NIEUWE No. 2000 Woensdag 28 Jnnl 1893. 18de Jaargang. Van onverdachte zijde. BUITENLAND. ABONNEMENTSPRIJS Pei 3 maanden voor Haarlem. 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor liet buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers 0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG B TJ R E A IT: St. Janstraat Haarlem. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 16 regels Elke regel meer 30 Cents 5 AGITE MA NON AGITATE. Groote letters worden berekend naar plaatsrnimte Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensd ag- en V r p d a g-a vond voor 6 uur ingewacht. Uitgever, W. KüPPERS. Wegens den Feestdag van de II. R. PETRUS en PAUL US op Donderdag e. Te. zal de NIEUWE RAAELEMSCHE COU RANT in plaats van Donderdag, op Woensdag avond worden uitgegeven. Het is ontegenzeglijk een merkwaardig verschijnsel, dat naarmate de revolution- naire stroom van socialisme en anarchisme sterker wast en de gevaren grooter worden die de Maatschappij bedreigen, velen van hen, die tot dusver vijandig stonden tegen over het positieve Christendom, de hooge beteekenis van den godsdienst gaan erken nen. Nood leert bidden, de nood is inder daad zeer hoog gestegen in ooze moderne samenleving. De «clericalen» hebben immer gewaarschuwd tegen de noodlottige leer van het liberalisme. Maar men dreef den spot met hunne waarschuwingen, men zocht het groote gevaar juist in het «clericalisine» en ging voort door woord en geschrift, door scboolonderricnt en middelen van al lerlei aard den godsdienst te bestrijden. Thans echter, na het water aan de lip pen komt, gaan vele oogeu open. Men ziet hoe de revolutionnaire leer juist daar het meest ingang vindt, waar het positieve christendom het sterkst is ondermjjnd en bjjna geen godsdienstzin meer onder het volk is overgebleven. De onwederlegbare feiten zjjn daar om het te bewjjzen. En nu begint men dan toch te erkennen, dat het «clericalisine» nog zoo kwaad niet is, dat de priester, de zielzorger te donker is af geschilderd, dat de godsdienst het volk niet verlaagt of bederft maar veredelt en ver heft. Nu steekt men de Land in eigen boe zem en gaat men zich afvragen: of het niet noodig, dringend noodig is het volk den schat te laten, waarop men zoo menigen aanslag pleegde: den schat des geloofs? Waar op zal de arme, de van aardsche goederen verstotene zjjn hoop kunnen stellen wan neer men hem het vooruitzicht op een hoo- ger en beter leven ontneemd? Eu hoe zal men hem eerbied voor het gezag, eerbied voor het recht van anderen inboezemen, Wanneer men hem aftrekt van God, uit wien alle gezag is en die eenmaal zjjn oordeel zal laten gaan over de geheele wereld. Voor de Maatschappij te verbeteren is het noodig, dat men ook de individuen FEUILLETON. 41. De Familie Reydel. Vervolg en slot.) XXI. De Huwehjksaanvbaag. Het was niet zonder een hevig bever, dat mjjn- heer Horace zijn gezantschap ondernam. Na ver scheidene omwegen, naderde hjj eindeljjk de zaak, die hem bezig hield en zooals alle bedeesde lieden, wierp hij zich met het hoofd naar beneden in het gevaar. //Ik ben belast, zeide hij lot mevrouw Reydel, om bjj u, mevrouw een huweljjksaauvraag te doen.// //Voor Albine?" //Neen, mevrouw, voor Genoveva.// z/Eu van welke zjjde, Horace?" z/Van de zijde van mijn neef Max Reydel de Romenay." Zij verbleekte en wierp op haar schoonzoon een Vertoornden blik. Hij weerstond dien, want naar gelang hij de zaak verklaarde, vatte hij moed. Max is negen en twintig jaar, hij is een uitmun tend ingenieur, hjj heeft Genoveva gezien, en hjj is er zeer op verliefd en gij weet beter dan ik, mevrouw, welke redenen pleiten in het belang dezer vereeniging." //Gjj hebt deze intrigue handig gesmeed, zeide zï bitter; gjj hebt dit alles overwogen sinds den dood van Esther?" //Ik geloof altijd een wellicht onnadenkend bedreven daad gepleegd te hebben, waarvan de gevolgen zoo ongelukkig waren, Esther's wensch moet vervuld worden en nu heden de gelegenheid ïioh voordoet om herstel te doen, zonder de wereld m het geheim onzer zaken te steken, geloof ik wel te doen hieraan mede te helpeu, en Max is Genoveva in alle opzichten waard." Mjjnheer Horace had in zijn antwoord zooveel ^htheid en terzelfder tjjd, zooveel vastheid ge- beter make en het middel tot eene verbe tering ban slechts gevonden worden «in de werkiüg dier geheime kracht, welke ieder onzer iü zich voelt en die ons geheele we zen beheerscht, in den godsdienstzin, die ieder mensch is aangeboren.» Hat is geen katholiek geschrift waaraan deze woorden zijn ontleend. Zjj komen voor in een artikel van het Belgische tjjdschrift <la Revue de Belgiquedat zich immer anti-clericaal toonde. Ondanks de verkeerde theorieën, die het tjjdschrilt ook nn weer verkondigt, is de schrijver de heer F ré s on, geenszins blind voor de eigenlijke oorzaak der revolutionnaire verschjjnselen onzer eenw. De revolutionnaire geest, zoo zegt hjj, wordt, evenals het anarchisme door het ongeloof voortgebracht. De utopieën der aarde verdringen de hoop op den he mel. Oreral is tusschen de godsdienstige en sociale vraagstukken een verband te vinden, dat zelfs den minst scherpzinnigen moet opvallen. Beroofd van het Paradjjs en de belooningen hiernamaals, jagen de volks massa's de eenige vergoeding na, die zij nog kunnen ontwaren en bij gebrek aan de eeuwige gelukzaligheid verlangen zij de ge nietingen van het aardsche. Hiermede nu is niet gezegd, dat de gods dienst enkel heb volk tot onderwerping en berusting aanspoort. Neen, hjj doet zjjn beilzamen invloed gelden voor allen en her innert een ieder, zonder onderscheid, aan zjjne verplichtingen. Het Christendom, zegt de schrjjver van de tRevue de Belgiqueis een breidel zoo wel voor de rjjken en machtigen, als voor de geriDgen en armen. En met den grooten katholieken socioloog L e P 1 ay betoogt hjj, dat de hoeksteen van het sociale gebouw wordt gevormd door de Tien Geboden en dat het kwaad waaraan de Maatschappij ljjdt meer van zedeljjkeo, dan van stoffeljj- ken aard is. Het is daarom naar het ge tuigenis van den heer Fréson, een misdaad den godsdienst uit het hart des volks te verdrjjven, want de godsdienst weet niet slechts te onderrichten maar ook en vooral de maatschappelijke liefde te kweekeu iu de wereld. Hjj schenkt vrede en geluk aau de volken en is een bron van troost voor een groot aantal ongelukkigen. Zonder den godsdienst kan mea slechts een klassenoor- jog in het leven roepen. toond, dat mevrouw Reydel haar toorn en haar zocht naar tegenstand liet varen. z/Meent gij la Eerté, dat ik groote onrechten heb in de omstandigheden, waarop gjj zinspeelt?// z/Gjj wilt hebben, dat ik het zegge? welnu! ja mevrouw en omdat ik uw oude en oprechte vriend ben, wensch ik, dat deze eenige dwaling van een zoo schoon leven worde uitgewischt." Zjj dacht in stilte na en zeide eindelijk: //Waarvoor worstelen? ik heb niet lang meer te leven, ik heb verleden jaar eena waarschuwing gekregen en als gjj denkt, dat dit huwelijk mijne Genoveva gelukkig zal maken, welnu! dat het dan worde voltrokken, het zoo zich na mjju dood vol trekken, zoo ik weigerde.// Hij zeide niets. //Ik heb liever, dat mijn kind op den dag van haar bruiloft door mijne hand worde gezegend. Ik zal haar het altaar zien bestijgen. Ik stem toe. En Albine, want zij is iu 't geheim betrokken, is zjj voldaan?" //Ja, mevrouw wij zullen het allen zjjn, gij zult eens zien?" Zij schudde het hoofd en zeide toen. z/Laat Genoveva komen; ik wil met haar spreken en schrjjf mjjne toestemming aan Maxime, voegt er bjj, dat zoo er eene keus moet geschieden, dat die dan spoedig plaats hebbe. Zonderlinge zaak! die sympathie mjjner kleinkinderen voor den oudsten tak! En gjj hebt daaraan niet geschaad, Horace!" Hjj glimlachte en kustte eerbiedig haar hand zeggend: „Zoudt gjj niet zeer verheugd zijn, Maxime terug te zien, dien gij vroeger zoo bemind hebt." Zjj wendde het hoofd af. //Gaat hem schrjjven, zeide zjj, en zendt mjj Genoveva.// Veertien dagen later waren Maxime Reydel, zijne vrouw en zjjne kinderen op de Pêcherie aan gekomen. Mjjnheer Horaca en Albine ontvingen hen met een bewogen vriendschap, die zich eerst alleen in tranen vertolkte; men liet hen in de «Het Christendom,» schrijft Fréaon ten slotte, «is de groote school van het respect,» gelijk Guizot zoo treffend juist zeide: Brengt men zjjn invloed aan het wan kelen dan bevordert men den geest van op roer en verzet tegen de wet zooals men het gezien heeft in Fraabrjjk, waar de pogin gen om het catholisisme te vernietigen den revolutionnairen gesst hebben opgewekt. Is de godsdienst verdreven dan heeft de rnaat- scbappeljjke orde tegenover de ontketende begeerten geen anderen waarborg meer dan het ruw geweld. Treffende waarheden voorzeker en ruiter- ljjke bekentenissen in de peu van een li beralen scbrgver. Het schuldbesef doet zich eindelijk gelden bij de volgelingen van het liberalisme, en de oogen gaan open al is het dan ook wat laat. Het liberalisme is bankroet gegaan en het Christendom zege viert over hen, die het, als moderne hei denen, zoo langen tjjd hebben geminacht en bestreden. Engeland. Een van de grootste rampen die de En- gelsche marine ooit is overkomen is het verongelukken van de Victoriaeen der nieuwste en duurste reuzenschepen der Brit- sche Zeemacht, door aanvaring met de Cam perdown, waarvan wjj reeds in ous vorig aammer melding hebben gemaakt. Nimmer heeft eene jobstijding te Londen en door geheel Engeland zulk eene alge- meene ontsteltenis te weeggebraeht, als het vernemen van deze verschrikkeljjke ramp. Ia d8 clubs stonden honderden ongedul dig bij de seintoestollen te wachten; het Micisterie van Marine werd belegerd door duizenden nieuwsgierigen, en de kranten jongens op straat verkochten duizenden exemplaren van de speciale edities der bla der, waarin de ramp vermeld stond. Het verlies van den wakkeren admiraal T r y o n verhoogt den treurigen indruk dien deze ramp maakt natuurigk zeer aanzien lek. Sir George Tryon, was 61 jaren ond en maakte zich reeds veertig jaren ge leden, tjjdens den Krim-oorlog, verdienste lijk bjj het beleg van Seba9topol. Later nam hjj aan de Abyssinische expeditie deel, schoonste kamers van het kasteel hun iDtrek ne men. Albine gaf zich veel moeite voor tante en nicht, en mijnheer de la Eerté zeide tot zjjn schoon broeder: //Mevrouw Reydel verlangt u alleen te spreken. Gg Max, gaat met mij in de bibliotheek in af wachting dat meu u voorstelt aan uwe verloofde. Waarde Maxime, gjj kent den weg naar de oude roode kamer?// Het was met eene ontroering, die hem zelf verbaasde, dat mjjukeer Maxime in deze kamer eens door zijn vader bewoond, en waar hjj het noodlottig bevel had ontvangen, dat ham van de //Pêeherie// en het kalme en gelukkige leven had verdreven. Mevrouw Reydel wachtte hem hier, het was vjjf en dertig jaar geleden, dat zij elkaar niet hadden gezien; hjj hervond haar op den drempel van het graf, zjj zag hem, oud voor zjjne jaren, ge bogen door de lasten en arbeid des levens: zij keken elkaar aan en beiden stortten tranen. ,/Maxime!// zeido zjj hem de band reikend. Hij nam die hand aan.- //Moeder! ik ben zoo, ja, ik ben zoo ge lukkig u nog eens weer te zien!// //Gij hebt mjj dus vergeven! ik heb vergiffenis noodig; ik ga naar een land waar berouw en ver geving noodzakelijk zjjn.// //Vergeeft mjj in den naam uws vaders, dien ik spoedig zal wederzien." //Ik vergeef u uit geheel mijn hart, en alle bittere gevoelens, die ik jegens u heb gehad, mo gen mij ook vergeven zjjn!// //Groote God! zoo ik ze aan u vergeefl// Zjj strekte haar armen uit; hjj omhelsde haar met eerbied en zeide: //Alles i3 vergeten; ik ban uw oudsten zoon, uw Maxime weer geworden." //O! wat is God goed!//zeide zij meteen vreugd die nooit tevoren op haar gelaat was verschenen. Zjj spraken lang te samen, eindelijk, zeide zjj: //Geeft mjj den arm, ik wil u zelf aan Geno veva voorstellen." maar sedert had hg geen gelegenheid zich te onderscheiden behalve bjj de groote manoeuvres van 1889. Zjjn strategisch genie echter, zjjn discipline, zjjn grondige kennis van zjjn vak, en zjjn algemeene populari teit deden er ieder zeker van zijn, dat hjj een even grooten naam zoude maken als Nelson, wanneer bjj maar zjjn Trafal gar 7ond. De »overwinning« die hjj tjjdens de groote vloot-manoeuvres van 1889 op den sterkeren admiraal B a i r d behaalde en de juistheid, waarmede hjj de bewegingen van zijn tegenstander giste, trokken zoozeer de aandacht, dat zjj hier nog versch in ieders geheugen liggen. De Victoria, die eeo inhoud had van 10,700 tons, was een der beste, nieuwste en fraaiste bodems in de Britsche vloot. Zjj behoorde tot het Mediterranean Syuadron gestationeerd op Malta, en trok sedert 1889 steeds de aandacht bij de groote vlootma- noeuvres die telken jare worden gehouden en thans, op 2 Juli zullen beginnen. Het schip kostte ongeveer f 11,000,000, had eene maximum-snelheid vau lT^^knoopen eu was overal voorzien van 18 duim pant serplaten, terwjj! de dikte der waterdichte schotten additioneels bescherming tegen zwaar geschut gaf. Het gevaarte was 340 voet lang, 70 voet breed en had een diep gang van ongeveer 27 voet. De voornaamste kenmerken van het schip bestonden uit twee kolossale 111 tons ka nonnen op den voorsteven, die 44 voet lang waren eu geladen werden met 850 pond kruit. Zjj schoten een projectiel van 700 KG. door 90 c.M. dikke gesmeede ijzerpla- ten die op een afstand van duizend yards waren geplaatst, twaalf mijlen ver. Tevens waren er ruim dertig kleinere kanonnen op de dekken, en het schip had ook een groo ten gepantserden toren en verscheidene tor- pedobuiztn. Bjj de constructie dacht men wel degeljjk aan het gevaar, dat ramsche- pen kouden opleveren, en men verdeelde het schip derhalve in talrjjke waterdichte compartimenten, die door middel van 969 deuren en kleppen werden geopend of ge sloten, maar tot het slniten der compar timenten was bij de aanvaring geen tjjd. De ram van de Camperdown kwam met het achterste gedeelte der Victoria in aan raking en het schip liep direct vol water, terwjjl het wegens de zware lading op dek Zij traden samen in de zaal waar allen vergaderd waren; Maxime geleide zjjn zoon, en mevrouw Reydel trok haar kleindochter tot zich, zij keet Msx aan en vereenigde hunne handen: //Mjjn zoon, zeide zjj, ik geef haar aan n, maakt haar gelukkig en ontvangt beiden den zegen uwer moeder. Ea mjjne schoondochter en mjjne klein dochter waar zijn zjj?" Zoo men in den hemel weent dan zijn het tra nen geljjk aan die op dien avond op de Pêeherie g»stort werden. Den volgenden dag bevond Max zich alleen met Albine, hjj zeide haar: //Ik neem Genoveva van uwe zjjde weg, gij zult wel alleen zjjn, stemt gjj niet toe dat een ander haar vervange?" //Wie?// vroeg zij glimlachend. //Eduard, mjjn vriend, die u bemint en die uwer waardig is.// //Laat hem dan eerst uit Perzië terugkeeren.// zeide zjj. Me9rouw Reydel overleefde geen zes maanden dit gelukkige huweljjk: zjj stierf te midden van de haren, met de k almte van het geloof. Genoveva is haar man gevolgd naar de stad, waar zjjne werkzaamheden hem noodzaakten zich te vestigen; zjj leefde daar met den verzoenden Ma xime en met Martha, door allen bemind en vooral door haar man, die zjj tweemaal vader maakte. De Pêeherie is niet onbewoond; een schoon kind speelt op de grasperken, een tropee van Per zische wapens siert de vestibule, de stadie en de liefdadigheid hebben huisvesting gekozen op het kasteel en het geluk eveneens, want Albine is de vrouw van Eduard. Mijnheer Horace heeft zjjn eenzaam gelegen kasteeltje verlaten, om bjj hen te leven en in de herfst komen de twee families te samen eu dompelen zich ia dezelfde herinnerin gen en dezelfde wenschen. Marie is religieuse geworden en ofsohoon ge heel deelend in het geluk van haar broeder en vrienden, vindt zij dat haar deel het beste ia. URIiHSIHEIfllRtn. 'MMHIUtSD

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1893 | | pagina 1