd genomen te hebben om de vraag
goed te verstaan, antwoordde hjj:
„Ach ja, mijnheer, mijn moeder heeft hem
gelijk met mjj opgevoed. Mijn meester is
xoo'n bes'e, brave man, en geleerd dat hij is;
hij is Doctor in de Letteren. Hij krjjgt van alle
kanten brieven en iedereen raadpleegt hem, er
is in Leiden geen Professor of hij groet hem,
als zjj hem tegen komen.
„O mjjuheer," voegde Barend er bjj op een
toon vol bewondering //'t i» zoo'n best», goede
de groolste werkstaking waarmede tot nu
toe gedreigd is. De veertig Afgevaardigdeu,
die Zaterdag te Westminster deu eisch
stelden va» tien percent loonsverhooging
voor alle oudargroudsehe werklieden, ver
tegenwoordigde» 350.000 mijnwerkers.
Graaf Andrassy, oud-Minister van Bui
ten landsche Zaken, iu Oostenrijkss overleden.
In Spanje maakt men zich ongerust
over de operatie»» van Engeland om en
bij Gibraltar en iu den omtrek der Canari-
sche eilanden.
Sagasta verklaarde in de Cortes, dat hij
een oog iu 't zeil houdt. Uitstekend. Zal
bjj echter Engeland kunnen bewegen na
te laten wat hij in zijn belang meent te
moeten doen? Het mag worden betwijfeld.
Engeland treedt altjjd krachtig op tegen
kleine Stalen.
Spanje en Portugal ervaren thans de
zegeningen van de internationale politiek
van Groot-Brittaunië, welke op da ver
drukking van de zwakken is gericht. En
Groot-Europa ziet toe eu zwijgt stil.
Die verslapping van het rechtsgevoel in
ons werelddeel is eeu bedenkelijk teeken
des tijds.
De Spaansche consul te Gibraltar
telegrapbeert, dat de werken, door de En
gelsehen te Gibraltar ondernomen, zullen
worden vorricht zonder dat men daarmede
op Spaansch grondgebied komt.
De Portugeesche Regeering is ein
delijk met eeuige kracht opgetreden tegen
de manifesteereude Republikeinen.
't Spreekt van zelf, dat de ontstemde
tegenstanders der Monarchie over die hou
ding der Regeering wraak zullen nemen
bij de stembus.
De belangstelling neemt dus nog uiet
weinig toe in deu uitslag der aanstaande
volksstemming. Het lot van de Monarchie
zal dan minstens voor geruimen tjjd wor
den beslist.
Als de Minister-President maar met
energie de banier vaa het Koningschap
hoog geheven houdt, bestaat er alle kans
dat hij overwint.
Moed is kracht en geeft kracht. De
overtuiging, te strijden voor het beginsel,
met welks toepassing Portugal staat of
valt, beziele Pimentel tot het verrichten van
kloeke daden!
De Zwitsersche Bondsregeering heeft
het scbeidsrechterschap aanvaard in het
geschil tussehen België eu den Cougostaat
over de grenzen iu Afrika.
Alle pogingen, te Constantinopel
beproefd, om het proces tegen den wreed-
aardigen Moussa-bey, den grooten Chris
tenvervolger uit Armenië, weder te doen
heropenen, scbjjneu mislukt, althans wat
de zwaarste beschuldigingen betreft. Hjj
brave man, en best voor zijn evenmensch
IX.
VAN BLIJENDAALS LIJFBEKER.
Van Bljjendaal kwam weer binnen. Hjj zette
zich onmiddelljjk aan tafel en stak zjjn servet
heel handig tussehen zjjn hemdsboord van »tijf
blank linnen. De door en door gezonde man
scheen met. goede plannen bezield.
Rudolf wierp zijn overjas uit, trok zijn man
chetien op, streek met de hand door zjjn weel
derig haar, krulde zijn knevels op, en ging zitten.
Van Blijendaal, die zijn gast had opgeschept,
bediende zich nog eens van een portie soep.
Rudolf haastte zich om niet te veel achteraan
te komen.
Niettegenstaande hij honger had als een wolf,
kon hjj toch niet nalaten van tjjd tot tjjd de
gezonde vermalingsrermogens van zjjn makker
te bewonderen. Waar hjj „het liet," was een
raad'el.
Van Blijendaal liet zjjn vork niet met rust,
dan om zjjn grooten, zwaren zilveren ljjfbeker
waarin zijn familiewapen was gegraveerd, te vul
len en zonder blikkeu of blozen te ledigen.
Hij schonk herhanldeljjk in.
Toen kreeg Rudolf een aardig idee, ofschoon
hjj zijn stoutheid bjj de proef weldra moest
boeten: hij besloot eens te zien, hoe het gezicht
van een dronken Hollander er uit zag. Hjj zou
het bezurenl