NIEUWE
r
i i
PI*. 1896
Woensdag 12 October 1892.
176* Jaugug
agite ma now agitate.
De vrede in den soclalisti-
schen Staat.
BUITENLAND.
i
i
ABONNEMENTSPBIJ8
Pei 3 maanden voor Haarlem. f 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers 0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG es ZATERDAG
B IT R E A TT: St. Janstraat Haarlem.
PBIJS DEB ADVEBTEETIEN.
Van 16 regels30 Cents
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
D enstaanbiedingen25 Cents per advertentie a Contant
Advertentiën worden niterljjk Maandag-, Woensdag-
ea Vrgda g-a rond voor 6 uur ingewacht.
Uitgever»; KüPPIBS LAUKEY.
Ouder de vele bespottelijke beweringen
*ulke de Pruisische Afgevaardigde Lieb-
*°echt met sluwe diplomatieke berekening
°P het socialistische congres te Marseille
440 ague Frausche geestverwanten heeft
*6rkondigd, speelde de krachtige verzekering
*aa den eenwigen vrede in den socialistischen
,0ekom8tstaat eene hoofdrol. Als eerst maar
6 tegenwoordige Staats-orde en maatschap-
Pe'öke toestanden zjjn omvergeworpen,aldus
'Prak Liebknecht, ;dan is de Elzas-Lotha-
ïlagsche quaeitie opgelo»t, alle strjjd der
pikeren verdwenen en de ongestoorde vrede
18 verzekerd.
De sociaal-democraat Liebknecht behan-
'81de op het ovengenoemde congres zeker
'®Ue zeer belaDgrjjke vraag en gaarne had
""n van hem iets meer vernomen hoe hjj
®u zjjne geestverwanten zich de verhouding
®r natiën onderling dan wel voorstellen,
daarover echter werd geen woord gesproken
niemand zal geneigd zjjn om nadere
.ahchtingen te vragen. Immers toen men
adertjjd aan Liebknecht de vraag richtte
of zulk een toekomststaat er eigenljjk
j zou uitzien, antwoordde hg met meer
dan beleefdheid, dat slechts
°(fnatische do» ooren zulke vragen kunnen
"tien. En aan deze taktiek van het gulden
^flgeu zgn de sociaal-democraten getrouw
8ebleren. Van de binnenlandsche politiek
au den socialiitischen toekomststaat weet
r1®0 das niets zekers. Hoe zou het met den
uitenlandschen gesteld zgn?
sociaal-democraat Richter heeft in zgne
~°zial democratische Zukunftshildern zeer
Uldeljjk bewezen, dat de socialistische toe-
°mst«taat, om de maatregelen ten opzichte
aa het maatschappelijk leven ten uitvoer
6 brengen,een groot aantal politiebeambten
°odig heeft en dat hg ter bewaking van
6 grenzen, om vlucht en smokkelarjj te
'hinderen, bovendien een leger hebben
oet. Wellicht bewert nu de Heer Lieb-
uecht, dat er geene grenzen meer zullen
«u, vermits de Europeesche Staten zich
uder roode banier der vrjjheid, geljjk-
en broederschap zullen vereenigen,
r^r als ook werkeljjk de vereecigdo Staten
au Europa tot stand zouden komen, dan
°uden er toch nog grenzen bestaan, die
#eae ondoordringbare bezetting zouden ei-
hen: de landgrenzen van Azië, de ku»t-
j| 8nzen van de drie andere zjjden vau Europa,
srst dan wanneer de gausche wereld éen
aat vormde, zouden de grenzen vervallen,
.^Uorljjk zoolang tot deze kolossale Staat
ch weder in stukken ging v. rdeelen,'t geen
'8er spoedig zou geschieden.
Er )aaj. zjcjj uauwelgks iets ODziunigers
aQhen, dan de bewering, dat de vrede zou
8'zekerd zjjn door de vereeniging van
FEÜ1LLBT ON.
Moed beloond.
Vervolg.)
n *^6, cnje
jongen,* riep zijn speciale vriend
g ert Brand, een procureureklerk, „kom big on».
even stil, koetsier?//
Wandel was wanhopig. Zgn plicht zoo te ver-
"'loozen, was, toch wel wat al te erg!
kan niet. Ik moet de stad uit.//
ookl//
"^8 maar voor zaken.»
li zgn ook niet voor ons pleizier uit, wel,
moet dadelgk naar Chelmsford," zeide
hdel en deed alsof hg weg wilde gaan.
"slnuford? Is dat niet een dorp op den weg
h„ Lpeom? Wü zullen je wel daar naar toe
en8en.«
^aat n*et» ou^e jongen. Je weet ook wel,
ligtbalmaford. in eene gehetl andere richting
d6" ga met ons mee en doe de zaken na
w®drennen af. Je kunt immer» van middag
Uheluuford gaan."
meerdere natiën tot éen Staat. Dan ware
Napoleon Ide grootste vredestichter geweest,
want hg bracht de meest verschillende ge
deelten tot éen geheel te zameo. Deze onna
tuurlijke eenheid bracht echter niets dan
nieuwe oorlogen voort.
Veronderstellen we eens, dat Frankrgk
en Duitschland tot éen toekomststaat waren
samengevoegd. Zou dan de ijverzucht der
beide natiëa zgn geëindigd? Zouden de
Fransche «burgors» aan den president Lieb
knecht willen gehoorzamen? of zouden zij
niet over tirannie en uitmergeling door do
Duitschers klagen, die volgens huo begrip
minder intelligent zgn en toch op gelgke
rechten aanspraak maken en zelfs de heer
schappij verlangen? Da Duitschers zouden
misschien iets meer bescheiden optreden in
deu toekomststaat, dan hunne buren, die
in alle klassen en standen tot de minste
toe van het bewustzijn diep doordrongen
zgn, dat de Fransehen een élite korps in
de menschheid uitmaken. Maar vermits in
den socialistischen toekomststaat niot alleen
eer, vrgheid of andere ideale zaken, maar
ook de porties spgs en drank door hooger-
haDd bepaald worden, zoo zouden ook de
geduldigste sleepdragers van Bebel en Lieb
knecht al zeer spoedig tegen de voogdijschap
door «broeders» eener andere natie zich
verzetten.
«Goed,» zal de Heer Liebknecht zeggen
of ten minste denken, dan kunnen immers
de Franschea en de Duitschers twee gemse-
nebesten naast elkaar vormen. Maar hoe
zullen die twee Staten elkander veraragen?
Dat de Heer Liebknecht dan zoo goed zal
zjjn Elzas Lotharingen aan Fiaukrgk terug
te geven,spreekt van zelf. Maar wanneer
hjj zich verbeeldt,dat de Franschendaarmede
zouden tevreden zijn, dan vergist hjj zich
in booge mate. Het stuk land heeft voor
hen eene meer symboliekedan reëele waarde.
Zjj willen als de «eerste natie» beschouwd
worden, daarop is hun denken en werken
van kindsbeen at gedresseerd, ook in de
arbeiderskringen. Het is nog geen echten
Franschman in de gedachte gekomen te
zeggen: «Wjj doen afstand van Eizas-Lo-
tharingen en van de «revanche.» Otn de
broeders in het westen te bevredigen zou
de Heer Liebknecht hnn minstens nog den
linker Rijnoever moeten afstaaD. Daarvoor
zou hjj luide bijvalsbetuigingen in Frankrgk
inoogsten. Maar tusschen twee sociaal-de-
mocratiscbe gemeeuebesten, die alle econo
mische concurrentie- en strijdvragen, welke
thans privatim uitgemaakt worden van
Staats- en Regeeringswege vereffenen moe
ten, bestaat er nog veel meer aanleiding
tot conflicten en crisissen dan tusschen
twee Staten van den tegenwoordigen aard.
De republiek van Liebknecht zou telkens
voor het alternatief staan: of zich te on
derwerpen of te strgden. Wil de socialis
tische toekomststaat niet de slaaf vau zgn
Dat was dezelfde gedachte, die Mandel zelf ook
had gehad, en hjj was niet sterk genoeg om ten
tweeden male weerstand te bieden^ aan de ver
leiding. Alle» vergetend, sprong hjj in het rijtuig
en reed mede.
Eerst was hij een weinig stil, want hij voelde
wel, dat hjj niet good handelde. Maar spoedig
was hij onder den indruk der aanstaande pret
en zoo zorgeloos en vergenoegd, alsof hjj niets
op zjjn geweten had.
Deze wedrennen zou hjj nooit vergeten. Zjjn
geluk bjj het wedden, de tooveraohtige invloed
der champagne, waarop Brand trakteerde, het
vroolijke gezelschap, dat alles werkte bedwelmend
op hem.
Toen het voornaamste nummer voorbij was en
hjj 25 gulden rijker was geworden, gaf hjj zjjn
plan, om nu naar Chelmsford te gaas, op en
bleef. Zgne lichtzinnigheid beheerschte hem geheel
en al. t
//Nu, die mjjnheer daar,// zeide een nar later
een heer in de nabjjhcid van Mandel, op een
persoon wijzend, die snel voorbij liep, //die heeft
heel wat gewonnen. Bjj dozjjnen zag ik hem de
binkbiljetten opbergen."
Die akelige kerel!// bromde Brand, dia heel
wat verloren had en thans niet erg in zjjn
humeur was. //Nu, die loopt er ook nog eens
buurman wezen, dan moet hjj gewapend
zjjn. Het krijgsgevaar wordt niet vermin-
d, rd maar vermeerderd.
De Heer Liebknecht kan niet eens in
vrede leven met zgne geestverwanten Wer
ner, Wildberger en Vollmar, ofschoon zjj
nog geen buit hebben te verdoelen. En hg
wil ons nu diets maken dat Franschen en
Duitschers in den soeiaal-democratischen
toekomststaat elkander als broeders in
eeuwige liefde zullen omhelzen!? Dat is
duokt ons, toch al te dwaas. Volgens ons
begrip is dus, zooals wjj meenen te hebben
bewezen, de sociaal-democratie niet de vrede
maar integendeel de belichaamde twist en
oueeuigheid in den Staat.
«L'Indépendance» maakt reeds verscheiden
antwoorden openbaar op het door hare re
dactie uitgelokte «referendum» over het
houden eener tentoonstelling hetzjj te Ant
werpen hetzjj te Brussel.
Een der inzenders geeft aan Antwerpen
de voorkeur, om dit als handelsstad, meer
in den vreemde vermaard is. Hjj wil daar
eeue tentoonstelling van electrioiteït als
licht- en beweegkracht organise9ren.
Een andere inzender streelt er naar «de
contenter tout le monde et son beau-père»
en wil een deel der tentoonstelling te Ant
werpen, een ander te Brussel doen houden
en de twee afdeeling9n door een electri-
scnen spoorweg doen verbinden.
Een derde inzender, in Amsterdam
woonachtig, prijst het honden eener inter
nationale tentoonstelling van céramique,
oude zoowel als nieuwe kunst aan. Hg wil
daarvoor Brussel aangewezen zien, terwjjl
eindelijk een vierde, en op hem is het «last
not least» volkomen toepasselijk, een «ex
position nniverselle féminiut» wil orgaui-
seeren, waarin alles wat op de vrouw be
trekking heeft zou tentoongesteld worden.
In een officieus artikel van de «Nordd.
Allg. Zeitung» wordt verklaard, dat de Re-
gearing zich voor aanneming van den twee
jarigen diensttjjd bjj da infanterie ver
klaard heeft op politieke gronden, ontleend
aan de militaire houding van Daitschland
tegenover andere Staten. Zonder tweejarigen
diensttjjd zou eene aanmerkelijke verster
king van het weerstandsvermogen des Rjjfes,
ook uit een financieel oogpunt, onmogeljjk
ajjn. De nadeelen, aan den tweejarigen
diensttijd verbonden, worden opgewogen
door de betere vorming der troepen.
De feesten te Weimar zjjn jl Zaterdag
schitterend geweest en goed geslaagd,
Met klokslag van negenen klonk dien
ochtend van het raadhuis het koraal: «Nun
danket alle Gott,» dat weerklank vond in
gewoel der duizenden, die reeds op de groote
marktplaats zich verdrongen.Daarna volgde,
zeker ter eere des Keizers, eene ouverture,
in: hg is een zwendelaar van het eerste water,
een gevaarljjk persoon. Hg noemt zich nu eens
Stein, dan weer Neumann.*
*Wat, Neumann?" riep Mandel opspringend
en zich ineens zjjn vergeten plicht herinnerend.
Zonder te aarzelen, li«p hg den aangewezen per
soon na.
Om de waarheid te zeggen, wist Mandel niet
recht, wat hij op dit oogenblik deed. Zgn hoofd
was daartoe niet rustig genoeg. Hjj was juist
in eene stemming, om den een of anderen dollen
streek uit te halen en toch nuchter genoeg om
bjj zijn volle verstand te zijn.
//Een oogenblik, mjjnheer Neumann", riep hg
den aangewezen persoon toe, hem bjj den arm
vattend.
De andere sidderde en vroeg bevend:
//Met wien heb ik de eer? Wat wil u?*
„Bljjf kalm, mjjnheer Neumann, slechts éen
woord.//
*U behoeft niet zoo te schreeuwen.»
Zjj gingen naar een minder drukke plek en
daar saide Neumann tot Mandel's groote ver
rassing:
„U is van Drake en Due in MinciDglane, niet
waar?"
„Ja, hoe weet u dat?*
//Ik heb u gisteren aan de deur van het kan
die zjjn beroemde voorvader Fr^derik de
Groote meer dan honderd jaren geleden
gecomponeerd heeft; vervolgens de brniiofts-
marsch van Mendelssohn, eu tot slot cenige
volksliederen, waaronder het Thiiringsche
«Ach, wie iet 's möglich damn» met storm
achtige bjjval werd ontvangen. Tegen éen
uur begonnen de mtgeuoodigde feestdepu-
taties zich naar hat slot te begeven tot
bjjwouing van de kerkelijke i;:.zsgeuing van
het goudea bruidspaar.
De kerkelijke plechtigheid heeft ongeveer
een half uur geduurd. Op dezelfde wjjze
als bjj het komen, keerde de stoet terug
naar het paleis, en met gelaatstrekken,waar
op de stille glans lag van vreugde en van
geluk, giüg bet bruidspaar door de lange
dubbele rjjen van diep buigende aanwe
zigen.
Korten tjjd later werd er in de audi
ëntiezaal eene groote cour gehouden, welke
ongeveer een uur duurde.
Onder den pracbtigen maaltgi wisselden
gezang en orkestmuziek elkander af. Het
eerst deed de muziek Mendelssohn's «Hach-
zeitsmarscb»|uit den «Sominernachtstraum»
hooren. Verder werden gespeeld stukken uit
de «Meistersiager,» uit «Miguon», «Eury-
anthe» enz.
Terwjjl in het paleis het galadiner op
een einde liep, begon in de 6tad bjj de
invallende duisternis eene schitterende illu
minatie.
Door de zoo rgk verlichtte straten reed
het talrjjke gezelschap vaa vorsten, levendig
toegejuicht, naar den schouwburg, waar
omstreeks acht uur voor een weelderig uit
gedost publiek eene opvoering van levende
beelden plaats bad.
De Duitsche Keizer heeft te Weimar een
bezoek gebracht aan de verzameling schil—
derjjen van de Rotterdamsche Kunstclub.
Hjj kwam om halt elf en toefde drie kwartier
in de tentoonstelling. Zgn oog werd ge
vestigd op het werk vau Troyou, Dupré,
Diaz, Detaille, Mesdag, Vroljjk e. a. Bg het
weggaan drukte hg de hand van den Heer
De Kuyper, die hem had rondgeleid.
De Groothertog van Saksen-Weimar heeft
aan de HeereD Ch. Rochussen en P. A.
Schipperus de medaille vereerd, die hg ter
herinnering van de gouden bruiloft hseft doen
slaan. Aau de medaille is eene oorkonde
toegevoegd.
Euduard Druruont schrjjft zgne ge
dachten over Ranan. Ik heb, zegt bjj, veel
met vrjjdenkers omgegaaD. Ik heb met on
verschilligen, twjjfelaars, godloochenaars en
Boedhisten verkeerd; met joden zetr harte
lijke gesprekken gevoerd. Do eenige mensch
die mg altgd een on ver winbaren afkeer
inboezemde was Ren an.
Toen Victor Hugo mjj eens voorstelde
met hem te middagmalen, dankte ik beleefd,
en toen ik mjjne denkwjjze deed kennen,
dacht de dichter zooals ik. Dia man heb ik
toor gdzien. Wat wil u?»
//Nu, dat weet u tel best. Ik weet er alles van.#
„Spretk niet zoo hard!"
//U heeft de patroons bedrogen!*
„Nu, maak maar n et zoo'n leven.» Neumann
haalde eene portefeuille te voortchjjn. „Hier zgn
twee banknoten, elk van 100 poDd en een van
50. Ik beb gelukkig gewed en kan mgne schulden
betalen. Uwe patroons mogen van geluk spreken,
want o^er een paar uur ben ik al op reis naar
Amerika." Hierop spoedde Neumann zich voort.
Mandel vertelde zgn vrienden niets van zjjne
ontmoeting, borg zijn geld zorgvuldig weg en
gaf zich toen met volle vrijheid aan de vreugde
orer. Een uur later kon men hem boven op den
bok van een rjjtuig ontdekken, voorzien van een
valschen neus.
Den volgenden morgen ging hg naar het kan
toor met eene gruweljjke hoofdpjjn en eene on
bestemde herinnering aan de pret van den vori-
gen dag. Alleeu de ontmoeting met den Heer
Nenmann was hem bjjgebleven.
//Mandel, je moet bij de patroons komen,*
zeide een der bedienden, toen ujj binnenkwam.
Mandel trad de kamer der patroon» binnen. Hjj
vond beide heeren in eene alles behalve pleizierige
luim.
(Slot volgt.)
fv
mdiait.
J