NIEUWE No. 1537. Vrijdag 9 Mel 1890 15de Jaargang. Het christelijke familieleven BUITENLAND. Geboet. H1A RLEnSCH(01 BUT. ABONNBMBNTSFBIJB Per 3 maanden roor Haarlem0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het Buitenland 1,80 Afzsnderlgke Nummer»0,08 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. B U H B A XJ: St. Janstraat Haarlem. AGITB MA NON AGITATB PBIJB OSB ADVBBTSINTIÉN 7an 16 regel»30 Cents. Blke regel meer 5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant. Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrjjdag-avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers KüPPERS LAUEEY. De groote beteekenis der waarljjk chris telijke familie wordt in onze dagen, helaas! maar al te weiuig gewaardeerd. En toch bestaat er in dezen tgd nauwelijks iets anders, dat meer onze aandacht verdient dan de instandhouding van het christelijke huisgezin, want het is in dezelfde mate een brou van zegen en van welvaart voor eene gansche natie, als een onchristelijk huisgezin de oorzaak is van ontzettend be derf. Adolt Kolping, do beroemde stichter van de katholieke arbeidersvereniging in het naburige Duitschland, zegt omtrent de waarde en de belangrijkheid van het fa milieleven de volgende zeer behartigenswaar dige woorden: »Het familieleven en zijne welvaart is belangrijker dan alle wetenschap der ge leerden, dan alle kuDst van groote geesten, dan alle macht der machtigen, dan alle politiek der staatkundigen. Predikt voor het individu zoo veel gij wilt, wanneer het fa milieleven het goede gezaaide niet in be scherming neemt en het niet verzorgt, dan zullen uwe moeite en zorgen als water in het zand verdwijnen. Bedenkt de beste staatsmachine, maakt de beste wetten, die in hare juistheid de gansche oudheid be schamen, zoolang niet een degeljjk fami lieleven deugden aankweekt, den geest ver wekt, waardoor uwe wetten eerst leven ontvaugeD, zult ge water in eene zeef dra gen. Ja, ik weet niet of er voor het ge dijen van den godsdienst nog hoop is, waa neer deze kostbare gave Gods niet in den kuischen schoot van christelijke familiëu wordt bewaard.* Ia eene christelijke familie moet aller eerst en voor alles een ware, ongehuichelde godsdienst heerschen. Godsdienst moet de man bezitten, als het hoofd van het huis gezin; van godsdienst moet de vrouw, als het hart der familie, doordrongen zjjn; de godsdienst moet door vader en moeder der kindereu ingeprent, moet van alle huisge- nooten geëischt worden. In de eerste plaats moet godsdienstige gezindheid den man bezielen. Er zjjn vele mannen, die de vroomheid der vrouwen en kinderen eischen en hoog waardeereD, doch zichzelf in dit opzicht geene verplichtingen opleggen. Dat is eene vreeseljjke, eene ont zettende dwaling. Juist de man heeft de kracht van den godsdienst het meest noo- dig. Vermits het de plicht van den man is, hoofdzakelijk den strjjd 70or het bestaan te voeren om zich zelf en zjjne familie be- hoorljjk te kunnen oudeihouden,moet ook hg geene gelegenheid laten voorbygaau om aan FEUILLETON. 12. Vervolg „Mijn jonge vriend," antwoordde de aan gesprokene, //ontvaBg daarvoor mijn diep gevoel den dank. Gij hebt u niet bedrogen; zeker ik ben ongelukkig. Och, ware ik toch op het slagveld ge bleven! Dan h*d ik toch eindelijk de lang ge- wenschte rust gevonden en alles was voorbij!" Bij deze woorden stroomden de tranen langs zijn grjjzen baard. Zwijgend stapte beiden naar de zie- kentent, alwaar hunne wonden verbonden werden en sij een onderkomen verkregen. Het duurde niet lang of beiden waren onafscheidelijke vrienden geworden. „Mijn jonge vriend," sprak de grijsaard op zeke ren dag, //gij hebt het juist bemerkt, dat gij in mjjn persoon een ongelukkig mensch zaagt; ook weet ik, dat het eeregevoel u terughoudt naar de oorzaken van myn verdriet te vragen. Sedert jaren droeg ik dit leed. in 't geheim; doch uw medelijden boezemt mjj alle vertrouwen voor uw persoon in. Daarom luister naar de geschiedenis van een man, die sedert lange jaren alle hoop heeft opgegeven." Met steeds stijgende verbazing had Floris hem aangehoord. Eene aangename ontroering maakte zich van hem meester. Met hevig kloppend harte luisterde bij naar de woorden van den verluier. Deze begon: //Mijne geboorteplaats is Silezië, dicht aan het strand der statige Elbe. Ik was het eenige kind zjjn godsdienstig leven uitdrukking te geven. Hg verrichte zgn werk ter eere Gods, door zjjn arbeid aan den Almachtige op te dra gen en volbrenge m6t de uiterste stiptheid de plichten, welke hem door de geboden Gods en die der H. Kerk zijn voorgeschre ven. In alles moet hjj een voorbeeld zjju voor het gausche huisgezin. De godsdienst van den man moet zich openbaren door beslistheid, vastheid en kracht iu alle om standigheden des levens, ook wanneer er spra ke is van zgn godsdienstig standpunt. Iu dit opzicht was eenmaal de ouder de regeeriug van Koning Hendrik VIII levende Thomas Moore een hartverheffend voorbeeld. Deze Staatsman was na den Koning de meest vereerde man in gansch Engeland; hg bezat de beste eigenschappen des geeste» en des harten en bekleedde op voortreffelijke wjjze de hooge waardigheid van een Rijkskanse lier. Doch nog verhevener wa» hjj door zjjne vroomheid, door zijne onbuigzame standvastigheid iu het katholieke geloof en in zjjne trouw aan God en Zjjne Heilige Kerk. Niets kou hem doen wankelen in deze getrouwheid, noch de toorn, noch de be dreigingen van zijn Koning, noch de smee- kiugen van zjjne naaste bloedverwanten, noch eene lange, strenge gevangenis, noch een wreede en gruwzame dood. Met het kruisbeeld in de hand beklom hjj moedig het schavot, zag kalm en rustig op de tal- rjjke volksmenigte neer tot welke hij met vaste stem de woorden sprak: Ik sterf als een trouw onderdaan van den Koning in het katholiek geloof.« Voorwaar deze man bezat waren godsdienst, want slechts deze verleent den mensch die vrijmoedigheid en vastberadenheid, welke zich door niets laat schokken of ontzetten. De godsdienst geeft aan het leven van den mensch in 't algemeen, in 't bizonder aan den man zjjne eigenljjke waarde. Zulks heeft o. a. de groote Caroll van Carollton eenmaal bewezen. Deze edele man, die iu Amerika alle openbare eereposten had bekleed, was een jjverig en pract'.sch Ka tholiek. Toen hg den dood nabjj was en zjjne kinderen en kleinkinderen aan zjjn sterfbed stonden, sprak hg tot hen: »Ik heb 96 jaar geleefd; ik was steeds gezond, ik werd gezegend met rijkdom, geluk, aanzien, sympathie van de zjjde des volks en met alles wat de wereld maar geven kan, maar wat mjj thans het meeste troost, is het bewustzijn, dat ik steeds mijne gods dienst-plichten heb waargenomen, dat ik mg steeds bevlijtigd heb, mjjn God trouw en jjverig te dienen. Mochten alle mannen aan heteindevan hun le vens weg zulk eene getuigenis kunnen afleggen! eener oude, rijke, adellijke familie, doch had het ongeluk mjjne ouders vroegtjjdig door den dood te verliezen. Mijne moeder lieb ik in 't geheel niet gekend; zij stierf toen ik twee jaren oud was en mijn vader verloor ik, toen ik mijne eerste studie jaren had voleind. Dus stond ik alleen op de we reld; slechts een oude oom, de broeder mijner moe der, nam het beheer over mjjne rechtmatige goede ren over. Destijds was ik een vriend van reizen, temeer omdat ik mij met jjver en kunstvaardigheid op de schilderkunst had toegelegd. Ik doorreisde Frankrjjk, trok over de Pyreneën tot Andaluzië, waar de hemel zoo blauw is en het hart van een jeugdigen Kunstenaar zoo diep wordt geroerd. Hier vertoefde ik langen tijd. Daarop begaf ik mij naar de bekoorlijke Rijnstreken, alwaar ik een Duitsch edelman, met name de Markies Von Fried- burg leerde kennen en die ook een groot liefhebber der schoone kansten was.Hij noodigde mij te gast. Dagen en weken verliepen. Aan mijn bezoek op het bekoorljjk slot scheen geen einde te komen, temeer, omdat Antonia, de dochter des huizes, mij zeer be viel. Zij ook scheen mjj te beminnen en daarom verzocht ik den vader om hare hand, die hij mij met genoegen afstond. Doch onder deze voorwaarde: ik zou eerst mijne goederen verkoopen en dan mijne bljjvende woonplaats aan den Rijn vestigen, waarin ik na lang tegenstreven toestemde.Ikving de reis aan doch wegeD* de heerschende onlusten kon ik niets uitvoeren. Mjjn oom bestierde daarenboven de goe deren zeer wel.Ik keerde daarom ook naar den Rijn terug. Nu leerde ik Juliana, de zuster mijner ver loofde kennen, die inmiddels van hare verre bloed verwanten was teruggekeerd. Haar open gelaat en In de troonrede, waarmede de zitting van den Rijksdag is geopend, is met de meeste zorgvuldigheid alles vermeden wat maar eenigszins zou kunnen worden uit gelegd als eene zinspeling op het ontslag van Von Bismarck. Vau deze diep ingrij pende gebeurtenis wordt zelfs niet gerept. Daarentegen bestaat 2/3 gedeelte van de geheel# troonrede uit redeneering over de noodzakelijkheid eeuer verdere ontwikke ling in de wetgeving ten opzichte der be langen van de arbeidende klasseu. Daar omtrent worden voorstellen aangekondigd. Met betrekking tot de buitenlaudsche po litiek wordt niets werkeljjk nieuws gezegd. Opmerking verdient alleen de verklaring, dat de Keizer zich overtuigd houdt, bjj alle buitenlaudsche Regeeriugeu het vertrouwen op zjjue vredelievende politiek te hebben bevestigd. Da geheele rede bevat niets van verrasseuden aard en werd het meest toe gejuicht bjj de zinsnede, waarin de hoop wordt te kenneu gogeveu dat de onlangs te Berlijn gehouden conferentie over het ar beidsvraagstuk moge bjjdragen tot onder linge eensgezindheid der volken. De rede mag als een vredewoord worden geschat. Oppervlakkig stemt die vredelie vende hoofdgedachte niet overeen met de nieuwe credietaauvrage voor het leger, doch sterke legers worden in ouze dagen van verwarring, op schier elk gebied, sterke waarborgen des vredes gerekeud. Mea moet het maar weten! In het ontwerp betreffende de leger- sterkte op voet van vrede zjju in het cijfer 486,983 man de eenjarige vrjjwilligers niet begrepen. De formatie wordt 538 bataljons infanterie, 465 esca Irons cavalerie, 434 batterijen veldartillerie (hetwelk altoos nog 46 batterijen en 775 bespanningen minder is dan bij de Franeche veldartillerie), 31 batterijen artillerie te voet, 20 bataljons genie, 21 treinbataljons. Het üieuwe wetsontwerp betreffende de lagere school, ingediend bij het Prui sische Huis van Afgevaardigden, bepaalt dat ieder kind verplicht is ter school te gaau van het voltooide zesde tot het vol tooide 14e jaar. Het dreigt met straffen tot 14 dagen hechtenis tegen werkgevers die schoolplichtige kinderen gedurende de voor het onderwijs bestemde uren aan bet werk houden. Tot de voornaamste bepa lingen behoort, dat voortaan kinderen van een ander godsdienstig geloof dan dat waarin iu de school onderwijs gegeven wordt, niet meer gedwongen mogen wor- hare ed.-le houding staken veel af bij die van An tonia en daarom gevoelde ik mij met eiken dag meer tot haar aangetrokken. Ik had in mijn bin nenste een vreeseljjken strjjd te kampen. Doch de liefde overwon en ik bood Juliana hart en hand. Hoewel zjj mjj beminde, durfde zjj echter mjjne liefde niet beantwoorden, ter wille barer zuster, met wie ik verloofd was. Maar denielfden dag ont ving ik een brief van Antonia, waarin zjj mjj het eerewoord teruggaf en van het voorgenomeu huwelijk afzag. Haar vader scheen er geen wrevel o>er te koesteren en kort daarna waren Juliana en ik een paar. Dit was, wel is waar, de schoonste lente dag uit mijn geheel leven.# De verhaler zweeg eene poos en Floris moest zich zoo sterk mogeljjk houden. Daarna begon hjj op nieuw: //Als het gerechtigd is te zeggen, dat God iederen measch in den lijdenskelk eenige balsem-druppe len giet, dan vermeen ik, dat mij deze destijds op eenmaal zijn geschonken. Maar slechts korten tijd zou het mij vergund zijn aan de zijde mijner trouwe Juliana te wandelen. Na een jaar schonk zjj het leven aan een frisschen knaap, die geheel haar evenbeeld was, doch ten koste van haar eigen leven. Gjj begrjjpt mijn verdriet, en kunt d nken, hoe ik leed. Ik wenschte het land te verlaten, dat mjj nu in plaats van een paradijs eene wildernis toe scheen Gaarne had ik mijn zoontje medegenomen, doch dit ging niet en ik stelde het onder de be scherming van mijne schoonzuster Antonia. Zij be loofde mij het kind als haar oogappel te bewaren. Mijne reis was uiterst gevaarlijk, vooral om de vele woelingen en gisting, die overal heerschten den het godsdienstonderwijs in de school bjj te wonen. De vrijzinnige partjj heeft bij den Rijksdag een voorstel ingediend waarbjj de Rijkskanselier verzocht wordt een wetsont werp voor te stellen tot vermindering van de rechten op granen met 3 mark per Doppelzentneren tot verlaging vau het recht op beetwortelsuiker, waardoor de suiker-exportpremiën en de begunstiging der groote brandergen bg den aanslag van brandewjju zullen ophouden en eindelgk om eene algemeene herziening van het tarief voor te bereiden, tengevolge waar van de rechten op granen, hout en vee afgeschaft en die op de belangrjjkste ar tikelen van verbruik iu den landbouw zul len verlaagd worden. De sociaal-democraten dienen een voor stel in tot dadelijke afschaffing aller rechten op granen. De partijen iu den Rjjksdag zgn over eengekomen voor bet presidium voor te stellen: Von Levetzow vanwege de conser vatieven, Graaf Ballestrem vauwege het Gentrum, eu Baumbach vanwege de vrij zinnigen. Te Breslau hebben al de chirurgi sche studenten zich aan de colleges ont trokken, omdat een hunner zich door den beroemden chirurg Fischer beleedigd acht. Professor Fischer heeft hierop zijne waar digheid als Deken nedergelegd en zgn pensioen aangevraagd. In een zeer talrijke vergadering van mijnwerkers is te Bochutn de nieuwe ver- eeuiging voor het geheele mgndistrict Dortmund geconstitueerd. Zjj bestaat uit mijnwerkers, die niets te doen willen heb ben met den socialistischgezinden mjjuwer- kersboud. Reeds een groot aantal leden van dieu bond, ontevreden over de socia listische richting, welke de aanvoerders er aan hebben weten te geven, zgn tot de nieuwe vereeniging toegetreden. Dp dit oogeublik is het Boulangisme in Frankrjjk dood en bestaat er geen boulangi9tische partjj meer. Het gevolg der bijeenkomst te Jersey is dat al de oude vrienden, ontmoedigd door de houding van den Generaal, dezen voor goed den rug hebben gekeerd euhetisLa- guerre, die er het voorbeeld toe gegeven heeft. In de Presse bekent Naquet dat de Bou- langisteu plat geslagen zgn en zij het hoofd in den schoot moeten leggen, dat is te zeggen: het parlementarisme erkennen. Volgens de Gaulois zal Laguerre zgn ont slag nemen, daar al de Boulangisten in zgn arrondissement werden verslagen. Zoodra ik het doel mijner reis bereikt had, schreef ik aanstonds aan mjjne bloedverwanten om naar het kind te vernemen. Ik zond brief op brief, doch geen antwoord. Nu kon ik het niet langer meer uithouden. Ik reisde naar Duitschland terug om het kind te halen; doch wat was mjj overgebleven? Niets, dan de herinnering aan een zoet verleden.// Weder staakte de goede man zjjn verhaal, doch ging. na een weinig gerust te hebben, verder: //Toen meende ik, dat de lijdenskelk vol was, maar de Hemel scheen geen medelijden met mjj te hebben. Zelfs de laatste hoop die ik op mijn kind gesteld had, ontvlood mij; ik zou het niet meer wederzien. Op het slot van den Markies Vou Fried- burg ontmoette ik niets dan vreemde gezichten. Ik stelde navorsohingen in en vernam, dat de Mar kies, ten gevolge van een val van het paard over leden was, dat Antonia het goed had moeten ver koopen en vertrokken was. Waarheen wist nie mand. Met diep leed in 'thart bleef mjj niets anders over dan weder terug te reizen naar de plaats, van waar ik was gekomen. Doch ik bezon mij nog bjj- tjjds eu doorreisde de steden Rome, Florence, Milaan, ten einde verstrooiing in hare rijke kunst schatten te vinden. Niets hielp en ik betrok mjjn eigen landgoed. Hier overviel mij eene hevige ziekte. Drie weken lang worstelde ik met den dood, doch mjjne krach tige natuur behield de bovenhand. Ik genas, doch had niets meer voor het leven over. Zelfs mjjne buren vielen mij lastig door hunne bezoeken. Ik vermeed elk gezelschap en wilde alleen zjjn, alleen met mjjn verdriet." Slot volgt.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1890 | | pagina 1