T NIEUWE No 2112. Vrijdag 23 Maart 1894 19de Jaargang. Goede Vrijdag. BUITENLAND. Do twee Neven. Hij, die de wolken in de lucht verza melt, en de stroomen van de zijden der bergen doet afdalen, Hjj, het Woord, door Wien alles is geschapen, Hjj lijdt dorst. Duitscliland. Engeland. Oostenrij k-H ongarije. (Wordt vervolgdi) i H44BLE18CHE OOIIRAIT. ABONNEMENTSPBIJ8 Pei 8 maanden voor Haarlem. 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Yoor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers0,08 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. B IX B E A TT: St. Janstraat Haarlem. PBIJS DEB ADVEBTENTIBK Van 16 regels Elke regel meer 30 Gents 5 AGITE MA NOU AGITATE. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensd ag- en V r jj d a g-a vond voor 6 uur ingewacht. Kedacteur-Uitgever, W. KÜPPER.S. O heilig oogenblik, o dierbare stond op dezen dag, die de verzoening aaa den zon daar en aan de dooden bet leven geeft. Al scheurde de gordijnen des tempels van boven naar beneden, al beefde de aarde, al barstten de steenrotsen en openden zich de graven, velen willen ook nu nog Hem niet kennen die zich geheel en al voor het heil der menscbeu gegeven heeft._ Weent dau kristallen bronnon, die de hlën der velden drenkt; weent, bergstroo- men en watervallen, die den top der bergen en den bodem der dalen verfrischtweent, zuivere en koele meren, iu het Libanon- gebergte; weent kabbelende rivieren, die de vlakte van Gaiilea doorstroomt; weent, beken, die den voet van den berg Car mei besproeid, O, dat alle menschen weenen: Jezns braadt van dorst aan het kruis. Fonteinen van Judea, waar bij den avond de dochters van Israël hare water kruiken komen vullen, hebt gjj niet een weinig water om den dorst van den Chris tus te leaachen? Een teug zuiver water om den mond te verfrisschen, uit welken zooveel woorden van barmhartigheid en liefde stroomen Diepe putten der woestjjo, waar de kudden zich komen laven, putten van Jacob en de patriarchen, beett iu de ingewanden der aarde: Jezus brandt van den dorst aan het kruis 1 O, Samaritaan, snel toeWaar toeft gjj? Hoort gij niet bet woord van den Heer tik heb dorst!* Haast u, gi) weet nu, wie gezegd beeft: «Ik heb dorst!» Put friscb, helder water uit de kille diepte dezer verborgen putten: snel ter hulp! en lesch den dorst van den Verlosser der wereld Hij, die op de wateren gedragen, voort schreed op de golveD, Hjj, die op de brai- lolt te Kana het water in wijn veranderde Hjj beeft vanaf de hoogte van het kruis gesproken«Ik heb dorst O, Maria! o, Johannes! o, Magdalena! Gij hebt Zijne klacht gehoord. Als uwe tranen lafenis konden brengen, dan zouden zij van onder bet kruis tot den dwarsbalk van bet schandhout opstjjgen, waar het goddelijk hoofd zich buigt in den dood- stiijd Water, o God, Water! om het wreeda vnur van die gerekte marteling te blus- schenWater om het verterend vuur van die doornen, van die spijkers, van dien ge weldigen dorst uit te doovenWater om die wonden te bevochtigen en te verzachten. FEUILLETON. 62.) (Vervolg.) Laat mjj voortgaan, kindlief. In plaats van zich gekrenkt te gevoelen door uwe woorden, ia Philippe er u slechts des te meer om gaan leminnen. Hij motst erkennen, dat, zoo gjj het bekoorljjkste van alle jonge meisjes waart, gjj ook Let meest kiesche, het reinste waart? O mevrouw I Geene valeche zedigheid! De denkwijze van mjjnen soon in dit opzicht is ook de mijne. Hjj heeft mij alles toevertrouwd, zjjne liefde, zjjne hoop 1 Zijne hoop! viel Genoveva haar eensklaps in de rede. Ja, mjjn kind. Op u hetft hjj zjjo geheela leven, sijne gansche toekomst gesteld. Gij zult hem, wiens eenige misdaad is, dat hij u hanbidt, toch niet doemen tot wanhoop? Gjj moet mjj uwe moeder noemen, gjj moet mij machtigen om mjjneu zoon mede te deeleu, dat gjj hem gelukkig maken en den naam Vandame tegen dien vsn barones de Garennes verwisselen zult. Genoveva had de hand tegen haar hart gebracht, als wilde zij er de kloppingen van onderdrukken, die haar dreigden te doen stikken. Wat moest zjj zeggen W8t kon zij antwoorden Ik wacht uw antwoord, zeide de Barones. O mevrouw, stamelde Genoveva, hoe moei- Ijjk valt het mjj te antwoorden. De Calvarieberg brandt, het kruis staat in de zon als nieuwe geesel. De wonden van den Heer branden, de wondkoorts woedt voort in zija bjjna uitge putte aderen. Het bloed loopt in langzame straaltjes langs het schandhout. Reeds van af den morgen kwelt de dorst Hemhevi ger is die dorst geworden na de afbeulende geeseling. De tocht naar dea Calvarieberg geschiedt in de zou, in het stof, dat op- stjjgt van de vjjandige menigte en van de hoeven der paarden. Het is dorst, die den Gekruiste kwelt, het is de dorst van dea doodatrjjd. Het lichaam van den Voriosser, aan het kruis hout geklonken, trekt zich krampachtig samen. Hjj, die zonder een klaebt te uiten de afschuwelijke geeseling heeft ondergaan, Hjj ljjdt door dien dorst, die in elk zjjner wonden brandt, die Zjjne borst en Zijn verhemelte onuitstaanbaar teistert. Hjj zegt: «Ik heb dorst!» Aan den voet van het kruis, waar die klaagtoon wordt vernomen, rusten de beu len, drinken de eo daten.De wjjn vloeit bjj stroomen uit de kannen in de groote bekers, en de booswichten zwelgen dien draok; geen druppel water wordt toege reikt aan den stervenden Verlosser. De woeste soldateabeude heeft de klacht van den Gekruiste gehoord en de wrange edik wordt tot lafenis aangeboden aan den God-Mensch De rietstok met het bjjtend zuur, den scherpen azjju, wordt tot de gezegende lip pen des Verlossers opgeheveu en Jezus neemt den edik. Zjjne ontkleurde en droge lippen drukken dan spons, muar Zjjn dorst wordt niet gelescht door het wrange vocht. O, troostelooze verlatenheid 1 Akeligste armoede! Brandende dorst! Algeheele be- rooving van Christus! Wateren der aarde rn des hemels, be waart uwe droogheid door alle eeuwen en behoudt de zwaarmoedigheid van uwe oppervlakte; uw gebabbel zjj geween, uw gemurmel zjj gesnik, uw geklots zjj eeuwige klacht 1 Gjj hebt den brandenden dorst van Jezu3 op Go'gotba niet gelescht. De Heer heeft behoefte gehad aan uwe verfrisscbing en gij hebt u aan Zjjne stervende lippen ont trokken, gij hebt uw Schepper dorst laten ljjdi-n Hjj heelt dorst geleden, maar Zjjne macht, in stede van te bezwijken, begon daar bet Ec waarom? Het aanzoek, dat gij mij doet, is eene eer voor mij, eene buitengewone groote eer zelfs, eene onverwachte eer, maar het maakt mjj diep be droefd, het breekt mij liet hart. Hoe, lieve engel! zoudt gjj Philippe dan haten Haten! O! denk dat niet, mevrouw, verre vandaar. Mijnheer Philippe behoort tot eene aan zienlijke familie, en ik ben maar de docht:rvan arme boerenmenschen. Dat zal geen hinderpaal opleveren. Wjj waren het zooeven toch eens met betrekking tot mishuwing. Gjj hebt zelfs woorden gezegd, dat twee harten, die genegeu zijn, zich niet behoeven te storen aan het maatschappelijk verschil in rang en geboorte. Dat is waar, ik heb zulks gezegd, mevrouw: En meendet gjj het dan niet Zeker meende ik het. In de theorie is niets billjjker. Maar de werkelijkheid jaagt mjj angst aan. Is de plaats van een meisje van geringe geboorte wel in eene adelljjke familie? Wel ongetwijfeld, vooral wanner deze fa milie tot haar komt en niets liever wenscht, dan haar als een lid dairvan aan te nemen. Ik smeek u, mevrouw, dring er niet verdi-r op aan. Gjj doet mij ljjden. Dan, ik herhaal net, haat gij Philippe ook. Ik koester voor hem eene oprechte vriend schap, mevrouw. Zijne gade kan ik echter niet worden. En waarom niet? Genoveva bloosde andermaal, sloeg de oogen neder en bewaarde het stilzwijgen. allermeest te werken. Hjj heeft geleden en is gestorven tot heil van allen. Gisteren is het Duitsch-Russisch handels verdrag iu kracht getreden. Da ratificatiën werden gisteren voormiddag uitgewisseld aaa het Ministerie van Buitenlandsche Za ken te Berlijn. Duitschland werd daarbjj vertegenwoordigd door den Minister van Buitenlandsche Zaken Von Marschall en Rusland door zjjn Gezant, Giaaf Schouvaloff. In de Pruisische provinciën Silezië, alsook in het koninkrjjk Saksen en in Bo- hemen, heett het in de laatste dagen nog al gewinterd, er is gedurende drie dagen veel sneeuw gevallen. In Silezië lag op verscheidene plaatsen de sneeuw ruim een meter hoog, zoodat de communicatie er gestremd was, waar bjj nog kwam dat de sneeuw wegens /eer spoedige smelting ook voor sleeden onbruikbaar was. Op de spoor wegen werd er wel dadeljjk begonnen met wegruiming, maar toch zjju verscheidene treinen aan de stations moeten blijven en zjjn andtre met 2 a 3 uren vertraging overgekomen. In Saksen moest eergisteren nog op een paar spoortrajecten de dienst stilstaan. Ia Bohemen was de stad Rum- burg vau alle kanten ten eenenmaie on genaakbaar, terwijl talrjjke lijnen van de Zuid-Noordduitsehe verbindiDgsbaan, den Bobeemschen noordelijken, den Oostenrjjk- schen noordwesteljjken spoorweg en de ver bindingslijnen der Saksische staatsspoor wegen insgelijks de dienst tjjdeljjk moest worden gestaakt. Op het in de haven van Hamburg liggende Ntderlandsche stoomschip Hunze is de stoomketelpjjp gesprongen. Bjj de ontploffing werd de kapitein H e i t s e- m a n n gedood. Keizer Wilhelm is naar Abbazia vertrokken, om daar een bezoek te bren gen aan echtgenoot en kinderen. De EngelschePremier, lord Rosebery heeft te Edinburgh, toen hij zjjne redevoe ring uitsprak in zjjn uitingen over Home Rule een goeden indruk gemaakt,zjjne woor den vielen daar na al het voorafgegane iu goede aarde. Althans in eene, in datzelfde Edinburgh, waar Rosebery zjjne rede voering uitsprak, door den bekenden Ier- schen leider Dillon gehouden toespraak, Is er dan Boms iets, wat gjj mij niet durft bekennen? Kan er tusschen u en mjjn zoon soms een slagboom bestaan, eene andere liefde? Zjjt gij dan niet mper vrij Hebt gjj uw hart reeds weggeschonk- n Met eene bjjna onhoorbare stem antwoordde Genoveva J», mevrouw. Gjj bemint iemand Met al mjjne krachten, en hoe pjjnljjk voor mjj ook de gevolgen van mjjne weigering moeten zijn, dit is toch de reden waarom ik u voor de eer bedanken moet, om een lid uwer familie te worden. Mevrouw de Gareanes, eene comediaote van het eerste soort, scheen zeer bedroefd, maar niet ver bitterd, en het jonge meisje in hare armen slui tende, zeide zjj Bedaar toch, mjjn lieve. Ik denk er niet in 't minst aan, mjj van u te scheiden, en mijn innigste wensch is, dat gjj mjj steeds zult lief hebben. Overigens is er nog niets verloren. Ik reken op den ijjd om u te gelezen van eene hartstocht die niet ernstig kan wezen. Die hartstocht, mevrouw is het leren, viel Genoveva haar in de rede. Indien ik hem moest opgeven, zon het mjjn dood zijn Och, dat denkt man maar, hernam de Ba rones glimlachend. De dagen vervliegen, die liefde gaat voorbij en men is er toch niet te minder door. Ook uwe liefde zal vocrbjjgaan. Nimmer! Maar wien bemint, of meeat gij dan zoo Vurig te beminnen. Zeker een jongmensch uit uw dorp? Een jonge man e?en arm als gij? verklaarde deze, dat hg Lord Rosebery had booren spreken en nu vast overtuigd was, hoe de zaak van Ierland in den Pre mier een eerljjk en te vertrouwen kamp vechter had gevonden, die Gladstone's beloften aan Ierland niet te schande zoo maken. Zondag-namiddag hebben honderd duizenden in het Hyde-Park te Londen, hunne verontwaardiging te kennen gegeven over bet Eagelsch Hoogerhuis. De rede voeringen waren zoo men 't noemt, nog al gepeperd. Verbetering van het Hoogerhnis was, naar men verklaarde, onmogelgk; het moest geheel verdwijnen. Een spreker zeide, dat het Hoogerhuis bestond uit geesteljjke Lords tijdeljjke Lordslandbezitters (Land lords) en onzedelgke Lords. Barns en T i 11 e 11 waren onder de sprekers, die het meest toegejuicht werden. Niet minder dan twaalf redenaars ston den er uit te varen tegen de Lords. Ten slotte werd dan ook eene resolutie aange nomen om den staf te breken over de han delwijze der Lords met «het tenietdoen der beslissing van de meerderheid van 's volks vertegenwoordigers in zake de Employers Liability Billalsmede om bjj de Regeering aan te dringen op «het nemen van stap pen tot de geheele afschaffing van het Hoo gerhuis». Politieke beteekenis had het samenzjjn in Hyde-Park al zeer weinig, immers het Zondagsvo.kje van de groote stad Londen, vond het heel aardig, dat in het Park zoo gedemonstreerd werd tegen het Huis der Lörds, waarbjj een optocht met vaan dels en moziek gehouden, bun een aange naam tijdverdrgf ga^- Voor den Borgemeesterzetel te Weenen is in plaats van Dr. Richter, die om dat bjj met eene jodin getrouwd is daar voor niet kon benoemd worden, thans Dr. G r b 1 aangewezen. Ook deze was met eene jodin getronwd, maar zijne vrouw is voor een paar jaren gestorven, na zich bij haar huweljjk tot het Christendom te hebben bekeerd. Aan de bekrachtiging dier keuze door de Re geering, wordt, hoewel dat G r b 1 een vrijmetselaar is, niet getwjjfeld. Ia de Kamer van Afgevaardigden te Budapest vallen zeer luidruchtige tooueelt- jes voor tjjdens de debatten, over de Regeerings voorstellen met betrekking tot de invoering van het burgerlgk huwelgk. Het rumoer nam dezer dagen zulk een om vang aaD, dat de Voorzitter genoodzaakt O, ware dat zoo, mevrouw. Moed en ar beidzaamheid wegen ruimschoots tegen rjjkdommen op. Komaan, vertrouw mjj uw geheim eaos toe. Ik smeek u, mevrouw mjj niet» meer te willen vragen. Ondanks den eerbied; dien ik voor uwe bevelen heb, ondanks mjjne gewone gehoorzaamheid, zoude ik u toch niet antwoorden, Da Barones, als vrouw van rjjpe ondervinding begreep, dat zij dien dag niet langer de zaak van Philippe moest bepleiten en bjj Genoveva op bekentenissen aandringen. Dat uw wil dan geschiede, mjjn kind, mompelde zjjeen langen zucht slakende, ik zal Philippe lat>n ljjden, omdat het mjj onmogeljjk is, hem het geluk aan te brengen. Ik zal u nim mermeer over ejjne liefde spreken. Och mevrouw, vergeef mjj, ik smeek u er om, zeide Genoveva, de handen naar de Barones uitstekende. Indien gjj wi»t hoeveel leed het mjj doet u te moeten teleurstellen, u, die ik zoo teeder lief heb, indien gjj eens wist welke strjjd op dit oogenblik in mjjn hart gevoerd wordt, dan zouit gjj voor mjj slechts medeljjden ge voelen. Ten tweede male trok da Barones het jonge meisje in hare armen en drukte haar den Judas kus op het voorhoofd. Daarop zeide zij: Ik duid het u volstrekt niet euvel, kind lief. Mjjne achting en toeg w.egei haid voor u zullen dezelfde blijven. Ik acht u zelf nog meer want tegen wil en dank moet ik hulde brengen aan uwe belangeloosheid. Komaan, mjjn engel, neem uw boek weer op en lees mjj voor.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1894 | | pagina 1