NIEUWE
Mr, L. J. (i. Van OGTROP,
No. 1684
Woensdag 13 Mei 1891.
16de Jaargang.
Afgedwongen.
De Paus en de Koningen.
BUITENLAND.
ABONNEMENTSPRIJS
Pei 3 maanden voor Haarlem0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers0,03
Dit blad verscbjjnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
BÏÏEEAÏÏ: St. Janstraat Haarlem.
AGITE MA NON AGITATE.
PBIJS DER ADVERTENTIEN.
Tan 16 regels30 Cents
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contan
Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag-
en Vrflda g-a vond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers s KüPPEB» fc LAU1EI.
(door een strooibiljet der liberalen.)
Ter herinnering aan den dag van heden,
den gewichtigen dag der Herstemming*
voor den zetel in de Provinciale Staten, laten
wy ons blad, ook nu in plaats van in den
namiddag,in den vroegen morgen verschijnen
opdat de kiezers in het Hoofdkiesdistrict
Haarlem, worden opgewekt te ged-.nken:
dat Kiesrecht Kiesplicht is.
Kiezers! Maakt van daag van uw recht
gebruik, komt allen heden ter stembus; laten
wy er prys op stellen door eene trouwe
opkomst, ons de hulp van niet-Katholieken
gegeven, waardig te toonen, laten wy
vooral waardeereo door niet 'thuis te bly ven
den steun ons gegeven door het Ëestuur der
anti-revolutionuaire kiesvereeniging Neder
land. en Oranjedie onzen candidaat niet
alleen by advertentiën, maar ook door
strooibiljetten heeft aanbevolen.
De liberalen spreken in hun strooibiljet
aan de kiezers van het monsterverbond waar
Katholieken met niet-Katholieken samen
gaan. Zjj deden verstandiger, ten minste wy
souden het eerlyk noemen, met te zeggen:
waar de geloovigen in den Al machtigen God
zich vereenigen en zich niet langer willen
laten tyraniseeren door een liberalisme dat
voert tot het radicalisme en tot de ontken
ning van God.
Meent niet kiezers dat wy te veel zeggen
na het optreden der verbonden liberalen ter
bestrjjding van den candidaat der geloovige
partyen, nu zij meegaan in gezelschap van
woordvoerders uit de Mei-vergadering der
sociaal-democraten, waarde bloedroods vaan
naast den katheder stond van den Heer J
Van Loenen Martinet, een der mede-onder
teekenaars van bet strooibiljet der liberalen.
De liberalen geven de voorkeur aan den
liberalen Overveenschen Notaris, omdat by
in dit district metterwoon gevestigd is en
zeggen in hun strooibiljet driestweg, dat de
Heer Van Ogtropde belangen van Haar
lem en Omstreken niet kent. Alsof alleen
de belaDgen van Haarlem en Omstreken te
behartigen zyn in de Staten der Provincie,
en alsof Amsterdam niet behoort tot onze
Provincie.
Kiezers! Laat u niet misleiden door eene
huichelachtige verdachtmaking van den Can
didaat Mr. L. J. G. Van Ogtrop, een
kundig mao, die wellicht veel beter met de
belangen van het district vertrouwd is dan
de candidaat der liberalen.
Zwak, niets beduidend zyn de argumen
ten, die de liberale party heeft kunnen aan
voeren tegenover den Heer Mr. L. J. G.
Van Ogtrop, in hem zieu zij een man
die wel degelyk de belangen van het district
zal weten te behartigen, maar die, en daar
zit de kneep, leden voor de Eerste Kamer
zal kiezen, welke voor onze rechten zullen
FEUILLETON.
In de branding.
Vervolg.)
"Gerrit, mijn jongen," had zjjne moeder bij
zjjne eerste thuiskomst gezegd, „schuw den drank.
Bedenk waartoe het je oom gebracht heeft. Wij
waren vroeger allen trotsch op hem. En nu?
Geen water van de zee wascht zijne schuld af
Zoo was het hem ook gegaan. Geen water van
de zee kon zyne schuld uitwisschen.
De zee achtervolgde hem. Al liep hij uren ver,
nog zou zjj hem in ds ooren bruisen.
't Was toch beter in de kroeg.
Hjj had er sedert dien Zondag geen voet meer
gezet. Hjj zou er ook nu niet zijn heengegaan,
wanneer er geen schip in 't gezicht was geweest...
Nu zou alles terugkomen: de worstelingen met
de branding, weer doodstrjjd, weer lijkenl
//Weg met Gerrit Balzen!// Geschrapt voor
reddingboot, weggejaagd, nagewezen.
-Als hjj nn iemand ontmoette of thuis kwam...
Geld had hij op zak. Hjj keerde om.
Hoe nu het snelst en onopgemerkt in het dorp
terug te komen?
De kerken gingen uit. Het plein voor de Room-
strijden en het devies »recht voor allen
zullen weten te handhaven.
Op dan Katholieken tot den laatsten man!
Aan de liberalen de allee nheerschappy te
ontwringen kost moeite, maar de moeite,
die wy ons moeten getroosten door te gaan
stemmen, beloolt ons eene roemvolle over
winning. Aan eens stem kan afhangen of wy
den ons rechtmatig toekomenden zetel zullen
veroveren. Ter stembus, verzuimt niet een
uwer heiligste plichten. Neemt, zoo vragen
wy u op nieuw, en dringend, uwe vrienden
mee, en stemt den candidaat u ainbevolen:
Kantonrechter te Amsterdam.
Het stembureau in Haarlem
is geopend tot 5 uur dezen namiddag.
i.
Het maatschappelijk gevaar der sociaal
democratie heelt ontzettende, vreesaanja
gende verhoudingen aangenomen. De tegen
woordige maatachappy staat voor eene sa
menzwering der revolutie, zoo uitgebreid en
geheimzinnig als zy ooit heeft gekend en
te bestryden had.
Doch kan men zich hierover eigenlijk
niet verwonderen. Vele vorsten en machti
gen toch, hebben eene zeer betreurenswaar
dige rol gespeeld. Zij gaven aanleiding tot
den hedendaagschen beuarden toestand. En
of zij hunne revolutiounaire denkbeelden
wel geheel en al verzaakt hebban, kan men
nog niet met zekerheid weten. Men eer
biedigt het koninkljjk gezag evenmin als
da maatschappelijke orde, maar wie is be
gonnen hierin bres te schieten. Wie heeft
daaraan de eerste slagen toegebracht en de
hevigste aanvallen gedaan?
Wy willen de geschiedeais niet herin
neren der aanslagen door de Vorsten zei
ven gepleegd op de grondslagen der maat
schappij en van hun troon. Deze historische
studie zou belangrijk zyn en zeker meer
dan eene leering bevatten. Maar wy hebben
lust noch tyd deze te ondernemen. Slechts
de voornaamste episodes van dezen dwazen
en verwoestenden veldtocht neer te schry-
ven, ware eene al te groote onderneming.
Laten we ouze gedachten slechts eenige
jaren terugvoeren. Wy zagen toen eene sa
menspanning van Vorsten, de hand reikende
aan een troep bandieten, om het oudste
het eerwaardigste van alle koninkrijken,
dat van den Vader der Christenheid, om
ver te werpen.
Meende men de misdaad te verbloemen
onder den schoonklinkenden naam van Ita-
liaansche eenheid, van Italiaansche vrijheid?
Geloofde men haar het schandelijk karak
ter te ontnemen door ze onder het woord
sche kerk was vol mensclien. De Protesantsche
kerk stond op een hoek, en van drie zjjden kon
den de kerkgangers zich verwijderen.
Weer rechtsaf en dan langs het binnenduin.
Maar duin en duinhelling waren overdekt met
menschen.
Gerrit (bedacht zich niet lang. Zonder op te
k\jken, zet'e hjj het op een loopen, naar de eerste
dorpsstraat, de eerste kroeg de beste.
Oome, oome//, kreet een schel stemmetje achter
hem, „'t Schip is vlak bjj en ze zeggen..."
De kbppende, klotsende klompjes wonnen veld.
Gerrit vloog meer dan hjj liep den hoek om.
In volle vaart stiet hij tegen een voorwerp,
waarmede eenige mannen kwamen aandraven, en
met een smak stortte Gerrit achterover.
„Laat maar. Aan hem is niets verbeurd," hoorde
hij een der verder jjlenden roepen.
Gerritje poogde den nog duizelende op te helpen.
//Je hebt een gat in je hoofd, oomel" klaagde
zjj sehreiend en stak het bebloede vingertje uit,
dat in aanraking met de wond was gekomen.
//Niets verbeurd,/, herhaalde Gerrit werklni-
geljjk, terwjjl hjj langzaam opstond en met de
oogen de kroegdeur zocht, die op nauwelijks tien
passen afstands zichtbaar was.
„Bloed, bloed, oom; heusch bloed,// zei Ger
ritje weer, klemde zich aan hem vast en hief
het verschrikte gezichtje op. Zjj wist niet wat zjj
annexatie» te bedekken? Vau deze dwaling
moet men nu wel teruggekomen zijn. Het
voorbeeld dier annexatie werd zeker niet
gegeven om den eerbied voor het koning
schap in de lagere maatschappelijke klassen
te bevestigen.
Men is er in geslaagd den Paus van zy ne
Staten te berooveD, maar deze annexatie»
heeft er nog andere medegebracht. Het volk,
dat zich niet behelpt met diplomatieke re
denen, maar logisch redeneert, heeft bij zich
zelf gezegd, dat de leeken-Koningen ni-tt
eerbiedwaardiger zyu dan de Paus-Koning.
De verachting waarmede de Vorsten de hei
lige rechten van den Vader der Christen
heid behandelden, heeft aan de menigte niet
geleerd, den eerbied dien zy den Koninklijken
schepter, aan het Koninklijk gezag zyn ver
schuldigd.
Eu wat hebbeu wy sinds dien tyd al niet
gezien. Verachting van gezag en moordaan
slagen op Vorstelijke personen waren het
gevolg van de gruweldaden aan den Paus-
Koning gepleegd. Niet alle Koningen hebben
wel is waar blootgestaan aau de moordwerk
tuigen van zoovele onverlaten, maar ook zij,
die er aan ontkwamen, konden daarom toch
niet ontkomen aan den onzaligen staat van
zakeo, welke deze misdadige aanslagen
voortbrengt.
En toch hebben hun de ernstigste waar
schuwingen niet ontbroken; ja, zy zyn hun
van alle kanten toegestroomd. Den 8 Decem
ber van het jaar 1849, sprekende tot de
Bisschoppen van Italië, zeide Z. H. Paus
Pius IX z. g onder anderen het volgende:
»Het kan aan het verstand der Vorsten
niet ontgaan, dat de eerste ooizaak van alle
kwalen waarmede wij belastzijn,geeneaude-
re is dan het kwaad in vroeger tjjdeu aan den
godsdienst en de Katholieke Kerk berokkend
en vooral sedert het tijdstip der zoogenaamde
hervorming. Zij zien, bij voorbeeld, dat de
dageljjks toenemende ongestrafte scheudk-
gen van de Goddeljjk© en Kerkelijke voor
schriften in gelyke mate den eerbied van
het volk voor de de burgerlijke macht ver
minderd, en aan de tegenwooidige vijanden
der openbare rust een breeden weg voor
opstauden en kuiperyen geopend hebben.
Den 28 September van het jaar 1860
sprak de H. Vader nog nadrukkelijker, toen
bjj aan de wereld kennis gaf van de over
weldiging zijner Staten. »Dit feit, riep Z. H.
uit, verschaft ons eene gunstige gelegenheid
om alle Vorsten van Europa aan te sporen
ernstig, met al de rypheid ea wjjsheid van
hun raad te onderzoeken, welke groote en
ontelbare rampen de ontzettende gebeurtenis,
welke wy in zoo hooge mate betreuren, in
zich sluit. Het betreft den verschrikkelyken,
monsterachtigen aanslag, welke op weder
rechtelijke wijze tegen het algemeene vol
kenrecht gepleegd is, en die als bij niet
geheel en al beteugeld wordt, aau geen enkel
van oom denken moest; hjj boezemde haar tege-
ljjk schrik en medeljjden in.
Gerrit streek de grjjpende bandjes Weg.
Twee vrouwen kwamen achter hen de straat
inrennen
„Ik kan dat gemartel niet langer aanzien,"
zei de eene; //de menschen verdrinken in 't ge
zicht van de kust: niemand kan de boot baas;
niemand kan roeien en
Gerritje klapte in de handjes.
//Oom kan roeien; oom kan helpen!'' riep zjj.
vHei, oome,// en het opgevende om zijne hand
machtig te worden, pakte zjj hem stevig bjj zjjn
wambuis en sjorde hem mee naar den duinkant.
„Zul je zwjjgen, klein nest
Maar het babbelend mondje stond niet stil.
„Als je meegaat en roeit, oom. Moeder zegt
dat niemand dat kan als gjj," en Gerritje trok hem
al «erder.
„Niemand die roeien kan!"
Gerrit drukte zich de pet nog dieper in de oogen...
Hjj stond naast de hem nog altjjd voorttrek
kende kleine op den smallen duinrand.
Niemand lette op hen. Aller oog was naar zee
gericht.
Daar lag het schip evenals toen, eene bark
sterk hellend, op de verraderljjke zandplaat,
de masten nog overeind. De golven braken tegen
de zwarte flanken en sloegen over het dek.
wettig recht zekerheid en kracht zal laten.
Het betreft een beginsel van verzet dat het
Piëmonteesch Gouvernement schandeljjk be
gunstigt en dat gemakkelijk doet begrijpen
welk gevaar dagelijks elke Regeering be
dreigt en welke rampen het voor de geheele
burgerlijke maatschappij na ziek sleept,
omdat het den weg opent voor het noodlot
tig communisme. Het betreft de schending
van plechtige verbintenissen, welke eischen,
in de Pauselyke Staten zoowel als in alle
andere Europeesche Staten den eerbied en
het onschendbaar behond van ons burgerlijk
gezag.
Ook moeten de Vorsten overtuigd zyn,
dat hunne zaak innig aan de ouze is ver
bonden, en dat zy, door ons ter hulp te
komen, evenzeer voorzien in het behond hun
ner rechten als in de onze.(Slot volgt.)
De nijverheids- en arbeidsraden in België
zullen in vele gemeenten bijeenkomen. Er
wordt verzekerd dat de leden-arbeiders zullen
voorstellen, dat de raden zich gemeenschap
pelijk tot den Koning zullen wenden met
verzoek do grondwetsherziening te bespoe
digen, teneiude de werkstaking te doen
ophouden. Waarschijnlijk zullen eenige af
gevaardigden uit Brussel, van die uit andere
steden vergezeld, aanstaanden Donderdag op
audiëntie bij den Koning gaan.
Uit Antwerpen wordt gemeld dat de
werkliedenbond de arbeiders in de dokken
aangemaand beeft geen vreemde kolen te
helpen lossen. Bovendien worden er inzame
lingen voor de stakers gedaan en wordt er
van eene werkstaking onder descheepsstokers
gesproken.
De directie der groeve La Horloz heeft
75 mynwbrkersgeziuuen, die woniugen der
onderneming in bnur hebben, met uitzettiug
gedreigd indien het werk niet wordt hervat.
In de metaal- en andere nijverheidsinrich
tingen, waar gewerkt wordt, wordt met
koleuaanvoer uit het buitenland gedreigd.
Op verscheidene dorpen is door de
werklieden een strooibiljet bij duizenden
exemplaren verspreid,waarin wiaak geroepen
wordt over het oproepen van miliciens om
de werkstaking te onderdrukken en hunne
broeders, de arbeiders, te bestryden.
In eeaige kolengroeven der stad Luik en
te Herstal, Jemeppe en Tilleur is eene kleine
verbetering in den toestand waar te nemen.
Na langdurige en veelal zeer rnoei-
ljjke beraadslagingen heeft de Rjjksdag bij
derde lezing de nieuwe wetsbepalingen be
treffende werkliedenbescherming, in den
vorm van wyziging der njjverheidswet, met
groote meerderheid van stemmen aangeno
men. Reeds meer dan een jaar is dit onder
werp in behandeling geweest. Daar de Re
geering voornemens is, op deze nieuwe
bepalingen overeenkomstig de besluiten van
ln het want waren de manschappen gevlucht.
Zij hadden den strjjd opgegeven. Hoe lang die
had geduurd, viel niet te berekenen. Lang voor
zeker, want dat ze tegen de waarschuwing van
den vnurtoren in, op de kust hadden aangehou
den, bewevs wel, dat hulpmiddelen en krachten
waren uitgeput.
Eeneden op het weeke zand, was men bezig
met het to. stel tot het afschieten der vuurpjjlen,
om den ongelukkigen eene ljjn tos te werpeD.
Telkens en telkens spoelden de golven den wan
kelenden driepoot om. De pjjlging scheet. Geen
wonder.
„Landrotten!" riep Gerrit.
Verderop beproefden eenige mannen de red
dingboot zee te doen ki zen, de domkoppenl
récht voor het schip, terwjjl de stroom noord
waarts liepl
Daar ging een tweede pjjl scheef als de
eerste. Natuurljjk. De ljjn viel een zestal meters
bezjjden het schip.
En dan die reddingboot, die nu zwabberde
op de golven en teruggeslagen werd, met meer
kans om zich tegen de bommen op strand te
barsten te stooten, dan het zinkende schip te
bereiken 1 Diep en onregelmatig ploften de riemen
in het kokende water. Een zwabbergast zou het
beter doen!
Wordt vervolgd
RAARMSUHE COURANT.