NIEUWE No 2072 Vrijdag 15 December 1893. 18de Jaargang. Wolven In Schaapsklederen. BUITENLAND. i.) De twee Neven. Frankrijk. België. HURLEnsimiiiimT. ABONNEMENTSPRIJS Pei 8 maanden voor Haarlem1 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG BUREAU: St. Janstraat Haarlem. AGITE MA NON AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 16 regels30 Cents Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensd ag- an Yrjda g-a vond voor 6 uur ingewacht. Redacteur-Uitgever, W. KüFFEXS. Zij, die zich tegen 1 Januari e. k. op de Nieuwe Haarlemsche Courant of het Zondagsblad of op beide bladen aboDneeren, ontvangen de nog voor dien tjjd, das gedurende deze maand verschijnende nummers, g r a t i s. Met weinige woorden waarschuwden wjj reeds in ons nummer van Donderdag jl. tegen het boekje, dat onder den onschul- digen titel De 1 rouwe Zwaab (door J. K e u n i n g) is verschenen by T. J. K o u s- broek te Leiden en te dezer stede verkrijg baar gesteld bjj den boekhandelaar C. van D uy n. Door eenige welmeenende en waar- heidslievende personen wien wij hiermede onzen oprechten dank betuigen gewaar schuwd, hebben wij ons de moeite getroost het persproduct te doorworstelen en thans wenschen wjj onzen geachten lezers nog even nader bezig te houden over dat ver derfelijk werk. Niet slechts zuilen wjj den wolf onder de schaapskleederen, waarin hij zich trachtte te vermommen, herkennen, maar wjj zullen ook gelegenheid vinden, om aan de hand van De Trouwe Zioadb een blik te werpen in het gemoedsleven vau zeker gedeelte onzer omgeving, van wie een onzer ook by hen gevierde sprekers meende te moeten zeggen, «dat zjj mét ons staan op den bodem van hetChristelijk bewustzyn», maar onder wie wjj er velen kennen, die met den Heere op da lippen en haat in het hart, nog hemelhoog op hebban met hunne verdraagzaamheid en liefde. Even wel, wjj houden niet van algemeenheden: ne men wij het werkje zelf ter hand. Als letterknndig product 6taat De Trouwe Zwaab nog al laag, en uit dat oogpunt alleen beschouwd, zonden wjj er nooit over ge sproken hebben en zjjn wy ook niet voor nemens het thans te doenals proeve van historische studie kunnen wy het op dezelfde hoogte plaatsen en ook de beschou wing van dien kant laten wy buiten reke ning; wjj zullen echter het werkje behan delen als proeve van beschouwing der Katholieke Kerk door een fijngeloovig Chris ten, of wil men het kind bjj zjjn naam genoemd proeve van aanval op wat den Katholiek dierbaar is en heilig in zjjne Kerk, hare leer en hare bedienaren. Er is al zooveel polemiek gevoerd, zooveel onheil reeds door haar gesticht, dat men al schrikt bjj 't vernemen van haar naam daarenboven staan den ontwikkelde de beroemde werken van Dr. Janssen ten dienste redenen te veel om zich nog ic twisten te gaan FE U1LLETON. (Vervolg.) Gjj zult er wel aan gehandeld hebben, indien Raool u huwt. Hij zal mij huwen. Ik hoop het van harte. Zoudt gij er soms aan twijfelen? riep het meisje driftig uit. Een huwelijk is niet eerder zeker voor men het stadhuis verlaat. Raoul is verliefd op mjj. Heeft hq het u gezegd? Neen, omdat hjj wat te bleu is, en ik hem te veel ontzag inboezem, maar zoo iets valt toch dadelijk in 'toog. Indien hij mij niet beminde, zoude hjj dan zoo dikwjjls hier komen En daar- cnbovoD, hjj moet wel begrijpen, dat wanneer ik tot op dit oogenblik niet getrouwd ben, zulks alleen komt, wjjl ik op hem wachtte, 't Was om dat ik hem beminde I Genoveva luisterde zwjjgend toe en zeide zacht bjj zich zelve: 't Is niet zjjn persoon, dien zij bemint, het zjjn zjjne millioenen. Gjj zult Raoul ten minste den tjjd moeten laten om zjjoe zaken en die van zijn oom zaliger in orde te brengen, zeide haar mama. Daar zal niet veel tjjd toe noodig zjjn. Mjjn- heer de Vadans hield innig veel van zjjn neel Raoul de Chaliins en verfoeide zijn anderen neef, werpen, wy zullen ons dan ook bepalen tot eene soort bloemlezing van christelijké(?) lie felijkheden uit De Trouwe Zwaab. Li Weiosberg leefde een wijnhandelaar, Birnbaum geheeteu; «vroeger was hjj goed roomsch geweest, niet zoozeer omdat de godsdieu8t hem eene ernstige zaak was, maar omdat hy roomsch was geboren en onnadenkend in het bijgeloof der roomscbe kerk voortleefde ....Maarten Luther begroette bij als den man, die het chris- teudom van het pauselijke juk zou bevrij den.» Onze wjjahandelaar werd een ijverig voorstander van de leer der hervorming, zonder evenwel een hervormde te zyu; bij werd ook bekend met «de dwaalleer vau Thomas Münzer, en het kon wel niet anders of ook deze moest hy met geestdrift omhelzen.» 's Mans zaken verliepen en ge lukkig had bij nog zooveel tjeld, dat zjjn gezin niet broodaloos werd. Dat gezin be stond uit zjjne vrouw, «we! met deu Bjjbe) bekend, maar toch nog roomsch», en hun kiud, een zoontje van 8 jaar en nog ge doopt in de roomscbe kerk. Nog ééa ouden knecht hadden zij, hij heette Hans. Hans was eigenlijk een Zwaab; bjj is de held der historie en, «een soort beschermengel der familie B i r n b a m» .«H a n s was een een voudig en kinderlijk oprecht discipel van den Heere Jezus. Door zijn meester was bij met de leer der waarheid bekend geworden hy wist zich een gereinigde en verloste door Jezus bloed.» De dweepzieke Birn baum verlaat op goeden dag in gezelschap van zekeren Peters, vrouw en kind. Zijoe vrouw is troosteloos en ongerust over deze verdwjjningzij werd ziek, ernstig ziek. Hans sprak voel met haar over den Heere; «eer zy zelve het wist, was reeds haar vertrouwen op de apsolutie der priesters en op de heiligen ondermijnd.» Toch kon zij nog niet beslist met Rome breken. 't Was Maart 1525. Op zekeren avond H a n s was uitgegaan wordt bjj de zieke binnengelaten door Grretha, de dienst maagd, een geesteljjke, «die bjj velen in eene zekere reuk van heiligheid stond», pater Martinns. Wjj nemen eenige passages over uit het gesprek dat zich ontwikkelt tus- schen de zieke en den Pater: «Uwen man moet gjj niet terug wenschen, want hy is voor altjjd verdoemd. Laat uw kind met al het zjjne in een klooster worden opgenomeD.Geef mij uwe toestemming, dat ik uw zoontje terstond medeneem.» Natuurljjk weigert de moeder. Dan stelt de pater voor: «ófwel uw ketterschen knecht eene pest in uw huis wegzenden, ófwel uw zoontje terstond afstaan.» Daar treedt Philippe de Garennes. In zijn testament zal hij dus zeker wel den eerste bevoordeeld en wellicht den laatste onterfd hebben. In dit geval zoa Raoul het geheele fortuin krijgen. Ik heb een voorge voel, dat alles goed zal afloopen; ik gevoel ml] welgemoed; in een woord, de toekomst sohjjnt mjj zoo rooskleurig mogelijk toe. Heeft zjj een hart? vroeg Genoveva zich zelve af. Men zou het niet gelooven. Het middagmaal was afgeloopen. Ga slapen, Genoveva. Gij zult morgen bjj het sanbreken van den dag op moeten wezen, daar ik u noodig heb om mjj te helpen kleeden. Als gjj zoo goed wilt wezen, klop dan tegen acht uur juist aan mijne deur. Ja, mejuffrouw. Genoveva groette mevrouw de Brennss en be gaf zich naar hare kamer. Het arme kind voelde zich terneergedrukt en verdrietig. Zoodra zjj alleen was, kwamen hare tranen te voorschijn. Zjj liet zich op de knieën vallen, voegde de handen te zamen en stamelde? //Mjjn Godl waarom hebt Gjj in mjjne ziel deze hopelooze liefde laten geboren worden, die mij slechts vernederingen en smarten kan aan brengen P Waarom hebt Gjj mjj gevoerd in dit hoi»! waar ik dreig te stikken Waarom schenkt Gjj mij de kracht niet om het te verlaten Goede Godl bescherm Raoul. Verlicht hem Dat dit schepsel zonder hart Dimmer zjjne vrouw worde. Beschik het zoo, o God dat bjj haar niet bemint, zjj, die hem niet lief heeft. Dat hij gelukkig aijen ik zal mjj niet beklagen over mijn lijden". De laatste woorden van dit treffend gebed losten zich op in een snik. Van lieverlede kwam zij Hans binnen en nu begint een gesprek tusscliea hem en den Pater, dat wy èn we gens beperkte plaatsruimte,èn om degrofheid van sommige uitdrukkingen niet kunnen overnemen. Alleen willen wy dit nog op merken: het gesprek, vooral met de zieke, is wat den Pater betreft, zoo bateljjk mo- geljjk voorgesteldde christeljjke schry ver heeft blykbaar nog nooit de aandoenlijke plechtigheden, die u geheel aangrypen, bij een Katholiek sterfbed bygewoopd; die ver schillen toch hemelsbreed van dien yskouden angst, die anderen aandrjjtt de bedgordijnen dicht te halen, om toch niet het afsterven te zien en om den stervende alléén te laten «als hij worstelt met dej Heeie». 's Nachts komt er een geest, die eenen monnik medebrengt, om het kiud van den moeder weg ta nemen. Hans komt nog bytjjds te hulp, en ontmaskert den geest en zjjn helperPater Martinus en een monnik. Hans wil hem aan 't gerecht overleveren; doch pater Martinus be gint na lafhartig, ja op lage wyze te smee- ken, en weet op een gunstig oogenblik te vluchtenop hek verzoek der zieke laat Hans nu ook deu ander heengaan. Eenige dagen daarna sterft de vrouw, nadat zij «bad ingezien, hoe de roomsche geestelijkheid haar misleid had.» Hier willen wy den draad van het verhaal afbreken wij hebben het begin der verwikkeling gezien en op wat wyze het is behandeld het vervolg en de ootknooping overtreffen het nog in de wyze vau voorstelling. Het gedeelte dat wy hebben beschouwd is het meest kitsche; de lezer oor- daele nu zelf over het verdere gedeelte vau fcet boek. Nog even zullen wy een greep doeu: bl. 126. Eene vergelijking«De arme geesteljjke (P. Martinus) stond daar juist zooals een hond zich op zijne achter- pooten omhoog richt, wanneer men een lek ker kluifje hem zoo voorhoudt, dat hij tr niet bij kan komen.» En onmiddellijk daarop volgen eenige platheden, beschimpingen, die wy hier noch willen noch kunnen herhalen. Wanneer wij met dergelijke voorstellingen en uitdrukkingen, als die waarvan wy voor beelden hebben aangehaald, gaan vergelyken die bijua overdreven vrome verzachtingen, die godzalige troostredenen, waaronder niet zelden drogredenen worden vermomd: moch ten wij dan niet, aan het hoofd van deze kolommen, met het volste rechtspreken van wolven in schaapskleederen? Da Fransche regeering ontviug dezer dagen van onderscheidene Europeesche re- weer eenigstin8 lot bedaren, zjj stond verlicht, ja, byna getroost op en dacht aan niets anders dan aan een weinig rust te nemen. Den volgenden morgen te half tien begaven mevrouw de Brennes, Léonide en Genoveva zich per rjjtuig naar 't Noorder-statioc, waar zjj den trein naar Compiègne zonden nemen. Philipps de Garennes was omstreeks zes uur in den morgen teruggekeerd van zjjn nachteljjken tocht en had zich onmiddellijk op zjjne legerstede geworpen. Om acht uur wekte Julien Vandame hem met deze woorden: Mjjnheer do Baron zal zeker niet vergeten hebben, dat hjj te twaalf uur te Compiègne moet wezen Hoewel letterlijk uitgeput van vermoeienis (onze lezers weten dat hiervoor wel eenige reden be stond), verliet tocb de jonge man zijn bed, trok haastig het rouwkostuum aan, dat de omstandig heden vereischten, zond Julien uit om een rjjtuig te halen en begaf zich hiermede naar de Madame straat, om zjjne moeder af te halen. De Barones wachtte hem reeds met een koorts achtig ongeduld. Toen zjj haren zoon bleek, met afgematte trekken en een vsrwrongen gelaat zag binnentreden, werd zjj bevreesd. Slecht nieuws, niet waar? vroeg zjj hem bavtnd. Gjj zjjt niet geslaagd? Wel zeker, moeder! antwoordde de jonge man. Wezenljjk geeringen en vertegenwoordigingen: deEn- gelsche, de Zwitsersche, de Hongaarsche, de Nederlandsche, enz., hare afkeuring en verontwaardiging over de snoode misdaad (den dynamiet-aanslag) in de Kamer ge pleegd. Ook werd ingenomenheid betuigd met den betrekkelijk gnnstigen afloop. De indruk door deu aanslag onder de Kamerleden teweeg gebracht, uit zich in hoofdzaak tegen de socialisten. Gij zjjt het, zoo roept men van vele kanten, die party en in bet byzonder den socialistisehen af gevaardigden toe, die de gemoederen in eene stemming, in eene opwinding brengt, waarvan zulke aanslagen vol dierlyke wreed heid het gevolg zyu. Hun bladen en ge schriften sporen de menschen aan tot moor den en brandstichten. Geen verdediging wascht de socialisten schoon in de oogen hunner tegenstanders in hun verwantschap en gemeenschap met de partij der anar chisten, die in han wrok tegeu de bestaande maatschappij van bun wraakgevoel doen bljjken. In de Fransche Kamer heeft men dan ook onmiddellijk strenge maatregelen geno men tegen de socialisten, anarchisten en hun pers, die zich niet ontziet door mon sterachtige ophitsingen de misdaad te ver heerlijken. Eenige radicalen en socialistische Afge vaardigden protesteerden tegen de genomen maatregelen. Ook de tot de socialisten OTer- geloopen oud-minister Goblet zeide, dat de vrijheid werd aangerand, en protesteerde heftig tegen de voorgestelde maatregelen. Toen hy de tribune verliet, werd hy uitge jouwd alleen de uiterste linkerzjjdeapplau- disseerde. Koning Leopold van België heeft zjjne afkeuring uitgesproken over den dyaamiet- aansiag in de Frausohe Kamer van Af gevaardigden gepleegd en een telegram van deelneming gezonden aan den President der Fransche republiek. In den aanvang der Kamerzitting sprak de voorzitter, de heer de Lantsheere een woord van protest tegen den lafhar- tigf-u aanslag in de Fransche Kamer. In ge roerde woorden bracht hjj hulde aan die vergadering en aan het Fransche volk. De minister Beernaert nit naam van het Kabinet, de heer Notliomb uit naam der rechter- en de heer J an s o n uit naam der liukerzjjde paarden hunne verontwaar- digingsbetuigingen aan die van denVoorzitUr Al deze redevoeringen werden met de tee kenen van algemeene instemming begroet. Ik zweer het u. De ljjkkiat is dus Zes voet ouder den grond gestopt op een verloren plekje. Zjj is onvindbaar. En kan niets de verwisseling doeu ver moeden? Niets. Onze maatregelen waren bewonderens waardig goed genomen. Dien Julien Vandame heb ik juist beoordeeld, 't is een buitengewoon schran dere knaap. Gjj hebt hem zeker eene groote som geld beloofd? Honderd vijftig duizend franks als wjj ten minste slagen. Dat is voor ons eene kleinigheid. Wjj zullen het zelfs niet eens bemerken. Hebt gjj hem on dervraagd Waarover? Over dat jonge meisje, dat achttien jaar geleden aan de zorg zjjner ouders te Nantenil-le- Houdoin is toevertrouwd? Daar heb ik my wel voor gewacht. En toch, bsgon de Barones opnieaw. Waartoe zoude het dienen om hem te on dervragen? viel Philippe haar in de rede. Dit kind moet voor immer onbekend bljjven, en geen sterveling ter wereld denkt er aan, zich om haar bestaan te bekommeren. Over baar spreken, zich bloot stellen om vermoedens te doen ontstaan of gissingen, zulks zoude het toppunt van onhandig heid wezen. Zjj gaat door voor de dochter van Ni- colaas Vandame. Laten wjj haar in een duister, dat ons van nnt is. Ik heb mjj slechts met eene zaak bezig te houden. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1893 | | pagina 1