NIEUWE
aghte ma non agitate.
m 1748
Zondig 18 October 1801»
lode Jaargang.
Het kiesrecht.
BUITENLAND.
De brandstichter.
V
HliRLERSII
ABONNEMENTSPRIJS
Pei 3 maanden voor Haarlem0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
B U R E A TT: St. Janstraat Haarlem.
A1N HE a PRAT"
MMRMT.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 1—6 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentiën worden uiterlpk Maandag-, Woensdag-
eu V r jj d a g-a vond voor 6 uur ingewacht.
Uitgev eri: KüPPEES L A U B E
Hoewel sedert de optreding van het te
genwoordige liberale bewind alles wordt
aangewend om toch vooreerst niet aan de
kiesrechtherziening de hand te slaan, zoo
zjjn wij toch de meening toegedaan, dat
het der tegenwoordige meerderheid onzer
volksvertegenwoordiging niet zal gelukken
op den dnur het streven naar uitbreiding
van het kiesrecht tegen te werken.
Dit behoeftgeene verwondering te wekken.
Sedert geruimen tjjd toch hebben de
liberalen zonder ophouden betoogd, dat bet
aantal kiezers in ons Vaderland belangrijk
poet vermeerderd worden, ja zelfs bjj de
jongste openingsrede werd verklaard, dat
geene degelyke hervormingen in onze wet-
geviug en het staatsbestuur tot stand konden
komep voor het kiesrecht was herzien.
Het liberaal beginsel ten opzichte van
het kiesrecht werd voor enkele jaren zeer
joist omschreven door Mr. W. H. De Beau
fort, die dadelijke uitbreiding van het kies
recht toen eeu punt van groot belang
noemde. Hp meende toen, dat over de
wenscheljjkheid van eene dergelpke uitbrei
ding niet veel verschil bestond. Volgens
hem kon alleen nog getwist worden over
de grenzen. Hij gaf toen voorts nog al»
zpoe overtuiging te kennen, dat de uitoefe
ning van het kiesrecht op zich zelf een van
0 krachtigste middelen is om staatkuudige
on wikkeling te doen rjjpeu, terwjjl volgens
,em z°nder die uitoefening niet bij indivi-
uen, maar bp geheele klassan der maat-
scbappp, die ontwikkeling op ean laag peil
blplt staan,
Hoewel dus een vurig voorstander van
de uitbreiding voor het kiesrecht, beschouwt
Mr. De Beaufort toch, evenals wij, het kies
recht niet als etn recht, van nature iederen
burger aangeboren, maar als eeu recht, dat
door den wetgever wordt toegekend aan
hen, van wie men mag verwachten, dat
nuune^ deelneming kan strekken tot het
verkrijgen van eene volksvertegenwoordi-
8pgi waarin de meeningen en belangen
die ia de natie leven en zich doen gelden,
200 volledig mogelijk zullen zijn vertegen?
wQOrdjgd.
De aandrang der liberalen tot uitbrei-
}.D8 van het kiesrecht in den tjjd, toen
in de minderheid waren, vormt voorwaar
e0ue scherpe tegenstelling met hunne te-
80nwoordige houding, die er op gericht is
de kiesrechtquaeatie zoo jang als slechts
ia van de baan te houden,
j 8 het tot voor korten tpd in de aller-
uit 1 P'aa*8 n0°dig, dat het kiesrecht werd
gebreid, thans, nu de liberalen heer en
eester zijQj moet er in den eersten tpd
's niet aan worden gedacht. Deze incon-
eluentie is zoo tastbaar, dat het iedereen
n80twpfeld moet zjjn opgevallen, dieniet
FEÜ1LLET O N.
Een gebeurtenis uit het leven.
Vervolg
Doch laat ons in onze verbeelding eens eenige
maanden tqds terug gaan. Het was in den zomer
op een se emeravond. Op het heem, bij de staldeur
zijner hoeve stond de pachter Bagley, een jeug
dig, bloeiend man 00 voor hem een zijner
arbeiders, mager, slecht gekleed, reeds bejaard,
en in eene ootmoedige, bjj na smeekende houding.
- «et bl?ft er bij, nep de jonge pachthoevenaar
Op barschen toon g \j waart schuldig aan *t onge
luk en gij hebt ook te zorgen, dat de schade weer
Worde vergoed.
Maar, meester, het tuig was oud en wrak
antwoordde de andere op klageljjken toon, en
jumper is zoo wild, dat geen mensch hem baas
kan blijven als hjj 't in den kop krjjgt.
Niet baas blijven Jumper niet? Geef
Paard de schuld niet; maar zeg liever, dat gij
ïelf dronken waart.
Dronken, ik Hoe zou ik mij van m jj n
loon bedrinken kunnen hernam de oude arbeider,
eenigsziug driftig wordende bij zulk eene onver
diende aantijging.
door de holle theorieën der liberalen zijn
geest heeft doen verstompen.
Vanwaar deze beginselverzaking haar
oorsprong neemt, behoeven wjj bijna niet
aan te wijzen. Het is toch van algemeene
bekendheid, dat de liberaleu bjj hunne po
gingen om meerderheid iu de Volksverte
genwoordiging te woden, geene middelen
hebben ontzien om bij hen, die zij niet tot
hunne partpgenooten rekenden,hulp en steun
te verkrjjgen. De radicalen, die in vele op
zichten met de liberalen homogeen denken,
waren al spoedig voor de liberalen gewon
nen, toen de laatsten verklaarden, dat zjj
zouden medewerken tot groote uitbreiding
van het kiesrecht, zoodat vóór en tjjdens
de verkiezingscampagne, radicalen en libe
ralen arm in arm giugen om de zooge
naamde kerkelijke partjjan te bestrijden.
Dit is maar al te wel gelukt. De libe
ralen zijn du meester van den toestand,
maar geljjk wel eens meer gebeurt, waa
neer personen, die hun eigen weg willen
gaan, vriendschap met elkander sluiten,
wanneer de eene den andere niet meor noo-
dig heeft, dan doet hij vaak als had hp
hem nooit gekend. Zoo ook thans de libe
ralen. Zjj weten, dat hunne positie er van
afhangt, wanneer zij tot de uitbreiding van
het kiesrecht overgaaD, en verrichten thans
al wat in huuoe niachfc is, om toch maar
de kiesrechtquaestie niet in behandeling te
nemeD.
Het is vooral ook deze omstandigheid,
welke ons met afkeer vervuld doet zjjn voor
het liberale stelsel. De liberalen voeren eene
gelegen heidspolitïek van de onedelste soort.
Consequentie is bp hen volstrekt niet te vin
den. Hadden zjj zich voorgenomen om de
vele theorieën, door hen tplens de verkie
zingen verkondigd, in wetsvoorstellen te
belichamen nu zjj de meerderheid, bezitten,
dan zon weldra een strpd om beginseien
in onze vertegenwoordiging zyn te aanschou
wen geweest, d'.e met huDne overwinmQg
of hunne nederlaag was geëindigd. Ia elk
geval zou niet, zooals nu het geval zal
wezen, een tijdperk van heerschappij zonder
degeljjke, leidende gedachte zich voordoen,
waaraan alle richtingen zuj|'eu wenschen, dat
maarzoo spoedig mogelpk een einde komt.
Zoo even zeiden wij, dat het aan de libe
ralen niet gelukken zal het streven naar
kiesrechtuitbreiding te onderdrukken, om de
eenvoudige reden, dat zp tot voor kort zelf
alles aangewend hebben om de urgentie
van de kiegrechtquae3tie toch maar duide-
ljjk te maken aan iedereen.
Zij hebben wind gezaaid en zullen storm
oogsten. Hoewel de rechterzjjde van de
Kamer in haar geheel zeker niet zal aan
dringen op zoo spoedige behandeling vap
deze herziening) durvep wjj toch wel te
voorspellen, dat vele leden der rechter-
zjjde, maar in 't bizonder een aantal par
tpgenooten der liberalen zei ven het der
Ook nog brutaal op den koop toe viel de
pachter toornig uit. Morgenavond is alles weer
in orde, of....' Dat s mjjn laatste woordnu
marsch
De arme man zag zijn meester treurig en vragend
aan, als om den indruk van zijn laatstee
beweeggrond waar te nemen. Mjjne vrouw en mjjn
kind fluisterde hij, liggen aan de koorts, en de
meester zegt, dat mjjn arme Zach moeite zal hebben,
't op te halen.
jjat zjjn uwe zaken maar dat raakt mij niet
was het hardvochtig antwoord.
Maar éen verzoek dan, meester, maar éen,
zuchtte de arbeider, t Is al jaren, dat ik u met
vragen niet lastig val. Laat voortaan een van 't
jonger volk met Jumper rijden, t Is een koppig,
wild beest, dat ik niet meer baas blijven kan.
Gekheid! In mijn werk heb ik alleen tj
zeggen, hoe 't wezen moet. Gij houdt Jumper,
zooals altjjd.
Nu, dan weet ik ook wel vooruit, wat eens
gebeuren zal, zuchtte de arbeider. Meu zal me
nog eens dood in den stal vinden liggen, met het
hoofd ingetrapt en de hersens tegen de want
gespat.
Is 't anders met, daar ge bang voor zijt
riep de pachter en schaterde het uit. Nu, dan
kunt ge veilig op een lang leven rekenenwant
Regeering en de Regeeringspartp zeer moei-
ljjk zullen maken. Men zal het Kabinet en
de toongevende liberalen aan hun woord
willen houden. Men zal hen voor de voeten
werpen, dat de beginselverloochening in zake
het kiesrecht niet langer mag geduld wor
den, en ondanks de Regeeriug zal de kies
rechtquaestie toch aan de orde komen.
Wat ons betreft, steeds hebben wjj ons
g .schaard aan dezjjde van heo, die raeenen
dat meerdere uitbreiding van het kiesrecht
gevaarlijk voor de orde en rust in den Staat
en voor het behoud onzer Staatsinstellingen
moet geacht worden. De democratische be
weging van onzeu tpd, het verlangen der
lagere standen om invloed op den gang dor
staatszaken uit te oefenen, moet met kracht
worden bestreden.
Wij zjjn hiervan overtuigd, niet wjjl wjj
wenschen, dat de belangstelling van allen
in den gang van 'a lands zaken zal ver
minderen, maar wel omdat wjj vreezen voor
de verkeerde invloeden, welke zich bij be-
langrjjke vermeerdering van het aantal
kiezers zullen doen gelden. Vooral in de
tegenwoordige tjjdsQmstandigheden moet het
naar onze meeuiDg hoogst badenkelpk ge
acht worden om tot kiesrecht-uitbreiding
over te gam, vooral ook omdat wjj niet
gelooven, dat hierdoor eene volksvertegen
woordiging zal tot stand komen, waarin de
«meeuingen eu belangen, die in de natie
leven en zich doeo gelden, zoo volledig
mogelpk zullen vertegenwoordigd zjjn.»
Bjj uitzetting van het kiezersvolk zal het
nog veel minder dan thans mogelpk wezen
eene zuivere vertegenwoordiging der natie
te verkrpgen, omdat verkeerde invloeden
dan nog veel meer gelegenheid zullen heb
ben hunne noodlottige werking uit te oefe
nen.
Onze slotsom is dan ook, dat de liberalen
door hunne verloochening van het stand
punt, dat zjj bjj de jongste verkiezingen j
en voor dien tpd innemen, thans alle in- j
nerlpke kraebt missen. Zjj kunnen niet
krachtig eu flink met hunne voorstellen
voor den dag komen, wpl hnune tegen
woordige heerschappp op eene leugen be
rust. Evenals immer hebben de liberalen
ook nu weder getoond, hoe weinig op hen
gebiuwd kan wordeD, en hoe zp hunne be
loften steeds schenden.
Samenwerking met deze Regeering is
derhalve aan geen enkel oprecht anti-libe
raal geoorloofd, als do liberalen slechts
conceasiën doen, wanneer zp meenendaardoor
voor zich zelf nog grooter voordeel te kun
nen bedingen. Van de nieuwe parlementaire
periode koesteren wij dan ook volstrekt
geene groote verwachting. Wp herhalen
daarom onzen reeds vroeger uitgesproken
wensch, dat spoedig het oogeublik zal aan
breken, waarop de tegenwoordige meerder
heid der Kamer niet door een meer uitge
breid kiezerskorps, maar door dezelfde kie-
al trapte Jumper u ook hondermaal op den kop,
de hersens uitstampen zou hjj toch niet.
Met deze bittere spotwoorden haast! e de paeht
hoevenaar zich naar zjjne welbezette tafelde
arme arbeider loopt naar zijne hut, waar vrouw
en kind ziek lagen.
Echter zjjoe vrouw zoude niet sterven. Zij her
stelde, zoo men het herstelling noemen kon, dat zjj,
hulpeloos en verlamd, gedoemd bleef, om den
overigen tjjd haars levens bestendig het bed te
houden 't bed, neen, een ellendig koteen
barden zak, met sfroo en hooi opgevuld.
Ook de knaap weerstond door zjjne onverzwakte
jeugdige kracht het geweld der ziekte, hoewel hij
eigenljjk geene zorg of oppassing genoot. De dood
koos zieh eeu ander offer uit.
Op een Maandag-morgen werd de ou-leTheaks
op de hoeve vermist. Behalve met ander werk,
was hjj ook met het voeren van eene kudde scha
pen balast, en daar dit met de grootste regelma
tigheid moest geschieden, was pachter Bagley
woedend over de nalatigheid van zijn arbeider.
Hjj zond iemand naar zijne hut, om hem te
halen doch de verlamde vrouw gaf de boodschap
terug, dat haar man, als gewoonlijk, met het krie
ken van den dag de hut had verlaten. Door een
somber gevoel gedreven, volgde de jonge Zacharias
zers van thans zal worden vernietigd, om
plaats te maken voor eene, die hare be
loften, zoo ze die doet, beter zal oakomeD.
Volgens de Courier de Bruxelles zal de
Belgische Regeering binnenkort aaa de wet
gevende macht inzage geven van een ont
werp Koninklijk besluit, waarbjj een Opper
ste Raad van den arbeid wordt ingesteld.
Deze Raad zou voor de arbeiders moeten
wezen, wat de Algemeene Raad van Nij
verheid voor het kapitaal is. Zp zal nit 48
leden bestaan, waarvan 16 door den Koning
16 door de patroons en 16 door de werk
lieden zullen worden benoemd.
Op zjjne doorreis van Marseille naar
België heeft de Burgemeester van Brussel
aan een reporter de verzekering gegeven,
dat er geen geheim verdrag tnsscheu België
en Duitschland bestaat. Als hij dit de eerste
maal aan het diner te Marseille verklaard
hal, deed hjj dit op uitdrukkelijk verlan
gen van Koning Leopold, die allen twijfel
op dit puut weuscht opgeheven te zien.
Met de uitvoering der Wet op de
Sperrgelder is in Duitschland een aanvang
gemaakt.
De Opper-President van Westfalen is
belast met het benoemen van eene Commis
sie, welke bepalen zal welke bestemming
aan de ingehouden gelden behoort gegeven
te wordeD.
Baron Von Schorlemmer Alst is reeds
uitgeaooiigd in deze Commissie zitting te
nemen, eu heeft zich daartoe bereid ver
klaard.
Op het socialisten-congres te Erfurt
zjjn heft;ge aanvallen tegen de oppositie
gericht. De meeste sprekers drongen aan
op de uitsluiting der oppositie. Liebknecht
terugkomende op zijn strjjd met Domela
Nieuwenhnis, noemde diens programma dat
van een droomer.
Tpdens het verbljjf der Fransche
Ministers te Marseille hebben eenige wan-
ordelpkheden plaats gehad.
De Maire heeft deze in eens proclamatie
gebraadmerkt.
«Als eenige kwajongens, ouder voorwend
sel vaa socialisme of algemeene politiek,
lompe mauifestaties hebben gedaaD, moet
men wel weten, dat de Ministers daaraan
de waarde gehecht hebben, welke zjj ver
dienen en zp te eerljjk zpo om Marseille
voor zulk eene doellooze onbezonnenheid
verantwoordelijk te stellen. Uit het gebeurde
valt af te leiden, dat er nog veel te doen
valt aan de opvoeding der jongelieden, die
de straat boven de werkplaats verkiezen.»
Een socialistisch Raadslid kwam op tegen
de benaming kwajongens door den Maire
aan de «manifestanten» gegeven.
Een aantal werkstakende glasblazers
te Denain zjjn, wegens het niet nakomen
het volk van de hoeve, om zjjn vader op te
zoeken. Hij had daartoe geen langen tjjd noodig
want hij vond hem in Jumpers stal, bloedig, met
vermorzeld hoofd, schier niet meer als menschelijk
lichaam kenbaar.
De gezworenen werden saamgeroepen, om uit
spraak te doen, en zjj betoonden zich verontwaar
digd over de gevoellooze hardheid, die de pachter
Bagley in den ganschen loop der zaak aan den
dag legde, maar vooral, toen men hem aanzeide
Jumper voor den kop te schieten, opdat het dolle
dier niet misschien nog een tweede menschenleven
zou vernietigen.
Wat, riep hjj toornig uit, omdat die domme
Theaks mjjn paard tusschen de pooten kwam, zou
ik zjjn huid aan den vilder geven
Mjjoheer, voegde de voorzitter van ds jury
hem toe, bedenkt gjj dan niet, wat het leven van
een mensch tegen dat van een paard heeft te
zeggen
't Heeft 'er niets tegen te zeggen, niets 1
schreeuwde Bagley, aan zijne drift toegevend
zulk arbeidend menschenvee kan ik krjjgen, zoo
veel ik verkies en voor weinig geld maar voor
Jumper heb ik mjjne kosteljjke 45 guiojes be
taald.
Wordt vervolgd.)