N I E w E
No. 1511.
Woensdag 5 Maart 1$90.
!5Éa Jaugug.
Een economisch vraagstuk.
It I! I I K V I. A t
Per 3 maanden voor Haarlem t 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het Buitenland 1,80
Afzonderlyke Nummers0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en Z ATERDAG.
BOEEAÏÏ: St. Janstraat Haarlem.
Van I6 regels 30 Gents.
Slke regei meer 5
Groote ïettars worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advarteritiën worden uiterlyk Maandag-, Woensdag-
en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevsr*: KüPPERS 1. AU REI.
(Slot volgt,
Van Bljjendaal sprak geen woord. Opnieuw
V Op de twee eerste iusch ijviugslij-
steu voor het. oprichten van een nationaal
verdedigingsfoods in Portugal is voor eene
som vau bijna een millioen gulden ge-
teekend.
IA1KLIISCII
ABOjSEiMMiEWTSFBIJB
AGIÏ3Ü MA NON AGITATB
3?HXJ» DSB ADVBBTBETIBB
Ingezonden
Het wetsvoorstel-Bahlmann, betreffende
de beschermende rechten op den invoer
van granen, heeft den ouden kampstrijd
tusscheu protectiouisten eu vrijhandelaars
opnieuw verlevendigd. Over deze zaakrijke
quaestie zijn reeds boekdeelen volgeschreven,
en, ware het zelfs onze bedoeling, zou het
ons onmogeljjk zijn haar, iu eene zóo be
perkte plaatsruimte als die waarover wij
mogen beschikken, bier omstandig te be
spreken. Begeven wij ons nu voor een
oogenblik op economisch gebied, dau i3
het slechts om in hoofdzaak eenige regelen
to wijden aan de door den Heer Windom,
Minister van financiën der V. S. van
Noord-Amerika, beraamde financiëele maat
regelen die zich aan het dubbel stelsel
van vrijhandel en protectie aansluiten, en
tot de school behooren van een buitan-
landsch Staathuishoudkundige, dien wij
onlangs in de gelegenheid zijn geweest
over dergelijke vraagstukken te raad
plegen.
Daar er bij ons aanzienlijke kapitalen
in N.-Amerikaausche staatsfondsen steken,
en de houders ervan natuurlijk belang
stellen in alles wat met hunne soliditeit
in nauw verband staat, zullen de navol
gende regelen zelfs iu een uitsluitend
financieel blad niet misplaatst zijn.
Wij zullen in de eerste plaats het advies
van deze vreemden economist hier verkort
teruggeven, omdat het ten «enenmale met
de algemeene zienswijze van deu Heer
Windom overeenstemt, eu duidelijkheids
halve hem sprekend invoeren.
De dubbele leus van protectionist en
»vry handelaar,voegde hij mij toe, zijn
eigenlijk gezegd twee wanklanken, zonder
de minste practische waarde, want meu kan
te gelijk een en auder, maar niet uit
sluitend een van beiden zijn; ik zeif beu
in sommige gevallen een verstokt protec
tionist, iu andere weder een onbeperkt
vrijhandelaar. Het is met die twee geheel
tegenstrijdige leerbegrippen gesteld als met
zoovele anderen; twee partyen, waarvan
elk een eenzijdig standpunt heeft inge
nomen, staan tegenover elkaar opgeschaard,
maar de eene wil aan de audere niets
toegeven; men is zoodoende in het wan
begrip vervallen dat zoowel het eene stelsel
als het andere eene algemeene beteekeuis
heeft, gevolgelijk dat het, zoowel ia den
een als in den anderen zin onbepaald
moet worden veroordeeld, of onbeperkt
kan worden toegepast. Daar nu in beide
gevallen het volkswelzijn steeds op den
voorgrond staat, moet elke natie voor zich
zelve die maatregelen weten te beramen
welke haar eigen welvaart zullen bevor
deren en ontwikkelen; protectionisme en
vrjjhandel, in welken zin ook men eau dier
twee beginselen toepast, staan dus in de
FE V ILL JE T O ~N.
Het blauw katoenen stofje.
Humoreske door N. Bernard Roozen.
11. Vervolg
vGe zjjt een echte Machiavellist. Overigens ge
kunt hier in 't land nog twintig maal eer en
beter trouwen dan in je eigen land.
//Ach, loop heen", riep Van Bljjendaal.
«Zonder twijfel!//
//Ge maakt er een grapje van!"
//Ik spreek in allen ernst.//
//Maar, waarom dan?"
//Omdat ge vreemdeling zijt."
Van Blijendaal begon luidkeels te laehen.
«/Ik spreek zeer seri us," zeide Rudolf. En
de visitekaartjes dan en het naamcijfer!
Ach, mijn waarde, ge kent de onbeschrijfelijke
indruk niet van een vreemden oud~adelijken
naam op het luchiige hoofdje eener vrouw, als
het op een huwelijk aankomt. Men moet masr
•en adeljjken naam dragen in Frankrijk!... maar
alle vrouwen kunnen zich in Frankrijk burg-
gravinne of baronesse de BriasQou noemen
Hier achtte de overblufte, de gemoedelijke Hol-
eerste plaats, in onmiddellijke verkonding
tot eigen productie en cousumtie, eu daar
de eischen en da krachten der verschil
lende Staten in hunne onderlinge verhouding,
verschillend zij a, is het reeds eene onge
rijmdheid, óf het protectionisme, of den vrij
handel, als een uitsluitend beginsel te
willen opwerpen, daartoe het een of auder
land als voorbeeld aan te halen, en het
onvoorwaardelijk op hetzelfde voetspoor te
willen volgen. Ook da Heer Windom
schijnt dit te hebben ingezien, zoodat in
het door hem aau het Congres voorgelegd
douanen3telsel te gelijk én de protectionist
én de vrijhandelaar doorstraalt. Daaraan
is het misschien toe te schrijven, dat men
zich in de beide kampen den zegepraal
toekent, waut ter eere van zijne eigene leer
begrippen, neemt ieder protectionist of ieder
vrjjhaudelaar in zijne uiilegging ervan
□it over of laat er van ter zijie hetgeen in
zjjn eigen kraam al of niet te pas komt.
Na den vreeselijken burgerkrijg, die
stroomen bloeds gekost en ontelbare schat
ten verdelrrd bad, was da financiëele toe
stand der N. Amerikaansche Staten zorg
wekkend, Zij hadden om zich daaruit te
redden de toevlucht genomen tot een
douanen-tarief, zóo bescnermend, dat we
het bijna als prohibitief kau beschouwen.
De vrijhaudelaars deden dau ook hunne
alarmkreten hooren en voorspelden den
onmiddellijken oudergang van eeu land, dat
in zulke waanzinnige middelen zijn laatste
heil zocht. Met al huuoe klaagliederen was
het gesteld ais met het noodelooze geklep
per der ganzen van het kapitool. Wie
inderdaad herinnert zich deu koers uiet
van 36pct der toemalige 6pct consols, die
later geconverteerd in 4pct en 41/3pct,
thaus omstreeks 103 en 125pct geldan. De
uitlegging voor zoo ongehoorde rijzing
vinden wij iu het jongste rapport van
den Heer Windom. Tegelijk met eene on
afgebroken schulddelging, heeft de natio
nale voorspoed, iu het laatste tijdperk van
twintig jaren, zich in dio mate ontwik
keld, dat de N.-Amerikanet>, zoowel op
landbouw- als op nijverheidsgebied, niet
aileen het rijkste volk zjju geworden der
wereld, maar dat het batig saldo der schat
kist thaus gemiddeld elk jaar 44 millioeu
dollar, of ongeveer 110 millioen gulden
bedraagt. Om geeue schatten noodeloos op
een te stapelen, maar integendeel tot ver
dere ontwikkeling van het inwendig volks
bestaan dienstbaar te maken, stelt de Heer
de Windom voor de rechten af te schaffen op
tabak eu op de voor kunst eu ambachtvakkeu
bestemde alcohols en de douanen-tarieven
te verminderen op de voor de nationale indus
trie benoodigde artikelen,wel te verstaan die,
welke dienstbaar zijn geweest tot bereiking
van het thans door haar veroverd stand
punt. Hier dus gaat het vrij handelaars-
stelsel, dat wil zeggen af*ch..ffmg van
invoerrechten, met het beginsel van eigeu
Jander het gunstige oogenblik gekomen, om zijn
vriend een compliment te maken, maar met al
zijn goeden wil kon hij er slechts zijn gewone
uitroep,zijn langgerekt „ach!// tusschen krijgen.//Ja
mijn vriend, vervolgde Rudolf met vuur, „het kost
niet de minste moeite, om zich barones de Brias-
Qon, gravin de Marseuilles, of markiezin de
Rastignac te laten noemen maar kijk om
Mevrouw de Baronesse Van Blijen aal te heeten,
en zjjn naam te zien opgeteekend in het gouden
stamboek van den Hollandschen adel, dat is heel
iets anders!//
XII.
VOORSTELLEN.
„Wilt ge een voorstel van me aannemen?// ver
volgde Rudolf. Onze kennismaking is inder
daad nog van te korten duur, dat het plan dat
ik heb geheel aannemelijk zij vau dit oogenblik
af aan; maar als onze kennismaking voortduurt
wat ik stellig hoop, tot den volgenden winter,
dan stel ik u voor in de groote wereld te Parijs^
dat ge ten onrechte nog niet genoeg kent; ge
moet me maar volmacht geven."
„Neen, zeide Van Bljjendaal, ik vertrek bin
nen een paar maanden.n
//Waarom juist binnen twee maanden?"
protectie gepaard. Omgekeerd geldt het
te gelijker tijd eene verhoogiug van rechten
op de artikelen, die de V. Staten zelf niet
of slechts ia geringe mate voortbrengen,
ora reden, zegt het rapport, dat zjj niet
genoeg bevoorrecht zijn, eene uitdrulskiug
waarbjj klaarblijkelijk op eigen industrie
wordt gezinspeeld, een middel tevens, om
deze laatste tot eigeu voortbrenging aau
te sporen, en met minder invoer, die daar
van het onvermijdelijk gevolg zal zijn,
minder inkomsten iu de overladen schat
kist te doen stroomen.
Ten einde alleen verderen twijfel weg te
nemen, voegt de Heer Wiudorn aau zyu
rapport nog het navolgende toe: Hoogst
zeideu leidt eene tariefsverruinderiug tot.
mindere ontvangsten; integendeel, verlaagt
men het met 10 a 20pct, zal de invoer
20 a 50 pet. stijgen; zmks mag misschien
aan de Staatskas tan beste komeumaar
men doet den nationalen arbeid te kort,
want met meerder invoer gaat er eeue
grootere hoeveelheid geld naar buiten ten
voordeele van den vreemden werkman.
Uit dat stelsel, hetwelk, zooals wjj reeds
hebben doen opmerken, een vermengsel is
van vrijhandel en protectionisme, ziet men
dat het eerste zonder gevaar kan worden
toegepast mits het land genoegzaam voor
zich zelf voortbrengt om geen behoefte te
gevoelen aan vreemde produkten, en om
gekeerd, dat zelfs overdreven protectie,
wij bedoelen heffi g van zulke hooge in
voerrechten, dat zij bjjua prohibitief worden,
een middel zal zijn om de iulaudsche
nijverheid, haar door hooge prijzen van de
vreemde produkten beroovende tot eigen
voortbrenging aan te zetten.
Iu vele opzichten verkeeren de graoeD
misschien in hetzelfde geval. Vrijdom
van rechten zal geen gevaar zijn zoodra
het land voor eigen gebruik zelf genoeg
voortbrengt, want het zal dan aau vreemde
producten -'een behoefte gevoelen. Brengt
bet eigen land daareutegeu ongenoegzaam
voort voor zich zelf, dau zal invoerrecht
zijn gerechtvaardigd, mits het dan hooger
worde gesteld dan de prijsverhouding tegen
over het te kort, omdat het hooge invoer
recht voor den inlander een spoorslag zijn
zal tot ontwikkeling van eigeu krachten
eu in vele gevallen tot het ondernemen
en beoefenen van uieuwe takken van land
bouw en nijverheid.
Naar hetgeen nader wordt gemeld, is
behalve nan de bekende buitenlandsche
Staten, ook aan de Duitsche Bondsstaten
eene uitnoodigiog gezonden ter deelneming
aan de conferentie te Berlijn over wetten
op den arbeid.
In den Rcichsanzeiger is opgenomen
de overeenkomst tusscheu Duitscliland en
„Ik weet het niet, maar ik vertrek binnen
twee maanden.v
//We zullen over deze zaak nog wel eens
9preken, maar laat mjj nu u tspreken. Ga
zult me op de hoogte stellen van alles wat u
betreft, fortuin, uw familie, uw kennissen; en
binnen een maand huw ik u uit.
„Maar, mijn waarde, dat ia glad onmogelijk//
//En dar, kunnen jongelui zooals wjj, niet
trouwen, wanneer zjj willen."
„Ach!..."
Hier begon Van Blijendaal, min of meer ver
strooid en machinaal zjju pjjp te stoppen.
//Wacht, ik zal u vuur geven,// zeide Rudolf,
tot aan het kasteel nsoogt ge rooken.
//Neen, autwoordde Van Blijeudaal, ik deed
het in gedachte."
En bij borg zjjn meerschuimen pijp weer in
zjjn binnenzak.
//Kom, hernatn Rudolf, neem mjjn voorstel
maar aan. Ik ben toch je vriend, want ik mag
je zeer gaarue." Hier begon de jonge Fransch-
man het plechtige gij en u dat een Franschman
niet spoedig laat varen geheel op te ge en.
„En dan mijn moeder zal ons helpen.
Hoeveel ge d moei je vrouwtje wel meebrengen//?
Frankrijk, betreffende de invoering van
bet tariefstelsel voor elks gebied aan de
Slavenkust. De zaak is iu dier voege ge
regeld, dat beiden eeD eu hetzelfde recht
zullen beffen en dat goederen, waarop dat
recht is betaald, vrij van rechten uit het
eeue in het audere gebied kunnen inge
voerd worden.
De Kölnitche Zeitung meldt, dat by
de fiscale mijnwerken enuer Saarbrücken
werklieden-comités zijn ingesteld.
Heftige tooueeleu ziju Vrijdag-avond
iu het Lagerhuis voorgevallen. Labouchere
vestigde de aaudaebt op zekere schandalen
in Clevelaud-straat voorgevallen, en her
baalde de beschuldiging dat de RegoeriDg
wel laaggeplaatste personen vervolgen en
straffen laat, maar die hooger op de maat
schappelijke ladder staan, met name Lord
Somerset, ontsnappen liet. Hij noemde
daarom Lord Salisbury, den Minister van
Bi uuenlandsche Za.eu en don Advocaat-
Ge.ieraal schuldig aan rechtsverkrachting.
Spreker zeide verder dat Sir Dightou
Probyn namens deu Prins van Wales den
achttienden October jl. Lord Salisbury is
gaan spreken over die schandalen, waarop
Lord Salisbury beloofd haf het hevel om
Lord Somerset aan te houden te zullen
uitstellen. Iu stede daarvan zoude Lord
Salisbury de familie Somerset gewaarschuwd,
en daardoor Lord Arthur's vlucht mogeljjk
gemaakt hebben.
Namens Lord Salisbury sprak de Advo-
caat-Gei.eraal Labouchere's voorstelling
omtrent het gesprek op 18 October tegen.
Hfl eischte dat Labouchere zjjn zegsman
zoude noemen. Laatstgenoemde bood toen
aan zijn zegsman in privé te noemen,
hetgeen de Advocaat-Generaal weigerde.
Daarop verklaarde Labouchere Lord
Salisbury niet te gelooven. Hij werd door
deu voorzitter herhaaldelijk uitgeuoodigd
deze woorden in te trekken, maar weigerde
dit hardnekkiglijk, eindelijk werd hij voor
zeven dagen als Afgevaardigde geschorst.
Honderd leden stemden hier tegen.
Het Hoogerhuis beeft eene wet aan -
geuorneu tot bescherming vau de hazen,
die op geeuerlei wijze vervolgd sullen mo
gen worden gedurende den tijd tusscheu
15 Maart eu 1 Juli van elk jaar, op
straffe vau eeue boete van ten hoogste éen
pond steiliig.
De Fransche Minister Constans
heeft zjju ontslag aangevraagd, ten gevolge
van persoonlijk geschil met deu Heer Tirard
in den jl. Zaterdag gehouden ministerraad.
De Regeering heeft de door eenige
comités voorgenomen manifestatie voor de
standbeelden van Cainuëns en Yasco de
Gama verboden.
haalde hij zijn pijp en regie-wa lucifers uit xjjn
zak. Wat hem hinderde, was dat bjj de zaak niet
luchtig wilde behaodelen, hij wilde vooral zjjn
vriend overtuigen van zijn ernst. De lichtzinnige
wjjze waarop Rudolf speelde met blazoenen en
millioenen, uitzet en gelit beviel hem minder.
Na eenig nadenken terwijl hjj langzaam en
met veel gewicht zijn pijp had aangestoken,
zeide hij:
vDat is het niet. Ik denk er niet aan om
een vrouw met geld te trouwen, noch eene van
adel."
„Wat!" riep Rudolf niet weinig verrast, //hoe
heb ik het nu met je, mijn vrimd, moet men
niet trouwen in zjjn stand, met een vrouw van
geljjke familie en hetzelfde vermogen?"
//Neen, mjjnheer, ik heb er over nagedacht;
ik ben niet zooal» gij," vervolgde de Hol
lander met geroerde stem, neen, spreek me
daar niet van, ik heb er over nagedacht.
Ik trouw niet om me te verrijken, want ik kan
toch wanneer ik eenmaal getrouwd ben, al mjjn
inkomsten niet verteren, wat adel betreft,
daar beu ik nog veel onverschilliger voor."
Wordt vervolgd.)