NIEUWE 4 No. 2106. Vrijdag 9 Maart 1894 19de Jaargang. Het gevangeniswezen. Tui TE NL AND, De twee Neven. Duitschland. België. Servië. Engeland. H44RLEMSC1E OODR4IT. ABONNEMENTSPRIJS Pei 8 maanden voor Haarlem. 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers0,08 Dit blad verschjjnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. BÏÏBSAU: St. Janstraat Haarlem. raniND AGITE MA NON AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 16 regels30 Cents Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant. Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensd ag- en V r d a g-a vond voor 6 uur ingewacht. R e d a c t e u r-Uit g e v er, W. KüPPERS. Niemand zal ontkennen, dat in de laatste tjjden de groote misdaden in ons klein va derland 8chtikbarend toenemen. De nieuws bladen brengen ons maar al te dikwijls het treurig bericht van een moord of een aan slag op het lepen in Nederland gepleegd. Wat hiervan de reden zijn mag? Is ons Nederlandseh volk dan zoozeer ontaard van zijne echte voorvaderlijke zeden? Of zon den wjj hier alleen te denken hebben aan een toevalligej samenloop van gruwel daden Of zon, nadat de doodstraf bjj ons te lande is afgeschalt, de vrees voor de ge vangenis zulk een geringen invloed uit oefenen op den misdadiger, dat deze voor hem niet meer opdoemt als een geducht schrikbeeld, hetwelk hem terughoudt van de misdaad? Wjj voor ons gelooven het laatste en achten dus eene verzwaring van het gevangenisleven voor groote misdadi gers dringend noodzakeljjk. Het scheen niet genoeg te zjjn voor de ziekelijke weekeljjke philantrophie onzer dagen, om de doodstraf uit het Nederlandsche wetboek te schrappen, ook de gevangenisstraf moest worden inge richt volgens de bedendaagsche begrippen van humaniteit en philanthrophie. Yandaar heeft het gevangeniswezen voor den doortrapten misdadiger weinig of niets afschrikwekkends. Schaamtegevoel bezit hij in deu regel volstrekt niet. Hg rekent op eene zeer humane behaadeling in het ge- vangenishnis. Het gebonw, waarin hg ge- durende eenige jaren zal vertoeven, is in gericht volgens de eischen des tjjds en volgens de eischen van gezondheid en ge mak. Heeft hg in zgn gewone leven van vrgbeid vaak te kampen met allerlei moei lijkheden, zooals van voeding, kleeding enz., in de gevangenis is van dit alles geen sprake. Al wordt h6tn het dagelrjksch rant soen daar ia afgepaste port.ën en op vast gestelde uren toegediend, hg weet beslist dat hg geen gebrek zal ljjden. Reeds meer malen heeft hg het vernomen dat de mond kost, bestemd voor de soldateD, voor da verdedigers van het lieve vaderland, voor veel lagere prjjzen werd geleverd dan het voedsel, dat voor de spitsboeven, die op 'stands koeken in de gevangenis verb'ijren, is bestemd. Ea zoo het eene is, zoo is ook het andere. Het eenige, dat bjj ontberen moet, is de vrjjheid. Maar ook die ontbe ring valt wèl te dragen, wanneer bjj be denkt dat hg den tjjd zat korten met een gezelligen omgang van andere gevangenen of met het verrichten van eenigen lichten arbeid. FEUILLETON. 56.) (Vervolg.) Ik geloof het wel, mjjnheer Burggraaf, ant woordde deze. De jonge man trad nu naar binnen en bereikte juist de voorplaats, toen de portier door te rebellen zjjne aankomst aankondigde. Een bediende kwam hem tegemoet. Raoul herhaalde zijne vraag en kreeg ditmaal tot antwoord: Mevrouw de Markiezin bevindt zich is het salon, mijnheer de Burggraaf. Dien mjj dan aan. De Markiezin zat te lezen, terwijl hare dochter voor de piano een nieuw stuk instudeerde. De bediende meldde: Mjjnheer de burggraaf de Challins. Me vrouw de BrenDes liet haar dagblad op den grond vallen, terwjjl Léonide zkh eensklaps omkeerde. Beider verbazing was onbeschrijfelijk;onmachtig om een enkel woord te uiten, schenen zjj in was senbeelden verauderd te zijn. Raoul groette baar, terwijl hg door het vertrek een blik liet rondgaan, die Genoveva zocht, en zeide vervolgens met een eenigszins gedwongen glimlach: Ik begrijp uwe verbazing, cames. Gij vraagt u zeiven at, boe hel mogeljjk kan zjjo, dat ik Vrij ben, nadat men mij aangehouden heeft onder beschuldiging van eene afschuwelijke misdaad. De Markiezin had hare tegenwoordigheid van geest opnieuw herkregen. Zeker, men mag medeljjden koesteren zelfs jegens den diep gezonken boosdoener; het zou zelfs zeer oochristtljjk zgn dat medelijden aan bem te weigeren. Maar hierbij dient het «Ae quid, nimisniet uit het oog te worden verloten. eNiet al teh Alles kan worden overdreven, ook het koes teren van medelijden. Want de veiligheid van den rnstigen burger staat op het spel door die overdreven humaniteit. Het voor uitzicht van eene betrekkelgke straffeloos heid prikkelt in vele gevallen den booswicht aan om zjjne misdaad te volvoeren. In zijne behendige sluwheid hoopt hg aan het scherpe oog der politie te ontkomen; maar, mocht hg hierin niet slagen, valt hg na het be drijven zjjner misdaad in de handen der politie, nu dan wat zon het, hg heeft hoogstens eene betrekkelijk lichte gevange nisstraf te ondergaan. Wanneer hem echter eene harde straf wachtte, wanneer hem in plaats van goede huisvestiug, in plaats van goed voedsel een leven te wachten stond vaa zwareo, vermoeienden en afmattenden arbeid, voor waar! dan zou zelfs de meest doortrapte booswicht zich nog wel eens bedenken, voor al eer bjj zjjoe gruweldaad pleegt, waardoor hij zijae vrjjheid Diet alleeu zal verliezen, maar volgens zjjue eigen opvatting voor laugen tgd diep rampzalig za! worden. Neen, dau zouden wjj ten minste niet zoo dikwijls getuigen moeten zgn van die gruwel daden, in koelen bloede en met voorbe dachten rade gepleegd. Dan zou er ook beter gezorgd worden voor de veiligheid en rast der maatschappijdan zou de ge vangenis voor velen nog opdoemen als een geducht schrikbeeld, dat hem terughoudt van het plegen der misdaad. Reeds vele gronde begrippen zgn erin onze dagen bedorven door het verkeerde begrip van humaniteit ea philanthropic. Nog één stap verder, en dan is de gevan genis geworden eene liefdadige inrichting, alwaar booswichten en misdadigers worden verpleegd en verzorgd. Maar dan zal de misdaad geen palen en perken meer ken nen; dan zal de veiligheid en rust van de maatschappij overgeleverd zgn aan de ge nade of ongenade van den boosdoener. Er zgn in onze dagen sophisten, die in de misdaad n;ets anders zien dan eene aau- geboren natuurlijke zwakheid, eene zieke lijkheid van het natunrlgk temperament. Volgens hunne meening is de misdadiger een kraDke, die, beroofd van zgn vrjjen wil, alleen voortgestuwd wordt door den onweerstaanbaren drang van het karak ter daarom verdient hjj meer medelg den dau straf. Daarom mott de gevange- Op de verwondering vau het eersle oogenblik vo'gde echter de toorn. Wjj zgn inderdaad ten hoogste verbaast over uwe onbeschaamdheid, antwoordde zij op eeaen minachtenden tooo, en ik zal dan ook on middellijk den knecht uit mjjnen dienst ontslaan, die zich zonder mijne toestemming geoorloofd heeft u binnen te laien. Dat zjjn harde woorden, mevrouw, riep bij uit, zeer hard zelfs en zeer onbillijk. Is men noodzakelijkerwijze schuldig, omdat men beschul digd woidt? Meent gij dau werkelijk, dat gij hier tegen een moordenaar spreekt Het staat niet aan mjj u te oordeelen, mijnheer, evenmin wensch ik de reden te kennen die u hierheen voert; doe mij dus 't genoegen, als ik u ve zoeken mag, heen te gaaD, hervatte mevrouw de Brennes. Léenide kon zich thans niet langer bedwingen. Bekommer u niet om die reden, moeder, wij kennen ze, zeide zjj op een toon van woede. Mijnheer kwam hier zeker in de hoop zijne min nares te zien. Zeg hem, dat hij zich in die hoop zal bedrogen vinden. Zeg hem dat alles, moeder, en dat bjj haar daa zoo spoedig mogeljjk ach terna ga 1 Raoul gevoelde op zijne beurt de woede zich van hem ureester makao. Had hjj in plaats van twee vrouwen hier maar twee nrauneu tegenover zich had 1 Spreekt gjj soms over m-juffrouw GonoViVa P stamelde hjj met opeengeklemde tanden. Van wie zou ik anders spreken P antwoordde Léonide buiten zich zelven van drift. Van wie, j nis, volgens de meening van die sophisten en drogredenaars, hervormd worden in be- waarhuizen van krankzinnigen, en de ge neesheer moet de plaats innemen van den strafrechter, 't Is duidelgk, deze valsehe redeneering komt voort uit de goddelooze grondstellingen vau dezea tgd, waardoor het bestaan Gods, het bestaan van den vrjjen wil in den mensch, enz. geloochend wordeD. Bovendien wordt bjj zulke zacht aardige en liefdevolle verpleging der ge vangenen, en bjj dieonzedeljjke vergoelijking der misdaad de schrik voor het gevaoge- Disleven dermate verminderd, dat de mis daden op ontzaglijke en onrustwekkende wjjze toenemeD, geljjk dit in de laatste tjjden bjj ons te lande duidelgk valt waar te nemen. Is het dan inderdaad niet een billgke eiscb te noemen, de eisch van verzwaring der gevangenisstraffen, opdat daardoor de lust tot het plegen van grawzame euvel- taiej, zooals moord en doodslag, beteugeld worde eu bedwongen? Ja, wjj gaan verder en vragen: is het niet inderdaad een bil lijke eisch te noemen, de eisch om de dood straf dal afschrikwekkend en heilzaam middd om vau de misdaad terug te hou den wederom in te voeren in ols Ne derlandseh Strafwetboek? Dit zou vooreerst eene gerechre straf zjjn voor den overmoe- digen boosdoener, en tevens een heilzaam middel om de rnst en veiligheid van de maatschappjj te verzekeren. De Rjjksdag-afgevaardige A h I w a r dt is na eene gevangenschap van eenige maan den uit den kerker ontslagen. Zjjne vereer ders waren zeer teleurgesteld toen hun voorgenomen demonstratie niet kon doorgaan, doordat hjj eenige uren vroeger ontslagen werd dan officieel bekend gemaakt was. A h 1 w a r d t ziet er zeer welvarend uit en heelt onmiddelljjk eene anti-semitieche volksvergadering gehouden, hjj zal spoedig nog voor dat hjj ia dau Rjjksdag verschjjnt eene groote anti-semitische reis door het Rijk gaan maken, ten einde het jodendom in zgn werken en strevea te ontmaskeren. Onze gezant te Berljjn Jhr. V au der Hoeven en gemalin begaven zich gisteren ter afscheiis-audisntie naar Wei- mar. Mevr. Yau der Hoeven gaat van daar voor eenigen tgd naar Rome, terwijl de Gezant afscheidsbezoeken in Zuid- Duit» chland gaat uffeggen, om vervolgens, over VGraveahage, zijnen nieuwen post te Weenen te gaan aanvaarden. zoo niet van Genoveva Vandeme Van dat schep sel, waarvan gjj de waardige minnaar zjjt, gij, die ternauwernood aan de ban den der politie zijt ontsnapt. Zij is weggejaagd, verstaat gjj wel De jonge man kon zich nauwelijks staande houden, zjjue keel was als uitgedroogd, druppels jjskoud zweet parelden op zgn voorhoofd. Te vergeefs bewogen zich zjjne lippen, het was hem oumogeljjk een enkel woord ait te brengen, en zich eensklaps omkeerende, waggelend als een beschonken man en zich aan de meubels vasthou dende om niet te vallen, verliet hij de kamer. Mevrouw de Brennes, die hem gevolgd was, wierp driftig de deur van het saloa achter hem dicht. Hij stond nu slleen in de gang, zich verbjjtend van woede. Doch eensklaps weerstand biedende aan de physieke en moreele zwakheid, die zich van hem meester maakte, hief hij het hoofd op. Ja, zeide hij bjjna luid, zij en ik, wjj zullen openbaar op eene schitterende wijze in onze eer hersteld worden, dat is nr.jjn va3te wil. Genoveva beschuldigd van mijne minnares te zgn en ran hier weggejaagd Genoveva, wellicht ronddolende in Parjjs I Maar ik zal baar terugvinden, ik zal hare tranen drogen, ik zal, door haar mjjn naam te schenken, bewjjzen dat er op haar eer evenmin als op de mijne eene smet rust. Ha, ellendige vrouwen, die ons beiden beleedigd hebt, wacht maar, God is rechtvaardig I Hij zal u loon naar werken geven. Raoul ging de trap af. Toen de pottier hem bleek, met holle wangen Twee huzaren-officieren uit Trier de 2e luitenants Hopfen en Laporte, heb ben de distaoce-rit gehouden van 350 ki lometer in 35!/4 aar, en zgn is/i uur vroe ger op de plaats van bestemming aange komen, dan zjj geloofden. De beide ruiten werden door hunne kameraden, de officieren van het Wurtembergsche ulanen-regiment te Stuttgart, hartelijk ontvangen. In de Beiersche Kamer heeft de con servatieve afgevaardigde Lutz een storm van vroolijkheid en gelach opgewekt, toen bjj, critiek oefenend op eene maatschappjj van vee-verzekering, zeide: «Mjjoe familie was sinds 1870 bjj haar verzekerd.» 't Wai goed bedoeld, maar minder juist uitgedrukt. Z. D. H. de Bisschop van Luik, die eenigen tij 1 geleden een nitvoerig schrjjven aan de sociale quaestie wjjdde, heeft eeu Latjjnschen brief ontvangen van Z. H. den Paus, waarin deze volkomen instemming betuigt met het herderljjk schrjjven van den Bisschop. Ds 75jarige Coleta Roete, we duwe YanDamme te Lokeren, wilde de kachel aansteken met vlas. Eensklaps zag de oude vrouw zich door vlammen omringd. Zij schreeuwde om hulp en geboren kwa men toegesneld, doch het was te laat. De arme vroaw had zulke erge brandwonden bekomen, dat zjj, ondanks de hnlp des dokters, te midden van hevige pjjnen be zweek. Een ander ongeluk viel voor in het huisgezin van Bastelaer. Een kind van drie jaren speelde onbewaakt nabjj eene wasebkuip met kokmid water. Het viel in de kuip en bekwam schrikkelgke wonden, dat bet reeds na eenige oogenblikken den geest gaf. De Serviërs zullen eerstdaags van hunnen rx-koning Milan ontslagen worden. Hg vertoeft nog steeds, in strjjd met de wet en met zgn gegeven woord, in de hoofdstad des Rjjks. Niet uit plichtgevoel zal hjj Bel grado verlateo, maar omdat hg het met zgn zoon koning A lex a d e r, die hem onderhoudt, niet meer kan vinden. Da heer Gladstone zal in een ma nifest aan zjjne kiezers van Midlothian de redenen van zgn aftreden als Premier uit eenzetten, zonder evenwel zgn mandaat, neder te leggen. Men kan den grooten Engelschman niet verwgten, dat hjj zich eu verwilderde blikkeD de binnenplaats zag over gaan, trai hjj naar hem toe. Wat is er toch, mjjnheer de Burggraaf vroeg hjj belangstellend. Gjj zjjt niet wel. Scheelt er soms iets aan Ja. Mevrouw de Brennes heeft mjj verteld, dat het jonge meisje, in wie ik een levendig belang stelde, voor wie ik zelfs de hoogste achting koesterde, mejuffrouw Yandame, niet meer bjj haar in betrekking is, en dut heeft mjj zeer be droefd. Mjj ook heeft dat verwonderd, mjjnheer, Genoveva was een zeer braaf meisje. Weet gjj ook soms waar zjj is heengegaan vervolgde Raoul. Denkelijk in eene andere betrekking. Ik heb zulks namelijk meenen op te maken uit eenige woorden, die er tusschen haar en een jong- mensch gesproken weiden, die haar koffer is ko- men halen. Wtet gjj dan ook soms, waarom mevrouw de Brennes haar weggezonden beeft De knechts en de meiden zjjn daar nitt achter kunnen komeo, zoodat ze het mij ook niet konden zeggen. Ik dank u, mjjnheer, zeide Raoul, die de onmogeljjkheid inzag om hier nauwkeuriger in lichtingen in te winnen. Droefgeestig verliet hjj het hotel, liep de Do- minique-straat uit,steeds recht voor zich uitgaande, het hoofd op de borst gezonken, de ziel beroerd door sombere gedachten. Wot dl vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1894 | | pagina 1