NIEUWE B «eb» $o. 1643 Vrijdag 30 Januari 189 16de Jaargang. Merkwaardige getuigenissen. n 1!1 E I. A 1). ABONNEMENTSPRIJS Pei 8 maanden voor Haarlem0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 1,80 Yoor het buitenland Afzonderlijke nummers0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. BUREAU: St. Janstraat Haarlem. iW.NR AGITE MA NON AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Tan 16 regels30 Cents Elke regel meer5 Groote letters worden berekeud naar plaatsruimte Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentie n worden uiterljjk Maandag-, Woensdag- en Vrgda g-a vond voor 6 uur ingewacht. Uitgever»; KüFFMS Ji JiAUEET. II. (Slot). Voltairb. »Wat ik gedurende de zeven jaar, welke ik bij de Jezuïeten heb door gebracht. heb gezien? Het werkzaamste, het matigste en meest geregelde leven; al bun lijd is verdeeld tusacheu de zorgen, die zjj aan ons besteedden en de beoefening der plichten van hun streng beroep. Ik doe een beroep op de duizenden mannen,die even als ik bjj de Jezuïeten hunne opvoeding hebben genoten. Eu daarom kan ik niet ophouden injjne verbazing te uiten, dat men hen beschuldigt eene verderfelijke mo raal te leeren. Johan Von Muller, de groote Protes- tantsche geschiedschrijver, meldt in zjjne Geschichtt der Menschlieit (19e Boek, 4e hoofdstuk en 23e Boek, 29 hoofdstuk) het volgende: De Orde der Jezuïeten is een ge nootschap, dat bij de grootste inrichtingen en wetgevende lichamen der oudheid mag vergeleken worden. Zjj gat aan hare leden zulk eene werkzaamheid en eischt zulk eene nauwgezette gehoorzaamheid, dat degaasche Orde een gezond, door eene sterke ziel ge regeerd lichaam is. Wie in de Orde trad werd zoon en broeder en hield op in de vroegere niaatacbappelpko omstandigheden zich te bewegen. Allen waren Jezuïeten, geen Spanjaards, Duilschers of Franschen meer, niemand mocht voor een bepaalcleu Vorst ot voor een zeker laud eenige vooi- liefde hebben. Inderdaad zjj wateu alles voor allen. Staatsraad Laurens Hannibal Fischer, 1853. Ik vrees geenszins, in het volle be wustzijn een goed Protestant te zijD, mijne innigste overtuiging uit te sprekeu Wat het optreden der Jezuïeten in den te- genwoordigen tijd betreft, kau geen onbe vooroordeeld waarnemer der gebeurtenissen van den dag ontkennen, dat de in dezen tjjd zichtbare verkoeling van den godsdieus- tigeu zin onder het volk, de hoofdoorzaak is vau het verval der Staten, van den op stand tegen alle gezug in het staats-, ge meente- en zelfs in het familieleven, dat dientengevolge elk middel tot opwekking en versterking van godsdienst eu piëteit, van welke couiesaioueele zijde zij ook komen moge, de grootste steun van alle Regeerin gen verdient, die hechten aan haar gezag en dynastieke rechten. Vermits in den ar beid van de Orde der Jezuïeten een werk moet erkend worden, dat bij voorkeur in zjjne onmiddellijke werking op de herle ving van den godsdienstzin in alle klassen der maatschappij, de staatsgevaarlijke ver lokkingen der omwentelingspartij storend iu den weg treedt, is het natuurlijk, dat deze arbeid den haat van al degenen op zich laadt, die zich in 'fc geheim of iu 't openbaar aan de party der revolutie hebben aangesloten. Vandaar dat men ook de hard ste schreeuwers tegen de Jezuïeten oaderde eerste corypheeëo der revolutie vindt Hij, die er eene eer in stelt den naam van Duitscher te dragen, bedenke wel waar- FEU1LLET ON. De voorwereldlijke ezel. Hoe het kwam dat Wibfcega, het arme boertje van Anderen, plotseling zoo rijk was geworden, om de flinke Wügkoeve bij Gieten, waar bij al zoo lang een begeerig oog op had geslagen, te kunnen pachten.- Ik zal het u vertellen. In het noordelijk gedeelte van Drente, meer bepaald de heidestreek tusschen Assen en Gieten, nabjj het gehucht Anderen, lag de «boerderij" van Wibbega, //Boerderij't Klonk eigenlijk als hoon, en was in elk geval niet weinig o er- dreven, want er behoorde heel wat verbeeldings kracht toe, om die benaming te kunnen toepassen op bet lage, kleine, leemen huisje met rieten dak; een onbewoond varkenshok, een kippenloop en een verweerd planken schuurje waaruit sedert eenigen tijd dag en nacht het aanhoudend kla gelijk gebalk van een astbmatischen ezel klonk, die Klaos heette en van ouderdom wegkwijnde. Het bouwland, dat er om heen lag, bepaalde zich door onze natie het predicaat Duitsche rechtschapenheid* heeft verkregen. Wjj heb ben dit verdiend door onze kalmte iu de bezoekiug, door onze nauwgezette g recb- tigheid isi ons oordeel en door de irouw iu onze handelingeo. Ik matig mjj geens zins aau, mijn subjectief oordeel in deze Jezuïeteu-quaestie iemaud als eeue autori teit op ie driogen, maar ik mag toch zeker wel aan iedereen, die de openbare meerling huldigende, over eene goheele klasse zoo klakkeloos den staf breekt, de vraag stcl- leu, of hjj zich de moeite heeft gegeven, de faktische waarheid der beschuldigingen eu de daarop gebaseerde gevolgtrekkingen te onderzoeken? Bjj deze uit talrijke getuigenissen vau tegenstanders der Jezuïeten genomen apho- rismen, voegen wij Dog de merkwaardige woorden toe waarmede de edele Katholieke Graal Th. Scherer Boccard, in zijn Band- buch sur Berichtiging der Vorurtheile und Irrthümer unserer Zeit (Pag. 201), het ver- vvjjt ontzenuwt, dat de Jezuïeten het volk tot de geest Jijke duisternis willen terug voeren. »A!s de Jezuïeten onverstandige eu domme manuen waren, dan zouden zij zeker niet zoo aangevallen en bestreden worden; hunne ontwikkeling en huu helder oordeel zijn de oorzaken van de vale beschuldigingen, waaraan zjj dikwerf ook uit nijd eu alguusr, bloot staan. De uitmuntende hoogeschoieu derSociëteit vanJezuseu de eruditie der leer- areu, brengeu geeue duisternis in de wereld. Als de Jezuïeten niet meedoen aau de over dreven verlichting van onze dagen, dan hebben zij volkomen gelijk; wij weten im mers welke vruchten de moderne verlichting voortbrengt. Wie, die iu den kring der mo derne verlichting leeft, is in ouzeu tijd met zijn stand eu lot tevreden? Wil niet iedereen hooger op? De zoon van den land man, wil, al ontbreken hem ook de talenten geheel 9u al, iudustriëel, de zoou van den ambachtsman wil een geleerde, die van den geleerde wil eeu voornaam ambtenaar wor- deu. Dit zwoegen en drjjven is een gevolg vau de moderne verlichting vau ouzen tijd, die zoowel voor het individu als voor de gansche maatschappij gevaarlijk is. Omdat nu de Jezuïeten met die onzalige moderne verlichting niet meegaan, maar in hunne scholen eene soliede klassieke vorming en ontwikkeling beoefenen, daarom zijn zij toch waarlijk geene Apostelen der geestelijke duisternis, maar veeleer de verspreiders der ware verlichting.» Ten slotte vermelden wij nog eene ge tuigenis door een bevrieudeu mond gespro ken in de debatten over de Jezuïeteuwet van den 4 en 10 Juü 1872 iu bet Duitsche Parlement, eene getuigenis, die nog door geen enkele Jezïeten-vijand werd weerspro ken of wederlegd. Hermann Von Mallinckrodt Ik releveer, dat na eeue 25 jarige werkda- digheid van de Jezuïeten-orde in de Duit sche landen geen enkele wandaad gepleegd, geen ejkele wetsovertreding door eeu lid tot een smal strookje, dat Wibbega met eindeloos geduld en voortdurende bemesting aan de heide had ontwoekerd, maar de oogst, die het opleverde, was klein en schraal en als na het maaien de aren waren uitgelezen, bleven er op den dorsch- vloer distels genoeg over om tien ezels te onder houden. Maar Wibbega hield slechts éen ezel Klaos en sedert iwee jaren lustte Klaos zijn vroegeren lie»elingskostniet meer hij vergastte zich nu bij voorkeur aan zemelen. Dat was de boerderij, wa.ir Wibbega en zijne vrouw woonden. Dat ze niet bijster rijk waren, is begrijpelijk genoeg. Als de arme man des Zon dags met zijne vrouw naar Gieten ter kerke wan delde en de welvarende Wilghoeve voorbijkwam, den goed bevolkten stal, de welig gedijende velden zag, dan geveelde bij telkens iets als wrevel in zijn binnenste ontwaken. De plaats was als voor hem geknipt, meende bij; bij zag kans er niet alleen ruim zijn brood te verdienen, maar als 't wilde meeloopen, elk jaar een sommetje apart te leggen, om de Wilghoeve mettertijd zelf ia eigen dom te kunnen bekomen. Hij dacht er onop houdelijk aan, temeer daar de oude pachter on der Sociëteit vau Jezus is begaanintegen- deel zelfs de Afgevaardigde (Gueist),die met groote hartstochtelijkheid tegen de Orde heeft uitgevaren, heeft zich verplicht ge voeld te verklaren, dat de Jezuïeten door gaans achtbare 'eu eerbiedwaardige lieden zijn. Uit stad eu land, door hoog eu laag, heelt men u honderdduizenden getuigenis sen, voornamelijk uit streken, waar de Je zuïeten werkzaam zijn geweest, voorgelegd; zij zijn alle eensluidend in de uitdrukking <ier mee3t besliste erkenning en vau den grootsiea lof ten aanzien van do ledeu der Sociëteit van Jezus. Meu hoeft u gewezen op de getuigenis, die de Pruisische Regee- riug eenige tientallen jaren geleden omtrent de Jezuïeten gaf, dat men nameijjk vau den kant der Regeeriug niet de minste aan leiding had, de werkdadigheid van de Je- zuïoteu-Orde te beperken. Men heefr, u de getuigenissen voorgelegd van den opofFuren- den arbeid der Orde gedurende den veld tocht. Dat alles heeft in uwe oogen geeue waarde. »»Dat behoeven we verder niet te onderzoeken,»» riep men, »»iedereeu moet het met zich zelf eens zijn en voor of tegen stemmen: laten we dus beslissen!»» Mijne- heeren, dat is geeue rechtspraak, dat is par ty ge weld.« Graaf Ballestrkm (in het Duitsche Par lement, 17 Juni 1872). Als alle misdaden, welke men deu Jezuïeten der vorige eeuwen ten laste legt, even waar waren als ze valsch zijn, dau zou zulks nog niets te beteekeuen hebben, want het is toch immers in Duitsch- land geeue wet geworden, dat men de nakomelingen straffe voor de zonden der voorouders, want dau zouden we in het geval kunnen komen de edelste en meest geachte famiiiëu iu deu lande uit het rijk te ver bannen, omdat hunne voorouders iu de mid deleeuwen roofridders zijn geweest.» Dr. Moufang (Rede in den Rijksdag op 15 Mei 1872). Wat hebben toch de Jezuïeten tiuds het jaar 1848 in Duitsch- laud misdaau? Welke feiten kan men aan wijzen? Welke samenzweringen hebben zij gesmeed? Welke om wentelingen hebben zij georganiseerd? Niemand heeft het iu eeue courant, niet eens in een Berlijnsch hu moristisch blad, ook maar gewaagd zulke dingen ter sprake te brengeu.» Sapienii et justo satis. Voor den wijze en rechtvaardige genoeg. De aanneming van het wetsontwerp, over de ingehouden gelden van de Katholieke Geestelijkheid sehjjut verzekerd te zijn. Het vereischte aantal voorstemmers is 217. Het Centrum beschikt over 99 stemmeu eu de Polen over 15. De vrijzinnigen geven 29 stemmen voor, hetgeen te zamen reeds met de wilden» en de stemmen van de Mi nistertafel 148 voorstemmers maakt. Er ont breken dus slechts 69 stemmeu eu na bet debat in de Kamer van Afgevaardigden vait het niet te betwijfelen, dat het wets voorstel minstens op 69 stemmen der, 126 langs was geatotvea en zich nog geen nieuwe had aangemeld. Met een paar honderd rijksdaal ders zou bij geholpen zijn geweest; maar hjj had ze niet. Kon zijn arniz,.lig lapje ateenaehiigen heidegrond rijksdaalders opbrengen? Op zekeren avond keerde hij, moe van het spitten, met eenè spade op den schouder, verdrietig naar zijne rookerige kluis terug; op den drempel stond zijne vrouw, en liep hem bij zijne nadering schrei end tegemoet. O, Wibbega! riep zjj //onze Klaos is dood; bjj begon zoo raar te doen en was zoo benauwd, en ik begreep dat het met hem ging afloopen; ik kon het stomme dier niet langer zien lijden en om er een eind aan te maken, heb ik gedaan wat je gezegd hebt en hem met den bijl voor zijn kop geslagen. Ürr! 't was wel akelig, maar de arme Klaos was er meteen uit!// Wibbega zuchtte't Was elk oogenblik te wach ten, vrouw, bet was de grootste dienst, dien we hem nog konden bewijzen, antwoordde hjj gelaten. Vrouw Wibbega had de spade van haar mans schouder afgenomen en in treurige gedachten leden tallende, conservatieve partij kan re kenen. Het Deutsche Tageblatt is zoo verstoord over de wending, die de zaken nemen, dat het schamper in overweging geeft, een ge- denkteeken op te richten ter eere van het eindigen van den Cullurkampft, uit de gelden welke zullen overblijven, van het op gestapelde fonds, ais aile rechthebbenden het hun toekomeude zullen ontvangen heb ben, welke gelden anders aau de Kerk zou den ten geschenke moeteu gegeven worden. Alsof niet deze gelden eenvoudig terugge geven worden, aan wie men ze om politieke redenen tij ieiijk onrechtmatig onthield, zoo dat er hier vaa eeu gescheuk geen sprake kan zijn. Iu den Rijksdag heeft de socialist Auer, namens zijne partijgenooten een voor stel ingediend, de strekking hebbende, aile apotheken door den Siaat te doen overne men, niet om financiëele voordeden door den Staat te doeu behaleu, maar met hat doe), do geneesmiddelen zoo goed eu tevens zoo goedkoop mogelijk voor ieder verkrijg baar te stellen. Biunen weinige dagen zal in den Rijks dag de tweede leziug worden geopeud van het ontwerp tot wijziging der nyverheids- wet; dat- wil zeggen: de nieuwe bepah'ngen ter b scberming van den werkman,die ont worpen ziju ingevolge de internationale conferentie van vt-rledeu jaar over het ar beidersvraag uk. Iu Mei heeft do Regeering ze bij deu Rijksdag iu behandeling gebracht. Bij die eerste lezing is er eeue parlemen taire commissie benoemd, die sinds de eerste dagen van Juni tot iu het begin van De cember er over heeft beraadslaagd. Het re sultaat daarvan is een rapport van onge veer 300 bladzijden groot folio (daaronder nagenoeg ue helft tabellen), hetwelk tbans is uitgebracht door deuAfgevaardigde Hitze, hd van het Gentium, die zich in de zaak zeer verdienstelijk heeft gemaakt. Dit stuk wordt dus nu iu den Rijksdag het onder werp der tweede lezing. Volgens de daarin opgenomen voorstel len zal de rust op Zou- eu feestdagen voor de werklieden 24 ureu moeten duren, gere kend van middernacht. Ingeval van twee achtereen volgende feestdagen wordt de ge zamenlijke tijd van rust 36, op Kerstmis, Pascbeu en Pinkster 48 uren. Op Zon-en feestdagen moet in open winkels of an- deie verkooplokalen bet bedrijf stilstaan. Op gesloteu kantoren mag hoogstens vyf uren worden gewerkt. De plaatseljjke over heden zullen echter, met het oog op de vele drukte tegen Kersttijd, uitzonderingen kun nen toestaan voor zoover betreft de vier laatste Zondagen voor Kerstmis. De Bondsraad zal het recht hebben om hei aantal uren van dagelijkscben arbeid vast te stellen voor elk bedrjjf, waarin de arbeid nadeelig is voor de gezondheid der werklieden. Schoolplichtige kinderen (tot huu dertiende jaar mogen in fabrieken enz. geen werk of dienst verrichten. Vrouwelijke werklieden mogen er des daags hoogstens aan Klaos stapten zjj naar hunne woning. Juist terwijl zij den drempel wilden overschrijden, vlogen een aautal verschrikte kraaiea luid kras send van de heide er achter op en over hunne hoofden heen weg, niettegenstaande de luebt even helder stond als dien geheelen morgen en het zich volstrekt niet liet aanzien, alsof er een storm of regenbui op til was, die de overhaaste vlucht der zwarte vogels zou kuuneu verklaard hebben. Wibbega liep dus om het huis heen, om zoo mogeljjk de oorzaak der stoornis te ontdekken, en zag tot zijne niet geringe verbaziDg, tusschen de steenklompen op de heide daarachter, drie vreemde mannen staan; twee lange magere, ieder niet een knapzak op den rug eu een kleine, dikke met hoepel;orrnige beentjes, die bovenop het grootste blok was ;;eklommeD, waar hjj stond te dribbelen en te gestieuleereu en zjjne korte, mollige armpjes len hemel sloeg, terwjjl brok stukken van eerie vreemde taal, op den avondwind voortgedrageu, den verwonderden boer in het oor klonken. (Wordt vervolqd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1891 | | pagina 1