NIEUWE
1861
Woensdag 20 Jol! 1892
17dc Jaargang
Eene onbeschaamdheid-
BUITE N L A i\ D.
ABONNEMENTSPRIJS
AGITE ma non agitate.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
miMSCHECOMUT.
Pei 3 maanden voor Haarlem. 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers0,03
Dit blad vorschynt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG
B TT R E A TT: St. Janstraat Haarlem.
Van 16 regels 30 Cents
Elke regel meer5
Groote letters worden berekeud naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant
Advertentie n worden uiterljjk Maandag-, Woensdag-
en V r y d a g-a vond voor 6 uur ingewacht.
Uitgever»; KflPPEBS fc L A U B E Y.
Men verhaalt van Baron Ansel mus Roth-
s°hild, dat hp aan iemand, die hem raad
,Vr°eg omtrent de beste wyze van geldbe-
e£ging, zou geantwoord hebben: «Wilt ge
goed eten en drinken, koop dan Turksehe
Papieren; wilt ge rustig slapen koop dan
■^Ogelsche Consols.»
In deze woorden ligt eene waarheid, welke
Sereen moet kennen, die zjja vermogen in
^ftatspapierea belegt. Wie van ziju geld
Oooge rente wil trekken, die dient te weten
at hij in dit geval met zijn kapitaal een
8rooter risico loopt, dan wanneer hij slechts
matige rente aanspraak maakt. Eene
?°ge rente heeft vooral voor kleine rente-
ö'ers iets verleidelijks, doch menigeen heeft
fftoole schade ondervonden door zyue spaar-
PoQuingen tegen ruime percenten te beleg-
Jjel- Het geld heeft in 't algetneeu eene
jolende waarde, dat wil zeggen, men kan
■'Oaua voor denzelfden prijs zich niet meer
?aisehaffen wat mep voor twintig a dertig
koopen kou. Daarbij komt nog, dat in
Mgemeen de behoeften zijn gestegen. Beide
?aken staan met het stygen der arbeidsloonen
'Q verband. Voorts is ook het bedrag van
rentestandaard gedaald. Terwyl men
Vroeger vyf percent ontving van geld op
8°ede hypotheken, krygt men nu nog nau-
*e|ijks vier percent. De reuteopbrengst van
vermogen is een vyfde verminderd, ter-
*0' de levensbehoeften in prijs zijn gestegen,
menschen die tien a twintig jaar gele-
met een juist toereikend kapitaal zich
er ruste zetten, bevinden zich thans in
?°rgelijke omstandigheden en nemen de ge-
egeuheid met vreugde te baat om hun geld
?P Bene schynbaar voordeelige wyze te be
nnen.
p Op deze wyze hebben velen hun geld in
,°rtugeeschestaatspapieren geatobeo.'t Was
biet dg juiste weg om hunne inkomsten te ver
meerderen. Wanneer de middelen voor het
eVensonderhoud niet toereikend zyn, moest
liever trachten langs den weg van eer
den arbeid de inkomsten te vergrooten.
V il men zulks niet, dan moet men de te-
naar de nering zetten. Maar noch het
?0le noch het andere is naar den zin der
meine renteniers. Om weder aan het werk
gaan, daarin nebben zy geen zin; zy
*efbeeldea zich alsdan een paar sporten
tf} dalea op de maatschappelijke ladder;
"biar bezuinigingen willen zij ook niet,
b® 'niet by de menschen in opspraak
;e komen. In huis moge schraalhans vaak
pukenmeester zynmaar voor het ui-
vertoon is men rentenier. Daarom
kinnen velen by het lezen van de fraai
°Pg68telde prospectussen aan de bekoring
Seen weerstand bieden en zy vergeten de
genaeene waarheid, dat alleen slechte scbul-
FElilLLB TON.
De slangentong.
[Q den herfst, als de hellingen der Pyreneën
dci gaan verschuilen onder eene sneeuwlaag,
*1 verlaten de herders van Béarn hunne bergen,
b voeren hunne kudden van magere schapen,
®i zorgeloozen ezel en dikbehaarden hond met
vlci> zij hebben afscheid genomen van hunne
r°uwen, hebben hunne kinderen vaarwel gekust,
a Du dalen zij af naar de vlakten der Adour,
aar de weiden altijd malser zijn en de zon ook
b den winter koesterend blijft.
7 Omstreeks Sint Michael zien de boeren der
^'ides de herders met hunne roode mutsen aan
dien lange de groote wegen, beschaduwd door
sale platanen: en nu wordt spoedig eene orereen-
°ttst getroffen. De landbouwers staan gaarne
bine weiden af, waar de herders hunne schapen
f ®i grazen, terwijl zy huisvesting genieten bij
?1 boer voor zich en voor hun vee. In ruil
leWoor geeft de herder de mest zijner schapen,
a®b gedeelte der melk, terwjjl bjj in de wiuter-
i °iden een paar grooten kousen breit voor don
v6er des huizes eu een paar mitaines voor de
^r°iw of dochter. De bergbewoners blijven tot
BQ zaaitijd der mais, d. i. de eerde dagen der
«and Mei dan beginnen de schapen te blaten,
6 «zei begint van ongeduld te balken, de hond
denaars hooge percenten betalen. Lijdt men
dan later schade, dan roept men de hulp
van den Staat in. Nu de Staat heeft nie
mand gedwongen zijn geld naar Portugal
te dragen; die zulks gedaan beeft, deed dit
volgens eigen wil en voor eig®i risico-
Hoe het met de staatsfinanciën van Por
tugal geschapen staat, zulks ie ons alle
finesses niet bekend! Slaan we op dit land
eeu blik van een oeconomisch standpunt,dan
zeggen we: Portugal is geen arm land. Zyn
invoer overtreft evenwel de uitvoer nog al
op belangrijke wyze. Ia het jaar 1889 beeft
de invoer" 190, de uitvosr 106 millioen be-
drageo. Hierbij moet wel in aanmerk.ng
worden genomen, dat deze invoer grooten-
deels uit de Portugeescbe kolouiëa komt en
dat deze koloniën zeer rijk zyn. De belas
tingen zijn niet'hoog. Wanneer Portugal
betalen wd en daarvoor de cynskracht van
het land benuttigt, dan zou het aan z0oe
verplichtingen wel kunnen voldoen; in elk
geval is het in 't bezit van overzeesche lan
den en als een earlyk schuldenaar geen
contant geld, maar liggende goederen bezit,
geeft bij deze gaarne om zyn goeden naam
als eerlyk man te behouden. De waardigheid
eener natie bestaat ook in het nakomen van
hare verplichtingen wanneer zy van an eren
geld heeft geleend. Handelt eene natie anders,
dan staat zij op finaociëel gebied ge y aan
een barbaarscbeu Staat, die geld neemt waar
het te krygen is, maar die zich om terugbe
taling niet bekommert.
Wat zegt men echter als het dagblad
Reforma, dat te Lissabon verscbyat en met
de Regeering in nauw verband s aat, bet
niet voldoen aan de verplichtingen a s eene
daad van energie beschouwt, die zeldzaam
mag geheeten worden? Inderdaa eet in
onzen tyd behalve Portugal geen Staat den
moed der fioanciëele eerloosheid ge a De
Reforma spreekt van «bloeduitzuigen e fi
nanciers» en van hunue «vuile e angan,»
het blad gewaagt vau «van belee ïgingeu
van hen, die zich ten koste vau onge
lukkige laad hebben vetgemest» en ver aart:
«dat het Portugeesche volk, van e nacht
merrie verlost, wederom vrij kan a em a en.»
Het slot vau dit met pyramidale onbe
schaamdheid geschreven artikel luidt als
volgt: «De Portugeesche natie heeft de diep
ste eu meest souvereine verachting voor al
die belachelijke kunsten en cameleongrap-
pen van voorgewenden tooro, ^aa'™e,16
heeren financiërs, nadat ze het an e en
uitgezogen, thans eene internationale kome
die aan de wereld vertoonen, terwy zy e
spits van den laars nog voelen, waarme e
zy zyn weggeschopt. Gaat nu voor ons e
beleedigen met het geld, dat gfl onder het
storten van tranen uit uwe eurs, ie wy
gevuld hebben, neemt, maar doe ons ook
het genoegen en plaats u op de 3anspi sen,
kjjkt verlangend in de
richting van de ver.e
Pyreneën, en op een schoonen m°r^e° ,ea
de kudden, als door instinct gedrev ea
blauwen Pic d'Ossau, lang»echoone gr §0D>
waar de verjongde platanen hun e r groen
vertoonen.
Elk dorp der vlakte heeft zijne gewone herders,
die haast altijd den winter doorbrengen op dezelMe
hoeven; men ziet ze steeds eiken hei s w ren
en het een,ge verschil is, dat zetelkenseen
nig meer gebogen, een weinig meer v ig jj e-
rugkomen. Doch soms ook gebeur e een
boer, die een grijsaard verwachtte, aa
der kudde een kna«p ontmoet, dien 5 en
maar die hem tusschen twee coup e en n zij a
lied mededeelt, dat zijn va^er, de herder van
vroeger, daar ginds in de bergen ges orven is
omstreeks Sint Jan. j n i
Het was in de eerste dagen der maand October.
Een jong meisje der vlakte was bezig ans anjas
te schudden voor een wit huis, toen zy eeDe u e
schapen zag aankomen, geleid door een sc oonen
herder. Zoodra deze haar zag bleef bij staan en
""/Zeg, Jaffronw, zoudt gij mij ook kannen zeggen
waar de hoeve vU Mijnheer De la Bibere staat?
„Daar zyt go juist, herder,//hernam het meisje.
//Dat had ik moeten raden,// zei de knaap,
//want mgne kudde heeft van zelf den weg naar
uwe velden gekozen. Welnu, Juflrouw, ik ben
Pieter, de zoon van uw vroegeren herder Mat-
opdat eij ben, die gy wilt beleedigeD, ook
kunt zien.»
Zoo spreekt dit blad tot «de lieden, die
zyoe natie hebben bedrogen.»
Athanasios heeft spoortreinen aangehou
den en uitgeplunderd en heeft dit met gevaar
voor zyn hoofd gedaan. Maar hy is toch
edelmoediger geweest, dan de redactie van
de Portugeesche Reforma. Athanasios scheldt
niet op de uitgeplunderden en beweert ook
niet, dat hij door hen is uitgeplunderd. Nog
veel minder verlangt hij, dat de uitgeplun
derden zich op de teenspitsen zullen plaat
sen om hem in het rooversgelaat te aan
schouwen!
Wanneer nu de eene of andere redactie
znlke taal durft te echryvèn, dan behoeft
men daarom niet te ontstelleo, maar de
zaak wordt anders wanneer haar blad de
echo is van het Ministerie, wanneer de re
dactie slechts haar naam leent en het Ka
binet daar achter schuilt. Zich dat te laten
welgevallen kwetst de eer van hen, die aan
Portugal, op goed vertrouwen, geld hebbeu
geleend. Men mag hen onverstandigen of
waaghalzen heeten, maar dat zy dePortu-
geezen hebben uitgeplunderd, mag men niet
van hen verkondigen.
Wij kunnen het zeer goed billyken, dat
de Duitsche Gezant te L;ssabon, namens
zijne Regeering geprotesteerd heeft tegen
het verbreken der Parysche overeenkomst.
Wij zouden het billyken als hy nog een
stap verder waie gegaan, als by het volle
kapitaal en de volle rente had verlaagd. In
een beschaafd land moeten de rechten van
iedereen worden geëerbiedigd en wanneer
dus de Portngeezen eene wet mak^n, die de
rechtbanken voor de eischen van bnitenland-
sche scbuldeischers buiten werking stelt,
dan kennen wy moreel geen onderscheid
tusschen zulk een geciviliseerdeu Staat en
het gebied van dezen of genen barbaar, die
zonder gewetensangst het aan hem toever
trouwde geld als buit in de eigen beurs
schuift en zyn Fetish dankt, dat deze hem
dat heeft geschonken.
Wy kunnen deze gelegenheid niet laten
voorbygaan zonder met een enkel woord
te gewagen van het algemeen belanj/, 't welk
er in gelegen zon zyn wanneer fiuanciëele
rampen zooals Portugal er eene heelt be
reid, door wettelyke bepalingen werden voor
komen. Wy verlangen geenszins, dat de
markt voor buitenlandsche leeningen moet
gesloten worden, maar van den anderen
kant kunnen er toch wel maatregelen ge
nomen worden, dat men het goed geloof
van zeer velen niet gebruike, om hen, die
geld bezitten, uit te plunderen. Het recht
om buitenlandsche leeningen aan de markt
te brengen willen wy aan niemand ont
zeggen, maar wij mogen wel verlangen, dat
men zich strikt houde aan de eenmaal ge-
thias, die met Sint Laurentiu» i» gestorven.
//Zeer goed, Pieter, kom, ik zal u bjj mijn vader
brengen.//
Met Pieter werd dezelfde overeenkomst getroffen
als vroeger met Matthias, en de schapen bigonnen
naar hartelust te grazen in de velden, die zij van
ouds kenden, en waarin de geur van het gras
hen zoo zeer aantrok.
Pieter waa een vrooljjke jongen; hy was klein
van gestalte en bruin van kleur, maar zjjne stem
w .s zoo helder en zoo zuiver, dat zijne liederen
tot zelfs den echo bekoorden. Hy kon nog geen
twintig jaar oud zijn, maar toch kende hij reeds
tal van vroolijke vertellingen, waarnaar in de
lange winteravonden allen gaarne luisterden, maar
bizonder de dochter van den pachter, de lieve
Marie De la Ribère. Marie, een aardig meisj»,
op wier mond steeds een glimlach zweefde, een
meisje met zachte heldere oogen, hoorde Pieter
zoo gaarne vertelhn tan weerwolven, heksen, on-
deraardsche gewelven, ja zelfs van zijne schapen;
ook hoorde zij hem gaarne Bpreken van de vallei
Ossau, van de blauwe bergen, met sneeuw be
kroond, waar hij zjjne jeugd had doorgebracht,
en zy was blijde met de schcone mitaines, die
hij te gen Kerstmis voor haar had gebreid en met
het witte lam, dat hij haar Bchonk op haar acht
tienden verjaardag.
Met droelheid bemerkte Pieter op zekeren
avond de eerste witte bloempjes aan een kerseboom.
De lente naderde. De schapen begonnen te
maakte bepalingen of beloften. Wanneer
men aan een notaris geld toevertroawt om
het op hypotheek te beleggen, dan zou die
notaris al zeer gewetenloos handelen, wan
neer hy dit geld aan den eersten den besten,die
zich aanmeldt, zou overhaudigen. De Dotaris
doet onderzoek naar den man, by eisebt
bewijzen van zijne soliditeit, hij ziet de do
cumenten in waaruit hy de waarde van het
onderpand kan leeren kennen en dan eerst
maakt hy de acte op en wordt de hypotheek
gesloten.
Diezelfde eischen mag men ook stellen
aan eene door de Regeering geconcessio-
neerde bankinstelling, wanneer deze zich
met eeu fraai prospectus tot de bears der
gansche natie wendt. Men mag ongetwy-
feld verlangeo, dat in zulk een geval de
Bank zich waarborgen verschaft, alvorens
zy bemiddelend optreedt en dat zy dan ten
minste voor een niet al te klein nantal ja
ren voor de strikte nakomiog de afgelegde
beloften aansprakelijk wordt gesteld. Zulk
eene bescherming is, dunkt ons, elke Re
geering aan het publiek verschuldigd.
De Brusselsche Afgevaardigde Lemonoier
heeft in den Gemeenteraad het voorstel ge-
daad, in 1895 eene internationale tentoon
stelling te houden. Het voorstel is zeer gun
stig ontvangen eu heeft te meer kans ta
worden aangenomen, daar de tentoonstelling
van Antwerpen in 1894 waarschynlyk niet
zal piaat9 hebben.
Lang reeds is er geklaagd door Duit
sche reservisten en landweermannen, dat
bun, gedurende den tyd, dien ze voor her-
halings-oefeniogen waren onder de wapens
geroepe geene schadevergoeding werd toe
gekend tot het onderhouden van hun gezin.
De gegrondheid dier klachten viel niet te
ontkennen, zoodat nu onlangs in Duitschland
eene wet is aangenomen tot regeling dezer
aangelegenheid.
Te rekenen van 1 Juli e. k. zal ten be
hoeve van de manschappen der reserve en
der landweer gedurende de periode der her-
halings-oefeningen ten laste van den Staat
per dag het volgende aac hun gezin worden
uitgekeerd: voor de echtgenoote 30 pet. van
de dagelyksche verdiensten, die de man als
burger geniet.
Voor eik kind of bloedverwant, die tot het
huisgezin van den soldaat behooren, 10 pet"
vau dit zelfde bedrag, met dien verstande,
dat de geheele schadevergoeding voor een
gezin s/6 van het dagelyksch loon niet te
boven mag gaan.
BoteDgenoemde wet, in werking tredende
den len der volgende maand, heeft echter
bovendien nog terugwerkende kracht voor
het tydrak van 1 April tot 1 Juli.
blaten op de warme weiden, waar de madeliefjes
reeds bloeiden. De ezel verhief den kop en spitste
de lange ooren naar den Pic d'Ossau.
//God zy met u, Maria//, zeide de herder, toen
hy het meisje groette volgens de gebruiken der
streek, //God zij met u, ik moet vertrekken.
Maria neeg een weinig het hoofd en bloosde.
Toen Pieter dit merkte nam hy beschroomd hare
hand en naar de punten zijner klompen kjjkende
zeide hy:
//Maria, indien gij voor mjj dezelfde gevoelens
koeaterdet als ik voor o, dan zouden wij in de
lente van het volgende jaar een huwelijk kunnen
sluiten. Ik bemin u, en ik zon u gaarne medena
men naar daar ginde, naar den voet van dien ron
den berg, waar ik eene moeder heb, die u even
teeder zou liefhebben. Het is waar, wij zyn piet
rjjk, maar, en hier sprak de herder een weinig
zachter, ik zon misschien een middeltje weten,
om iemand rijk te maken, die ik liefheb.
„Hoe zoudt gjj dat aanleggen, Pieter?» vroeg
Maria, terwijl zij de oogen opsloeg.
„ZieIk heb een oom, die vroeger even
arm was als wjj. Sedert twintig jaren koopt
hij jaarlijks een huis bij, en nooit is er iemand
ziek bjj hem.
Ik ken ook een knecht, die nooit eene erfenis
heeft getrokken, en evenwel twintig dni-.end franks
bjj elkaar gegaard heeftin weinige jaren, en zgne
vrouw heeft de schoonste kinderen uit den omtrek.
„Wat wil dat alles zeggen, Pieter?" (ÏPordt verv.)