NIEUWE 'C So. 1948 Woensdag 15 Februari 1893 18de Jargaang. 19 Februari 1893. V CASPAR ,VUM» Herstelde misdaad. BA 4RLK1S(I I tOtfiilT. ABONNEMENTSPBIJS Pei 3 maandeu voor Haarlem. 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers0,03 Dit blad verschjjnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG B TT B E A TT: St. Janstraat Haarlem. AGITE MA NON AGITATE. PBIJS DEB ADVEBTENTIEN. Van 1—6 regels 30 Cents Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Advertent iën worden uiterljjk Maandag-, Woensd ag- ea V r ij d a g-a vond voor 6 uur ingewacht. Uitgev er, W. KüPPElS. door de genade Gods en de gunst van den Apostolisehen Stoel. BISSCHOP VAN HAARLEM, Huisprelaat van Z. H. den Paus, Assistent- Bisschop bij den Pauselijken Troon enz. Aan de Geestelijkheid en do Geloovigen van ons Bisdom. Zaligheid in den Deer. Niemand uwer zal zich verwonderen, Beminde Geloovigen, dat Wy iu den Vaste- brief van dit jaar, de aandacht voornamelijk vestigen op hst feest van onzen H. Vader, Paus Leo XIII, die door Gods goedheid het gouden Jubilé v.jjner bisschopswijding vieren mag. Trekt dat feest de opmerkzaam heid der gaosehe wereld, zelfs vau hen, d'8 niet tot de Katholieke Kerk bahooren Wg, kinderen der Kerk,beschouwen dat feest als ons eigen feest, en wij dealen in de feest vreugd van onzen H. Vader. Het is waar, die feestvreugd is niet zonder droefenis. Sadert tal van jiren is de Paus beroofd van Zjjue wereldlijke macht; Hij leeft te Rome, opgesloten binnen den omtrek van bet VatikaaD, dat hij niet verlaten kau zonder gevaar voor zijnen gehailigden per soon; in zijne eigene stid wordt bjj voort durend gekwetst in zijne dierbaarste ge voelen»; en nooit vergeten Wg het oogenblib, waarop hij persoonlijk met Ons sprak over zjjneu toestand,en,Oasaanziende meteen blik, die ous de diepte zgner zieles mart openbaarde, uitriep: ttaedet me vivere: het walgt mij te leven.» Gjj weet echter, B. G., dat dit bet lot is der Kerk en der dienaren van Jezus Chris ties, die tot Zijne Apostelen heeft gezegd: <hebben zij Mij vervolgd, zij zullen ook u vervolgenOuze H. Vader, L«o XIII, is dan ook niet de eerste Paus, die vervolging geleden heeft, maar in de geschiedenis van het Pausdom zien wij voortdurend hetzelfde gebeuren. Zonder te spreken van Pius IX, onder wien de tegenwoordige vervolging begon, wiHeo Wij u onder anderen wijzen op Pius VII, die in de boeien van Napo leon verzuchtte; op Pius VI, die naar F<ank- rjjk als gevangene werd weggevoerd en aldaar als gevangene zijn leve t eindigde: op den H. G/egorius VII, die in de 11de eeuw van zjjnen zetel verjaagd, in bal lingschap stierf; op den H. Martinnsl, die I) loan. XV, 20. FE U1LLETON. 19.) (Vervolg.) Karei had een grooien last minder op het ge- wtten. „Ziezoo, nu zjjn wjj op weg," reide bij tot Ednard, „dat zal goed gaan en ik hoop dat het niet lang zal duren, eer wij den ex patroon be trapt hebben." Maar een oogeDblik later was bij weder somber gestemd. De smart van den Kolonel had hem diep getroffen. Hjj was door wroeging gek veld en dit deuk beeld pijnigde hem al meer en meer, daar hg zich overtuigd hield, dat, zoolang hij Lira niet na haar vader had teruggegeven, het ongeluk zjjne moeder eu zuster zou blijven be dreigen, zijn mi'daad nog niet hersteld was. In stilte volgde hg de beide beeren. //Ik ben nooit naar het j olitiebnrean gegaan en gg evenmin, ik ben er zeker van,// zeide hg eensklaps tot Eduard. Dit was alles wat men nog van hem hoorde. Zij kwamen aan het politiebureau. De Com missaris kwam juist te huis, uitgeput van ver moeienis. Toch liet hg de bezoekers binnenkomen en hoorde aandachtig naar Kareis verhaal. Nadat ook de beide andere heeren verhaald hadden, wat hun bekend was, werd er besloten dat men zieh, van eenige agenten vergezeld, aanstonds Daar het huis van Koker zou begeven. De Commissaris deed een viertal steike, afge richte kerels roepen en men maakte zich gereed, op te trekken. //Voorwaarts, marsch! commandeerde de Com missaris. Zonder een woord te wisselen naderde men de bestemde plaats. „Een oogenblik," zei de Commissaris,om in de 6e eeuw naar Konstautinopel ge'oerd word en aldaar de wreedste folteringen moest verduren; op alle Pauson der drie eerste een wen, die den marteldood voor Christus en het geloof hebben ondergaan; eindelijk op den eersten aller Pausen, den Prins der Apostelen, den H. Petrus, die evenals zijn goddelijke Meester,den kruisdood gestorven is. Ja, B. G., gedurende achttien eeuwen bestaat de H. Kerk van Jesus Christus, maar ook gedurende achttien eeuwen woadt de hel tegen die Kerk en vooral tegen den Pau/, de steenrots, waarop Cnristus haar gebouwd beeft. Te vergeefs echter is al die n osde der hel; zegevierend doorstaat de Kerk alles. Is dat geene kracht voor ons geloof eu herinnert het ons niet aan de belofte des Heeren: ule poorten der hel zullen haar niet overweldigenl)? Maar bovendien gelijk Cnristus zelf heeft moeten lijden en door den kruisdood in Zijne heerlijkheid moest ingaan 3), zoo brengen ook vervolging en bruis aan Kerk en Paus overwinning en glorie. De H. Pdtrus stierf eea smadeiijken dood, maar jui.t die dood is zijne glorie en jaarijjks op zjjn sterfdag herin nert ons deKerb daaraan,wauneerzg juichend Rome schoon noemt boven alle schoonheid der wereld,omdat hetdoorzi/n bloed gepurperd is. Da H. Gregorius VII stierf in balling schap; en toch is hij de held, wiens moad en volharding de Kerk hebben vrij gemaakt uit de banden, waai ia de machtigen dezer aa.ds haar wilden gekluisterd houden. Eveuzoo zal ook het Pausschap van Lbo XIII, de reeds bjj zijn leven verheerlijkt wordt om zjjn onbezwek n moedindever- volging eu zijne groote eigenschappen eene glorie voor (le Kerk blijven in alle volgande eeuweD. Laat ons met deze g dschte bezield deel nemen aan het heugeljjk feest vaa onzen hoogrereerdeu H. Vader. Terwjjl Wij zelveD, op den eersten Zondag van de Vaste, Ons met hem in den geest hopen te vereenigeu voor den troon van God bjj het opdragen eener Pontificale Mis in onze Kathedraal, schrgreD Wij bij dezen voor, dat op dien dag in alle Kerken van Ous Bisdom de Hoogmis zoo plechtig mogeijjk zal geschieden 8); ook willen Wg u in de gelegeuheid stellen, de offers uwer kinderljjke liefde aan den H. 1) Malt. XXI, 18. 2) Lnc. XXIV, 26. SJ Ptrmittitur expositio SS. Sacramenti in Ostensorio oveieen te komen wat ons te doen staat. Mijn heer Karei Vermeil" Vermei irad vooruit. „Gij kent het verblijf vau Koker?// //Zeer nauwkenrig," antwoordde Vermei, //er is een geheime uitgang, die ik u, zoo gij wilt, zal aanwijzen.// „Good. Deze uitgang dus bewaakt. Twee man nen hier om met mjjuheer te gaan.// Twee agenten traden vooruit. //Gij gaat u naar de plaat» begeven, die mijn heer u zal aanwijzen,// zeide de Commissaris kortaf," mijnheer Vermei, welk is het signalement van dat heer?// „Dat is heel moeieljjk,// zeide Karei zjjns on danks lachende. Nu eens is hg een kleine grijsaard mot een witte pruik en een grooten bril; dan is hij groot, recht, met blauwen bril, zwarte haren, dan weer roode haren en grijsgroene oogen als van katten." //Zoo is het onmogelijk een signalementte makin/> zeide de Commissaris. //Agenten, arrester dus ieder man, die wil uitgaan.// //Goed,. Commissaris." Zjj gingen met Karei heen, die hen in het zijstraatje waar de geheime uitgang was, posteeron ging. Het overige van den kleinen troep ging wachten in de E.straat. Karei kwam dadelijk terug. //Gij kent eveneens den doorgang hier?// vroeg hem de Commissaris. „Geleid ons". Men klopte. De dikke meid opende hen. Toen zij hen zag binnenkomen wilde zij ver schrikt, een luiden gil geven: Een der agenten sloot haar met een woord den mond. //Het gerecht,// zeide bij met halver stem. De meid hield zich stil. "De trap die naar een zekeren Koker geleid," zeide de Commissaris kortaf. „Dat is deze.// „Op de tweede verdieping, niet waar?// Vader te brengen, en verordenen daarom, dat op dien Zondag in alle kerken eene eeue kolkcte tot dat doel zal gehouden worden eu Wij houden ons overtuigd, dat gg zult voldoen aan het verzoek dat Wij u doen, om niet alleen voor Zijne Heiligheid veel te bidden, maar ook, hetzij op dien Zondag, zijnen feestdag, hetzij op een der volgende dagen van de Vaste eene H. Communie voor het welzjjn van den H. Vader op te dragen. Bjj dize gelegenheid vermanen Wij u te vens, om uwe gebeden ten hemel op te zenden voor onze jeugdige Koningin en hare geëerbiedigde Moeder, de Koningin- Regentes: alsmede voor al uwe Overheden, zoo geestelijke als weroldljjke. Wij doen dit met des te moer aandrang, omdat in onze dagen eerbied voor het wettig gezag en kinderlijke gihoorzaamheid aan de gestelde machten, helaas ook iu ons Va Ierland, veel minder worden; eeu dikwjjls herhaald gebed voor uwe overheden is een krachtig middel, om in dat opzicht n te bewaren in dea goeden geest, en de voorschtilten uwer godsdienst, te doen ondeihoudon. E ndelijk vernaaien Wij u nog, om de Vaste- en Oathoudingswet naauwgezet en met eon bljjmoedig hart te onderhouden; Wjj hebban toch allen gezondigd en daar om ziju Wg ook allen verplicht boete t8 doen voor ouze zonden. Krachtens de Ous daartoe door den Apos tolisehen Stoel verleende volmacht, gaven Wij u dit jaar de gewone Dispensatiën in de Kerkelijke wetten van onthouding onder de gewone voorwaarden: welke dispensatiën naar gewoonte door de WelEerwaarde Pas toors en Rectoren zullen worden bekend gemaakt. En zal dit Ons berderlgk schrjjven iu a'le tot Ous Bisdom behoorende kerken, alsmede in de kapellen, waarover een Rec tor is aangesteld, op Zondag Quinquagesima op de gebruikelijke wijze worden voorgelez n. Gegeven te Haarlemden 7den Febr. 1893. f CASPAR, BISSCHOP VAN HAARLEM. Op laat van Z. D. Hoogwaardigheid, H. J. A. COPPENS, Secretaris 1) Pecuniae co'.lectae summa quantocius transmittatur ad KR. adm. DD. Decanoa: et per eos al K. pl. D. Ple— banum Ecclesiae Cathedralis. „Ja, aan 't eind van den gang.„ //Ia hg daar?// //Ik zou het u niet kunnen zeggen, heeren.// //'tie go-.d, zwijg maar.// Men beklom de trap tot op de tweede verdieping. Het gas was niet ontstoken. Een der agenten tiok lan onder zijn overjas een lantaren en verlichtte den gang. Men bleef staan voor de kleine deur met het ons bekende opschrift. Men belde. Niemand antwoordde. Koker was niet daar, evenmin Valentijn, de bultenaar. Een tweede, een derde ruk aan de bel. //Ia naam der wet: open!" Geen beweging. „Trap de deur in,// beval de Commissaris. Twee 8genten traden vooruit. De een, een kolossus, duwde zoo hard hij kon met zjjn rug tegen de deur. De andere, een aanloop nemende, gaf een geweldigen tchop tegen het slot. Het hout krankte. „In naam der wet: open!" riep do Commissaris met veel sterker stem. Een tweede schop tegen de deur, die reeds begon toe te geven. Men luisterde een oogenblik; het scheen dat men daarbinnen geluid hoorde. //Kom, er moet een eind aan komen,'/beval de Commissaris. Drie of vier man traden tegelijk vooruit en vereenigden hunne krachten. De deur als't ware met geweld van haar scharnieren gescheurd, viel met groot geraas neer. Men was in de eerste ka mer, waar de bultenaar gewcon was de bezoekers te ontvangen. „Gindsche deur geeft toegang tot het bureau van Koker,// zeide Karei. //Daar moet hjj zich bevinden, zoo hij te huis is." //Eu, maar, kjjkl kjjkl" //Wat is er, riepen de Kolonel, de schilder Wat de ongeloovigon ook zeggeD. God bestuurt de wereld en Hij doet dat dikwijls op zichtbare wijze. Ia het leven van bi- zondore personeD, gelijk in de geschiedenis der volken, vindt men er door alle tjjden heen de duideljjkste bewijzen van, dat de goddelijke Voorzienigheid alles naar haar welbehagen schikt, alles doet dienen tot haar meerdere glorie en tot htil der wereld. Die leiding der Voorzienigheid schjjnt bizonder uit iu het leven en het Pontifi caat van Z. H. dea Paus Leo XIII, die, om de bizoudsre gunsten hem van God ge schonken, terecht de man d/r Voorzienig- hsid mag genoemd worden, door God in deze treurige tjjden aan bet hoofd der Kerk gesteld, om Kerk eu maatschappij te red den van do gevaren, die beide meer dan ooit bedreigen. Z. H. Leo XIII, wordt zicht baar door Gol bestuurd, Hij spreidt eene geestkracht en werkzaamheid ten toon, die geheel de wereld verbaast. In de groote daden van Leo XIII zien wij de leiding der Voorzienigheid, die steeds aau de wereld genees- en redmiddelen gaf, geëveuredigd aan de grootte der kwalen. De maatschappij is meer dan ooit ziek, doortrokken als zij is van de valsche grond beginselen uit de Hervorming geboren en sedert 1789 buiten de Katholieke Kerk meer algemeen zoowel op maatschappelijk als op Godsdienstig gebied toegepast. Ter genezing vau di-j ziekte onzer dagen heeft Goi in Leo XIII aan de wereld een man gegeveo, die de kwaal kent, den vinger op de wond legt en het juiste geneesmiddel aanwjjst; een man wiens grootste daden en roemrijke regetring eene eerste plaats verdienen iu de geschiedrollen der Kerk. Wg meeoen, met het oog op hetgeen wg hier neerschreven, enze lezers geen ondieost te doen, met hun te wijzen op den dag vaD 19 Februari e. k., deu dag, waarop Z. H. Leo XIII, zjja Gouden Bisschopsfeest zal vieren. Het was op den 19en Februari 1843, dat de nog niet drie en dertig jarigen Prelaat Joachim Pecci, in het aloude heilig- nom van San Lorenzo in Panis- p e r n a, uit de handen van den Kardinaal- Staatssecretaris, Mgr. Lambraschiui, de II. Bisschopswijding ontving. Feestelijk zal dezen dag in onze Kerken worden herdacht ea wjj vertrouwen dat de Karei en de agenten tegeljjk. „Weg met uw lantaren; daar, kjjkt in dezen hoek „Door het Bleu'elgat schitterde inderdaad een lichtend punt. Ademloos lag de Commissaris er met zjjn oog voor. Hij zag een gaande en komende sebaduw. Koker moest daar zjjn. //Wij zullen het be.-st in zjjn hol betrappen//, zeide de Commissaris. „Haasten wjj ods, mjjne kinderen. Mijnheer Vermei, hoe wordt deze deur geopend?" „Ik weet h:t niet. Men most haar van binnen openen, geloof ik." „Dat is erg. Door de beweging, die wjj ge maakt hebben, zal de schurk op zijn hoede zjjn. Indien hjj door den anderen uitgang vlucht, kan hg er niet buiten in de handen onzer mannen te vallen. Laten wij er snel heengaan. Is dat ook u gevoelen nie-, mjjuheer Veimei?" „Ja, gauw, gauw! zei Vermei hevig ontroerd. „Wacht, ziedaar de kaarsen op den schoorsteen; steekt ze aan. Wij dienen helder te zien. Heeft iemand van n gereedschap? „Alles is nog op het bureau,// zei een der agenten. //Ik ga het halen, Het is een zaak vau vijf minuien." //O, waarom daar niet eerder aangedacht," zeide de Commissaris zich voor het voorhoofd slaande. //Dit wachten kan alles bederven." „Och kom, terwijl het huis gesloten is." //Nu, het schijnt mjj, dat deze nalatigheid de gebeele zaak zal bederven." De agent kwam met zijn gereedschap terug. Drie mannen begonnen geweldig met hamers op de deur te slaan. Eensklaps ging aan de andere zijde het licht uit. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1893 | | pagina 1