NIEUWE
No. 1955.
Vrijdag 3 Maart 1893.
18de Jaargang.
Ter overweging.
BUITENLAND,
abonnementsprijs
Pei 8 maanden voor Haarlem.
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor het buitenland
Afzonderlgke nummers
0,85
1,10
1,80
0,03
Dit blad verschjjnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels 30 Cents
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant
Advertentiën worden uiterljjk Maandag-, Woensd ag-
en Vrflda g-a vond voor 6 uur ingewacht.
Uitgever, W. KüPPEBS.
Het nur der wraak schjjut voor Frankrijk
geslagen.
Geen enkel land misschien kon bo
gen op zooveel hemelschen zegen als Frank
rijk; maar de geheels wereld bekent een
parig, dat geen land zoozeer den hemelschen
zegen versmaad en verloochend heeft als
Frankrijk.
Onze Heilige Vader de Paus heeft stee di
zijne zorgen aan de geloovigen van Frank-
rjjk gewijd, maar de Vrjj metsel ar jj heeft
aldaar al die zorgen te schande gemaakt.
God laat niet met zich spotten.
Op aller lippen komt de vraag, of Frank-
rjjk in staat zal zjjn de tegenwoordige cri
sis te boven te komen.
Frankrjjk werd op het slagveld verplet
terd door Pruisen.
Toen begon de straf, toen begon de
wraak over het ongeloof.
Men verwachtte, dat Frankrijk zou zijn
teruggekeerd tot het geloof en tot de zeden
van «den ouden God.» Maar neen, o .ge
loof en wulpschheid waren te zeer inge
worteld om door dien verpletterenden slag
uitgeroeid te worden.
De God hatende Vrijmetselarij stelde alles
in de weer om het aardsch paradijs te her
stellen en een hellevaart werd er uit geboren.
Dat Paradgs schittert heden in Frankrijk,
geljjk het zich misschien weldra in alle
landen van Europa zal openbaren. Het is
eene eclipse.
Het is zoolang nog niet geleden, dat
Graaf Albert de M u n den minister
van onderwjjs, Bourgeois, op ongena
dige wjjze de les las, en diens lenden striemde
met zijne geeselslagen, maar hij praatte
aan doovemans oor.
Of de Mn n toen al met de levendigste
kleuren den ongelukkigeu toestand van
Frankrjjk schilderde, eenen toestand, dien
men te danken had aan mannen, die slechts
uit gingen van deze éene gedachte; noch
godsdienst, noch christelijke onderrichting;
of diezelfde afgevaardigde al opkwam te
gen de strekking, waartoe bjjna de geheele
Kamer van Afgevaardigden medehielp,
dat alles baatte niets. Maar riep d e
M u n de uitkomst zal het bewjjzen.
En nu?
Oud-ministers, ministers in functie, en
bjjna twee honderd afgevaardigden zjju be
trokken in het Pauama-echandanl.
FEUILLETON.
Herstelde misdaad.
Vervolg.)
//Hoe nu?//
«Twee verspieders. Zij grjjpen hem aap."
Pakken wjj ons weg. Hjj zal ons misschien
verraden./»
//Neen, hij merkt er Diets vaD. Hij loopt door.
Zij kunnen hem nu vrij ondervragen. Kom, gaan
wij naar huis. Ik heb haast om den brief te
lezen.//
„Hjj is belangrijk, zie ik."
„Zeer belangrijk. Maar genoeg gesproken, voor-
Zij liepen zoo hard zjj konden door, tot zjj
het groote rijtuig van Bariholomeus bereikt had
den Eenmaal daar, verbrak Koker het caehtt
van den brief. Zijn gelaat teekende eene levendige
voldoening.
//Is het goed?// zeide Bartholomews, die opzij a
gelaat den invloed van de lezing des brie s naging.
//Zeer goed, mna vriend, zoo goed, da 1 oop,
dat wij dezen keer ons doel zullen bereiken.//
//Ha! gij gaat mjj dus eindelijk uitleggen.//
//U uitleggen, wat? Waarom? Wat behoelt gij
meer te weten, dan dat de zaken goed gaan./»
//Doe wat ik u zal zeggen en wanneer wij, zooal»
ik geloof, van avond tot een goed einde komen,
dan zult gij twee bankbiljetten van duizend gul
den meer in uw vestzakje hebben."
„Sapristi, dat zal niet geweigerd worden. Sedert
langen tjjd laat gij mjj sjouwen, zonder dat mij
dat veel opbrengt, en, zonder verwijt, bet wordt
tijd, dat ik de kleur van geld weer eens terugzie.
Uns het is voor van avond, en wat moet ik nu
d°°u'gereed maken om van hier te ontvluchten.
Zou Frankrgks eer meer schade en schande
hebben geleden op het slagveld dan thans
in deze schandalige affaire!
De mannen der Regeering zijn bezwe
ken voor het goud-argument.
Een Parjjsch blad resumeert het ver
hoor van Charles de Lesseps, sen
der gevangen administrateuren der Pana-
ma-maatschappp, in de volgende gedach-
tenwisseling tusschen den advocaat-gene
raal en den beschuldigde:
«Gjj hebt,» zeide eerstgenoemde, «de mil-
lioenen der obligatiehouders van Panama
uitgegeven door ze te verdeelen onder syn
dicaten, bankiers en al degenen, wier in
vloed gjj kondt vreezen en de millioeaen
hebt gjj vrijwillig gegeven.»
«Vrijwillig,» antwoordde de Lesseps,
«ja, even vrjjwillig als men zijn horloge
in den uithoek van een bcsch geeft aan
een roover!»
De uitdrukking is typisch en kenschetst
ten volle deze zoo geruchtmakende Panama
zaak en de hedendaagsche zeden.
Bankiers, politici van naam en regte-
ringspersonen klopten om beurten bij de
vertegenwoordigers der maatschappij aan,
de beurs of het leven vragende.
Weigerde men geld te geven, dan volg
de de bedreiging, dat de onderneming op
alie mogeljjke wjjzen zon worden tegenge
werkt.
De heer De Lesseps verhaalde dit
alles op zeer nuchtere wijze, op een toon,
als gold het de meest gewone zaak ter
wereld.
Naar zijne verklaringen te oordeelen be
hoort het tot de usantiën in ouzen tjjd,
dat personen van invloed hun toewijding en
stenn verkoopen met evenveel sans-gèae als
men een huis of een paard van de hand doet.
Het Fransche voik slaat verbaasd de han
den te samen, en vraagt zich af, hoe dit
mogelijk is.
En de Regeering Het eene Ministerie
valt op het andere.
Men vraagt zich af, of dan geen enkel
fatsoenlijk man meer te vinden is, om deel
te maken van de Regeering.
Dat zjjn dan de mannen, die den Gods
dienst uit de school verbanden; die de lief
dezusters verdreven uit de hospitalen en van
het sterfbed der armen; die de Bisschoppen
en de mindere geestelijkheid hun tractement
onttrokken, die de kloosterlingen over de
grenzen hebben gezet, enz.
Wjj vertrekken en wjj zullen waarachjjaljjk den
geheelen nacht loopen.//
„Waar zullen wjj gaan?//
//Ik weet er niets van. Dat zal er van afhangen.
Is er nergens wat te doen in de omstreken?"
//Ja, op K. is van avond bal.//
//Welnu, wij zullen den schjjn aannemen naar
K. te gaan; het zal een goed voorwendsel
zjjn.Kom, haast U.Er is geen minuut te verliezen.//
//Eu gij?//
„Ik, ik heb nog het een en ander te verrich
ten. Bij mijne wederkomst zullen wij vertrekken.//
De tandmeester ging brommend heen. Hjj vond
dat Koker hem waarljjk al te veel als een slaaf
behandelde en begon te vreezen, dat men hem de
kastanjes uit het vuur liet halen, om ze vervol
gens voor zjjnc oogen op te snoepen. Wat Koker
betreft, hij ging naar het postkantoor terng, en
bezorgde er het volgende schrijven:
Kolonel,
Ik heb uw antwoord ontvangen. Het zou mij
in alle opzichten voldoen, indien in het postkan
toor niet twee mannen op wacht hadden gestaan,
gereed mjj naar de keel te vliegen, zoodra ik
mjj in persoon vertoonde.
Gjj hadt echter moeten bedenken, dat ik mijne
voorzagen genomen bad.
Zonder omwegen zeg ik u thans, 'i Is met u
alleen, dat ik wil te doen hebben, 't Is aan U
alleen, dat ik mejuffrouw van Doornik zal te
ruggeven.
Bevind u dus van avond om tien uur alleen
en zonder wapenen in de M,straat. Eene vrouw
zal u naderen en u zeggen haar te volgen.
Gjj zult het doen en zij zal u bjj uwe dochter
brengen.
Daar zal een man de vier honderd duizend
gulden, welke wjj overeengekomen zjjn, van u
ontvangen en na u uwe dochter teruggegeven te
hebben, zich verwijderen.
Welke fatsoenlijke en deftige liedendie
mannen zonder godsdienst, niet waar?
Wie zou niet verlangen door zulken troep
geregeerd te worden?
Maar, geve de goede God, dat zulk voor
beeld de gewenschte uitvoering niet misse.
Frankrjjk staat in die schandalen niet
alleen.
Volgens het algemeen oordeel zjjn de dagen
der derde republiek geteld,omdat de dag der
wraak van God gekomen is.
Zullen andere Staten met hunne Vrjjmet-
S9larjj of Liberale Unies het voorgevallene in
Frankrjjk als eene vingerwijzing van Boven
betrachten? Of zullen zjj bjj hunne gods-
dienstlooza strekking bljjven volharden, tot
dat zij het onvoorziene lot dealen van het
Land, dat op zulke hechte grondslagen geba
seerd scheendat geen storm het ooit zou
hebben aan 't wankelen kannen brengeD, en
dat nu bjj den geringsten adem Gods dreigt
te vallen?
Lieb Vaterland kannst ruhig seinfest
stekt die Wache am RheinNeen, zegt
het Venl. Weekbladniet die Wacht am
Rheinmaar staan de evangelische jeznïe-
tenhaters te Barmen. Nauwelijks hadden
de katholieke bladen medegedeeld, dat de
Duitsche Centrumspartjj opnieuw een voor
stel zal indienen tot weder toelating der
jezuïeten of er steeg een kreet van diepe
verontwaardiging op tegen de Reichsfeinde.
Te Barmen hielden de evangelischen eene
vergadering om tegen dien stouten aanleg
te proteateeren. Deze vergadering werd bjj-
gewoond door 1500 personen. Een professor
uit Marburg, een uit Leipzig en de hof
prediker Rogge uit Potsdam hielden den
vergaderden voor hoe gevaarljjk de terug
komst der weggejaagde landskinderen
zoude zijn. Na den ouden onzin tegen de
jezuïeten te hebben opgerakeld,werd het vol
gende besluit aangenomen:
«1500 evangelisten uit alle deelen van
Duitsehland te Barmen vergaderd, verkla
ren: De jezuïeten-orde vergiftigd door hare
beginselen de zedeljjkheid van ons volks
leven; door hare leer omtrent den eed
brengt zij de rechtspleging in gevaar; zij
ondermjjnt de waarheidsliefde, trouw en
eerljjkheid bjj het volk. De jezuïeten-orde
is, als een geheim genootschap aan een
buitenlandsch opperhoofd op elk gebied
van zedeljjkheid en recht, van maatschap-
peljjk en staatsleven, tot onvoorwaarde-
Indien op uw bevel of zelfa ondanks uw b6vel,
iemand u vergezelt; indien mjjn gelastigde de
minste reden van wantrouwen heeft; indien zjjne
verwijdering, nadat de ruil gesloten is, de minste
belemmering ondervindt, zal mejuffrouw van Door
nik voor uwe oogen met een dolk doorstoken
worden en gjj zult niets vinden dan een ljjk.
Denk er wel aan, ik dreig nooit tevergeefs en
al mijne voorzorgen zjjn genomen.
Eene korte pooa daarna stond hij wederom voor
de deur van den wagen. Op zjjn bevel had de
tandmeester zjjn paard te eten en te drinken
gegeven; het beeat wsb zelfs geheel getuigd.
Het rijtuig, waarin Koker Liza ten tweeden
male had weggevoerd, was in vliegende vaart
naar het onbebouwde terrein buiten de D.C.straat
gereden, waar de groote wagen stond. Het nog
altijd bewustelooze meisje was hier ingebracht.
Juffrouw Salemink had de zorg op zich genomeB,
de zieke te bewaken. Zij zat naast het bed, waarop
Liza rustte.
„Hoe maakt het de kleine?" vroeg de man
van zaken bjj zijn binnenkomen.
„Vrjj goed. Zij heeft nog een weinig delirium,
gevolg van de crisis. Zjj gelooft haar vader te
zien, ea spreekt tot hem.//
vGeef haar haar portie. Zjj moet van avond
slapen."
De bedoelde portie was een drank van het
maaksel van Bartholomens, een slaapmiddel. De
waschvrouw vulde er een soeplepel van en gaf
het de zieke.
„Geef haar tog ten tweede lepel,// zeide de
bandiet.
//Neen, dat zou gevaarlijk kunnen zjjn.//
„Bah, zoo'n zenuwachtig, joDg meisje verdraagt
gemakkelijk eene dubbele hoeveelheid. Wacht ik
zelf zal haar die wel doen innemen.//
Hjj deed, geljjk hjj zeide.
Ijjke gehoorzaamheid verplicht. De jezuïe
ten-orde ia ten hoogste gevaarljjk voor den
godsdienstvrede, waaraan ons vaderland
behoefte heeft. Door hare onbelemmerde
werkzaamheid zoa zjj eene nieuwe en zoo
veel te noodlottiger scheuring teweeg bren
gen in de door Gods genade eiadeljjk her
wonnen volkseenheid. Aan znlk eene orde
mag nooit weder het recht van domicilie
op Duitschen bodem worden toegekend.»
Waarvoor halen zich de professoren de
12,000 en 60,000 mark niet, die beschikbaar
liggen voor den eersten den besten, die het
bewjjs levert, dat de jezuïsten-orde die ver
derfelijke leerstellingen er op nahoudt?
Waarom ijveren deze professoren niet tegen
de Talmnd-joden? Waarom verheffen zjj hnn
stemmen niet tegen het genootschap der vrij
metselarij?Omdat ze met den evangelischen
bond een bondgenootschap vormen tegen de
katholieke Kerk.
Frankrijk.
Jules Ferry heeft het presidium in
den Franschen Senaat aanvaard met eene
rede, die er niet toe bijgedragen heeft zjjne
tegenstanders met den «man van Tonkin»
te verzoenen.
In de Ligaro spot de heer M a g n a r d
met Ferry, die met tranen in de oogen
de republikeinen bezwoer eendrachtig te
blijven.
De hoofdredacteur van de,Figaro bljjft bewe
ren, dat vereeniging der gematigde partgen
eene eerste vereischte is, want zegt bij
het is waarljjk niet noodig verder vooruit te
gaan, maar wjj moeten in de eerste plaats
den godsdienstvrede herstellen,die eene eerste
vereischte is voor een land, waar de vrou
wen om niet te spreken van een groot
aantal mannen nog geregeld hnDue gods
dienstige verplichtingen nakomen.
De Bonapartist De Cassagnacin
VAutorité en de heer Camille Pelle-
t o n in de Justice zien een F e r r y's op
treden een gevaar voor hun partij,
De heer Spuller denkt er anders over,
hjj betoogt in de République Frangaise, dat
Ferry's rede het sein zal geven tot herstel
vau de eendracht onder de republikeinen,
maar het Journal des Débats acht eene der
gelijke poging tot verzoening geheel vruch
teloos, omdat de radicalen toch niets van
vBionen weinige aren hoop ik van haar verlost
te zjjn,// vervolgde hjj.
„Wat wilt gjj zeggen?//
//Tegea goedklinkende zilverlingen, wel te ver
slaan," verduidelijkte hjj."
„Wal! Gjj zjjt geslaagd?//
//Mjj met den vader te verstaan, Maar, vrien -
dinne, daar roept mjj Bartholomeus; het is tjjd
om te vertrekken. Gjj staat er mij voor in, dat
zij niet zal ontwaken?//
//Nog in geen vijf nur.//
XXIII.
Terwjjl Eduard, Karei, Vau der Heiden en de
bultenaar met den Commissaris nieuwe plannen
maakten voor de avond-expeditie, oDtviog de
Kolonel in zjjn huis alleen gebleven het briefje
van den man van zaken. Hij dacht een oogenblik
na. Misschien verborg dit voorstel eene nieuwe
hinderlaag. Maar wat deed het er ook toe? Het
strijden, de nuttelooze listen moede, wilde mjjn-
heer Van Doornik liever recht op het doel afgaan.
Welk gesaar liep hjj? Wilde men hem op zjjne
beurt gevangen nemen en van hem een nieuwen
gijzelaar maken? Zou men hem doodeD? Met welk
doel, wanneer hjj het geld, dat men hem vroeg,
gewillig gaf?
„En daarbij," zeide hjj tot zichzelf, terwjjl hij
op zijne pendule keek, om na te gaan hoeveel
minuten hem nog van het oogenblik van zjjn
vertrek scheidden, „daarbij, wat geef ik er om
of ik mjjn leven ia gevaar stel. Zonder mjjne Liza
is het leven me van weinig waarde."
Op de pendule sloeg het negen uur. Zonder
iemaud te verwittigen, integendeel vreezende op
gemerkt te worden, sloop hij uit zjjne woning,
vier honderd duizend gulden in bankbiljetten
met zich dragende en zonder andere wapenen dan
zjjn wandelstok.
Wordt vervolgd.)
HltRLERSdlE (IIIRUT.
MM-VLIEN
26.)