NIEUWE
buitenland.
Woensdag to December 1890
15de Jaargang.
Een plicht voor allen,
Bi ft ft K ft L A fti D»
IV#. 1624
I
Van 16 n
FEUILLETON.
1)
Een Les.
L,
MAIN TIEND
PRIJS DER ADVERTBNTIEN.
Pei 3 maanden voor Haarlem.
Voor de overige plaatsen in Nederland
Voor het. buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
B U R E A TT: St. Janstraat Haarlem
AGITE MA NON AGITATE-
30 Cants.
Elke regel meer
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentie n worden uiterlijk- Maandag-, W o emdag-
en Vrgda g-a vond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers
K.Ü KfifiRsfc J, AU HEI.
De winter is gekomen en met hem ellen
de en jammer, honger en ontbering.
Dat is niets nieuws, elk jaar doet de ge
vreesde psvorst zijue intrede; maar juist daar
om, mag er ook elk jaar wel eens op hem
worden gewezen, want wie zal het ont
kennen? het is de plicht van hen, die
iets te geven hebben, die wat kunnen doeu
om de ellende te lenigen, daartoe het hunne
bÜ te dragen. Eu die plicht is niet alleen
een godsdienstige plicht en een plicht van
menschljjkheid, bet is ook een maatschap
pelijke plicht voor allen, die in het behoud
eener ordelijke maatschappij belang stel
len.
Er wordt gebrek geleden.
Dat is, helaas! eeue waarheid, welke dage
lijks door droevige feiten wordt gestaafd.
Want niet alleen zij zijn gebreklijders, die
het hoogst noodige missen, ook de werk
lieden zonder werk of met te karig loon
behooren onder de hulphehoeveuden te wor
den gerangschikt.
Er wordt honger geleden; en men weet
het, honger is een scherp zwaard.
Men stelle zich een huisvader voor,
die
niet voldoende in de bdhoaften der zijnen
kan voorzien.
Is hij een geloovig Christen, dan vindt
bjj hulp 6D troost in zijn godsdienst, zoo
wel stoffelijk als geestelijke. Maar mist bp
christelijke begrippen, godsdienstige gevoe-
jens en dit is bij zeer velen, helaas!
het geval dan begint hij te morren, zijn
lot te verwenschen en te vloeken.
In zijne radeloosheid en wanhoop komt
wellicht terecht in gezelschap van hen,
die hem ophitsen en zeggen; »Zie, hoe de
kapitalisten het volk misleiden, door het, te
onthouden want het toekomt, terwijl zi]
zelf van hun diefstal zich in weelde baden.
Die kreet, welke in alle toonaarden door
de sociaal-democraten wordt uitgegalmd,
vindt zoo licht weerklank in bet hart van
den gebrekhebbende, van deu hulpbehoe
vende. Een hongerig raensch redeneert niet
ea daarenboven, moet hij zich niet aange
trokken gevoelen tot eetie partij, die hem
volle vrijheid en groote welvaart belooft,
terwijl anderen zich niet om ziju lot be
kommeren.
Dagelijks verneemt hij meer van die partij
en dagelijks zuigt hij hare begrippen au
denkbeelden dieper in, niet zoo zeer omdat
hp overtuigd wordt door drogredenen, maar
omdat bij en zijn gezin gebrek lpdt.
Eu zoo wordt bij een sociaal-democraat,
met andere woorden: eeu vijand van de
maatschappij.
Bjj duizenden zpn ze te telleD, de recru-
ten van het socialistische leger, <lie op de
hier omschreven wijze zpu aangenomen, en
men weet het - het socialisme wordt niet
zonder reden de groote schooi van bet on
geloof genoemd allen zonder uitzonde-
{Vervolg.)
gezien
Mevrouw de Faventine scheen na te denken.
„Is dat jonge mensch reeds langen tijd hier,//
Tr"C|^ 'heb hem acht dagen geleden voor het eerst
beste tante; maar ik heb reden om te ge-
Wen, dat hij te gelijk met ons is aangekomen
of ten minste dat bij mij in het voorjaar heeft
gezien. Ik heb in een boek, dat ik op een bank
heb achtergelaten aan de oevers van de beine
gedichten gevonden, die hij te mijner eer moet
hebben gemaakt en heimelijk t usschen de bladen
heeft gelegd. Deze verzen beginnen als volgt:
//De nachtegaal zong in het groenende woud
Toen ik in het bosch haar voor 't eerst heb
aanschouwd,
Zjj mijmerde blozend ontbladerde een blad,
De loo/ertjes vlogeu voor het windje op 't pad;
Ik zei tot de winden, ik zei tot het koeltje
Draag mjj op vleugels
//Welk gedicht zegt gij daar op?" onderbr
ring, moeten er huu geloof totaal verliezen.
Men zegge niet, dat, als later bet ge
zond verstand terugkeert, de aldus aange-
wonneueu, de onzalige partij, waarbij zij zijn
aangeland, zullen verlaten. Eu al ware dit
het geval, iedereen weet, dat hij, wiens ge
loof zulk eau schok heeft gekregen als dit
bjj de sociaal-democratische partij gebeurt,
voor het geloof zoo goed als verloren is.
Die afdwaling van velen moet voorkomen
worden, 't Is bijna onuoodig te zeggen hoe
dat moet gescbieden. Ieder in ziju kring
kan daartoe bet zijne bijdragen, maar er
bestaan ook, den Hemel zij dank, liefda
dige Vereenigiugen, die tot leniging van
den nood van velen in het leven zijn ge
roepen.
Die Vereeuigingen te steunen is derhalve
ons aller plicht.
Wanneer men haar in staat stelt de ge-
brekbebbeudeu op te zoeken en hen te hel
pen, waDiieer men het haar mogelijk maakt
vele noodlijdenden gedurende het barrejaar-
getijde te helpen en U steunen; wanueer
men, in eeu woord, haar helpt in het na-
streveu van haar doel, zielen eu lichamen te
redden, dan wordt men daardoor zelf ge-
baat.
Eu daarom noemden wij bet bulp bie
den, vooral in den winter als er zooveel
gebtek wordt geledeD, eeu maatschappelijke
plicht.
Ieder, die iets heeft, kao wat missen, als
men er maar iets voor wil opofferen; en
wp zijn er van overtuigd, alle weldenken-
den wilieu en zullen dat doen.
Den arme helpen is eene deugd; onze
grootste vijanden afbreuk doen is eene wiust.
Dat dan ieder het zijne bijdrage tot leni
ging van den heerachendeu nood, om zoo
doende dubbel beloond te worden voor de
betoonde, Gode aangename offervaardig
heid.
De toevloed van zieken naar Berlijn ten
gevolge van Kocb's ontdekking heeft zulke
afmetingen aangenomen, dat om te voor
komen dut de rijkshoofdstad aan eene epi
demie worde blootgesteld, de President vau
politie thans bij het stadsbestuur eene ver
ordening indiende, waarbij uitbreiding van
de reeds bestaande ontsmettingsvoorschrif
ten tegen aanstekelijke ziekten wordt voor
gesteld. De politie weuscht de ontsmetting
tot alle ziekten zonder onderscheid uit te
breiden. Het stedelijk bestuur echter weuscht
deze gedwongen ontsmetting alleen toe te
passen op openbare verblijfplaatsen van
zieken, namelijk op ziebeuhuizeu, herbergen
en, voor zoover zij eeu openbaar karakier
hebben, op pensionaten en kosthuizen. Met
deze beperking heelt de gemeenteraad de
politie-verordening goedgekeurd. Zp zal ter
stond worden afgekondigd.
In het Pruisische Huis van Afgevaar-
haar Mevrouw de Faventine, die versregels wer
den een kwart eeuw geleden te mijner eer ge
schreven; iö welk boek hebt ge ze gevonden? In
een der boeken, die ik u heb gestuurd?"
„Juist," antwoordde Cecile, een weinig teleur
gesteld. „Zoo is het, ik had de slechte gewoonte
om in mijne boekeD allerlei oude papeVassen en
prullen te laten slingeren. Maar klein gekinnetje,
hoe komt het toch, dat ge niet hebt gezien, dat
het geel papier een verouderd handschrift was?
Overigens dat vers verandert volstrekt den toe-
standDniet, die me zeer netelig voorkomt. Het is
dat gij spoedig naar Parijs terugkeert, maar die
onbekende zal u daar volgen.... hij zal er u zeker
volgen; ik weet het bjj oudervinding; ik herinner
mij, dat de baron...."
Cecile viel de oude dame in de rede, drukte
hoar heftig de hand en wees haar twee heeren,
die juist het station binnen traden.
„Daar is hij!» zeide zjj zeer zacht, terwjjl zij
gejaagd het jonge mensch aanwees.
De binnenkomenden lachten en spraken luid
ruchtig: zij gingen in het eerste vertrek zitten en
zetten hun gesprek zeer luide voort. Een houten
beschot scheidde hen van de beide dames, die
zij niet hadden opgemerkt en die zij op dit oogen-
blik onmogelijk konden zien, zelfs al waren zij
digdeu is het debat over het ontwerp tot
regeling der openbare volksschool begon
nen. Het werd ingeleid door den Minister
van onderwps, den Heer Von Gossler.
Na eene beraadslaging van tpf uren
werd het schoolwetsontwerp iu handen ge
steld van eene Commissie van 26 leden.
Windtborst beeft het onaannemelijk ver
klaard, als in strjjd met de grondwet en
als toegelegd op het onderdrukken der
Roomsche kerk. De Minister van eeredienst
trachtte beide beweringen te wederleggen
en sprak zijne vertrouwen uit, dat het wets
ontwerp, zoo niet in deze, dan in eene
volgende zitting tot wet moge verheven
worden.
In Halle heeft Liebknecht op eene
vergadering de volgPüde uitdrukking gebe
zigd: »De sociaal-democraten behoeven den
godsdienst niet aan te randen; de onderwij
zers zorgen er reeds voor dat zij verdwijnt.»
Tegen deze woorden is door het Bestuur
der Vereeuiging vaa onderwijzers op de
volkss/obolen» protest aangeteekend.
^♦Gladstone deelde aan de Iersche partij
delegatie schriftelijk mede, dat hij weigert de
verlangde toezeggingen te doen in verband
met de Paruell—quaestie. Gladstone geeft
niet onduidelpk ta verstaan, dat bij niets
met de Iereupartij wil uitstaan hebben zoo
lang Paruell aanblijft. Terstoud na eene be
vredigende oplossing der Paruell-quaestie
zal Gladstone bereid bevonden worden ver
trouwelijke betrekkingen en ouderhandelin
gen met de Iersche nationalisten te hervat
ten, om gezamenlijk eeu home rule-ontwerp
ut te werken, hetwelk Engeland alsook
de Iersche volksapiratiër bevredigt. Het
Ierenvolk kan er staat op maken dat geen
home ruZe-ontwerp mogelijk is, hetwelk Diet
ite volste goedkeuring wegdraagt zijner par
lementaire representanten. Hierin ziet Glad
stone eeu beteren waarborg dan iu bloote
toezeggingen. Deze verklaringen van Glad
stone verwekten eene stormachtige sensa
tie iu de gehouden Iersche partijineeling,
evenals de brief van den Aaitsbisschop van
Dublin, waarin op de onmiddellijke afzet
ting vaa Paruell wordt aangedrongen. Zoo
ook de pogingen van Sexton om namens
zijne volgelingen Parnell een ultimatum te
stellen. O'Couuer trachtte het debat te rek-
keu'door het wederbthandeleu van Gladsto
ne's brief, toen Abraham eene motie voor
stelde, dat Paruell bet voorzitterschap zoude
neerleggen. Parnell weigerde deze motie iu
stemming te breDgen, waarop Sexton, Mac-
cartby ea 42 andere tegenstanders van Par
nell de vergadering verlieten en de bijeen
komst iu eeue andere zaal gingen voort
zetten.
Iu le Figaro wordt hevig geklaagd
over de veelvuldige diefstallen,die iu den laat-
steu tijd niet alleen in de omstreken van
Parijs maar ook in de stad zelf met in
braak worden gepleegdGeheele villa's ziju
uitgeplunderd eu in de voornaamste wijken
niet geheel in het donker gezeten.
„Ik was er zeker van, dat je tochtje op de
Seine je de treinen zou doen missen,» zeide de
oudste der twee reizigers „Niet om je iets te
verwijten, beste Lodewijk, maar ik zou het toch
maar eenvoudig gelaten hebben. Het is bier alles
behalve prettig om nu hier tot acht of negen uur
te blijven wachten.//
„We zullen hier niet blijven," antwoordde me
neer Lodewijk, //zoodra er een van de onderge
schikten beambten hier komt, zal ik hem een
fooitje geven, waarvoor bjj graag voor onze kaar
tjes wil zorgen en ons komen roepen in het loge
ment als het tijd zal zijn om te vertrekken.
„Eu houdt gij vol om derde klas te willen
reizen bij zoo'n koude."
„Ik ben er wel toe gedwongen, mijn beurs is
zoo troed als leeg; bedenk dat ik zoowat heel
Frankrijk ben doorgetrokken."
„Zeker, zeker, gij hebt een mooie duit uitge
geven. Het werk dat gij ondernomen hebt, zal u
duur kosten//.
Ja stellig duur, weet je, maar men moet zaaien
om te kunnen oogsten."
„Maar mijn beste* Lodewijk, ge zijt niet eens
zeker alles bij elkaar te krijgen. Als het publiek
eu eem geen zin had in je boek. Ge hebt een
oefenen de dieven hun handwerk »traffe"
loos uit.
Een oud-Prefect hierover geraadpleegd,
8chrijft dien toestand toe aan de onvoldoende
geldeu, welke ter beschikking van de pre
fectuur worden gesteld. In het geheel zpu
er voor Parijs slechts 200 agenten of in
specteurs der veiligheidspolitie.
Deze agenten zijn te gering in aantal
om overal een wakend oog te kunnen hou
den; de veiligheidsdienst eischt dus drin
gend uitbreiding.
Het gemis van geld doet zich nog op
andere wijze gevoelen; want het belet de
agenten het vertrouwen te koopen van oud-
veroordeelden, wier verbljjf te Parjjs alleen
toegelaten wordt op voorwaarde, dat zjj de
rol van verklikker speleo; maar de tong
van dezen wordt slechts losgemaakt door
geld.
Hetzelfde gemis van geld belet een vol
doend aantal agenten naar verdachte plaat-
sen te zenden, als kroegen, die door de die
ven bezocht wordeD, waar een agent der
veiligheidspolitie achter vele geheimen zou
kunnen komen door »een giast aan te bieden.
Daarbij komt, dat bjj het geld voor het
glas, uit eigen zak betaald, nooit terug
krygt.Etmige jaren geleden schafte een agent
zich eeu zwarten rok en witten das aan om een
oplichter uit de groote wereld te kunnen na
sporen; de veiligheidsdienst weigerde echter
hem de kosten te vergoeden.
Eene audere oorzaak van het toenemend
aantal diefstallen is gelegen in de kleine
straffen, welke worden opgelegd. Wil de
straf afschrikkend werkeD, dan moet zij ook
voorbeeldig zijn.
Fen Fransch veroordeelde, Redon ge
naamd, had uit Cayenne weten te ontsnap
pen eu landde in Öpauje, met name te Va
lencia, aau. Zjjn vader ging daarop een
advocaat, Rodriguez genaamd, raadplegen,
die het echter zijn plicht achtte de justitie
kennis te geven van de ontsnapping. De
beide Redous werden gevangen genomen.
Nu heelt de raad van discipline vau de
orde der advocaten te Valencia Rodriguez
voor zes ui aan dm geschorst, wegens het
schenden van zijn ambtseed.
Den 3den November bebben een paar
Japansche oorlogschepen te Singapore de
zes-en-dertig persoueu aangebracht, die van
de bemanning van het verongelukte Turk-
sche oorlogschip Ei'togroel zyn overgeble
ven.
De anarchisten. Onlangs deelde een re
dacteur van den Figaro iels mede omtrent het
orgaan der anarchisten, l'International, dat in
staat is ook den onverschrokkenste kippenvel te
doen krjjgen.
De International onderricht zjjne aanhangers
hoe zij op eenvoudige, korte en roor zich zeiven
gansch onschadelijke manier het opera-gebouw op
een avond, dat er gala voorstelling is, in de lucht
kunnen doen springen.
onderwerp gekozen, dat reeds dikwijls behandeld
werd „De geschiedenis van alle oude kasteelen
van Frankrijk. Iedereen kent die ge-ehiedenis.
Er is geen kasteeltje, dat niet van a tot z be
schreven is, van toren tot gracht, van deur tot
raam, geen bouwval, die zijn dichters, zijn schil
ders, zjjn geschiedschrijvers niet heeft gehad."
„Wat doet dat ter zake Gustaaf? Ik poch er
niet op, dBtik iets betera tot stand heb gebracht,
maar ik heb het geheel anders opgevat en ik heb
me mogelijk meer moeite gegeven. Niet alleen
heb ik de dingen, die ik beschrijf met eigen
oogen van nabij gezien, maar bovendien heb ik
mijn werk geschreven in het gezicht dier oude
monumenten, ik heb weken lang doorgebracht in
de ellendigste herbergen."
„Gij hebt veel gezien, heel veel gezien... goed!
onderbrak Gustaaf hem, maar ge hebt het in
wendige van het kasteel van den Heer de Ver
nes toch niet gezien, wed ik."
//Ach ja! dat is het.eenige...; overal elders heeft
men mij alles van de vliering tot den kelder
laten zier..//
„Wat! die groote heeren....//
Wordt vervolgd.)