NIEUWE No. 2046 Zondag 15 October 1893 18de Jaargang. Aan onze Abonnee1 s, Beleedigd. Mij is de wraak, B44RIEMSCHÏC01IR4IIT. ABONNEMENTSPRIJS Pei 3 maanden voor Haarlem. t 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers0,03 Dit blad verschjjnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG B IT B E A tl: St. Janstraat Haarlem. AGITE MA NON AGITATE. PRIJS DER advertentien; Van 16 regels30 Cents Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant Advertentien worden uiterlgk Maandag-, Woensd ag- en V r ij d a g-a vond voor 6 uur ingewacht. R e d a c t e u r-Uit g er er, W. K P P E R 8. Ongetwijfeld zullen onze lezers het plan, waartoe wg hebben besloten, toejuichen, om het Zondagsnummer van de NIEUWE HAARLEMSCHE CO URANT voortaan in vergroot lormaat te doen verschijnen. Wjj zullen daardoor in de gelegenheid worden gesteld om in het Zondagsnnmmer van ons blad meer nieuwsberichten en groc- ter feuilleton te kunnen opnemen, dan bij de beperkte ruimte en den toevloed van ad vertenties op Zaterdag tot das ver het geval wa». Met de vergroating zal tevens de vouw, die nu door de advertenties aan de achter zijde en door de lectuur aan de binnenzijde komt ten gerieve van den Lozer vervallen. Door de vergrooting en verbetering, die het Zondagsnummer van ons blad zal on dergaan «zonder prijsverhoo- g i n g» hopen wij onzen duizenden Lozers het bewgs te leveren dat wg bg voort during er naar streven, ons hun steun in het belang van het blad ten nutte te ma ken. Het spreekt vanzelf, dat eene aan merkelijke formaatsvergrooting, bg deniet gering te schatte oplage van ons blai, niet anders dan met vele offers gepaard gaat. Wjj vertrouwen evenwel dat de Lezers, onze pogingen waardeerend, gaarne zullen trach ten die offers te vergoedeu door ons van hun oomisbaren steun te blijven verzeke ren en ons blad bg vrienden en bekenden krachtig aan te bevelen. A. s. Zondag reeds hopen wg onzen Lezers het nienw vergroote formaat der NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT aan te bieden. Red. De wijzen, waarop de sociaal-democra tische woordvoerders het volk toespreken om het tot hunne verderfelijke leerstellin gen over te halen, zijn zeer afwisselend. Nu eens betoogen zjj in het breede het onhoudbare der verkeerde toestanden in onze samenleving, dan weder schilderen zij in de schoonste kleuren den toekomstigen FEUILLETON. 12 door JULIUS. {Vervolg.) IX. Op den weg van vhede. In de spreekkamer van het Franciscanenkloos ter te R. zit de overste en tegenover haar Geer- truda Hohenstetter. Geertruda's gezicht was zeer bleek. Ernstig en bekommerd keek de overste haar aan. Geertrnda had om opname in de orde verzocht; zij had de wederwaardigheden van haar leven de znster geopenbaard. Zjj gevoelde zich zoozeer overtuigd van haar recht, dat zjj niets had verbloemd of verzwegen. No was zjj ten einde en wachtte op de uitspraak der overste. //Mjjn kind," begon deze na eenig nadenken, „mjjn kind, gjj hebt veel, zeer vee! geleden. Da goede God heeft u een zwaar kruis te torschen gegeven en niet altjjd hebt gij het met geduld gedragen. Gjj zelf hebt ook veel misdaan en ge zondigd, wat hebt gjj echter ter verzoening gedaan? «Ter verzoening?" Geertruda keek de overste verwonderd aan. «Ik weet werkeljjk niet, met wie ik mjj zou hebben moeten verzoenen. Wanneer hetgeen ik uit rechtvaardiging heb gedaan, inderdaad zondig is, wat ik niet inzie, zoo geloof mij, overste, dat ik oneindig veel heb geleden en dus wel quitte zal zjjn, want onmogeljjk kan Marie Hartmanu of de Gravin meer geledeu hebben dan ik.// «Uw ljjden was u door God gezonden,// zeide de overste ernstig, //tot beproeving, Geertruda, en zelf zult gjj moeten bekennen, dat gij voor de beproeving meermalen bezweken zjjt. Al mogen beide dames nu nog duizendmaal meer kwaad jegens u bedreven hebben, dan nog hebt gjj het heilstaat af en weer een andermaal trach ten zjj uiteen te zetten, dat de werkman in de tegenwoordige «kapitalistische maat schappij» onwaard g behandeld wordt. Maar welke schakeeringen de toespraken dier volksmisleiders ook vertoonen, de grond toon van aller redevoeringen is en blijft het aankweeken van ontevredenhei 1 onder den arbeidenden staud. Dit wordt opnieuw bewezen door het geen voor enkele dagen werd gezegd in eene socialistische bjjeenkomst te Winschoten door den bekenden volksmenner, Mr. P. J. T r o e 1 s t r a. Hg sprak zjju gehoor o.a. aldus toe: «Gg, arbeiders, wordt be- leadigd, wanneer gjj uw voor uw gezin te vunzige woning binnentreedt; gjj wordt be leedigd, wanneer gjj uw loon krjjgt uitbe taald, omdat gij weet, dat een groot ge deelte van hetgeen gjj voor uw meester hebt voortgebracht, u onthouden wordt op het oogonblik, dat n het loon wordt in handen gegeven; gjj wordt beleedigd, wan neer gjj eene vergadering wilt bjjwonen. Beleedigd wordt gjj ook, waar, zooals hier in den omtrek, en wel te Frnsterwold, eene kazerne voor de marechauseée wordt inge richt beleedigd wordt gjj, wanneer gjj voor uwe rechten opkomt en u bjj het op komen er voor verzet; beleedigd, wanneer men huzaren en marechauseés zendt, in é-m woord de geheele kapitalistische maatschap pij is eeae doorloopende beleedigiug voor den arbeider.» Wjj zullen niet verder gaan met het aan halen van woorden en uitdrukkingen, welke wjj vermeld vonden in bladen, die het de moeite waard hebben geacht, zulke taal aan hunne lezers op te disschen. Deze enkele woorden zjjn vol loende om als bewjjs te dienen voor hetgeen wjj bjj den aauvang zeiden, dat op alle mogeljjks manieren de werklieden door de sociaal democratische woordvoerdors tot ontevre denheid, tegenzin in hun werk en ondank baarheid worden geprikkeld. Doch wjj vragen, of het niet ergerljjk in de hoogste mate moet heeten, dat zulke woorden ongostraft mogen gesproken wor den? De deugden, waardoor het Nede.laud- sche volk door alle tjjden heen heeft uit geblonken, worden door nietswaardige per sonen niet slechts als dom en onverstandig gequalificeerd, maar ook ontzien deze woord voerders zich niet om de grofste leugens te debiteeren en de meest valsche voor recht niet u op hen te wreken. Liat God hiervoor zorgen en zeg mij nu eens oprecht Geertruda, wanneer het gebeurde u nog eens zou overkomen, zoudt ge toch niet meer zoo handelen?" //Ja," zeide Geertruda beslist, //ik geloof wel, dat ik mjjzelf weer zou wreker).// //Maar kind, kind riep de overste verschrikt uit, /,hoe hardvochtig en onverzoenlijk I En met deze votrnemens en gevoelens wilt gjj in onze orde treden. Onmogeljjk. Wat zoudt gjj ia onze orde doen Wat kan u het kloosterleven bieden? //Rust en vrede, anders verlang ik niet," zeide Geertruda zacht. //Rust en vrede?//vroeg de overste.//maar beste Geertrnda, rust en vrede moeten in het harte wonen. Wanneer gjj echter met een hart vol haat en driften in het klooster komt, zoo zult gij ook hier evenmin eene rust vinden, die gij in de we reld tevergeefs zoekt. Het klooster kan geen plaats bieden aan hen, die niets ten offer willen brengen, geen boete, noch vergeving willen. Oofc tusschen de klooster muren vliedm de kwade gedachten en begeerten niet, voor velen is de strijd hier zwaarder dan buiten. Slechts bjj, die met een onderworpen), offervaardig hart komt, het nederige, de ontbering, den strjj l en den arbeid niet ontziet, vindt, hier rust en vrede. En dat, Geertrnda, bezit gij nog niet. Gjj zoudt bjj ons hoogst ongelukkig zjjn, want de regelen der orde eischen vergeving met zjjne vjjanden op de eerste plaats. Gij echter met uw trotsch, hoogmoedig hart moet eerst berouw gevoelen over uwe begane fouten voor gjj boete kunt komen doen, gjj moet eerst leeren vergeven, opiat gjj voor uwe vjjanden kunt bidden. Ik moet u de opname in het klooster weigereD, arm kind, want het is mjjn plicht. Ga opnieuw de wereld in Geertruda, en bilt veel, neem uwe toe vlucht tot onze liefhebbende moeder Maria en stellingen bg het volk ingang te doen vinden. Iudieu er sprake is van beleedigeD, dan geschiedt dit door hen, die gebroken hebben met alle eer en deugd, die huune gaven en krachten hebban gesteld in den dienst van het kwade, die niet ophouden te lasteren en te liegen en die geen middel te slecht achten om hunne schaudelijke voornemens te volbrengen. Juist zij ziju eeae beleeliging voor de maitschappjj, Dat hunne woorden kannen doordringen tot het onnadenkende volk, 't welk zich zoo gemakkeljjk laat mede slepen, wanneer men het vleit en het prik kelt, dat feit reeds achten wg eene belee- diging voor de tegenwoordige samenleving. Het is eene bel/eiigiog tegen de pogingen, die aangewend worden om de levensom standigheden van den arbeider te verbete ren tegen het vele, dat thans allerwege wordt verricht om de werkeloosheid en de daaruit voortvloeiende armoade tebestrjjden, tegen de maatregelen van werkgevers om hunne arbeiders te beschermen voor den kwaden dag of voor ongevaUen, welke hun onder het werk kunnen overkomen, tegen het onderwjjs, dat gratis aan de kinderen der werklieden gegeven wordt om ze later met meer tuccès in de maatschappij te kunnen doen optreden en tegen zoo 'ele andere instellingen en maatregelen, die uit- sluilend in het belang van den werkman zjjn tot stand gebracht. Om zich beleedigd te kunnen gevoelen, moet men eerst een hooger staudpnnt heb ben ingenomen dan dat, waarop zich de sociaal-democraten hebben geplaatst. Zjj be vinden zich bjj voorkeur, ja uitsluitend, op het veld der verdachtmaking en van den laster. G> eo hooger beginsel dan dat vaa eerzucht en begeerigheid leidt huu woorden en handelingen. L-efst in de troebele ge deelten van de maatschappelijke wateren bewegen zjj zich en waar gelegeuheid wordt aangeboden om tot verzet en onlusten aan te sporen, daar zoeken zij hnn arbeidsterrein. Hebben dezulken recht om van belee digiug te spreken? Is het geen verre gaande brutaliteit, wanneer de verdervers van de samenleving het doen voorkomen, alsof zij eigenljjk slechts als de vrienden van deu werkman beschouwd behooren te worden en de anderen als de vjjanden van den arbeider Het ware te wenschen, dat bg de groote daD, wanneer uwe ge»oelens onderworpen en ver geving» geziud zjjdan zijt gij oqs van harte welkom.// Eene duizeling overviel Geertruda toen de kloosterpoort achter haar werd gesloten. Zij bad wel luide kunnon weenen en de overste van hard vochtigheid en onrechtvaardigheid willen beschul digen en toch moest haar hart bekennen, dat zjj gelijk bad. Zjj had zicli zoo zeker geloofd, zij verkeerde zoo in het volle bewustzjjn van hsar deugd en billijkheid, zjj had anderen zoo zeer haar wrekende hand doen gevoelen en waaneer een weldadigen adem vaa berouw in hsar hart daalde, liet zjj deze er steeds even koud uit heen gaan. Zjj had gemeend, dut God een bizonder welge vallen in haar had, nu zjj het nederige kleed der E/anciscaner-orde wilde aantrekken. Die eenvou dige zuster overste had het geheele gebouw van haar trots ineengestort en hulpeloos stond Geer truda nu alleen ia de wereld. De avond viel en nog steeds bevond Geertrnda zich bniten in de groenende velden. Zjj dacht er in het geheel niet aan om voor den nacht een onderkomen te zoeken. Besluiteloos liep zjj voort maar naast haar ging onzicht isar de verzoeking en Geertruda vernam duideljjk de stem: //Wat hebt gij nog van het leven en de wereld te ver wachten Overal zult gij worden uitgestooten. Niemand zal meer iets van u willen weten. Wat zal uwe zuster zeggen, wanneer gjj den vrede bjj haar komt storeu Wat wilt gij tegen uw zwa ger zeggen ter uwer rechtvaardiging Niets biedt het leven u meer aan. Schudt het van u af. Is de dood niet eene weldaad Een sprong in het water en gjj zijt bjj uwe ouders en bij uw broeder. Daar is rust, alleen het graf schenkt vrede, niet het klooster, de dood is eene ware verlossing." Deze woorden fluisterde haar de satan ia en Geertruda luisterde er naar, zjjne influisteringen menigte het onderscheidingsvermogen beter was ontwikkeld. Weldra zonden dan die volksleiders van onze dagen geen gehoor meer vinden. Men zon dan de eigen lg'ke beweegredenen gaan ontdekken,waardoor de sociaal-democratische woordvoerders wor den geleid. Nu dit niet zoo is, nu vele werklieden zich zoo gemakkslgk om den tain laten leiden en zich door het zoet gefluit van den bedriegelgkeD vogelaar laten vangen, nu is het volgens ons de plicht der beter gezinden om den werkman te watrschnwen voor die valsche vrienden, en tevens om de macht dier volksleiders te verbreken. Al kan de overheil niet a'.tgd straffend tegen die opmiers optreden, omdat zg ge woonlijk wel zorgen niet onder een der artikelen van de Strafwet te vallen, toch is in de gegeven omstandigheden wel een middel aanwezig om den invloed dier volks leiders althans niet te vermeerderen. Dat middel achten wjj gelegen in het uitstellen van de groote kiesrechtnitbrai- ding, die de Regeeriog wenecht. Het is niet slechts mogelgk, maar ontwijfelbaar zeker, dat door invoering van het algemeen stem recht de invloed van die volksleiders toe neemt en als gevolg daarvan zullen zjj ook invloed erlangen op de Wetgevende Macht. Wat moet er van ons va Ierland wordeD, indien zulke persooen, die alle eer eu deugd met voeten tirappen, in de Staten-Generaal hnn stellingen verkondigen en weldra ook gaan toepassen op de staatsinrichting en wetgeving? Het ergste staat dan te vreezen. In de plaats van de vrgheid komt daa verdrukking en dwang. De godsdienstzin bg het volk zal verslappen en plaats ma ken voor onverschilligheid en vgandschap omtrent de heiligste zaken, en ten slotte zal geheele regeeriagloosheid de kroon zetten op het werk van die zoogenaamde volks leiders. Zal de tegenwoordige Staten-Generaal de treurige eer willen genieten daaraan te hebben medegewerkt Op dit oogenblik kan de Vertegenwoordiging nog besluiten om den grooten stap op den weg naar de zege praal der sociaal-democratie n:et te doen. Het is nog niet te laat om terug te treden en een krachtige dam tegen den socialis- tischen stroom te laten bestaan. Mocht zjj zoo verstandig wezen, en zich niet laten beheerschen door het geroep van de enkelen, die het algemeen stemrecht streel len haar,zjj liet zich door den satan meeslepen zij geloofde hem en langzamerhand scheen het haar duideljjk te worden, dat voor haar niets andera o.erbleef, dan een Bprong in het water. De door God gevloekten zielenmoordenaar, de satan, had weder door zjjne boosaardige voorspie gelingen een arm menschenkind in zjjne strikken gelokt. Maar Geertruda's leven was, buiten baar wraak zucht, rein en kuisch gebleven en Gods genade zou baar behoeden voor zulk een vreesslijken stap. Geertruda keek schuw rond zich. Waar was zjj Wat waren dat voor ontzettende gedachten, die haar hoofd en hart vervulden? Juist begon eene klok te luiden, de plechtige, zware slagen weerklonken in haar oor. Een dorp was ongetwjjfeld niet ver meer af, men luidde den Angelus. Ook in haar binnenste klonk hevig eene stem, zelf niet wetende wat zjj d ed, viel zjj op de knieën, midden in het veil en bad den Angelus mede. vBid voor ons, arme zondaars, nu eu in het uur van oazen dood. Amen.// Zoo bad zjj. Zjj bedekte haar gelaat met beide handen. Welk een hoon moest dit gebed van haar niet voor de Moeder Gods zjjn, zjj, die nog zoo even vrij willig den dood had gezocht. De tonen van het liefelijk angelusklokje waren reeds lang verstor ven en nog altjjd bleef Geertrnda geknield op het eenzame laad zitten. Nu gingen haar de oogen open. Zoover was zjj dus gekomen, dat zjj zelfs voor geen zelfmoord meer terugdeinsde, Haar hoogmoed en trots, haar onverzoenlijkheid en hardnekkigheid hadden haar zoover gtbracht en nog zon zjj meenen geen zonde hiermede te ba- drjjven. Hoe groot, hoe ontzettend hadden deze hartstochten haar verblind? Wat was van haar geworden? Kon zjj zoo voort bljjven leven? {Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1893 | | pagina 1