NIEUWE
K*. 1890
Wocnstog 19 October f892.
Eest belasigwekkend boek.
BUITENLAND.
f71® Jairisi^
ABONNEMENTSPRIJS
Pei 8 maanden Toor Haarlem. 0,85
Voor de overige plaatsen ia Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers 0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG
BUEEAII: St. JanBtraat Haarlem.
AGHTE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 1—6 regels30 Cente
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
D enstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentie n worden uiterljjk Maandag-, Woansdag-
en V r jj d a g-a vond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers: KüPPERS k 1. AU 111.
«Uit de Siberische loodmjjnen. Tot dusver
niet gepubliceerde briev n van den tot le
venslangen dwangarbeid veroordeelden Pro
fessor Basaily Jaksakow,» is de* titel van
het nieuwste product der martyrologische
literatuur van het Rijk der Czareo. Het boek
Verscheen oorspronkelijk in de Hongaarscbe
taal,doch werd ook in het FranschenDuitsch
Vertaald uitgegeven.
Den 7 Januari 1882 trad de negen en
twintig jarige Professor Bassily Jaksakow
te Moskou in het huweljjk met de dochter
Van een rgken koopman in genoemde stad.
Tegen den avond op den dag der bruiloft
vnrlangt zeker iemand den bruidegom te
«prekeh. Deze verwjjdert zich zonder dat
de bruiloftsgasten zulks bespeuren. Drie
geheime politieagenten wachten voor de dear
•n' verzoeken' hem onmiddelljjk ter regeling
Van eene niet nit te stellen zaak met hen naar
het bureau van politie te rjjden; de zaak zou
niet langer dan een kwartier duren. Jak
sakow gehoorzaamt, zonder iemand iets te
«eggen. Hjj rjjdt met de drie mannen naar
het bureau van politie en hjj is van
daar nooit weder in de vrjjheid terugge-
heerd.
In het politie-gebouw werd hjj in eene
Vochtige, kleine cel gebracht, waar hjj den
fanschen nacht verbleaf.Eerst den volgenden
tuorgen vernam hjj van een norschen poli—
lis-ambtenaar, dat hjj werd beschuldigd
deelgenomen te hebben aan den aanslag op
het leven van Keizer Alexander II op den
llen Maart van het jaar 1881.
Jaksakow, tot dusver een loyaal onder
daan van den Czaar, begreep niet hos men
hem van die misdaad kon verdenken. Maar
de politie-ambtenaar ontwikkelde hem spoe
dig het fijne weefsel der beschuldiging. Jak
sakow had, korten tjjd geleden, zjjne oude
Woning verlaten en bjj gelegenheid van zjjne
'erhuizing aan den portier eene afgedragene
jas geschonken. In een der zakken van dit
hleedingstnk nu vond de portier een brief
van den nihilist Kibaltschitsch, die ruim
een jaar geleden ter zake van den aanslag
*an 13 Maart was ter dood gebracht. Ki-
haltschitsch verlangde daarin van Jaksakow
«het beloofde.» Wat kon dat anders zijn,
dan het materiaal voor dyuamietbommen,
die het lichaam van Alexander verscheur
den? Dat had de scberpzinnigge portier
°tniddel!jjk begrepen en de niet minder
scherpzinnige politie had hem geljjk ge
geven.
Wat hielp bet Jaksakow, dat hg bezwoer
kibaltschitsch aan de hoogeschool in een
Ifld gekend te hebben, waarin deze zelf nog
biet wist wat wat een nihilist is? Wat hielp
het Jaksakow te verzekeren, dat «het be
loofde» niets anders dan een regenmantel
FEUILLETON
De verrassing van Amiens.
Vervolg)
Deze nicht Margriet was o;n nog jong, wel
gesteld meisje-, begaafd met goed geheugen en
*®tloofd met Kapitein Sireuil. Deze, die onder
~l®ndrik IV diende, was tosn ook te Amiens. Hun
huweljjk zou gevierd worden zoodra de provincie
*0stig was.
Imussehen zwierven de Spanjaarden op gerin-
&en afstand rond en zochten de plaats te verrassen,
^8a'1 men zeide dat zij reeds hunne spionnen
•jsdden. Deze staat van zaken was veroorzaakt
~?or eene groote onvoorzichtigheid. Lodewjjk KI,
,'e Amiens hernomen had, noemde deze s*ad
klein Venetië, ongetwijfeld om de menigte
'tanden, welke in de benedenstad door de Somme
gftvormd worden; hij noemde de Picardië s zjjne
j?tden, omdat zij zijne grenzen bewaakten. Doch
H had nog andere plannen. Zjjn nog jeugdigen
Q0n Karei VIII, had hjj aap Margaretha van
ostenrjjk, dochter van Maximiliaan, uitgehuwe-
jjt. Door deze vereeniging werd Frankrijk naar
kant der Nederlanden veel uitgestrekter,
t ?ar Karei VIII was te dwaas, om Margaretha
jtonen waardöeren;bjj vernietigde het huweljjk,
et haar in zjjne jeugd aangegaan, en zond de
gelukkige vorstin, na reeds achttien jaren in
was en dat de brief reeds in jaar 1877
werd geschreven? Jaksakow werd tot le
venslange dwangarbeid veroordeeld en dat
was eene genade, want op de misdaad, waar
van hjj werd beschuldigd, stond eigenljjk
de doodstraf. Jaksakow werd naar Siberië
in de Nertschinsker zilvermjjnen getrans
porteerd, mjjnen die ten bate van den Czaar
worden geëxploiteerd en wegens hare geringe
zilvergehalte in het vermelde boek lood-
mjjnen worden genoemd. Het transport
duurde anderhalf jaar. Twee jaar lang han
teerde Jaksakow in de loodmjjnen den krui
wagen en de geleden pjjneu maakten den
voormaligen univeraiteits-Professor tot een
idioot.
Midden September 1885 verscheen een
vreemde heer, hoogstwaarschijnlijk uit St. Pe
tersburg, die de loodmjjnen en ook de ge
vangenen kwam inspecteeren. De veroor
deelden werden aan hem voorgesteld, onder
hen ook Jaksakow. De opzichter, die den
vreemden heer begeleidde, vroeg den chef
d8r patrouille eenige inlichtingen omtrent het
lot van den idioot. De patronille-chef ver
haalde alsdan de door den portier en de
politie bekrachtigde fabel. Toen gebeurde
er iets ontzettends. De idioot kreeg voor een
oogenblik zgn verstand terug. Met reuzen
kracht nam bij zgn zwaren kruiwagen op
en onder den kreet: «gjj hebt gelogen, el
lendeling!» slingerde hjj dien naar het hoofd
van den soldaat, die onmiddellijk dood op
den grond viel. Jaksakow zelf viel bewuste
loos ter aarde. Men sleepte hem naar de
mjjn terug en ketende hem aan een muur.
Daar is hg na verloop van eenige weken
gestorven als een offer der Russische ge
welddadigheid.
Gedurende de eerste drie jaar zgner ge
vangenschap had Jaksakow, nog frisch
van geest, op snippers papier aanteekenin-
gen gemaakt, welke hg tusschen zjjne schoen-
zolen of tusschen ,de voering van zgn hoofd
deksel zorgvuldig verborg. Deze aanteeke-
ningen heeft hg aan zgn lotgenoot George
Baikaliew toevertrouwd.
Kort na den dood van Jaksakow gelukte
het den krachtigen Baikaliew uit de mijn
te ontvluchten. Hij is het, die de gemaakte
annteekeningen van Jaksakow heeft gepu
bliceerd.
Zjj bestaan uit zeventien brieven, geschre
ven tusschen den 7 Februari 1882 en den
17 Januari 1885 en bevatten gedeeltelijk
schetsen van gruweljjke gebeurtenissen, ge
deeltelijk opmerkingen, die alle van een
letterkundig meesterschap getuigen.
Wg zullen uit dit merkwaardige boek
het een en ander mededeelen.
Uit den kerker van Nischni-Novogorod
schrjjft Jaksakow den 10 Mei 1882:
Ik ben met vgftig anderen tusschen vier
muren ingesloten. De kelder is klein, de
Frankrjjk gewoond te hebben, en die men do»
weldra aan de regeering verwachtte, naar haar
♦ader terng. Om deze beleediging nog te vergroo-
ten, betoonden zich de inwoners van Amiont
jegens de vorstin, toen in ongenade gevallen,
zeer onvriendelijk, bjj gelegenheid dat zij, naar
Oostenrijk terngkeerende, door de stad trok. Maxi
miliaan hierover gebelgd, trok dadeljjk op Amiens
los, en wilde die stad zonder weerstand innemen.
Door een gelukkig toeval bemerkte eane vrouw
nit de stad, Catharina de Lire genaamd, die
omstreeks het begin van den nacht de gracht
passeerde, welke de stad van de voorstad, waar
zjj woonde, scheidt, den vjjand, in stilte aan
rukkende, en juist terwjjl deze tot nabij de poort
van den Heiligen Petrus genaderd was, schreeuwde
zjj: verraad! verraad! De schildwacht riep dadeljjk
dé wachten; de stormklokken luidden, de vijand
werd teruggedreven.
Maar er kwamen nog andere onheilen.^
Later zou Hendrik IV de onhandigheid van
Karei XIII hebben kannen herstellen, door met
infante Isabella in den echt te treden, waardoor
de Nederlanden geheel aan Frankrjjk zouden zijn
gekomen.
Maar deze groote en vermaarde vorstin kwam
den Hugenooten, tfen tjjde van Hendrik nog talrijk
en niet zonder invloed, ongeschikt voor. Zij wisten
eene vereeniging te beletten, die den roem des
lands zou hebben uitgemaakt.
Sireuil, zich onderhoudende met juffrouw Caron
schimmel ligt vingerdik op de muren. Op
den grond komt ons het vuil en het verrotte
stroo tot aan de enkels. Dat is onze leger
stede. Twee houten tafels nemen de helft
der ruimte in beslag. Hierop had ik des
nachts gelegenheid te slapen; hier slapen
ook de andere veroordeelden zonder dekens
of kussens op de harde bank. Men kan zich
van het lijden der bannelingen geen begrip
vormen; iemand die betere toestanden gekend
heeft, kan zjjne oogen niet gelooven, als
men hem in zulk esn van de wereld gansch
afgescheiden kelder werpt, die akeliger is dan
het graf en hem zegt, dat die voortaan hem
tot verbljjf zal strekken. De meesten snakken
naar lucht, geljjk een op het land levend
wezen, wanneer het in 't water wordt ge
worpen; het hoofd begint hen te draaien
en binnen weinige minuten vallen zjj in
zwjjm op den grond. Doch de lotgenooten,
de overige ongelukkigen, wekken den nieuwe
ling tot het leven op en na verloop van
een of twee dagen heeft zich iedereen aan
de met ljjklucht gevulde, met pest en ty-
phuskiemen bezwangerde lucht van den Rus-
sischen kerker eenigzins gewend.
Slot volgt.)
De letterkundige faculteit der vrije katho
lieke universiteit te Leuven is met een leer
stoel uitgebreid voor de studie der moderne
midden-Aziatische talen: het Turksch, Ara
bisch, Perzisch, Chineescb, enz. Behalve voor
de wetenschappelijke studie beoogt het be
stuur der universiteit met het onderwijs
dezer talen tegemoet te komen aan de be
hoeften der jongelieden, die in consulaire
of handelsbetrekkingen zich in de Aziatische
landen vestigen.
Ten gevolge van een onderzoek, be
volen door bet gemeentebestuur van Brussel
zal het bestuur der openbare veiligheid ge
strenge maatregelen nemen tegen twee
Duitschers, genaamd K. en F., die aldaar
agentschappen en dagbladcorrespondenten
hadden opgericht en aan vreemde, met name
Duitsche, bladen tal van valsche berichten
betreffende België hebben gezonden.
Aan Den Doel, het quarantainestation
bij Antwerpen, zgn verscheidene gevallen
van cholera met doodeigken afloop voor
gekomen.
*1Bljjkens bet jaarverslag der Duitsche
Vereeniging tot redding van schipbreuke
lingen zjjn bare reddingstations in 1891/92
vijftienmaal met goed gevolg werkzaam
geweest en zgn er 69 personen gered. Het
gebeele aantal geredden sedert de vestiging
der Vereeniging bedraagt 1961. Zjj heelt
thans 116 stations, 59 districtsafdeelingen
en 263 agentschappen. De gezamenljjke
ontvangsten over het afgeloopen boekjaar
over de gevaren, welke de stad Amiens gedurende
eene eeuw geloopen had, en over die, waarmede
zjj thans werd bedreigd, klaagde over de zwakheid
der plaats en van haar garnizoen. Het dappere
meisje zeide hem, dat, zoo hjj geene soldaten
genoeg had, de vrouwen te wapen zouden trekken,
om haar vaderland te verdedigen. Zjj herinnerde
hem, hoe heldhaftig de vrouwen gestreden hadden
voor de bevrjjding harer stad, onder Lodewijk
den Dikken, toen zjj tot eene gemeente word
verheven. Zij haalde hem eene dappere vrouw
uit Picardië aan, Johanna Hachette genaamd, die
Beanvrs had gered. Maar zulke voorvallen waren
treurig, te meer daar Sireuil zoo zeer naar den
dag wenschte, waarop hjj met haar in den echt
zon treden.
De Spanjaarden hadden zich onder geleide van
Hernand Tello, een Spaansch edelman, meester
gemaakt van Doullens, een versterkt stadje, dat
men op zeven mjjlen afstands van Amiens vindt.
De jonge Spanjaard plunderde Tamechon, Beau -
quosne, Talmas, Canaples, Yignaeourt, Rubempré,
altegaar dorpen, die tusschen Doullens en Amiens
verspreid liggen. Te Talmas ontmoette hjj me
vrouw de Moncby en vatte dadelijk genegenheid
voor haar op. Zij was eene door de fortnin be
gunstigde behaagzieke weduwe. Het was geene
onaardige partij voor een Kapitein als Hernand
Tello en hjj stelde haar dus voor met hem te
trouwen, en daar hare landerjjen midden tus
schen Amiens en Doullens inlagen, antwoordde
bedroegen 262,026 mark,tegen 273,780 over
het daarvan voorafgegane jaar. Het aantal
leden is achteruitgegaan. Het voorafgaande
jaar waren er 49.885 gewone leden, met
eene contributie van 148.228 mark; thans
zjjn er 49,146, met 'eene contributie van
144,694. Het totaal der uitgaven bedroeg
190.760 mark, tegen 196,521 in 1890/91.
De anarchist Franfois, of Francis,
die te Londen gevat- is, wordt beschuldigd
van medeplichtigheid aan de ontploffing in
het restaurant Véry, waar Meunier de hoofd
dader van was. Hg noemt »ich, evenals
deze,meubelmaker van beroep,maar behoord*
tot degenen, die alle dagen vaa de waak
«Maandag» houden. De Parjjscha politie
wist dat bjj zich in Engeland ophield. Voor
den politierechter te Londen heeft hjj z|ne
schuld ontkend en eene speech willen kou
den, doch de magistraat ie hem ia de rede
gevallen met de opmerking dat er voor
alles over zjjne uitlevering beslist moest
worden, en dat dit op het oogenblik niet
gebeuren kon, dewjjl ar niemand van kat
Franscbe gezantschap aanweaig was. Da
zaak bomt over eene week andermaal voor.
De «vader» in den Londenschen Ge
meenteraad, zooals bjj in de laatste jaren
steeds genoemd werd, de 88-jarige handelaar
in wijnen en likeuren George Walter, is
plotseling overleden. Sedert 1846 was h|
jaarlijks tot lid van den Raad gekozen door
de wjjk Farringdon en sedert 1868 tot
Alderman's gedeputeerde. Tot zjjne laatste
dagen was bjj werkzaam.
De meeste katoenwerkers in zuid
oostelijk Lancashire hebben geweigerd te
berusten in da .vermindering met vjjf per
cent van hun loon. Het gevolg zal wel znn,
dat 85.000.000 spillen ophouden fc« draaien
en 60.000 katoen werkers, onder wie 14,000
vrouwen en kinderen, het werk verliezen.
De krijgsraad te Windsor heeft den
soldaat Marshall van de ljjfwacht veroor
deeld tot achttien maanden gevangenisstraf,
aan het einde waarvan hjj uit den dienst
zal ontslagen worden. Marshall uam onlang*
deel aan den opstand ia de kazerne te
Windsor.
- De Peninsular Oriental Stoomvaart
Cy. ia zeer ongerust over het «toomschip
«Bokhara, inhoudende drieduizend ton, dat
den 8 dezer Shangaï verlaten heeft en den
11 dezer te Hongkong werd verwacht, maar
is uitgebleven. De «Bokhara» vervoerde
passagiers en voorts de mail met geld en
eene kostbare lading. Men vreest dat ket
schip door den stormwind is overvallen en
dat de stoommachine is gebroken, tenzjj
er erger onheilen hebben plaats gehad. De
guinjespremie voor Lloyd's her-assaarantie
kwam Zaterdag op zeventig te staan.
Wederom bomt uit Genua bericht
van groote onheilen. Tengevolge van ont-
zij hem:
Gjj zjjt Spanjaard en ik eene Fracscke vrouw;
zoo gjj nu wilt dat ik uwe gsde worde, most
gjj of Doullens aan Hendrik IV wedergeren sa
tot de Franachen overgaan, of Amiens innemen,
dan ben ik Spaansch
De zonderlinge woorden van desa vrouw en
de heerschzucht van Tello, deden hem tot een
der verschrikkelijkste gebeurtenissen in de ge
schiedenis van AmienB besluiten.
Den lüden Maart des jaars 1597, Jacob
Boivin was toen reeds twee maanden in de.stad,
zonder dat men wist wat hjj kwam doen terwjjl
de inwoners van Amiens, zich overgaven aan
hunne losbandige vasten-avondfeesten, trok Her
nand Tello, door zjjne spionnen omtrent den aard
en de eigenaardige gewoonten der inwoner* in
gelicht, en wetende dat hjj de stad slechts bjj
dag kon innemen, omdat zjj dan slecht bewaakt
werd, met het aanbreken des dageraads derwaarts,
om er des morgens in te dringen.
Zoodra de dag aanbrak, hield bjj al de dor
pelingen, die naar de stad wilden gaan, tegen;
toen daarna een zjjner dienaren, die in een boom
was geklommen, hem een leeken gaf, dat de poort
Montrecu geopend was, deed hjj veertig soldaten,
als boeren vermomd, met drie wagens, waaronder
een met- balken, die met stroo overdekt waren,
de stad intrekken.
{Wordt vervolgd).