NIEUWE De Nieuwe Haarlemsche Courant, No 1991 Woensdag 7 Juni 1893. 18de Jaargang. Abonneert op Zondagsblad, Genotzucht. Kiesrecht. BUITENLAND. WHT Goedkoope Courant. De Nieuwe Haarlemsche Courant De Familie Reydel. België. RAARLMSCBICOBRm. ABONNEMENTSPRIJS Pel S maanden voor Haarlem. t 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers0,03 Dit blad verschjjut eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG B U R E AII: St. Janstraat Haarlem. AGHTE MA NON AGITATE. PRIJS DER advertentihn: Van 16 regels .30 Gents Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Dienstaanbiedingen 25 Gents per advertentie h Contant Advertentie n worden uiterljjk Maandag-, Woensd ag- en V rflda g-a vond voor 6 uur ingewacht. Uit g e v er, W. KüPPEB 8. een Katholiek orgaan, dat niet alleen in Haar lem, maar ook in de omstreken een groot getal lezers telt. verschijnt Driemaal 's weeks des Dinsdag, Don derdags en Zaterdags met een onderhoudend dat met pleizier gelezen wordt, geest en hart krachtig voedsel biedt en eene aangename, afwis selende lectuur bevat voor de Huiskamer. De inhoud van DE NIEUWE HAARLEM SCHE COURANT is rijk, degelijk en interessant en bevat de gewichtigste quaestiën en gebeurtenissen van den dag. Beleefd vragen wij onzen lezers nieuwe lezers aan te werven, overtuigd als wij zijn, dat ieder Katholiek, die de NIEÜ WE HAARLEMSCHE COURANT leert kennen, als abonnée zal toe treden en bljjven zal, omdat deze courant wer kelijk de goedkoopste is onder de katholieke bladen en zij zich steeds beijvert da vele vragen betref fende de sociale vraagstukken, zoo duidelijk mo gelijk toe te lichten en op te helderen. De prijs van DE N1E WE HAARLEMSCHE COURANT, driemaal 'j weeks ver schijnende he - draagt per drie maanden fO.86, buiten de stad per post fl.lO. De prijs van bet ZONDAGSBLAD bedraagt per drie maanden, voor abonnée's op DE NIEU- WE HAARLEMSCHE COURANT f0.25, buiten de stad per post t 0.35. Voor niet-geabon- neerden op de Courant 35 Cents, per post 45 Cents. Zij, die zich van af heden op een of beide bladen abonneeren, ontvangen tot 1 Juli, de tot dien datum verschijnende nummers GRATIS. Da Parijsche bladen bevatten onlangs eene vergelijkende statistiek omtrent de ontvangsten der Theaters en dergelijke pu blieke vermakelijkheden in de hoofdstad en daaruit bleek, dat de zucht voor pleizier er bjj de Parjjzenaars niet op verminderd is. Integendeel. Terwijl de ontvangsten in 1848 nog slechts 5.553.411 franks bedroegeo, was hun totaal in 1868 reeds tot 12,361.020 franks, in 1877 tot niet minder dan 20.978.000 en in 1892 tot 24.530.000 franks geklommen. Men zal moeten erkennen, dat die cijfers nogal welsprekend zjjn, ook al neemt men de toename der bevolking, die in eene stad als Parijs natuurlijk niet onaanzienlijk is, daarbij in aanmerking. Dat zulke enorme sommen per jaar aan publiek amusement, aan schouw- FEUILLETON. 32. (Vervolg.) Het was Genoveva, die, oDgerust over dat laat ontwaken, dat ongewoon was, haar kwam wekken. Albine opende de oogen en keek haar aan; haar zuster sloeg haar armpjes om haar hals en zeide: „Mejuffrouw Marie is mij komen roepeo en wij zjjn samen naar de Mis gegaan. Ik heb belet, dat men u wakker maakt, zuster, want gjj hebt slecht geslapen." „Hoe weet ge dat?// //De deur uwer kamer was opengebleven, en ik heb gehoord dat gij u dikwijls onrustig hebt omgekeerd en dikwjjls zuchtte. En gjj ziet er van morgen ook treurig uit." //Vindt ge, Genoveva? Ja, zuster; ik weet wel dat gjj altijd rouwt over onze arme Esther, die de Goede God heeft meegenomen, maar toch mjj dunkt Zij hield op, de starre melancholieke blik harer oudere zuster ontroerde haar. //Wat dunkt je.// „Ik wil zeggen, dat u veel ander goeds over blijft en dat gij nog gelukkig kunt zijn, zoo gij wildet. Grootmoeder zou wel willen dat gij u met haar bezig hieldt, zooals Esther dat deed en ik „Welnu, gij? „Ik, als gij mij de helft dar vriendschapsbe tuigingen die mejuffrouw Marie mij aandoet, be wees, dan zou ik heel veel van u houden. Ik houd toch wel veel van n, voegde zjj er bij op het bed springend en haar armen om Albine burgvermaab worden besteed en dat eene voortdurende en zeer belangrijke stijging dier sommen valt te constataeren, kan niet anders dan tot de treurige teekenen des tjjds worden gerekend. Men hoort voortdu rend blagen over achteruitgang in zaken, over geringe verdiensten, over werkeloos heid enz. Men ziet het aantal armen en hulpbehoevenden met den dag toeuemen, de ontevredenheid zich in steeds breeder krin gen voortplanten, de instellingen van lief dadigheid onmachtig om aan de tallooze aanvragen te voldoen en met volle handen wordt intusschen het geld weggeworpen, besteed aan dikwjjta zeer frivool en gevaar lijk genot. Het hedendaagsch tooneel toch en met name het Fraoscbe tooneel wijst op veel bederf. Men heeft slechts een enkele maal de tooneelcritiekeo der Parjjsche bla den te lezen, om zich daarvan te overtui gen. Ja, voldoende is het zelfs, dat men kennis neemt van de titels der stukken, die worden opgevoerd en die er geheel op be rekend zjjn de kwade neigingen der zondige nieuwsgierigheid van het publiek te prik kelen. In de meeste theaters, waar de kunst totaal vergeten wordt, is men er slechts op uit om de onedele snaren van het mensche- lijk gemoed te beroeren ten eigen bate, daar worden dingen vertoond en toestanden aanschouwelijk voorgesteld, die den Christen met walging moeten vervullen, en die kren kend zijn voor het zedelijkheidsgevoel. Al les is er daar op aangelegd om de hartstoch ten te prikkelen en het publiek te boeien met de ketenende sensualiteit. En Frankrijk staat in het opzicht Diet alleen. Ook elders is het tooneel verbasterd en de knnsfc ver laagd tot eene slavin der meest onzalige passies. Zoogenaamd gepeperde stukken trekken het grootste publiek eu 't is niet het schoone, wat men zoekt, maar slechts het z- g. pikante. Wie denkt er nog aan kunst, waar alles er op is berekend, om de zinuen te streelan en hoe kan er bij zulke voorstellingen sprake zjjn van veredeling des volks? Veel van da stiklucht der Fransche the aters is ook naar hier overgewaaid. En het zou bepaald interessant zijn, wanneer bjjv. te Amsterdam eens eene statistiek als dia van Parjjs werd opgemaakt.. Wjj gelooven, dat de cjjfers niet minder opvallend en bedroevend zouden zjjn. Ook bij ons toch is te midden der heerschende ellende, terwijl allerwegen de klachten al luider rjjzen, de genotzucht steeds krachtiger geworden. Alle standen en klassen der Maatschappij heeft zjj aangetast en terwijl men zich op de slaande, maar ik zou zoo gelukkig zjjn, als gjj met mjj wildet wandelen, als gij mjj wat voorlaast, zoo gjj uw rozenhoedje met mij wildet bidden, zooals /Marie. Gisteren heeft sjj mij het vers voor gelezen op den kleinen Louis XVII: „In dien tijd gingen de poorten van den hemel weer open"... //Ik begreep het zeer goed, ik verzeker hetu, en vandaag zal zjj me den steek van gobelins lee- ren. Zjj is zeer lief, maar als gij het waart dan zou ik nog meer pleizier hebben Komaan, gjj ziet er nu bedroefd uit! Laten wjj nu maar aannemen, dat ik niets heb gez-gd.// Zij omhelsde haar opDieuw, maar dat kinderljjk en toch zio redeljjk gebabbel had Albine tot in haar gemoed gesproken. Zij omarmde haar zusje ook en keek haar eens aan. Genoveva, nu onge veer veertien jaar oud, geleek haar zuster Either op dienzelfden leeftijd; zjj had haar teedere taille, haar lang ovaal gelaat, haar bruine oogen vol licht, haar dik haar en eene zachte uitdrukking zonder flauwheid, zij was bezield zonder lichtzin nigheid. Dit herdenken als eene gedachtenis, verteederde Albine nog meer, zjj drukte de hand harer zuster en zeide: „Vergeef mij, Genoveva, ik heb n wel wat verwaarloosd, dat is waar.// „Dat zeg ik niet, zuster.// //Neen, gij beklaagt u niet, maar ik moet mijn ongeljjk bekennen. Het verlies van Esther heeft mjj van streek gebracht. Ik zal weer beter doen.// „Oh! zusterlief, gij zijt te goed. Ik vraag niet, dat gij u zult opofferen, zoo gjj soms maar met mjj wilt gaan wandelen, of mjj een boek aanwijzen om te lezen uiterste wjjze bekrimpen en behelpen moet om rond te komen en het hoofd boven water te houden, ziet men er dikwijls niet tegen op in schouwburgen, café's-chantautsen der gelijke plaatsen van vermaak zjjn geld te besteden, 't Is opmerkeljjk hoe inrichtingen van deze soort in de hoofdstad niet alleen maar ook in de overige stedec van ons land, steeds talrjjker worden en vooral, hoe zjj steeds meer publiek lokken! 't I< opmerkelijk en bedenkeljjk. Want maar al te dikwgls heeft men enkel bg het lezen van de titels der stukken, die worden vertoond, reeds stof tot rechtmatige verontwaardiging. En dat menig bart bedorven, dat menige jonge ziel vergiftigd is door wat op de planken werd te aanschouwen gegeven, werd gespro ken en gezongen, zal wel geen betoog be hoeven. Wjj gelooven, dat de overheid hier eene ernstige taak heeft te vervullen. Het is niet voldoende de stoffelijke belangen des volks te behartigen, ook het zodeljjk welzjjn moet worden behartigd. En daartoe behoort zeker wel in de eerste plaats een krachtig en nauw gezet toezien op wat het volk wordt aan geboden als vermaak, maar inderdaad niets anders is, dan eene prikkeling zjjner harts tochten en 6en aauilag op zjjne zedeljjkheid. Da Belgen hebben het zoo ver gebracht dat ieder, die 25 jaar oud is, bij gelegenheid een briefje in de stembus kan gaan werpen. Da een mag een, de ander twee, een derde drie stemmen uitbrengen. Om dit recht te verkrjjgen voor jan en allemaD, die geen schavuit is, heeft men het land in rep en roer gezet, heeft bloed gestroomd, zjjn er dooden gebleven, heeft men verwoestingen aangericht. Zal de lagere klasse door dat kiesstelsel gebaat zjjn? Wg gelooven het niet. De beste bestuurders vau 't land zullen warempel niet gekozen worden, door mannen, die bg den slechten gang van zaken niets te Varliezen hebbeD, of wier stem voor eenborrel of glas bier te koop is. De ondervinding heeft te allsn tjjde geleerd, dat het in die gezinnen bet slechts gaat, waar de kinderen den baas willen spelen. Ec dit is bij alge meen kiesrecht ook het geval. De volksop ruiers, die bg de heele beweging geen ander doel hebben, dan den boel in de war te schoppen, alles te vernielen en te verwoesten, en hun zetel op de puiuhoopen te vestigen, begrjjpen maar al te goed, dat dit deeeuige weg is om tot hun doel te komen. Vandaar „We zullen ons samen best schikken, ik beluot het u; gij zult mij eeu troost zjju.// //Heusch?// Genoveva kustte haar nogmaals, mevrouw Key- del riep haar in den tuin. „Ik kom al,// riep zij. Zjj wierp nog een kushandje naar Albiae en wipte weg. Albine zag haar na, heerlijk lichtbeeld van jeugd, vaa onschuld, van hoop en zij zeide: „Ik zal trachten mij met haar te troosten; mijn God! Gjj hebt mjj haar gezonden, als een goeden engel, redt mg door haar!" XXI. De retraite. Aanteekeningen van Albine. Van morgen outwakend, had ik moeite mjj zelve te herkennen, to3n ik in plaats van mijne vrooijjke kamer de „Pêeherie," zag, dat ik mjj bevond in eene kleine cel, tusschen de witte muien van Sacré-Coeur. Inplaats van onzen verren gezichts einder, van schoone bosschen, groote wijngaarden, zag ik alleen de binnenplaats van het klooster en pensionaat, koud en naakt. En toch een gevoel van kalmte, dat ik niet meer smaakte, heeft zich van mij meester gemaakt, toen ik bedacht, dat ik met mij zelve alleen was, dat ik kon peinzendroo - men, bidden en weenen! helaas, op mjja gemak, zonder dat helderziende oogen mjj beschouwden. Wat juich ik het denkbeeld toe, dat ik grootmoeder heb durven vragen, om eenige dagen door te brengen in Sacré Coeur van retraite, stilte eu afzondering, waarin ik eenige krachten kan ver zamelen voor de toekomst, omdat ik twintig jaar oud ben en de toekomst voor mij nog zoo on afzienbaar is.Aankomend in dit geliefd huis, waar wij werden opgevoed, geloofde ik er slechts enkele dan ook, dat de Belgische volksmisleiders in het geheel niet tevreden zjjn en niet zullen rasten, voor aleer alle inwoners een gelgk aantal van stemmen kunnen uit brengen. Als de kiezers uit het volk niet door geld en beloften, door opruiende taal, door allerlei dwaze voorspiegelingen naar de stembus worden gedreven, dan bljjveu zjj er van daao. Wie dit niet bg ervaring weet, heeft nooit eene kiezing van nabjj gade geslagen of is een stekeblinde sal, wien mee appelen voor citroenen kan verkoopen. Het volk verliest bg iedere kiezing eenige uren werk loon, en daarenboven vloeit menige duit in den zak van den herbergier. De gelegenheid maakt den dief en dat de dagen van ver kiezingen gelegenheid geven om te drinken, zal ieder wel weten. Zoo op den dag voor de verkiezing en den dag van de verkiezing de herbergen moesten gesloten bljjveD, dan zouden de verkiezingen heel andere resul taten opleveren. Het voordeel van uitge breider kiesrecht komt in de zakken van de kasteleins, brouwers en branders terecht, en bet eigenlijke volk ljjdt er schade door. Vrouw en kinderen van den werkman worden de dupe van het verkiezingsrecht, dat de man zjjn hoofd op hol brengt en dat de werkman maar al te dikwgls als een willeloos werktuig zal moeten betrachten. Een braaf en eerlijk werkman, kan niet verlangen naar een kiesrecht, dat hem een slaaf kan maken van zjjn patroon. Te Maubeuge heeft een aldaar gegeven zangwefstrjjd een treurig einde genomen. Elk der mededingende vereenigingen bad een opgegeven nummer voor te drageD. De beurt was aau de liedertafel nit Bavai (Noord- Frankrijk); de directeur Renard hief zjjn stok op maar een der zangers zette verkeerd in, Renard werd bleek, sloeg nog eenige maten en - viel omver. Oogen- blikkeljjk werd geneeskundigen hulp ver leend, maar te vergeefs: hij was reeds een Ijjk. Natuurljjk werd de wedstrjjd niet voortgezet. De gouden roos is op buitengewone plechtige wijze namens Z. H. den Paus aan de Koningin der Belgen overhandigd, door den Paaseljjken nuntius te Brussel, Mgr. S. N i c o t e r a. De Nuntius en zjjn gevolg werden door een geueraal-adjadant des koniogs in galabofkoetsen afgehaald en naar het paleis overgebracht, waar de Ko- dagea van rust te komen zoeken; ik trad er binnen en dit klooster scheen mij een bosch vol stilte en sombere rnst toe na eene lange wandeling op eene open vlakte waar de zon mjj het gelaat had. ver brand. De overste C, mjjne oude meesteres, in wie ik zoo reel vertrouwen had gehad, verwel komde mjj zeer harteljjk, eo leidde mjj eerst naar de kapel, vervolgens naar de kamer, die men had gereed gebracht. VV'jj spraken te samen Wat al verre herinneringen,sinds de vijf verloopen jaren, dat ik het klooster verliet! Esther, die ik mjj nog altijd voor oogen heb,vervulde spoidig ons geheela gesprek,en de overste C.... die haar had gekend,die haar had liefgehad, begrjjpt en voelt deze droevige herinneringen. Na een lang onderhond zeide zjj: //Uw brief ontvangend, lieve Albine, dacht ik aan eene toekomstige verandering van levensstaat, die u voerde tot eene retraite in Sacré-Goeur. „Dat is eene dwaliog, zuster, zeide ik baar, blozend niettegenstaande mjj zelve, er is geen spraak van verandering van levensstaat." „Maar de retraite gaat door?" „Om u de waarheid oprecht te zeggen, heb ik er nog niet zoo goed over nagedacht.// //M jjn kind,// heraam zjj en vestigde hare heldere, geestige oogen op mij, //weiger de genade Gods niet, wanneer ge gevoelt dat hjj u uitnoodigt tot de eenzaamheid, men moet er gebruik van ma ken, maar zonder God beduidt de eenzaamheid niet veel.// //Zoo heb ik dat alles niet ernstig genoeg over wogen," herhaalde ik //en ik kom alleen bjj u om wat uit te rusten.// //Welnu, rast uit bjj onzen Lieven Heer! zegt Hjj niet: „Kom ter zjjde en rust een weinig.» (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1893 | | pagina 1