NIEUWE
No 1963
Woensdag 22 Maart 1893
18de Jaargang.
's Pausen vrijheid.
Kantteekeningcn.
0,85
1,10
1,80
0,03
De Familie Reydel.
BiARLEBSCHECOCRMT.
ABONNEMENTSPRIJS
Pet 3 maanden voor Haarlem.
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor het buitenland
Afzonderljjke nummers
Dit blad verachjjnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels
Elke regel meer
30 Cents
5
AGITE MA NON AGITATE.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant
Advertentie n worden uiterljjk Maandag-, Woensdag
en V r jj d a g-a vond voor 6 uur ingewacht.
Uitgev er, W. KÜPPEKS.
Wegens den feestdag van O. I V. Bood
schap zal de NIEUWE HAARLEMSCBE
O U RANI in plaats van Donderdag, Vrijdag
e k- worden uitgegeven. Het dan eerstvolgend
nummer verschijnt Dinsdag 29 Maart.
Waar zal de Paus big ven, wanneer in
Europa de onvermijdelijke oorlog uitbreekt?
Ziedaar eene vraag, dte iu onzen tijd van
onzekerheid der dingen, reeds menigmaal
werd geopperd, maar niet beantwoord.
Voor den Paus zijn er slechts twee plaat
sen; op den troon of iu de gevangenk,
zeide weleer een diepe denker. En Napoleon I
begreep zoo goed de waarheid van dat ge
zegde, dat hg niet aarzelde, te verklaren
in het geheel geen gezag aan den Paus te
kunnen toekenen, indien Deze onderdaan
van deze of gene groote Mogendheid moest
zRö. Zoo goed begreep de Fransche ge
weldenaar den toestand van het Pausdom,
dat, toen de Pauselijke troon zich tegen
zjjne haüdtlingen verzotte, hjj den Pao3 van
Rome gevangen mee naar Frankrjjk nam.
Liever bad hg, dat de Paus zijn gevangene
bleef, dan dat het Opperhoofd der Chris
tenheid door een ander gezag dan het zjjne
werd beschermd.
De schijn van onafhankelijkheid, huiche
lend in Ital.ë aan den persoon des Pausen
toegestaan, is de bekrachtiging zelve van
de uitspraak: Voor den Paus geene plaats
dan op den troon ot in den kerker.
Z. H. Leo XIII de Paus van Rome kan
met volle recht daarop antwoorden: «Ik
geniet de vrgheid van een met doornen ge
kroonde; de vrjjheil der kinderen Gods kan
niemand Mg ontrooven, doch de vrjjheid
in het ongedeerd, in het onbelemmerd be
stuur van de Kerk heb ik niet meer, of
slechts voor zooveel als mjjne aartsvijanden
die toestaai,; Ik geniet alleen de vrgheid
van den gevangene,aan wien men wel eenige
vrgheid wil vergunnen. Ik geniet de vrgheid
van den gevangene, wien men dageljjks
de boeien nauwer toeschroeft; de vrgheid
van den gevangene tot wien de cipiers met
hun aanhaDg, onder het uitbreken van
verweoschingen en beleedigiogen, valsch en
lafhartig, met een spotlach op de lippen,
komen zeggeD, dat zjj mijne weldoeners zjjn.
D,e vrjjheid is niet de vrijheid, welke Gods
Plaatsbekleader, Christus' Stedehouder, in
het ongedeerd bestuur van Gods Kerk noo-
dig heeft.
Waar zal de Paus bljjven, als de oorlog,
de naderende krijg uitbreekt? Daar waar
FEUILLETON.
3)
Vervolg.)
De locomotief,gelijk aan een reusachtig dier door
den bliksem gt troffen,lag bedolven onder een stapel
verbrokkelde en vernielde massa's,hout en planken
van verpletterde wagens en haar ontbrande steen
kolen staken het vuur in dieu reusachtigen brand
stapel, waaruit den jammervolle klachten van on
gelukkige opstegen. Te midden van dit ontzettend
ongeluk verloor Esther haar bewustzijn niet, zjj
verhief haar hart tot God, en, haar oogen slui
tend, verwachtte zjj den dood. Hoeveel eeuwen
veiloopen er in éane seconde van doodsangsten!
Zij hoorde de stem van haar grootmoeder, die
zeide: //Esther, zjjt gij gewond?// Haar oogen
openend,zag zjj mevrouw Reydel op den grond van
den waggon voornvergeworpen; zjj was bevlekt met
bloed, maar dat bloed stroomde van het voorhoofd
van mjjnheer de la Ferté, die door de scherpe
scherven van glas en houtspaanders was verwond.
Esther had den arm verstuikt, maar zjj merkte
er mets van door dea schrik, die haar het gezicht
van haar grootmoeder en oom veroorzaakte. Mijn
heer de la Ferte beproefde om zich van den
hebloeden sluier, die zjjne oogen bedekte te ont
doen en riep herhaalde maal tot de dames.
//Vreest niets, men zal ons te hulp komen.
Het is beter er op dan er onder! Mij mankeert
«tiets wees toch stil!
Eu zich inspannend riep hjj met luider stem:
«Help! help!//
Twee minuten gingen nog voorbjj in groote
de oorlog geroerd wordt, i9 het onmogelijk.
Zijne Heiligheid heeft bet zelf verklaard,
en de geheele wereld begrgpt het zoo. In
dien Hg te Rome in zjjne eigen Staten
zetelde, als onafhankelijk Vorst, dau, ja dan
bleef Hij in de Eeuwige Stad op zijne plaats;
maar io het Italiaaasch Rome kan de
Paus, bij het uitbarsten van een oorlog, niet
veilig verblijven. Veronderstel nu eens, dat
geheel Earopa, zooals best mogelijk is, iu
het harnas geraakt; dat de oorlog in Europa
algemeen wordt, waarheen zal de Vader der
geloovigen dan gaan? Dan is er schier geen
plaats voor Hem in Europa. De revolution-
natren en de vrjjmetselaars zouden Hem
gaarne zien vertrekken naar de Vereenigde
Staten, Canada of naar een ander land iu
de Nieuwe Wereld; ma«r God zal zulks niet
willen, en de 260 miilioen Katholieken ook
niet. Want in de eer die Vorsten en volken
Z. H. Leo XIII hebben bewezen bjj het
gouden Bisschopsfeest en bg andere gele
genheden zou meu kunnen zeggen, dat de
Hemel bezig is, aan de blinden zelfs da
noodzakelijkheid van het tjjdvlgk gezag des
Pausen te doer inzien? Al is de Paus door
eene bedorven en karakterlooze Italiaausche
regeeiing een gevangene gemaakt, al hebben
politieke booswichten de Paus tot een slacht
offer gemaakt van de verderfelijke kuipe
rgen van een eerloos gouvernement, dan toch
plegen in dat alles de bewiudhebbers die
zich binnen Rome hebben genesteld, mis
daden tot hun eigen verderf.
De godsdienst heeft barbaarsche horden
tot bedrgvigp, vreedzame lieden gemaakt,
de Paus van Rome zal zegepralen over de
moderne begrippen, over de va'sche bescha
ving die zjjne vijanden ia belachelijke op
geblazenheid den volkeren verkondigen.
Over het onderwijs. Voor hen, die altijd
klagen over de minheid van het katholiek
ODÖerwijt, geven wij gaarne eenige kanttee-
keningen ter overweging in het vettrouwen
dat velen zich in het belang der toekomst
er naar zullen richten.
Niet aileen als Paus, Bisschop en Staats
man, dichter en bevorderaar der weten-
tenschappen wordt Z. H. Leo XIII geroemd
en vereerd, maar ook als bevorderaar van
het lager onderwijs wordt Z. H. hooggeschat
en geprezen.
Dat Lao XIII de wetenschap niet slechts
achtte als een macht en een sieraad voor
enkele bevoorrechten, maar ook van het
nut van goed en degeljjk volksonderwijs
overtuigd wa«, bewees hjj gedurende de
doodsangst! De drie reizigers zagen niets van het
geen buiten voorviel, want de Waggon was onderste
boven geworpen op een der portieren, het andere
verhief zich in de lucht; maar wel hoorden zjj een
afsehuweljjk koor van klach'en en verwenschingen,
zjj zagen wolken rook» boven hun hoofden voort
kronkelen.
//Help, help!'/ herbaalde mjjnheer delaFerté.
«Ik kom!// riep eene stem.
Een jongmeu8ch zwart van rook en met ver
scheurde kleederen, verscheen aan het portier.
//Mjjnheer, red mjjne kleindochter!// riep me
vrouw Reydel.
«Ik zal u allen redden, vrees niets,// ant
woordde hjj.
Hij opende het portier en zich tegen de wanden
steunend, nam hjj Esther in zjji e armen, ofschoon
deze tegenstand bood, telkens zeggend.- „Eerst
mjjne moeder, mjjnheer!" Hjj trok haar uit het
rqtuig en droeg haar weg uit dezen braudenden
berg, te midden van een regen van vonken en
vlammen, haar gezond en wel in yeiligheid
brengende. Mevrouw Reydel en de heer de la
Ferté werden even gelukkig gered, en zelfs de
kleine hond, die van onrast jankte, werd in de
armen zijner meesteres nit het nauw en in veilig
heid gebracht. Esther vergat nooit het vreesdij ke
schouwspel waardoor haar zinnen werden getrof
fen; de vlam, die de wagens verteerde, de kreten
van den machinist, die vast zat onder zjjne gloei
ende machine, het gezicht der gewonden, uitge
strekt op de helling van eene sloot, verminkt,
bloedend,verschrikkeljjk om aan te zien. Voorts rei
zigers die als door waanzin geslagen waren en
uit wiens holle blikken, die zjj om zich heen
jaren, dat hg den bisschoppsljjken zetel te
Perugia bekleedde. Het geheele onderwijs
in zijn diocees, vau de gewone lagere scho
len af tot de universiteit in zjjne bisschop
pelijke stad toe, werd door zijne zorgen
hervormd en uitgebreid. Hat trouwe school
bezoek werd aangemoe ligd, de leermidde
len werden verbeterd, de jaarwedden der
onderwjjzers werden verhoogd; als Paus
stichtte hij veel lagere volksscholen.
Hierdoor toonde dus de H. Vader, dat
het volksonderwijs hem na aan het hart
ligt. De eerste reeks van begroetingen en
gelukweuschingGn ter gelegenheid vau ziju
gouden bisschopsjubilé giug uit van de
volksschool. Zevenhonderd kleinen waren
het, die onzen H. Vader den eersten ju
belgroet brachten. Hoe gelukkig gevoelde
de edele grgsaard zich te midden der kleine
levendige jengd. Ofschoon Pausen omge
ving er op aandrong, de audiëntie ten
minste te onderbreken, om zich niet al te
zeer te vermoeien, bleef Z. H. langer dan
drie volle aren te midden van het kleine
volkje, hen liefkoozende en hen zegenende.
Naar het voorbeeld van den goddelijkeu
kindervriend zeide Leo XIII.: «Laat mij
met deze kleinen bljjveu.» Dajcugd is niet
alleen de hoop des vaderlands hier op aarde,
maar ook de hoop des vaderlands aan gene
zijde van het graf. Vandaar, dat alle waar-
ljjk edele en groote mannen steeds gejjverd
hebben voor degelgk, godsdienstig lager
ouderwjjs.
Hoe na de volksschool den roemrgken
kardinaal Mgr. Manning z. g. aan het
hare lag, blijkt hieruit, dat hg geene mo
numentale kathedraal te Londen wilde bou
wen, vooraleer gezorgd was voor goede,
degelijke lagere scholen.
En schreef Mgr. Boerman s, bis-chop
van Roermond, ei-t aan de geestelijkheid
van zijn dioeee»: «De bevordering van de
gelgk ouderwg» in den geest der Kerk is
eene zaak, voor welke de milddadigheid niet
genoeg kan ingeroepen wordeD. Zeer prjj-
zenswrardig is het voorzeker te jjveren voor
de schoonheid van de3 Heeren tempels,
maar moet er gekozen worden tussehen
beide, dan dient toch zeer zeker de voorbeur
gegeven te worden aan de levende tempels
des H. Geestes, de zielen onzer kinderen. De
degelijkheid van ouderwjjs en opvoeding te
bevorderen moet steeds het voorwerp uwer
zorgen bljjveu. Een veelvuldig en geregeld
schoolbezoek van uwentwegen en een vast
beraden maar beleidvol bestrjjden van het
schoolverzuim (Cf: Conc. Prov. p. 320) zal
daarop een gucstigen invloed uitoefenen.»
Wij bennen geen zaak van grooter be-
wierpen, zich al de schrik van dit oogenblik af-
teekende. Zoo'n schouwspel kon zjj niet laoger
verdragen: baar knieën knikten en hjj, die h»ar
had gered, ondersteunde haar, zeggend:
„Ik zal u in het huis van den baanwachter
brengeD, daar zullen wjj hulp vinden.»
Hjj ondersteunde te gelijkertfld Esther en mjjn
heer de la Furie, en voerde hen op eenige passen
afstands in de op dit oogeublik verlaten hut.
want do baanwachter en zjjne vrouw waren bjj
de gewonden. De jonkman liet Esther op een stoel
plaats nemen en nam een fleschje met azijn uit eene
kast, dat hij haar liet opsnuiven. Zij kwam, een
zucht lozend, tot zich zelve, en zeide:
„Wjj zjjn gered!"
//Ja, lief kied, sprak mevrouw Reydel, terwjjl
zjj haar telkens omhelsde en kuelte, we zjjn ge
lukkig gered, dank aan den moed van mijnheer.//
//En oom Haract?//
//Vrees maar niet voor mjj, beste meid,// zeide
hjj, „mjjne wonden zullen spoedig genezen zijn."
//Mijnbeer,// sprak de jonge man, //mag ik u
mjjne diensten aanbieden? Ik heb eenig verstand
van kwetsuren."
//Zeer gaarne beste heer; ik geef mij aan u ge
heel en al over."
De jonge man zocht in de wachterswoning naar
de verb indkist, die daar altijd volgens de regle
menten aanwezig moet zjjn en na deze gevonden
den te hebbeD, nam hij er een linnen doek uit en
eene flerch, zoogenaamde arnica, waarna hjj spoe
dig, volgens alle regelen der kunst, een uitstekend
verband om het hoofd van den heer delaFerté
legde. Deze sprong vrooljjk lachend en dankend
op en riep uit:
lang dan de opvoeding der jeugd, toever
trouwd aan degelijke onderwijzers, waar
over niet genoeg kan gewaakt worden,
opdat ds onderwijzer geen verkeerde begin-
sslbj, waaraan hjj zich in het openbaar
leven pliehtig maakt, brenge in de harten
der kleinen, want alleen hij die in zich
het goeie heeft, kan daarvan mededeslea
aan de kinderen, die hem zjjn toevertrouwd
en zeer zeker is het, dat, als de Goddelijke
Heiland, als eertjjds op aarde rondwandelde,
Hg geen school zou voorbggaan, zonder
deze binnen te treden. Esn dorp of stal
zal voor- of achteraitgaau naarmate da
geetteljjke en wereldlijke overheden zorgen
voor goed degelgk godsdienstig onder wgs en
eene christelijke opvoeding d-r jeugd, of
deze verwaarloozen.
Goede scholen, goede wegen,
Brengen in den lande zegen.
Over het Panama-schandaal: Het proces
wegens omkooperij is nog niet ten einde.
Met de ljjst der 104 gecompromitteerde!!,
die volgens sommigen 171 bedraagt, wil
meu maar niet voor den dag komeo. Da
om licht schreeuwende republikeinschs v/jj-
denbers en logemanuen zjjn op eens veel
lichtschuwer geworden dan de vleermuizen
eu de uilen.
Monchicourt, de liquidateur der Panarna-
maatschappjj, beruchter gedachtenis, ljjdt
aan eeae ziekte a la Cornelius Herz,
kan zij ie woniug niet verlaten om te ke
rnen gitnigen. Hjj heeft echter thuis ver
klaart, dat hij evengoed als Andrienx,
Clémenceau, Floqaet en anderen
de vermaarde lijst wel kent, maar ze niet
wil atgeveD, omdat hjj verder schandaal
wil vermjjden.
Hoe jammer, dat de Panama-schurkerjj
eeen klooster-schandaal is a la non van
K r a k a n, dan voorzeker kregen wij het
in al zjjne kleuren en geuren met de noo-
dige illustraties eu commentaren, de noo-
dige fantaziëa in alle mogeljjke mol- en
dur-tonen te lezen.
Het Openbaar Ministerie beschuldigde
Charles De Lesseps van allerlei
kunstgrepen om de spaarpenningen van het
Fransche volk iD de onderneming te doen
steken en om thans de jury tot een vrij
sprekend vonnis te verleiden. De Les
seps zei: het Openbaar Ministerie deinst
voor niets terug hjj kon alles hg had
zelfs het geheele Kabinet onder zjjn in
vloed. Het noemt hem den onheilbrengea-
den financier, die 1400 miilioen spaarpen
ningen aan de spaarders onttrok. En wat
het scbandeljjkst, het meest vernederend
«Zoo zal er spoedig niets meer van te zien zij u
Maar, ach, welk een vreeselijken schok gevoelden
wij vol ontzetting en angst!//
//Twee treinen zjjn tegen elkaar gereden,//ant
woordde de jonge maD, en de uwe, die met de
snelste vaart liep, heeft den andere, die laig-
zamer ging over dea kop geredon en omgeworpen.
Gij hebt het voordeel gehad in den strjjd."
//Ik ben het met u eens// zeide mijnheer de
la Ferté, //dat de vjjand in het stof heeft geb ten,
maar God lof, die u ons als redder zond, anders
hadden wjj den dood gevonden in de vlammon,
die vluggen voortgang maakten;//
«Ja, mjjnheer, zeer veel dank zijn wjj u ver
schuldigd,// verzekerde mevrouw Reydel.
Hjj boog even, met bescheidenheid zeggende:
//Wjj hadden echter nog meer kunnen doeo,
ofschoon de opruiming der wagens eene onmo-
geljjkheid was, zag men toch nog velen gered
worden door kloeke mannen en met de grootste
moeite uit dien brandstapel."
De deur werd geopend, terwjjl hij sprak, de
baanwachter en zjjne vrouw traden binnen, eene
vrouw in zwjjm liggende, dragende:
«Ingenieur//, zeide de baanwachter, „hier is
weer eene gekwetste, maar zjj is meer door den
schrik getroffen,dan wel gevaarljjk gekwetst.Esiher
keek vol deelneming naar hare lotgenoote in dit
ongeluk, het was eene jonge vrouw van buiten,
die slechts eene lichte wond had aan de hand
en builen op het voorhoo'd, maar die door angst
en zenuwachtigheid zoodanig was aangegrepen,
zoo sterk zelfs, dat het rustbed, waarop men haar
bad neergelegd, schudde.
Wordt tm/oigd.)