NIEUWE No 1987 Ponderdag 25 Mel 1893. 18de Jaargang. Bezwaren tegen de Kieswet. BUITENLAND, De Familie Reydel- Engeland. Italië. HMMEMCHI! I ll R UT. ABONNEMENTSPRIJS Pei 8 maanden voor Haarlem. t 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor liet buitenland >1,80 Afzonderlijke nummers0,03 Dit blad verschjjnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG BUREAU: St. Janstraat Haarlem. map AGITE MA NON AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 16 regels .30 Gents Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant Advertentie n worden uiterlijk Maandag-, Woensd ag- en V r jj d a g-a vond voor 6 uur ingewacht. Uitgev er, W. Kü PPBK 8. Met belangstelling zal door velen zjjn nagegaan, wat de Minister van Binnen- landache Zaken, de heer Tak van Poort vliet, heeft geantwoord op de bezwaren, welke door de leden der Kamer schriftelijk zjjn ingebracht tegen zijn ontwerp tot uit breiding van het Kiesrecht. Deze bezwaren betroffen zoowel de hoofd beginselen der wet, haar aard en strekking, als de maatschappelijke en staatkundige gevolgen der invoering van zijn ontwerp. Bp aandachtige lezing der Memorie van Antwoord van den Minister bljjkt het even wel, dat ook bij zich heeft bepaald tot de algemeene argumenten, welke de voorstan ders van het Algemeen Stemrecht steeds doen hooren. Hij beweert, dat de noodzakelijkheid der aanmerkelijke uitbreiding van het kiesrecht het gevolg, het oit/loeisel, en tegelijk de eisch der ontwikkeling van ons volksle ven is. Maar hiertegenover meenen wjj de vraag te mogen stellen, of dan de minister Tak werkelijk gelooft, dat het volk hiermede bedoelende de werkman beden ten dage in beschaving en ontwikkéliDg zooveel voor uit is gegaan, dat het beter dan in vroeger tjjdeu geschikt zou wezen om de personen te biezen, welke met de Regeering de Natie besturen? Indien het ons vergund is daarop een antwoord t9 mogen geven, dan geloo- veu wjj wel te mogen consfateeren, dat in algemeenen zin de werkman tegenwoordig op hooger standpunt staat dan die van voor eenige tientallen van jaren, doch dat deze ontwikkeling nog niet zulk een trap heeft bereikt, dat de tegenwoordige werkman be ter keuze zou doen, waar het de vertegen woordiging des volks betreft, dan die nit vroeger tjjdeö. Met meerdere kennis en be schaving gaat toch niet altjjd meer oordeel des onderscheids gepaard, terwjjl daaren boven de ontwikkeling van de groote me nigte volstrekt niet vooruit is gegaan, wat aangaat haar politieke inzichten. Integen deel zijn velen uit het volk, in hun eerste periode van staatkundige ontwikkeling, al lergevaarlijkst voor den geleidelijken voort gang der zaken op politiek terrein. Het gaat hiermede als met hen, die in eene zaak eenig inzicht beginnen te ferjjgen, zonder nog kennis gemaakt te hebben met de groote moeilijkheden, die zich kunnen voordoen, en met de teleurstellingen, die noodwendig komen. Zij meenen al wonder veel verstand te hebben en staan eigenlijk pas op den drempel der quaestie. Geeft men FE UIL LET O N. 29. (Vervolg.) XIX. De iiuwelijksaanvsaag. Wi8 zal zeggen welk eene vlucht van droomen Albine op haar terugreis vergezelde, die haar nog langen tijd bijbleven. Wsnneer een zeker deck- beeld geestdriftvolle en enthousiaste meuschen aangrijpt,dan beheerecht dikwerf datidee hun leven lang en alles raakt er aan ondergeschikt. De gedachte aan een huwelijk, die de twee takken der familie zou hebben verzoend, de belangen en de harten vereenigd, hal zich aldus meester gemaakt van Albine en al wat er in haar ziel was aan grootmoedigheid, aan drang naar boven, aan innig kinderlijke liefde voor familie-welzijn, klampte zich vast aan dat begrip, dat mogelijk eene hersenschim was. Da godsdienst zelf, zoo machtig op haar hart moest baar verheven me deplichtige zjjn voor haar liefde; zegent God niet hen, die den vrede brengen? de eenigheid in de families ie dat niet eene kostbare gave van zjjn rechterhand, en zou het niet zoat en eervol zijn voor haar, om als bruidschat aan haar verloofde de herstelling van een slecht verleden te brengen, de vergetelheid, de vreugde, de eendracht, en het werktuig te worden van de verzoening tnsschen haar naaste en liefste verwanten. Zou het niet een hemelsehe dag zjjn, die waarop de verbannen familie in het voorvaderlijk kasteelzou worden teruggevoerd,zou hetgeen dag God3 wezeD, nu aan hen bet heft in handen, dan kan het toch niet anders of zjj sturen den boel in de war. Aangenomen dus dat ons volksleven zich ook in staatkundige richting eenigszins heeft ontwikkeld, dan gaat het toch niet aan om den pasbeginne .de op politiek ge bied hetzelfde recht toe te kennen, als aan hem van wien men weet, dat hij dat recht niet te onpas zal aanwenden. Het argument van onze volksontwikke ling laat hier den Minister dus geheel in den steek, en wij betwisten het hem daar om, als hij zegt, dat de uitbreiding der kiesbevoegdheid zoover als de bepalingen der Grondwet zulks toelaten, thans nood zakelijk is. Voorts gelooven wjj, dat de Minister eene verkeerde voorstelling van zaken geeft, waar hjj zegt, dat de bezwaren der tegenstanders van zjjn ontwerp hierop neerkomen, dat de nïet-bezittende klassen thans ook kiesrecht zullen erlangen en dus ook de onvermogen- deD, die geheel in beslag genomen worden door de zorg voor hit eigen bestaan. En als antwoord hierop zegt de Minister, dat de zorg voor het eigen bestaan de over- groote meerderheid der ingezetenen bezig hondt, steeds bezig houden moet en zal. Vol gens den Minister vergeten velen, dat de te genstanders van zijn ontwerp, even goed als de voorstanders vergeten, dat de verzekering van eigen bestaan samenhangt met de alge meene zaak, met de instandhouding en de welvaart der gemeenschap, waarvan de in gezetenen een deel uitmaken. Waar de Minister eene onjuiste voorstel ling vooropzet, daar bomt hjj natuurlijk tot eene conclusie, die niet juist is. De tegenstanders van zijn ontwerp willeu de onvermogenden niet van het kiesrecht uitsluiten, omdat deze geheel worden inge nomen door de zorg voor eigen bestaan. Die zorg is toch voor de onvermogenden vaak lang niet zoo drukkend als voor Telen van de tegenwoordige kiezers. Noen, maar de wetenschap, dat de onvermogenden belang kunnen hebben bjj eene staatkundige of maatschappelijke omkeering, al gaat het onrechtmatig verkregene na eene omwen teling gewoonljjk spoedig weder verloren, die wetenschap is de oorzaak der huivering van velen om aan de onvermogenden een recht ia handen te geren, dat zulk eene omkeering mogelijk en gemakkelijk maakt. Zeker hebben ook de onvermogenden belang bjj de instandhouding en de welvaart der gemeenschap. Maar veleu zien dat he laas! niet in. Da ontwikkeling van ons volksleven om een term van den Mi- waarop haar grootmoeder de armen zou uitstrekken naar de zonen haars echtgenoots, waarvan het stille vergeveu haar fout zou hebben bedekt? Welk nieuw leven voor allen te dateeren van af dien dag! Welke nieuwe bronnen van genegenheid voor haar zelve! Door welke teederheden zou zij baar grootmoeder betalen en haar al de weeSa zien vergeten! Met welke zorgen zon zjj baar nieuw gezin omringen, wat zou zjj eene toegewjjde dochter zijn en eene baminmljjke zuster voor de ouders en de zuster van Max! Ea met de gt mak- kelijtte illusies der jeugd, twjjfelde zjj niet of deze schoone droomen zouden eens worden vervuld, op een dag verre nog misschien, maar zjj en hasr neef waren jong en zjj hadden een schat van juren voor zich. De toekomst schjjnt zonder oinde, wanneer: Van de olmen, die aan den weg staan. Dd eerste pas is voorbjjgegaan. Voor de wedcrzjjdsche sympathie, zjj geloofde er aan, want zij wist Log niet, dat het onmogelijk is te beminnen, zonder bemind te worden en de liefdevolle taal, de toenaderende houding van haar neef hadden in hare onwetende ziel geleken op de ware uitdrukking der liefde, de diepe liefde, vol spanning en vrees, gelijk zjj die ondervonden haf,die zjj gereed was te bekennen, kon zij recht vaardigen door de verdienste vanMaxendeongeluk- ken,die zij had te herstellen.Zij zou bekend hebben, maar zjj vertrouwde zich zelve niet; alleen leefde zij naast haar grootmoeder m6t meer gemak, be valligheid en zachtheid, met gemakkelijker ver houdingen; het scheen baar toe, dat de toekomst, die zij droomde,haar melancholie had betooverd en in haar ziel die bronne had heropend van teeder. nister te gebruiken heeft nog niet zulke vorderingen gemaakt, dat door de menigte algemeen de waarheid hiervan erkend wordt. Indien dit zoo was, indien ook van de groote menigte gezegd kon worden, dat zjj werkeljjk in de instandhouding en de wel vaart der samenleving haar heil zag, dan, ja dan zoa aan de kiesrechtuitbreiding ge dacht bunnen worden. Doch zoover is het nog niet gekomen. Wèl beweert de Minister, dat omkoopbaar heid niet afhaukeljjk is van meer of min der bez:t, en wjj erkennen dit ten volle. Doch de Minister kan niet tegenspreken, dat Ü9 minder bezlttenden en minder ont wikkelden gemakkeljjker ziju over te balen door misdadige _leiders tot het verwekken van eene volksbeweging in ongunstigen zin dan dit bet geval is met de tegenwoordige kiezers. De groote menigte is wuft. Door eeD enkel woord, soms zonder zin of beteeke- nis, kan zij in geestdrift, of liever opwin ding worden gebracht en in een enkelen dag verwoesten, waar jaren toe noodig wa- om het tot stand te brengen. Wij beweren niet, dat dit noodzakelijk ge- benreu moet bjj invoering van het algemeen stemrecht.Integendeel gelooven wjj, dat onze kalme volksaard miudar nog dan bij an dere natiën aanleiding geeft tot misdadige bewegingen, maar men bedenke wel, dat er volstrekt geen waarborg bestaat, dat bjj iuvoering van het algemeen stemrecht, dit niet gebeuren zal. Het algemeen of bijoa algemeen stem recht zet de deur wjjd open voor allerlei misbrniken op politiek gebied, welke wjj bier te lande nog niet kennen. En waar zoo ruime gelegenheid wordt geboden voor het binnensluipen dier misbruiken, daar wordt het moeiljjk om ze te weren. Men doet dan het best de deur maar gesloten te houden- Op meerdere tegen ziju ontwerp inge brachte bezwaren heeft de Minister in zjjn Memorie van Antwoord gewezeD. Voor heden moeten wij ons tot het aangevoerde bepalen, maar meenen toch, dat het roeds genoeg is om bjj allen, die prjjs stellen op de instandhouding en de welvaart der ge meenschap, indien zjj onbevooroordeeld zjjn, de overtuiging te vestigen, dat de genoemde bezwaren door den Minister op zeer zwakke gronden zjjn wederlegd. Eerste Pinkster-dag heeft in den narnid- heid, waarvan de dood van Esther voorloopig den loop had bevroren. Mevrouw Keydel merkte eene verandering op in het karakter barer kleindochter; zij schreef de eer hiervan t03 aan haar verblijf bjj Parijs en zjj zeide tot oom Horace. „Waarlijk, de reis heeft wonderen gedaan! het humeur van Albine is geheel veranderd, zjj wordt beminnelijk soms wel wat droomerig, het irme kind, maar een zoo groot or geluk, laat altjjd sporen na in het harteindelijk! toch troost zjj zich zelve,en ik geloof dat uwe nicht Marie goed heeft geholpen, om haar sombere gemoeds stemming op te klaren,daarom, mijn waarde Horace, zou ik haar wel eenige dagen naar hier willen uitnoodigeu.// //Gij zult haar veel eer hiermede dosn, en aan mjj veel pleizier.// „Üat zal Albine weer afleiden en ik moet erkennen, dat de Pêcherie, nog niet erg vroolijk is, helaas!" „Er zullen gelukkiger dagen komeD, gjj zult Al bine uithnweljjken en de kinderen en de klein kinderen zullen het groote huis ten leven bren gen //Moge dat aan God behagen! Maar mjja waarde vriend, Albine betoont mij zoo weir.ig vertrouwen, dat ik haar gedachten voor de toekomst niet kan raden. Gjj weet, het is geen mode zich te ver trouwen op zijne ouders.// //Eb! Eh! toen wij jong waren was het toen niet eveneens zoo? Hadden wij niet onze kleine geheimen en klaagden onze grootmoeders daar niet over.// //Zon Albine dus zoo'n geheim hebben?// vroeg dag in bet Hyde Park te Londen eene groote betooging plaats gehad ten gunste van Home-Rule, als antwoord op die welke onlangs in de Albert Hall gehouden werd. Zjj werd bijgewoond door ongeveer 15,000 personen, meerendeels uit de kleine bnrgerjj. De lagere volksklasse was scbaarsch ver tegenwoordigd. De stoet trok van de Tha- meskade met groene vaandels en muziek naar het park, waar dertien estraden wa ren opgericht, van welke Iersche afgevaar digden, ledeu van den Graafschapsraad, aanvoerders der wtrkmanspartrj en anderen toespraken hielden. Er werd eene resolatie aangenomen, luidons welke al da aanwezi gen zich verbonden om Gladstone bjj zgu werk te helpen eu een eiode te maken aan het conflict tnsschen het volk van En geland en vaa Ierland. Tevens werd de obstructie van conservatieve zjjde gelaakt, en er werd verklaard, dat, in geval het Hoogerhuis dit voorbeeld mocht volgen, men met voldoening eeue» botsing tnsschen het Huis der Gemeenten en het Huis der Lords begroeten zou. Alles liep in volmaakte orde af. Dat de werkstakers niet tevreden ge steld kannen worden is na ook weer op nieuw gebleken. Ofschoon de dokwerkers te Huil het vergelgk heeten te hebben aangenomen, hebben er voortdurend wan ordelijkheden aldaar plaats. Verscheidene niet-leden van den dokwerkersbond werden aangevalleu en mishandeld, terwjjl de ma trozen- en stokershond luide over de schik king klaagt als tene verraadpleging. De bestaande gisting noopte de plaatseljjke overheid, de politiemacht van buitenaf voor loopig nog te Huil te houden. Ook bewaken dragonders weder de dokken. TogeD den trein, waarin Gladstone van Londeo naar Chester reisde, werd jl. Za terdag een zware steen geworpen, die het venster van den aangrenzenden conpéverbrg- zelde en bijna eene dame getroffen had. De beruchte professor Jacob Mo- leschott is te Rome na eene zeer korte ongesteldheid overleden. Hij was op 9 Au gustus 1822 te 's-Hertogenbosch, waar zjjn vader de geneeskundige practyk nitoefende, geboren. Hjj was eea geleerde, die zgu wetenschap dienstbaar heeft gemaakt aan de materialistische richting. In zjjn vader- derland was geen plaats voor hem, daar was bij, de afvallige katholiek, de god loochenaar niet op zgn gemak, evenmin te Heidelberg en te Zurich, waar zjjne mate rialistische richting aan velen aanstoot gaf. mevrouw Keydel, wier wantrouwen eensklaps was ontwaakt. „Een geheim! masr alle jonge meisjes hebben er eeD, al was 't maar in haar droomen.// „Ik geloof dat gjj er meer van weet, dan gjj wilt zeggen, la Eerté," zeide mevrouw Keydel, het hoofd schuddend. Hjj wist niets, maar eenige weken later, bjj ont vangst van een brief van mevronwd'Alville,ineeDde hij het geheim zjjner pupille doordroegen te hebben, en het hart vol zelfvoldoening, liep hjj near de Pêcharie en dedde aan mevrouw Keydel de missive, die in zekeren zin aan alle twee was gericht, mede. Zij las het schrjjven twee maal achter elkaar over en de band reikend aan oom Horace, zeide zjj hem met tranen in de oogen; „Ik keur goed, ik stem toe met geheel mjjn hart, besie vriend, een nieuw verbond met uwe familie vereert ons, en al het goed, dat men zegt van Eduard, doet mjj hopen, dat mjjne lieve kleindochtermet hem gelukkig zal zijn, in zooverre als men dit hier beneden maar zjjn kan.// „Hjj is een uitmuntende beste jongen, met veel hart en eergevoel, niet pedant, ofschoon geleerd, noch droog, noch grootspreker, zeker geen spotter, een eenvoudig man; goed onderwezen, een man zooals 't hoort, en een goed christenl" //Zeker! Ik kan voor Albine met zulk een echt genoot niet anders dan haar geluk deelen.// „Hij zal ook een goed huwelijk doen,mjjn vriend Eduard, zult gij deze mededeeling spoedig bekend maken aan Albine, mevrouw?" (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1893 | | pagina 1