NIEUWE
*0 Ï947
Zondag 12 Februari 1893
18de Jaargang.
Een waarborg.
BUITENLAND.
ABONNEMENTSPBIJS
PBIJS DEB ADVERTENTIEN.
AGITE MA NON AGITATE.
18.)
Herstelde misdaad.
Hg, die belangrijk bijdraagt in de belas
tingen des lands, heeft meer dan de niets
bezittende belang er bij, dat de geldmid
delen des Rjjks op de rechte wijze worden
aangewend. Hjj moet door middel van het
kiesrecht eenigen invloed kunnen uitoefe
nen op het Staatsbestuur, daar bjj dan kan
medewerken aan de verkiezing van zulke
personen, die naar zijae overtuiging de
geldmiddelen van den Staat op de rechte
wjjze aanwenden.
Italië.
Griekenland.
lüRLÏISI
(01R4 UT.
Pei 3 maanden voor Haarlem. t 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers0,03
Dit blad verschgnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG
B TJ B E A TT: St. Janstraat Haarlem.
SlTMAMlllljD
Van 16 regels
Elke regel meer
30 Cents
5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen'25 Cents per advertentie h Contant
Advertentiën worden uiterljjk Maandag-, W o e n s d og
en V r jj d a g-a vond voor 6 uui ingewacht.
Uitgever, W. K PP E R 8.
Gelijk de Grondwet het wil, worden hier
te lande voor de toekenning van het Kies
recht geëischt: geschiktheid en maatschap-
pel jj ken welstand.
Aan deze beide eisehen moet iedere
Kiesrechtregeling, welke door de Regeering
of ook wel door een of meer leden van de
volksvertegenwoordiging wordt voorgesteld,
voldoen. Daaraan mag men zich niet ont
trekken, tenzij eerst de Grondwet van het
Rjjk is veranderd.
Over Grondwetsherziening wordt in deze
dagen al heel weinig gesproken. Maar zoo
veel te meer schrijft en spreekt men over
de noodzakelijkheid van herziening der
Kieswet, en gelijk onze lezers weten
in dien zin, dat de kiesbevoegdheid, zoo
ver zelfs als dit maar eanigszins met de
letter der Grondwet is overeen te brengen.
Het komt er dus maar op aan, wat men
verstaat ouder geschiktheid en onder maat-
schappeljjken welstand. Het spreekt van
zelf, dat daaromtrent zeer uiteenloopeude
begrippen beersoheo. Do voorstanders van
het algemeen stemrecht hebban van deze
beide waarborgen, door de Grondwet ge
steld, al een zser ruim begrip. Volgens
hen is een ieder geschikt en bezit een
ieder genoeg maatschappelijken welstand
om kiezer te worden.
Doch, naar onze meaning, is het hoogst
verkeerd om met deze beide waarborgen,
waaraud-) Je Grondwe;gever zijne bedoeling
had, zoo licüivaafiiig om te springen en
hun waarde zoo goed als tot nul te redu-
ceeren.
Geschikt is lang niet iedereen, om het
kiesrecht nit te oefenen, zelfs al kan hjj
lezen en schrjjven. Naar wjj gelooven, is
op de geschiktheid van Jan en alleman
heel wat af te di -gen. Eigenljjk zijn slechts
zjj geschikt, die een geheel zelfstandig oor
deel kunnen vellen over staatsbestuur en
wetgeving. Zonder nu nog zelfs te eischen,
dat men de inrichting en de beteekenis van
alle staatsinstellingen op zijn duimpje kent,
mag er toch van hem, dien men het kies
recht toekent, wel eeoige kennis verlangd
worden van de beteekenis, welke het staats
college, voor welke men laat kiezen, bezit.
Een kiezer toch, die enkel zjjne stem op
zeker persoon uitbrengt, omdat anderen
bem hebben verteld, dat die persoon de
gekozene moet wezen en dat die persoon
FE U1LLE TON.
Vervolg.)
Men ging naar beneden. Na even in de straat
te hebben rondgezien, naderde mijnbeer Koker
Bartholomew, en gaf hem met stille stem zijne
bevelen. Vervolgens voegde hjj zich bjj juffrouw
Salemiok, die reeds in het rijtuig gezeten was
en men vertrok.
Het paard van Bartholomews liep snel. Men
was spoedig aan de achterstraat gekomen. Op
aanwjjzing van juffrouw Salemink, was het huis
van vrouw Vergroesen spoedig gevonden. Men
klopte aan de deur, die geopend werd.
Kees en vrouw Vergroesen waren daar met
Liza. Gelijk juffrouw Salemink het gezegd had,
was juffrouw Van Doornik, wat het lichamelijke
betrof, zoo goed als hersteld. Haar verzwakte
geest had echter al haar helderheid nog niet
herwonnen. Somtijds was het jonge meisje kalm
en sprak zij bijna verstandig. Maar zoodra men
haar wilde ondervragen, bij de minste zinspeling
op het geval, dat baar ziekte veroorzaakt had,
geraakte haar hoofd in de war. Verschrikkelijke
fantastische beelden verontrustten haar. Daarom
wachtte men zich haar de geringste vraag te doen.
Liza had zich ter ruste begeven want, met bet
schoone weder, was zij kunnen opstaan en had
zelfs eenige stappen in het tuintje kannen doen,
aan de eene zijd door den braden Kees, aan de
andere door de oud-marketenster ondersteund. Zjj
was half hgtsluimerd, toen juffrouw Salemink
binnentrad.
z/Wel, mjjne kinderen," zeide deze op bigden
toon, //ik ben gr.slaagd. Ik breng u niemand
mioder dan den vader van de kleine. Hij komt
haar halen.//
//Haar vader//, zeide Kees, //waar is hjj?//
wel zal medewerken om betere toestanden
in het leven te roepen; zulk een kiezer,
zeggen wjj, is niets meer dan eene machine.
Hjj laat zich tot werktuig gebruiken door
anderen en moet, als hjj even nadenkt, in
eigen oog wel eene zeer belachelijke han
deling verrichten, als hg zijn briefje in de
stembus werpt.
Doch daar het aantal geschikten niet
allen zou omvatten, die recht hebben om
op de samenstelling van de vertegenwoor
diging mede te werken, heeft de grondwet
gever ook den maatschappeljjken welstand
als eene voorwaarde voor kiesbevoegdheid
aangewezen.
Deze beide categoritëa van kiezers vor
men te zamen het kiezerscorps. Zjj zijn niet
scherp van elkander gescheiden, maar loopen
dikwerf ineen, doch nit deze categorieën be
hoort de keuze te komen voor de leden der
volksvertegenwoordiging. Zg vormen 6en
waarborg voor de samenstelling vau eene
vertegenwoordiging, welke berekend is voor
haar taak en welke niet moedwillig de be
langen des vaderlands ondergeschikt zal
maken aan hunne eigen belangeo.
Dien waarborg willen de voorstanders
van het algemeen stemrecht ons ontne
men. Dies waarborg ontneemt ons ook het
door de Regeeriug ingediende Kieswet-ont
werp. En daarvoor ontvangen wjj letterlgk
niets in de plaats. De woorden geschiktheid
en maatschappelijke welstand worden in
hnnne ware beteekenis verkracht en onder
den schijn, alsof men de letter en den geest
van het grondwetsartikel wenscht op te
volgen, geeft de voorgedragen wet het kies
recht aan een ieder die wil. Vandaar dan
ook, dat zelfs door personen, die eene uit
breiding van de tegenwoordige kiesbevoegd
heid zjjn toegedaan, de Kieswet-Tak on
grondwettig wordt genoemd.
Bij dit argument van oügrondwett'gheid
sluiten wjj ons geheel aan, maar wij voegen
er nog iets anders aan toe, waarop o. a. ook
//Daar in het rijtuig. De brave maD, een oude
Kolonel, was reeds een weinig lijdend. De streken
van zijne dochter hebben dat Ijjden nog vermeer
derd. Tegenwoordig kan hjj ijjne beeeen geheel
niet meer gebruiken. Hoewel hjj van verlangen
brandt om zjjn dierbaar kind te omhelzen, kan
hjj zich niet verroeren. Zie, daar is hjj, zie, hoe
hjj zich over het portier buigt."
Koker stak inderdaad zjjn geheele bovenljjf uit
het rjjtuig en vertoonde in het halfdonker zjjne
grjjze knevels en het lint zjjner ridderorde.
„Bliksem, een oud kameraad! En ik zou hem
de uand niet gaan drukken?" riep de gewezen
marketenster.
Zjj sprong naar het rijtuig en greep de hand
van den gewaanden Kolonel.
//Vergeef mjj, oud kameraad,// zeide zjj, „maar
zonder elkander te kennen, hebben wij misschien
dikwjjls naast elkander gestaan. Heb je Majoor
Grootheuvel nog gekend?//
//De Majoor Grootheuvel?// zeide Koker, terwijl
hjj zich moeite gaf met bewogen stem te spreken.
//Ja,ik heb hem gekend,een dapper man.Wjj hebben
dikwijls naast elkander gestreden. Mjjne goede
vrouw, laten wij elkander omhelzen. Tusschen oud-
kameraden is men dat wel verpl.cht.//
i/O, mjjn Kolonel," riep de oud-marketenster
ia tranen uitbarstende.
//Ik omhels u met des fe meer vreugde//, her
nam de gewaande Kolonel, //dasr ik van uwe
goede nicht vernomen heb met welke toewijding
gjj mijne arme dochter verzorgd hebt."
Wjj hebben slechts onzen plicht gedaan, Ko
lonel. En uw woord van erkentelijkheid is voor
ons wel eene zoete belooning. Ook vraag ik u de
gunst van een handdruk voor dien braven jongen,
een oud soldaat; hij is het, die het eerst uwe
dochter van dienst is geweest, door haar van
den straatweg, waar zjj lag, op te nemen en haar
hier te brengen."
de Heer Bahlmann,lid van de Tweede Kamer,
ia de uitstekende Kieswetrede, door hem te
Katwijk gehouden, heeft gewezen.
De heer Bahltnann betoogde, dat onder
onze Staatsinstellingen niet tot algemeen
stemrecht kon worden overgegaan, omdat,
waar men eene groote uitbreiding aan het
Kiesrecht wil geven tot het kiezen van de
volksvertegenwoordiging, op andere wijze
gekozen machten als correctief daartegen
moeten kunnen optreden. Dj geachte spre
ker wees op de andere landen, waar het
algemeen stemrecht bestaat. Overal is daar
eenig Regeeringslichaam, waardoor de kraebt
van het algemeen stemrecht wordt getem
perd. En zulk een licbaam ontbreekt bjj ons
te lande. De Ear»te Kamer kan geen vol
doend correctief genoemd worden tegen
mogelijke verkeerde handelingen van een
door het algemeen stemrecht gekozenTweede
Kamer.
Bij invoering van de Kieswet-Tak ont
valt dan ook aan ons land iedere waarborg
voor een degelijk staatsbestuur. Meu krjjgt
hetalgemeen stemrecht in zjjne onganstigste
uitwerking. Alleen de kwade gevolgen van
dat stemrecht zullen zich doen gevoelen.
De goede zjj Je, indien men daar vau bg zulk
eene toepassiug nog kan apreken, zal ge
heel door de schaduwzijden ervan worden
verdonkerd.
Wjj bljjven er daarom op aandringen,
dat bjj definitive regeling van de kiesbe
voegdheid, de bestaande voorloopige grond
slagen, waarop het kiesrecht is gebaseerd,
zullen worden gehandhaafd.
Evenals de Heer Bahlmann meenen wjj,
dat de cencus door de Regeeriug in eere
moet worden hersteld. Doet zjj dit niet, dan
is haar Kieswet onaannemeljjk.
De leden van den gemeenteraad te Rome
n. 1. de Katholieken hebben het beslnit ge
nomen om persoonljjk aau Z. H.LeoXIII
hunne gelukwenschen aan te bieden op den
dag van zjjn gouden jubelfeest. Prins R a s-
p o 1 i, den Syndicus van Rome moet ge
zegd hebben, dat bjj den Paus niet gelok
kon wenscheu met zjjn vjjftigjarig jubileum,
zoo iets zou kwa'jjk strooken met zijn
ambtplicht. De man heeft volkomen geljjk,
daar waar keizers, koningen, vorsten en
//Uwe hand, tnjjn vriend, uwe hand" riep Koker.
nO welk ongeluk, dat mjjne iheumatiek mij hier
als een arme invalide vastkluiatert en mij belet
mijn lief kind te gaan omhelzen. Welk een dwass
meisje! wegvluchten, omdat ik haar in hare nei
gingen tegenwerkte! Zij kan huwen, wieu zij wil.
Breng haar mij, mijne kinderen, mjjne vrienden,
dat ik haar ten minste van verre zien moge!"
„Een oogenblik, mjjn Kolonel;" antwoordde de
markeienster.// De dokter heeft aan de kleine
levendige aandoeningen verboden. Wjj gaan haar
langzaam voorbereiden.//
//Doet dat mijne vrienden, doet dat, mits ik
slechts mjjn geliefd kind mag terugzien.,/
De oud-marketensler was reeds bij Liza. Met
dnizend voorzorgen sprak zij haar van haar vader,
die haar beminde, die haar beweende, die haar
hare vlucht vergaf, die daar bevende stond te
wachten en haar niet durfde toespreken. Liza keek
haar met groote oogen aan. Eindeljjk scheen zjj
te begrjjpeu; hief het hoofd op; keek naar de
richting van de denr en, van verre het beschil
derde gelaat van Koker ziende, slaakte zjj een
kreet en vitl in zwijm.
//O mjjn God, zjj is dood!" riep de man van
zaken uit.
//Neen, de aandoening is te sterk geweest,
ziedaar alles. Het heeft niets fe beteekeneD."
„Zoo wij van deze bezwjjming gebruik maakten
van haar in het rjjtnig te brengen?// vroeg juf
frouw Salemink, die haast had er een eind aan
te maken.
„Goed gesproken, nicht. Eenmaal op weg, zal
haar vader haar weten te troosten./»
„Mjjne dochter, mjjne lieve dochter!// huilde
Koker.
Met duizend voorzorgen werd Liza opgenomen,
weggedragen, op de kussens gelegd. Du gewaande
I Kolonel nam haar in zjjne armen en bedekte haar
met kussen, terwijl juffrouw Salemink met be
volken den grijzen Opperpriester komen
verheerlijken, daar past geen dienaar bin
nen te komen van een huichelend, roover-
gouvernement, dat den stedehouder van
Caristus, durft beleedigen eu belasteren.
Geeft terug aan den Paus, gjj regeerders
vau Italië, wat ge Hem ontstoIen°hebt en
ga dan opwaarts naar het VaticaaD.
Bij gelegenheid van het gouden bis-
schopsjubile' van Z. H. den Paus, zullen
de S juvereinen of hoogste regeeringspersonen
van alle Europeescne StateD, detls door
buitengewone, deels door gewone vertegen
woordigers, hon gelukwenschen en geschen
ken laten aaubiedeD. Als buitengewoon ge
volmachtigden werden reeds benoemd: de
Armenische patriarch A z a r i a n namens
den Sultan, generaal Von Loë namens
keiz r W i 1 h e 1 m, baron Von M i 11 i t z
namens den koning Albert van Saksen,
graaf Dnmoncean namens deKoningin-
regentes der Nederlander). Ook koning Leo
pold van België en koning Carlo vau
Rumenië zullen buitengewone gezanten aau-
wjjzen. Oostenrijk, Frankrjjk, Spar-je, Por
tugal eu Beie'en zullen de officiëele geluk-
weoschtn lateu aanbieden door de bij den
II. Stoel geaccrediteerde gewone ambassa
deurs,die daarvoor ook reed> nun instruction
ontvangen hebben.
De ex-premier C r i s p i zal, naar
men verzekert, den zwendelaar D e z e r b i
verdedigen. Een edel tweetal.
De Osservatore Romano bespreekt het
plan tot oprichting van eeDO katholieke
bank, die aan de bankchaos in Italië een
einde zou maken.
Dat wordt er niet beter op de be
volking is dood arm en te Campo Lieto zjjn
verschillende huizen ingestort. Er zijn i3
dooden en 14 gekwetsten.
Volgens de Secoio zijn er in eene
portefeuille der Romeiusche Bauk papieren
tot een bedrag van meer dan 2 millioen
gevonden, waarbij een honderdtal afgevaar
digden gecompromitteerd zouden zjju.
Op het eiland Zante, dat zoo ontzettend
is geteisterd door aardbevingen, heerscht
groote ellende. De dorpen zjjn meestal ver
woest. 40.000 menschen zjjn zonder huis
vesting en hebben al hunne goederen verlo
ren. Eenigen zijn van honger en kommer
reeds gestorven, niettegenstaande er hulp
is gezonden. Maar dan 2000 huizen zjjuin-
hoediaamheid in het rjjtuig stjjgende, zich zoo
plaatste, dat zjj haar aan den anderen kant on
dersteunen kon. Men ging vertrekken, toen,
eensklaps al» uit een droom ontwakondo, Koker
zich tot de marketenster wendde:
nO juffrouw,// zeide hjj, //ik vergatvergeef
mij. Hetgeen gjj gedaan hebt voor mjjns dochter,
is niet met goud te beloonen, maar gjj hebt uit
gaven voor haar gehad, gjj hebt n voor haar
moeten bekrimpen laat mjj u aanbieden
//Kolonel!" profesteerde de marketenster met
waardigheid.
//Ne^n, oude kameraad, neem het zoo niet op.
Ik betaal u nwe toewijding, uwe vriendschap niet.
Ik wil alleen de onkoiten, die gjj gemaakt hebt,
vergoeden. Kjjk, ziehier twintig gulden, ik heb
niet meer geld bij mjj. Maar indien iemand van
u zich in ongelegenheid bevindt; indien hjj geld
noodig of eene moeieljjkheid, eene zaak met de
politie heeft, dat hjj dan vrjj aan de deur van
het huis van den Kolonel Van Doornik in de
W.strsat aaukloppe. Hij zal altijd eene hand
vinden, gereed om de zjjne te drukken, een man,
gereed hem bjj te staan.
//O, wat dat betreft Kolonel, dat nemen wjj
aan,// zeide de marketenster, de hand van Koker
grijpende, terwjjl Kees met een onthutst en treu
rig gelaat groette.
//En nu vertrekken wjj," zeide de waschvronw,
//koetsier naar de W.straat.//
Bartholomeus, dien zjjn rol vooraf was inge
prent, deed zjjne zweep klappen en het rjjtuig
verdween.
XVI.
Wjj verzoeken den geachten lezer in gedachten
terug te willen gaan tot het oogenblik, waarop
de Kolonel, de schilder en do gewezen commies
het huis des eersten verlaten, om zich naar het
politie-bureau te begeven. Wordt vervolgd.)